Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 november 2007 over AWACS en de NAVO-vliegbasis Geilenkirchen.

De heer De Wit (SP):

Mevrouw de voorzitter. Op 20 november jongstleden heeft de vaste Kamercommissie met de minister van VROM en de staatssecretaris van Defensie over de geluidsoverlast gedebatteerd die wordt veroorzaakt door AWACS-vliegtuigen in de omgeving van Onderbanken, Zuid-Limburg. Ons is opgevallen dat de minister van VROM een standpunt heeft dat duidelijk afwijkt van dat van het vorige kabinet. Het kabinet zet in op het terugbrengen van de geluidsoverlast die die vliegtuigen veroorzaken.

Ik verzoek de minister om binnen de NAVO de grootst mogelijke druk uit te oefenen. Ik dien een motie in om duidelijk te maken dat de Kamer dit onderwerp serieus neemt en dat de Binnenvliegregeling van kracht moet worden indien er in maart 2008 geen oplossing voorhanden is. Ik dien de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat Nederland sinds 1996 aandringt op vervanging van de verouderde motoren van de AWACS-vliegtuigen in verband met hun hoge geluidsproductie en kerosine-uitstoot;

overwegende dat de Noord-Atlantische Verdragorganisatie (NAVO) om met name financiële redenen de vervanging van deze motoren steeds uitstelt;

overwegende dat de NAVO in maart 2008 beslist over het vervangen van bedoelde motoren;

verzoekt de regering, bij het uitblijven van de beslissing in maart 2008, die uitzicht biedt op vervanging van de motoren binnen een redelijke tijd, op de kortst mogelijke termijn op grond van artikel 1, tweede lid, van de NAVO Binnenvliegregeling – behoudens crisissituaties – voorwaarden te stellen aan het vliegen met AWACS-vliegtuigen boven Nederlands grondgebied, waardoor de overlast zal afnemen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden De Wit, Samsom, Duyvendak, Madlener en Ouwehand.

Zij krijgt nr. 71(31200 XI).

Staatssecretaris Van der Knaap:

Mevrouw de voorzitter. Wij hebben met enige regelmaat over dit onderwerp van gedachten gewisseld. Het is dus een herhaling van zetten. Het is de Kamer bekend dat het kabinet absoluut niet akkoord kan gaan met deze motie. De Kamer stelt voor om iets te doen aan de Binnenvliegregeling indien er in maart 2008 geen oplossing is. Het kabinet gaat daarmee niet akkoord. Ik heb de redenen daarvoor aangegeven en zeg nogmaals dat Nederland op basis van reciprociteit de mogelijkheid krijgt om binnen het NAVO-gebied met zijn vliegtuigen te vliegen. Als wij de NAVO ten aanzien van de AWACS-vliegtuigen eenzijdig maatregelen opleggen, zal dat ook daarvoor gevolgen hebben.

AWACS-vliegtuigen spelen een essentiële rol op het terrein van de veiligheid. Ik vind het onverantwoordelijk om in deze tijd te verbieden dat die vliegtuigen over ons grondgebied vliegen. Wij hebben frequent over dit onderwerp van gedachten gewisseld. Ook heb ik de argumenten opgesomd in de brief die op 7 februari jongstleden aan de Kamer is gezonden. Aan het begin van dit jaar heb ik de Kamer nogmaals nadrukkelijk gezegd dat het kabinet niet met haar voorstel akkoord zal gaan. Ik laat het hierbij en ontraad de Kamer om de motie aan te nemen.

De heer De Wit (SP):

Begrijp ik het goed dat de staatssecretaris zegt dat de motie voor het kabinet onaanvaardbaar is?

Staatssecretaris Van der Knaap:

Ja.

De heer De Wit (SP):

De vraag is dan of de staatssecretaris al weet wat de consequenties voor het kabinet zijn als de Kamer de motie toch aanneemt.

Staatssecretaris Van der Knaap:

Dan zullen het kabinet en ik ons erover beraden wat de gevolgen zijn.

De heer Madlener (PVV):

De staatssecretaris negeert dus het signaal uit de Kamer volledig, en geeft nu al het onderhandelingsresultaat weg aan de onderhandelingspartners van de NAVO door te zeggen dat hij het toch niet doet. Dat vind ik zeer onverstandig.

Staatssecretaris Van der Knaap:

De heer Madlener zou een punt hebben als ik daar niet tevoren al vaker met de Kamer over van gedachten had gewisseld. De Kamer kon niet anders verwachten dan dat ik dit standpunt zou innemen.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Ik was wat vermoeid en zat wat te dutten na de behandeling van de begroting van Verkeer en Waterstaat, maar ik schrik nu wakker. Als een kabinet het onaanvaardbaar over een motie uitspreekt, betekent dat dat het kabinet of de bewindspersoon zich gaat beraden over de eigen positie als de motie wordt aangenomen.

Staatssecretaris Van der Knaap:

Het kabinet zal zich zeker gaan beraden over de consequenties van aanvaarding van deze motie door de Kamer. Ik raad u aan daarop te wachten.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Toch even wat preciezer. Het onaanvaardbaar uitspreken betekent niet alleen dat het kabinet zich gaat beraden over wat te doen met de motie, het betekent automatisch dat de staatssecretaris zijn eigen positie en die van het kabinet in het geding brengt als hij dat uitspreekt. Ik weet wel dat de staatssecretaris op het punt staat te vertrekken, maar zo gemakkelijk kan dit niet worden afgedaan, want de staatssecretaris krijgt natuurlijk ook weer een opvolger.

Staatssecretaris Van der Knaap:

Ik raad u toch aan eerst de gang van zaken af te wachten. Het parlement moet de motie eerst aannemen. Daar wordt kond van gedaan aan het kabinet, en dan krijgt de Kamer daar een reactie op.

De voorzitter:

Wij vinden het altijd prettig als het kabinet helder is in wat het van een motie vindt.

De beraadslaging wordt gesloten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven