Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor om aan de stemmingslijst van morgen toe te voegen de voordracht ter vervulling van een vacature in de Hoge Raad (31464). Bij de grondwetenquête van gisteren werd nog gevraagd wie de leden van de Hoge Raad voordraagt. Dat doet de Tweede Kamer dus.

Het woord is aan de heer Brinkman.

De heer Brinkman (PVV):

Voorzitter. Ik wil graag dat het verslag van het algemeen overleg over overlast en verloedering op de agenda wordt geplaatst.

De voorzitter:

Wij zullen dit punt toevoegen aan de agenda van volgende week.

Het woord is aan mevrouw Kraneveldt-van der Veen.

Mevrouw Kraneveldt-van der Veen (PvdA):

Voorzitter. Als voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken deel ik u mee dat de leden van mijn commissie graag plenair een debat willen voeren met de staatssecretaris van Economische Zaken. Ik verzoek om spreektijden van vier minuten. Het debat zal gaan over de brief van de staatssecretaris over het uitstel van de liberalisering van de postmarkt.

De voorzitter:

Wij zullen dit punt toevoegen aan de agenda zodra daarvoor ruimte is.

Het woord is aan de heer Pechtold.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Ik heb twee verzoeken. Het eerste gaat over de prospectus "Samen werken, samen leven"; u kent die nog wel. Toen de regering hiermee kwam, gaf zij aan dat zij hierop wilde worden aangesproken en afgerekend. Ik heb een blik kunnen werpen op de stukken die ons tot nu toe hebben bereikt. Daarbij zit geen systematisch overzicht van de 74 doelstellingen die in het beleidsprogramma werden verwoord. Daarom vraag ik de regering om vóór de start, morgenochtend, van het verantwoordingsdebat op systematische wijze de 74 punten en met name de voortgang in het eerste jaar inzichtelijk te maken. Ik heb dit ook al bij het vorige debat gevraagd.

De heer Wilders (PVV):

Voorzitter. Dit lijkt mij een uitstekend idee. Ik heb echter één amendement. Kan de regering dit overzicht niet morgen voorafgaand aan het debat, maar nog vanavond leveren?

De heer Van Beek (VVD):

Mijn fractie vindt dit een prima voorstel.

De voorzitter:

Het stenogram zal met de grootste spoed worden doorgeleid naar het kabinet.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Mijn tweede verzoek doe ik onder andere naar aanleiding van de kritiek van de president van de Rekenkamer van zojuist. Ik doel op de toename van het aantal ambtenaren met 3000. Dit zal mijns inziens centraal staan in wat morgen zal worden behandeld, afgezien van de uitgelekte informatie over de inhuur van externen. Daarom ontvang ik graag een brief van de minister van Binnenlandse Zaken waarin deze omvangrijke groei van het aantal ambtenaren, naast de inhuur van externen, in het eerste jaar van dit kabinet wordt gespecificeerd. Ik zou graag zien dat dit enigszins systematisch in beeld wordt gebracht.

De voorzitter:

Wij zullen ook het stenogram van dit gedeelte van de vergadering met spoed doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Jasper van Dijk.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter. Mede namens de fracties van de VVD, GroenLinks en D66 wil ik een spoeddebat aanvragen over de brief van 25 april jongstleden van staatssecretaris Van Bijsterveldt-Vliegenthart over de commissie Onderwijstijd (31289, nr. 35). In die brief staat een voorstel voor de 1040 urennorm. Een van de eisen aan het onderzoek is dat de uitkomst niet mag zijn dat deze urennorm meer geld kost. Dit vinden wij niet acceptabel.

De heer Jan Jacob van Dijk (CDA):

Ik kan ook tellen. Hierover hebben wij het net gehad. Ik vind het echter heel merkwaardig. Het gaat om een brief van 25 april 2008. Nu, vier weken nadien, komt de heer Jasper van Dijk met het verzoek om een spoeddebat terwijl de brief geagendeerd staat voor de procedurevergadering van morgen. Had hij niet kunnen wachten tot morgen en de zaak daar alsnog aan de orde kunnen stellen, zodat wij een algemeen overleg over dit onderwerp hadden kunnen hebben en niet de plenaire agenda hiermee hadden moeten belasten?

De heer Van der Vlies (SGP):

Ik sluit mij hierbij aan.

De heer Dibi (GroenLinks):

Het doel van het onderzoek was om de bekostiging tegen het licht te houden. Als je wilt dat scholen 1040 uur les geven, moet je deze uren ook bekostigen.

De voorzitter:

Het voorstel werd namens u gedaan, mijnheer Dibi.

De heer Dibi (GroenLinks):

Dat klopt, maar wij willen meteen een motie indienen om dit ongedaan te maken. Vandaar dat er spoed achter dit verzoek zit. Daarom is er ook een spoeddebat aangevraagd.

De heer Pechtold (D66):

Het voorstel is ook mede namens mij gedaan. De CDA-fractie probeert ons weer de kant van de procedures op te sturen. De staatssecretaris was eens een keer heel erg helder. Een en ander gaat recht in tegen hetgeen tot nu toe besproken is; dus spoed bij dit debat.

Mevrouw Kraneveldt-van der Veen (PvdA):

Ik ben niet tegen een debat over de dingen die de heer Van Dijk heeft ingebracht, maar om nu deze week een spoeddebat te houden... De commissie loopt niet weg. Als de Kamer zou willen dat de commissie over meer dingen uitspraken mag doen dan wellicht in de opdracht staan, kan de commissie dat alsnog doen. Waarom houden wij het debat niet gewoon volgende week in plaats van deze week?

De voorzitter:

Deze week lukt een spoeddebat niet meer, dat wordt toch volgende week. Dat is het punt dus niet. Mijnheer Van Dijk, u hebt 30 leden en daarmee steun voor een spoeddebat.

De heer Jan Jacob van Dijk (CDA):

Als het deze week dan toch niet lukt, wil ik de heer Jasper van Dijk suggereren om er een spoed-AO van te maken. Wellicht kan hij op deze wijze eerder een debat krijgen. Waarom moet het debat per se op de plenaire agenda?

De heer Jasper van Dijk (SP):

Zoals de heer Dibi al zei, is het voor ons glashelder dat de commissie niet op deze manier aan de slag moet gaan. Hierover willen wij een motie indienen. De commissie wordt in mei geïnstalleerd en dat is nu. Wij moeten er dus snel bij zijn. Ik houd mijn voorstel dan ook aan.

De voorzitter:

De heer Jasper van Dijk heeft een meerderheid. De spreektijd zal drie minuten bedragen.

Het woord is aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Vlak voor het voorjaarsreces heeft de Kamer de motie-Omtzigt/Weekers aangenomen. Het doel van deze motie was dat de aanbevelingen van de commissie-Frijns aangewezen zouden worden als na te leven regels. Specifiek werd beoogd dat, als een bedrijf van eigenaar wisselt en er bonussen zijn, de aandeelhouder dat weet. Nu is de minister van Financiën hier ook van overtuigd sinds hij in de zaak van Connexxion niet wist dat er sprake van een bonus was. Wij zouden graag willen weten – wij doen dit rappel voor de tweede keer – hoe deze motie uitgevoerd gaat worden. Wij willen de minister van Financiën vragen of wij deze brief uiterlijk dinsdag om 12.00 uur mogen ontvangen.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van Hijum.

De heer Van Hijum (CDA):

Voorzitter. Mede namens de fracties van de SP en de PvdA zou ik graag een brief willen vragen aan staatssecretaris Van Bijsterveldt en minister Donner over de uitvoering van de motie over de zogenaamde REA-instituten. Er is een motie ingediend over de toekomstige financiering en de vormgeving ervan met het verzoek om vóór 1 mei 2008 met voorstellen te komen. Deze hebben de Kamer nog niet bereikt.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven