8 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toestemming te verlenen tot het houden van wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op: 

  • -maandag 15 december van 10.00 uur tot 17.00 uur van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, over het wetsvoorstel Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het bevorderen van een arbeidsmarktrelevant en doelmatig opleidingenaanbod in het beroepsonderwijs (macrodoelmatigheid in het beroepsonderwijs) (33948). 

Ik stel voor, hedenmiddag ook te stemmen over de aangehouden motie-Ellemeet (19637, nr. 1923) en de aangehouden moties-Thieme (33400-V, nrs. 43 en 159, en 33750-XVII, nr. 44). 

De voorzitter:

Voordat ik het woord geef aan de heer Klaver om een verzoek te doen, deel ik mede dat er een spreker aan de lijst wordt toegevoegd. Mevrouw Schouten wil namelijk nog rappelleren in verband met een brief die te maken heeft met de begrotingsbehandeling die voor morgen gepland is. Dat mag zij doen aan het einde van de regeling van werkzaamheden. 

Het woord is aan de heer Klaver. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Mede namens de collega's van D66 en de Partij voor de Dieren wil ik een debat aanvragen over de uitbraak van de vogelgriep. Wij hebben vorige week gezien dat die helaas niet beperkt bleef tot één bedrijf, maar zich lijkt te verspreiden. Straks zal zich een aantal actuele vraagstukken voordoen. Hoe gaat het met de compensatie van de getroffen boeren? Welke systeemwijzigingen hebben plaatsgevonden? Wat kunnen wij van deze crisis leren? Welke andere lessen moeten wij nog trekken om ervoor te zorgen dat de vogelgriep zich niet verder uitbreidt? Morgen wordt er ook nog een technische briefing gehouden. Ik zou het fijn vinden als wij daarna op korte termijn een debat over dit onderwerp kunnen voeren. 

De voorzitter:

U vraagt om steun voor het houden van een debat over de nieuwe uitbraak van vogelgriep. 

De heer Geurts (CDA):

Gezien de volle agenda voor de plenaire vergadering, kunnen wij dit onderwerp volgens mij beter behandelen in het AO Dierziekten en antibioticagebruik van volgende week. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dat lijkt mij een terechte opmerking. De snelste manier om dit onderwerp te bespreken, is om het bij het AO Dierziekten en antibioticagebruik te betrekken. Misschien moet het AO dan met een uurtje verlengd worden. 

Mevrouw Lodders (VVD):

Het is belangrijk om over dit onderwerp te spreken. Volgens ons past dit het best in het AO Dierziekten en antibioticagebruik. Er ligt inmiddels een verzoek van de VVD om dat AO te verlengen. Ik hoop dat wij daar met elkaar afspraken over kunnen maken in de komende procedurevergadering. 

De voorzitter:

Dat kunt u inderdaad via de procedurevergadering doen. 

De heer Smaling (SP):

Het is heel erg nodig en relevant om hierover te spreken, maar de snelste weg is volgens ons ook via een verlenging van dat AO. 

De heer Van Dekken (PvdA):

Ook wij bespreken dit graag in het AO Dierziekten en antibioticagebruik, met een uurtje erbij. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Het wordt saai: wij steunen het verzoek niet en — u raadt het al, voorzitter — wij willen het onderwerp graag bespreken in het AO van volgende week. 

De voorzitter:

Mijnheer Klaver, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een plenair debat. Er is wel breed een oproep gedaan om dit onderwerp te bespreken in het AO van volgende week. In de procedurevergadering mag u met elkaar bespreken hoeveel tijd u daarvoor wilt uittrekken. 

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik ben in ieder geval blij dat iedereen er de urgentie van inziet en dat wij het op korte termijn zullen bespreken. 

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Weyenberg. 

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter. Afgelopen zaterdag lazen wij een bericht in de Volkskrant waarin werd gesteld dat de publicatie van het rapport van Motivaction over de positie van Nederlands-Turkse jongeren bewust getimed was: het rapport werd gepresenteerd een dag voor een algemeen overleg in de Kamer over integratie om op die manier de lijn van het ministerie over het monitoren van vier Turkse organisaties extra kracht bij te zetten. Dat roept natuurlijk vragen op over de wijze waarop de Kamer wordt geïnformeerd. Volgens mij mogen die vragen niet boven de markt blijven hangen. Daarom heeft mijn fractie behoefte aan een feitenrelaas van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de totstandkoming van zowel het rapport van Motivaction als het rapport over de parallelle samenleving en de timing van die publicaties. In hoeverre was de minister of zijn departement betrokken bij de keuzes betreffende die publicaties? Was de minister er van tevoren van op de hoogte dat het rapport een dag voor het algemeen overleg naar buiten zou worden gebracht? 

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Wij steunen het verzoek om een brief. In die brief zou ik ook graag lezen wat de rol van FORUM is geweest en met welke organisaties het departement contact heeft gehad voordat het onderzoek van Motivaction werd gepresenteerd. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Albert de Vries. 

De heer Albert de Vries (PvdA):

Voorzitter. Ik vraag om uitstel van de stemming van vandaag over de moties ingediend bij het wetgevingsoverleg over het onderdeel Energie van de begroting van EZ voor 2015. Wij hebben behoefte aan wat meer tijd voor nader overleg. 

De voorzitter:

Omdat het gaat om een stemming die al is aangekondigd, hebt u de steun van de meerderheid nodig voor dit verzoek. 

De heer Leegte (VVD):

Wij steunen dat verzoek graag. 

De voorzitter:

Ik begrijp dat u de stemmingen wilt doorschuiven naar donderdag, mijnheer De Vries? 

De heer Albert de Vries (PvdA):

Ja. Ik begrijp dat het maximaal tot donderdag kan worden uitgesteld, dus die tijd willen we graag gebruiken. 

De voorzitter:

Donderdag stemmen we namelijk over de begrotingen. U hebt de steun van de meerderheid van de Kamer. Ik zal uw verzoek uitvoeren. 

De heer Albert de Vries (PvdA):

Dank u wel, voorzitter. 

De voorzitter:

Ik geef het woord aan de heer Van Raak van de SP. 

De heer Van Raak (SP):

Voorzitter. Tijdens eerdere debatten over de Amerikaanse spionageactiviteiten is gebleken dat de Nederlandse regering helemaal niet weet wat de Amerikanen uitspoken, ook niet met onze burgers. Dit weekend werd wel iets meer bekend, omdat een aantal internationale beveiligingsbedrijven zeer geavanceerde spionagesoftware zegt te hebben gevonden in Rusland, Saudi-Arabië, Mexico, Oostenrijk, Ierland en België, onder andere voor de Amerikaanse spionage bij Belgacom in België. Ik wil daarom een debat met de minister van Binnenlandse Zaken en Spionagediensten. Dat debat moet gaan over het feit dat Nederland nu wegkijkt en de kop in het zand steekt. Ik vind dat Nederland om opheldering moet vragen bij de Amerikanen en onderzoek moet doen naar wat de Amerikanen uitspoken, ook met onze burgers. 

De voorzitter:

Vraagt u nu alleen om een brief of ook om een debat? 

De heer Van Raak (SP):

Een debat! 

De voorzitter:

Sorry! Een debat met de minister van Binnenlandse Zaken. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun. 

De heer Schouw (D66):

Ik krijg graag een uitgebreide brief, die ik voor volgende week dinsdag zou willen hebben. Daarmee steun ik ook het debat. 

De voorzitter:

"Dinsdag 12.00 uur", schrijf ik dan op voor de brief. 

De heer Recourt (PvdA):

Steun voor de brief; vooralsnog geen steun voor het debat. 

De heer Bosma (PVV):

Geen steun. 

De heer Dijkhoff (VVD):

De debataanvraag gaat volgens mij meer over de interpretaties en meningen van de heer Van Raak dan over de feiten. Over het feit dat er een zeer geavanceerd virus is gevonden waarvan veel mensen denken dat het alleen maar van geheime diensten kan komen, ontvang ik graag een brief van de minister. Die ga ik dan eerst lezen voordat ik iets over een debat vind. 

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ik krijg graag eerst een brief. Dan vorm ik me een oordeel of we erover moeten debatteren. 

De heer Bisschop (SGP):

Een brief lijkt mij in dit stadium ruim voldoende. 

De voorzitter:

Mijnheer Van Raak, u hebt de steun van de meerderheid voor een brief over deze zaak, te ontvangen voor volgende week dinsdag 12.00 uur. 

De heer Van Raak (SP):

Dan ziet u mij volgende week dinsdag weer, voorzitter. 

De voorzitter:

Dank voor deze vooraankondiging. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Ik geef het woord aan mevrouw Leijten van de SP. 

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Inwoners, medici, zorgverleners en verwijzers in Dokkum werden gisteren opgeschrikt door de opnamestop per vandaag van het ziekenhuis De Sionsberg. Een faillissement dreigt, terwijl het gaat om noodzakelijke zorg voor de inwoners van Dokkum, maar zeker ook voor het achterland. Daarom zou ik op korte termijn een debat willen houden met de minister over de toekomst van De Sionsberg. 

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor het houden van een debat over de toekomst van De Sionsberg. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Ik steun het verzoek. Ik krijg ook graag een reactie van de minister over de wijze waarop de opvang van de patiënten nu is geregeld. Ik wil eigenlijk het verzoek doen om het debat iets uit te breiden met de situaties van het Gemini Ziekenhuis in Den Helder en het ZorgSaam ziekenhuis in Zeeland. Zij hebben problemen met het voortzetten van de spoedeisende hulp en de acute geboortezorg. De minister stuurt daarover deze week nog een brief naar de Tweede Kamer. Dan kunnen we het volgende week direct daarover hebben. Ik verleen dus steun. 

De voorzitter:

Waar gaat u het volgende week dan over hebben? 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Over het onderwerp van het debat van mevrouw Leijten. Goed dat u het zegt, voorzitter: ik doe het verzoek aan mevrouw Leijten om het debat nog iets uit te breiden met twee andere ziekenhuizen die in een zeer lastige situatie zitten en waarop de minister deze week nog terugkomt. 

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Ik verleen geen steun voor het debat. Wel willen wij graag een oplossing voor deze mensen zodat acute zorg en spoedzorg gegarandeerd zijn. Die krijgen wij graag in een brief van de minister. Dan hebben we geen debat nodig, want dan is er gewoon een oplossing. 

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Op dit moment geef ik geen steun voor het debat. Ik zou wel graag een brief van de minister zien. Daarna kunnen we oordelen of een debat nodig is. 

De heer Rutte (VVD):

Een debat brengt het garanderen van goede zorg in Noord-Friesland niet dichterbij. Er moeten goede gesprekken plaatsvinden met zorgverzekeraars en met de zorgaanbieders ter plekke. Er moet rekening worden gehouden met de zorgplicht, de aanrijtijden en alles wat daarbij hoort. Wellicht kan de minister daar in een brief haar licht op laten schijnen, maar ik steun zeker geen debat. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik steun het verzoek om een debat. Ik steun ook het voorstel van de CDA-fractie. Mijn vraag is of de Kamervragen die de ChristenUnie heeft gesteld over De Sionsberg, dan ook beantwoord kunnen zijn, opdat die antwoorden bij het debat betrokken kunnen worden. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Steun voor het debat en steun voor de brief. 

De heer Van der Staaij (SGP):

Steun voor een brief, maar niet voor een debat in dit stadium. 

Mevrouw Klever (PVV):

Wij willen er graag op korte termijn over debatteren. Ik weet niet of dat, nu er geen meerderheid voor is, via een plenair debat kan. Anders kan het in een AO. Wij steunen ook het verzoek om een brief. 

De voorzitter:

Mevrouw Leijten, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een plenair debat. Er is wel de behoefte om de brief die al voor deze week was toegezegd, uit te breiden. Daarnaast heeft mevrouw Dik-Faber gevraagd om een zo snel mogelijke beantwoording van de schriftelijke vragen. 

Mevrouw Leijten (SP):

Die brief lijkt mij goed. Het lijkt mij ook goed als die er vrijdag is. Gezien het feit dat er meerdere partijen zijn die hier wel snel over willen praten, zullen we via de procedurevergadering bekijken of we snel een algemeen overleg kunnen plannen. Het uitbreiden naar andere noodlijdende ziekenhuizen lijkt mij zeer op zijn plaats, maar laten we dat dan via de procedurevergadering met elkaar afstemmen. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Dan is nu het woord aan mevrouw Schouten voor een rappel. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Voorzitter. Dit is niet het eerste rappel. Ik heb hier al een paar keer gevraagd om een onderzoek dat ik een jaar geleden heb aangevraagd. Vorige week heb ik gevraagd of het onderzoek voor 12.00 uur vandaag hiernaartoe zou kunnen komen. Het betreft het onderzoek over het omzetten van de kinderkorting op de BES-eilanden naar de kinderbijslag. Er komt nog niet eens een uitstelbriefje. Ik vind het echt minachting van de Kamer. Morgen bij de behandeling van de begroting moet ik dat onderzoek hebben. Ik verwijs naar de motie op stuk 33750-XV, nr. 56. Mijn vraag is of er voor vanmiddag 17.00 uur wat gaat komen. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering met spoed doorgeleiden naar het kabinet en zal vragen of er voor 17.00 uur een reactie op dit verzoek kan komen. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven