8 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, dinsdag aanstaande ook te stemmen over de voorstellen tot wijziging van het Reglement van Orde in verband met de aanmelding op de presentielijst (34186) en in verband met aanpassing van de regeling rondom kabinets(in)formatie (34187). 

Daartoe wordt besloten. 

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van het CDA geacht wenst te worden op dinsdag 23 juni jl. vóór het wetsvoorstel Regels omtrent de overheidszorg op het gebied van meteorologie en seismologie (Wet taken meteorologie en seismologie) (33802) te hebben gestemd. 

Ik stel voor, bij het debat over de Voorjaarsnota 2015 spreektijden vast te stellen van: 

  • -12 minuten voor VVD en PvdA; 

  • -10 minuten voor SP, CDA, PVV en D66; 

  • -7 minuten voor ChristenUnie, GroenLinks, SGP, PvdD en 50PLUS; 

  • -3,5 minuut voor Groep Kuzu/Öztürk en Groep Bontes/Van Klaveren; 

  • -2 minuten voor de leden Houwers, Klein en Van Vliet. 

Tevens stel ik voor, bij het debat over de Voorjaarsnota bij de sprekerslijst de begrotingsvolgorde te hanteren. 

Ik stel voor, toestemming te verlenen tot het houden van wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op: 

maandag 29 juni 2015 van 14.30 uur tot 16.30 uur van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken over het Voorstel van wet van de leden Van Raak, Fokke, Schouw, Segers, Ouwehand, Klein en Voortman tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders (34105). 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Ik deel mee dat ingevolge artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 33930-XIII, nr. 12; 30420, nr. 214; 30420, nr. 217; 30420, nr. 220; 34166, nr. 4; 30545, nr. 157; 30420, nr. 216. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda: 

  • -het VAO Notitie antidemocratische groeperingen, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 24 juni, met als eerste spreker de heer Pieter Heerma van het CDA; 

  • -het VAO Kwaliteitszorg, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 24 juni, met als eerste spreker de heer Van Gerven van de SP; 

  • -het VAO Prestatieafspraken hoger onderwijs, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 24 juni, met als eerste spreker de heer Mohandis van de PvdA; 

  • -het VAO WWB-onderwerpen en de Participatiewet, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 24 juni, met als eerste spreker de heer Van Weyenberg van D66; 

het VAO Uitgangspunten cultuurbeleid, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 24 juni, met als eerste spreker mevrouw Bergkamp van D66. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Recourt van de Partij van de Arbeid. 

De heer Recourt (PvdA):

Voorzitter. Zojuist heeft de commissie-Hoekstra haar rapport in de zaak Bart van U. aangeboden. Wat daarin staat, is ontzettend schokkend. Daarom wil ik namens de VVD, D66, de SGP, het CDA, de SP, de PVV, de ChristenUnie en de Partij van de Arbeid een debat aanvragen en wel op korte termijn, dus komende week dinsdag of woensdag. De conclusies in het rapport rechtvaardigen dit. Voorafgaand aan het debat willen wij de commissie-Hoekstra graag zelf spreken op maandagmiddag. Daarna willen wij ook de hoofden van politie, Openbaar Ministerie en ggz horen. Ik heb inmiddels begrepen dat dit moet worden aangevraagd via de commissie. Ik zeg het hier, maar ik zal direct, aansluitend aan deze regeling van werkzaamheden, een e-mail met dit verzoek aan de commissie sturen. 

Tot slot voeg ik hieraan toe dat ik weet dat er een strafzaak loopt, maar de conclusies van de commissie zijn zodanig dat, los van die strafzaak, een debat op korte termijn gerechtvaardigd is. 

De voorzitter:

Ik hoor dat u de brede steun van de Kamer hebt voor het houden van dit debat, dat geen betrekking heeft op de zaak als zodanig maar op allerlei omstandigheden die daarmee te maken hebben. Ik zal dit debat voor volgende week inplannen met vier minuten spreektijd per fractie. Ik begrijp dat de voorkeur uitgaat naar vijf minuten spreektijd. Ik zal proberen of vijf minuten lukt. U kunt zich in ieder geval voor vijf minuten inschrijven. 

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Dan is het maar geïnformeerd, al is er niet om een brief gevraagd. De gesprekken moeten inderdaad via de commissie worden geregeld. 

Ik geef het woord aan de heer Fritsma van de PVV voor een verzoek. 

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. Ik wil een debat aanvragen met de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het falend beleid voor het uitzetten van illegalen. Ik doe dit verzoek naar aanleiding van een rapport van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken waaruit blijkt dat het kabinet hiervan nauwelijks werk maakt ondanks de beloften die het hierover heeft gedaan. Zo worden landen die niet meewerken aan het terugnemen van illegalen, daar vaak niet eens op aangesproken. Dit is een ernstige zaak. Vandaar dit verzoek. 

De voorzitter:

Verzoekt u ook om een reactie op het rapport? 

De heer Fritsma (PVV):

Inclusief een reactie vóór het debat, dat klopt. 

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor een reactie op het rapport en aansluitend een debat. 

De heer Oskam (CDA):

Steun voor het verzoek. 

De heer Recourt (PvdA):

Steun voor de reactie in de vorm van een brief, maar nog niet voor een debat. 

De heer Sjoerdsma (D66):

Steun voor de brief en steun voor een debat. Ik zou daarvoor ook graag de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking uitnodigen aangezien de bewindslieden gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor dit beleid. 

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Graag voorafgaand een brief met een reactie van het kabinet. Steun voor het verzoek om een debat. 

De heer Azmani (VVD):

Het is bij adviezen van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken gebruikelijk dat er een beleidsreactie komt. Laat die eerst naar de Kamer komen. Aan de hand daarvan kunnen wij bepalen wanneer en waar wij dit debat met elkaar zullen voeren. 

De voorzitter:

Er is op dit moment geen steun van de Kamer voor het houden van een plenair debat, in ieder geval geen meerderheidsdebat, over dit onderwerp. Er is wel brede steun voor de vraag om een reactie op het rapport. 

De heer Fritsma (PVV):

Ik hoop dat die reactie snel komt en dan sta ik na ontvangst daarvan hier waarschijnlijk weer. 

De voorzitter:

U bent altijd welkom. 

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Ik geef het woord aan de heer Ziengs van de VVD. 

De heer Ziengs (VVD):

Voorzitter. Enige tijd geleden heeft de VVD geconstateerd dat er een aanbesteding is uitgezet die werd geïnitieerd door het ministerie van OCW van mevrouw Bussemaker. Wij hebben geconstateerd dat er uiteindelijk een motie moest worden ingediend naar aanleiding van een algemeen overleg van de vaste commissie voor Economische Zaken. Die motie is met een zeer ruime meerderheid aangenomen. In de motie wordt de regering opgeroepen om een nieuwe aanbesteding uit te schrijven opdat ondernemers kunnen deelnemen aan een overheidsaanbesteding en er geen sprake zal zijn van inbesteding. 

De minister heeft ervoor gekozen om deze motie naast zich neer te leggen. Ik vraag namens onder andere de fractie van het CDA, in de persoon van mevrouw Mulder, en de fractie-Van Vliet een debat over deze kwestie met minister Bussemaker aan. Dit debat zou nog voor het reces moeten worden gevoerd. 

De voorzitter:

Ik moet wel een winstwaarschuwing afgeven bij dit verzoek. Op de agenda van volgende week staan al vier grote debatten: het gasdebat, het debat over de Voorjaarsnota, het debat over de Europese top en het debat dat zojuist is aangevraagd over de commissie-Hoekstra. Daarnaast zal er worden gesproken over flexkrachten en zullen er zo'n 50 VAO's zijn. Dus als de leden per se dit debat willen voeren, dan weten wij zeker dat het ergens in het midden van de nacht moet worden gepland. Ik begrijp dat de leden dit willen, maar wij vragen dan wel veel van het personeel van de Kamer. Ik snap dat u er voor de zomer over wilt spreken, maar dat is bijna onmogelijk in te plannen, hoewel ik begrijp dat u, als een motie niet uitgevoerd wordt, daar graag over wilt spreken. Maar het kan ook in een AO, waarna u altijd nog een VAO kunt aanvragen. De heer Fritsma stond er als eerste, dus hem geef ik nu het woord. 

De heer Fritsma (PVV):

De PVV steunt het verzoek. 

De heer Verhoeven (D66):

Voorzitter, ik begrijp heel goed wat u zegt en we hebben rekening te houden met het personeel. Maar het kan ook niet zo zijn dat de minister een motie niet uitvoert en dit erdoorheen drukt, en dat het argument dan is dat de Kamer niets kan doen omdat zij rekening moet houden met het personeel. Dat zegt u niet, voorzitter, maar dat is wel de klem waarin we zitten. Een spoed-AO is wat mij betreft een optie. Ik weet niet hoe de heer Ziengs daarover denkt. D66 heeft de motie destijds gesteund. Wij steunen het debat nu dus ook. Als er geen andere uitweg is, is het ook een optie om aan de minister te vragen om in ieder geval geen stappen te zetten tot wij erover kunnen spreken. Dat is wat mijn fractie betreft het minimale dat moet gebeuren. Er zijn dus meerdere mogelijkheden. Maar de druk van het reces en, terecht, het zeer hardwerkend personeel, mag niet de reden zijn dat een motie niet wordt uitgevoerd. 

De heer Jan Vos (PvdA):

Het is niet uit de toonzetting van de voorgaande spreker af te leiden, maar we spreken nu over scanstraten en het aan- of inbesteden daarvan. Ik denk dat het heel goed is om na het reces in een AO daarover een keer van gedachten te wisselen met het kabinet. 

De voorzitter:

We spreken ook over een niet uitgevoerde motie. 

De heer Van Nispen (SP):

De SP wil het verzoek wel steunen, maar wat ons betreft hoeft het niet per se komende week en ook niet per se plenair. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Wij steunen het verzoek. Het hoeft niet per se plenair volgende week; dat lijkt mij bijna onmogelijk als ik alle dingen bij elkaar optel. Ik wil wel dat het kabinet ondertussen geen onoverkomelijke dingen doet ... 

De voorzitter:

Dus dat het kabinet geen onomkeerbare stappen zet. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ja, zodat het in ieder geval in de geest van de motie handelt. 

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Het CDA heeft de motie van de VVD ook gesteund. Wij wensen ook dat er geen onomkeerbare stappen worden gezet. Dat moet wel een toezegging van de regering zijn, morgen voor 12.00 uur. Dan kan het wat ons betreft na het zomerreces. 

De heer Slob (ChristenUnie):

Daar sluit ik mij kortheidshalve bij aan. 

De heer Verhoeven (D66):

Voorzitter? 

De voorzitter:

Mijnheer Verhoeven, u bent al aan het woord geweest. Ik heb ook deze week een heel drukke agenda. Ik stel dus voor dat we tot een conclusie komen. Het is duidelijk dat u geen onomkeerbare stappen wilt. 

De heer Verhoeven (D66):

Maar er wordt ook over de toonzetting gesproken. 

De voorzitter:

Ja, maar iedereen daagt elkaar uit en dit is een regeling van werkzaamheden. Het woord is aan de heer Ziengs. 

De heer Ziengs (VVD):

Ik zie brede steun voor een debat. Ik begrijp dat de agenda voor volgende week enorm druk is. Het voorstel dat ter tafel kwam om een brief te laten uitgaan naar het ministerie met de vraag dat er geen onomkeerbare stappen gezet worden, kan een optie zijn om een en ander te garanderen. Het CDA doet het voorstel om dat morgen voor 12.00 uur middels een brief te laten bevestigen. Dat lijkt mij heel goed. Als dat zo geregeld kan worden, heb ik geen bezwaar tegen een debat na het reces. 

De voorzitter:

Ik stel vast dat een meerderheid van de Kamer aan de minister vraagt om een brief te sturen waarin zij toezegt geen onomkeerbare stappen te zetten op dit punt. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Er wordt verzocht dat de brief hier morgen voor 12.00 uur is. Tegen de heer Verhoeven zeg ik nog dat ik al heb aangegeven dat ik het een serieuze zaak vind als moties van de Kamer niet worden uitgevoerd. 

Ik geef het woord aan de heer Van Meenen van D66. 

De heer Van Meenen (D66):

Voorzitter. De Kamer is enkele maanden geleden akkoord gegaan om een plenair debat te houden over de rekentoets, naar aanleiding van de resultaten over vorig jaar. Dat zou nog voor de zomervakantie gebeuren, maar dit was in afwachting van een voortgangsrapportage. Ondanks herhaalde toezeggingen is die voortgangsrapportage er nog steeds niet. Ik begrijp dat er inmiddels opnieuw een toezegging is dat die vandaag nog komt, nu zelfs aan de Voorzitter zelf. Om die reden wil ik u vragen om het debat nu alsnog in te plannen. 

De heer Rog (CDA):

Steun voor het verzoek. 

De heer Van Veen (VVD):

Steun voor het verzoek om de brief op te sturen. Als de agenda druk is, kunnen wij ons voorstellen dat het in een AO wordt opgenomen. 

De heer Beertema (PVV):

Steun voor het verzoek. 

Mevrouw Leijten (SP):

Steun voor het verzoek. Als er een andere oplossing kan worden gevonden, dan is het aan de heer Van Meenen om die te vinden, maar omdat we eerder steun hebben gegeven aan dit plenaire debat, steunen we dit verzoek nu ook. 

Mevrouw Jadnanansing (PvdA):

Steun voor het verzoek. 

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek, maar gezien de drukke agenda zou het via de commissie kunnen. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Steun. 

De voorzitter:

Ik heb de heer Van Meenen ook niet horen zeggen dat het volgende week moet. 

De heer Van Meenen (D66):

Voor de zomer, dat was het verzoek. 

De voorzitter:

U zei: zo snel mogelijk. 

De heer Van Meenen (D66):

Dat was het oorspronkelijke verzoek. 

De voorzitter:

Ik ga proberen het in te plannen, maar volgende week kan dat echt niet. Wat ik wel kan inplannen, is een VAO. Dus als u er nog voor de zomer met elkaar over wilt spreken, dan kunt u volgende week een spoed-AO houden. Het spijt me dat ik deze boodschap aan u moet brengen. 

De heer Van Meenen (D66):

Dat begrijp ik. We hebben daar al even over gesproken. Het is erg belangrijk en ook in het belang van leerlingen en van docenten dat we dit nog voor het reces bespreken; het wordt dus, in overleg met de commissie, een spoed-AO. Kan ik dan nu alvast een vooraankondiging van een nog te houden VAO doen? 

De voorzitter:

Nee, dat kan nog niet maar ik heb het wel gehoord. 

De heer Van Meenen (D66):

Wat moet ik daar nu mee? 

De voorzitter:

Dat komt helemaal goed. 

Dan geef ik het woord aan de heer Van Gerven van de SP. 

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Ik sta hier deze week voor de derde keer. Het betreft het onderzoek naar baarmoederhalskanker en de mogelijke belangenverstrengeling daarbij van de heer Meijer. Er is vandaag verder nieuws, namelijk dat er onder de pathologen grote verdeeldheid is of dat onderzoek op deze wijze wel moet doorgaan. De minister heeft wel het ene onderzoek gestopt maar weigert het onderzoek naar baarmoederhalskanker te stoppen. Mijn verzoek is om vandaag nog hierover een debat te houden, zodat we ook moties kunnen indienen en daarover kunnen stemmen, omdat morgen door het RIVM de aanbesteding van de HPV-testen zal worden vergund, zoals wij hebben vernomen. Ik vind dat de Kamer daaraan voorafgaand met de minister moet spreken en een besluit moet nemen. 

De voorzitter:

Dat betekent eigenlijk dat u het dertigledendebat waarom u hebt verzocht wilt omzetten in een meerderheidsdebat, vandaag nog te plannen, inclusief stemmingen. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Steun. 

Mevrouw Wolbert (PvdA):

We hebben gisteren inderdaad om een brief gevraagd over dezelfde kwestie. Mijn suggestie zou zijn om in die brief een reactie te vragen op dit nieuwe feit, dus om dat feit mee te nemen in die reactie, en om tot die tijd geen onomkeerbare stappen te zetten; dat is wel van belang. 

De voorzitter:

Dat is de procedure die we net ook hebben gevolgd. Ik zie mevrouw Keijzer knikken dat ze het daarmee eens is. 

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Steun voor het debat, maar ik snap ook dat dat heel lastig wordt. We hebben vanmiddag ook nog een overleg met de minister. Ik kijk dus even naar de heer Van Gerven: kunnen we daar misschien iets doen? Maar dan moeten we nog rekening houden met een VAO, nog vandaag te houden, inclusief de stemmingen daarover. 

De voorzitter:

Dat is een heel ander voorstel, mevrouw Dijkstra. Betekent dit dat u geen steun geeft aan het verzoek van de heer Van Gerven of doet u dat wel? 

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Ik geef wel steun aan het verzoek van de heer Van Gerven. 

De heer De Lange (VVD):

Geen steun voor een debat op dit moment. Volgens mij is het springende punt of er onomkeerbare stappen worden gezet en moeten we eraan vasthouden om vragen te stellen in de brief. Het lijkt me wel goed om de zekerheid te krijgen dat er geen onomkeerbare stappen worden gezet voordat wij bij brief worden geïnformeerd. 

Mevrouw Agema (PVV):

Steun voor het verzoek van de heer Van Gerven, voor het verzoek van mevrouw Dijkstra alsook voor het verzoek om geen onomkeerbare stappen te zetten. 

De heer Slob (ChristenUnie):

Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Wolbert. Ik denk dat dat een heel zinvolle suggestie is om hier op een goede manier uit te komen. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ik ook. 

De voorzitter:

Dat betekent dat de meerderheid van de Kamer graag in een brief vastgelegd wil zien dat de minister geen onomkeerbare stappen zet. Waar gaat het AO van vandaag over? 

Mevrouw Wolbert (PvdA):

Over de NZa, maar mij gaat het om beide elementen. Ik wil graag in de brief, die toch al wordt geschreven, ook een reactie van de minister op dit geluid van de collega's. 

De voorzitter:

Precies. 

De heer Van Gerven (SP):

Ik wil een voorstel doen. Kunnen wij die brief voor 16.00 uur vandaag ontvangen? Het punt is of zij dat bevolkingsonderzoek nu al dan niet wil doorzetten. Als wij over vrijdag heen gaan en het dinsdag blijft, kunnen wij voor voldongen feiten worden gesteld. 

De voorzitter:

Ik heb daar een procesoplossing voor. Ik kan niet beloven dat die brief er voor 16.00 uur is. Dat kan wel in het verzoek staan. Wel kunt u een vooraankondiging doen van een vandaag nog te houden VAO, inclusief stemmingen, bij dit AO van vanmiddag. Dan kunt u de Kameruitspraak vastleggen. Dat kan als het ware boven de markt hangen. Ik hoop dat daarmee de minister voldoende genegen is om die onomkeerbare stappen voor de Kamer vast te leggen. Als de meerderheid van de Kamer daarom vraagt, weet zij dat dit ook zal gebeuren in de vorm van een motie. Ik probeer een beetje pragmatisch mee te denken, want de meerderheid van de Kamer wil niet vandaag een debat. 

De heer Van Gerven (SP):

Laten wij een vooraankondiging van dit VAO doen over dit onderwerp, inclusief vandaag te houden stemmingen. Als de minister aangeeft dat zij dit even parkeert, hoeft dat niet door te gaan. 

De voorzitter:

Juist. 

De heer Van Gerven (SP):

Laten wij dan afspreken dat dit VAO in ieder geval wordt gehouden als de minister niet vandaag per brief reageert. 

De voorzitter:

Voor dit verzoek om vandaag stemmingen te houden heb ik de steun van de meerderheid van de Kamer nodig. Daarover geef ik mevrouw Wolbert als eerste het woord. 

Mevrouw Wolbert (PvdA):

Dit is een ander voorstel. Ik begrijp dat u probeert om een oplossing te zoeken, maar de minister kan de toezegging om geen onomkeerbare stappen te zetten ook bijna per kerende post doen. Dan hoeven we niet de hele Kamer hier te gijzelen en kunnen wij het debat ook volgende week houden. 

De voorzitter:

Mevrouw Wolbert, ik probeer uit te leggen dat ik geen speciale bevoegdheden heb om de minister te dwingen om dat voor 16.00 uur aan de Kamer te laten weten. Als zij weet dat de Kamer nog de mogelijkheid heeft om daarover vandaag een motie in te dienen, heeft de Kamer voor zichzelf die bevoegdheid wel gecreëerd. 

Mevrouw Wolbert (PvdA):

Dan stel ik voor dat we beide doen. 

De voorzitter:

Dat is precies het voorstel. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Het is een klassevoorstel. Volgens mij is dit de meest praktische manier om dit te behandelen. 

De voorzitter:

Ik snap dat de mogelijkheid moet openblijven dat ook over de NZa moties worden ingediend. Daarvoor gaan wij een oplossing vinden. Dat zeg ik bij dezen ook toe. Er wordt nu boos naar me gekeken, maar we gaan daarvoor een oplossing vinden. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar de kabinet. 

Mijnheer Omtzigt, een rappel mag u aan de interruptiemicrofoon indienen. 

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Voor ik het rappel indien: nog niet alle woordvoerders voor Financiën zijn in de Kamer aanwezig. Ik voelde me daarom niet helemaal vrij om de spreektijden te amenderen die u voorstelde. De spreektijden voor de Voorjaarsnota zijn echter waarlijk royaal. U zou via de commissie voor Financiën kunnen toetsen of er behoefte is ... 

De voorzitter:

Nee, de regeling van werkzaamheden is de plek om dit vast te stellen. Dat heb ik ook gedaan. Ik heb daarvoor zelfs de hamer gehanteerd. Als u ons daarover de volgende keer van tevoren iets laat weten, dan hoor ik het graag, maar wij hebben het nu op deze manier geregeld. U wilde een rappel indienen. Ik nodig u uit om dat te doen. 

De heer Omtzigt (CDA):

Dan zou het behulpzaam zijn als de vaststellingen en dergelijke op de regeling van werkzaamheden staan. Ik hoorde dit pas voor het eerst op het moment dat u het uitsprak. Op dat moment polsen bij de collega's is iets aan de late kant. 

De voorzitter:

Het is genoteerd. Dan uw rappel. 

De heer Omtzigt (CDA):

Voor het debat over de Voorjaarsnota, dus voor aanstaande maandag 12.00 uur, zou ik graag antwoord willen hebben op de vragen van 8 juni over de eerste naheffing. Wij zijn ondertussen bij de derde naheffing beland. Voor dinsdag wil ik graag antwoord hebben op twee sets vragen over pensioenen. De eerste gaat over het pensioenfonds van de uitzendbranche, StiPP. De tweede betreft de AOW en gaat over de mensen die massaal hebben afgezien van het beroep bij de Sociale Verzekeringsbank tegen de korting op hun partnertoeslag. Die antwoorden ontvang ik graag voor dinsdag om 12.00 uur. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Hiermee is een einde gekomen aan de regeling van werkzaamheden. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven