Aan de orde is het debat over de lijst van controversiële onderwerpen (28383, nr. 1).

De beraadslaging wordt geopend.

De heer Van der Knaap (CDA):

Mijnheer de voorzitter. Ik wil alleen een procedureel punt aan de orde te stellen: moeten wij op dit moment deze lijst vaststellen of geven wij de vaste commissies nog de gelegenheid om over een aantal onderwerpen verder van gedachten te wisselen? De procedure tot nu toe was dat niet de fractiesecretarissen over de lijst van gedachten hebben gewisseld, maar dat dit werd overgelaten aan de vaste commissies. Ik concludeer dat die commissies nog niet klaar zijn en dat er nog een aantal bespreekpunten resteert. Het lijkt mij niet wenselijk dat wij die discussie hier in de plenaire zaal voeren. Ik wil graag volgende week de conclusie kunnen trekken nadat wederom in de vaste commissies over deze lijst van gedachten is gewisseld.

De voorzitter:

De overige sprekers kunnen uiteraard al dan niet ingaan op dit procedurele voorstel van de heer Van der Knaap. Het woord is aan mevrouw Van Gent.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. De GroenLinksfractie heeft zich afgevraagd wat nu de precies de criteria zijn om onderwerpen controversieel te verklaren. Dat is en was natuurlijk belangrijk, ook toen wij vorige week donderdag de procedurevergaderingen ingingen. Het slagveld van die procedurevergaderingen overziend, trekken wij de conclusie dat enerzijds opportunisme en anderzijds kansberekening mede een rol hebben gespeeld bij wat nu wel en niet controversieel moet worden verklaard. Dat zou je strategie en tactiek kunnen noemen. Er wordt zoveel controversieel verklaard, dat het bijna lijkt alsof niet de regering maar de pasgekozen Kamer demissionair is. Je zou ook bijna kunnen zeggen dat een vervroegd zomerreces intreedt. Wij vragen ons echt af of dat nu een "mooi" beeld van de politiek geeft. De controlerende taak van de Kamer mag in onze ogen niet worden verwaarloosd. Als wij nu zoveel controversieel verklaren, zijn die controlerende taak en ook de voortgang van allerlei onderwerpen eigenlijk nihil, althans als het gaat om de rol van de Kamer. Je zou je zelfs kunnen afvragen wie nu nog het land bestuurt. Het halve demissionaire kabinet zit in de Kamer; het verwisselt af en toe van zetels als er gestemd moet worden. Drie mannen onder leiding van Donner en hun helpers zijn bezig met coalitiebesprekingen. Zijn zij dan degenen die op dit moment het land besturen? De voorbereiding van de begroting gaat gewoon door, maar wij hebben het hier verder nergens meer over. Of willen de coalitiebesprekers de handjes vrijhouden? Is het dan weer zo dat in de achterkamers van de coalitiebesprekingen van alles en nog wat gebeurt en dat de Kamer zichzelf buitenspel zet, terwijl juist daar toch de discussies zouden moeten plaatsvinden? Wij vinden het ook raar en onzinnig dat veel dingen controversieel zijn verklaard. Wij kunnen natuurlijk ook tellen. Wij hebben net ook bij de stemmingen gezien dat de verhoudingen toch wat anders liggen. Dan kun je natuurlijk gewoon onderwerpen bespreken. Als het dan uiteindelijk op stemming aankomt, zal wel blijken hoe het uiteindelijk wordt afgehandeld. Dat is geen reden om bij voorbaat te zeggen dat de onderwerpen allemaal controversieel zijn. Het lijkt er een beetje op dat de meerderheid van de Kamer er zelf voor kiest om zichzelf de mond te gaan snoeren. De GroenLinksfractie voelt daar niets voor.

Ik haal nog een paar punten uit die lijst van controversiële onderwerpen, bijvoorbeeld de Vijfde nota ruimtelijke ordening. Als je de persberichten en de berichten in de krant moet geloven, dan wordt die Vijfde nota in de betonmolen gegooid. In plaats van een groene grens krijgen wij nu toch een beetje de grijze vlakte. Er kan toch gewoon over de amenderende moties gestemd worden? Als dat gedaan wordt, zal wel blijken hoe de verhoudingen liggen. Bovendien worden de provincies en de gemeenten, waarmee al veel overleg is gevoerd over de Vijfde nota en de invulling ervan, nu een beetje in de kou gezet. Wij vinden dat zij enige zekerheid moeten krijgen over wat er verder gaat gebeuren. Ik vraag met name aan de fracties van het CDA en de LPF hoe zij dit zien en of zij het bestuurlijk fatsoenlijk vinden dat wij de Vijfde nota gewoon in de prullenbak gooien. Hoe kunnen wij dat uitleggen aan de lagere overheden die met de Vijfde nota moeten gaan werken?

Over de PKB Waddenzee moet de finale ronde nog plaatsvinden. Over de amenderende moties is al gestemd, maar nu moet dit opeens controversieel verklaard worden. Waarom wordt dit debat niet afgemaakt? Het komt nu op het bordje van het nieuwe kabinet te liggen, hetgeen volgens de pers interessant moet zijn. De VVD wil boren, om het zo maar kort door de bocht te noemen. De LPF neigt naar boren, maar weet het nog niet zeker en neemt dus een middenpositie in. Het CDA wilde tot nu toe niet boren. Ik denk dus dat wij dit debat gewoon moeten gaan voeren, tenzij men hierover een deal wil sluiten in de achterkamertjes van de coalitiebesprekingen. Dat zouden wij echter een heel slechte zaak vinden. Daarom doe ik wederom een beroep op de fracties van het CDA en de LPF om een en ander in het openbaar in de Kamer te bespreken.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Mevrouw Van Gent wekt de indruk dat de Kamer zichzelf monddood maakt door allerlei onderwerpen controversieel te verklaren ofte wel door uit te spreken dat het niet aangewezen is om die onderwerpen met een demissionair kabinet te bespreken. Ze hekelt die situatie nogal. Daarom wil ik weten hoe ik dit moet rijmen met de opstelling van haar fractiegenoten in de verschillende procedurevergaderingen waar ik bij ben geweest. De fractie van GroenLinks heeft daar allerlei onderwerpen die zij liever niet met dit kabinet wil bespreken, aangedragen om controversieel te verklaren. Ik begrijp dat niet goed.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik heb net een paar onderwerpen genoemd waarvan de behandeling al ver gevorderd is. Verder lijkt het mij interessant om te horen wat de nieuwe fracties in de Kamer vinden van de positie van de Eerste Kamer. Schiphol wordt niet controversieel verklaard, maar dat is natuurlijk politiek ingegeven. Dat is een onderwerp dat absoluut controversieel is, omdat de terzake voorliggende AMvB zeer inhoudelijk en bepalend is. In de procedurevergaderingen hebben wij gezegd dat wij willen weten wat de consequenties voor de lagere overheden zijn, als er nu geen besluitvorming plaatsvindt over zaken als de Vijfde nota en de PKB Waddenzee. Het slagveld van alle procedurevergaderingen die afgelopen donderdag hebben plaatsgevonden, overziende, valt het de GroenLinksfractie op dat de lijst van controversiële onderwerpen heel lang is, maar dat er geen heldere lijn in is aan te brengen waarom die onderwerpen controversieel worden verklaard.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Ik ben het met u eens dat het wat moeilijk is om uit te leggen dat onze agenda wat leeg raakt door die lange lijst met controversiële onderwerpen. Die lijst is echter zo lang doordat hiervoor door de verschillende fracties, ook die van u, onderwerpen aangemeld zijn. Ik formuleer het bewust algemeen. Het is evenwel wat gemakkelijk om alleen naar andere fracties te wijzen, als u zegt dat de Kamer zichzelf monddood maakt, en niet te spreken over de onderwerpen die volgens uw fractie controversieel moeten worden verklaard.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Dat kunt u gemakkelijk vinden. Ik ben wel blij dat u het met mij eens bent dat de lijst heel lang is en dat de Kamer zichzelf eigenlijk monddood maakt. Ik handhaaf de stelling dat wij over talloze onderwerpen heel goed kunnen debatteren, zeker omdat sommige zaken al in de eindfase verkeren. Het land moet namelijk wel bestuurd worden. Verder sta ik eigenlijk te trappelen om met de nieuwe fracties in de Kamer een inhoudelijke discussie te voeren over onder meer de onderwerpen die ik zo-even noemde. Ook op onderwijsgebied spelen allerlei dingen een rol, en verder denk ik aan verstedelijkingsafspraken. De steden moeten natuurlijk wel weten, waar zij aan toe zijn. Ik kan mij voorstellen dat het heel vervelend is als zij daartoe niet in staat zijn. Ook hierbij wil ik een beroep doen op LPF en CDA om de consequenties van het op de lange baan schuiven van dat soort zaken nog eens heel goed te overdenken.

De Kamer moet in onze ogen gewoon haar werk doen. De nieuwe vormen en gedachten die nu een beetje optreden, door een enorme lijst onderwerpen controversieel te verklaren, spreken de GroenLinksfractie absoluut niet aan. Besturen hoort niet thuis in een achterkamer, maar in de Tweede Kamer.

De voorzitter:

Voor de goede orde merk ik op dat de lijst van controversiële onderwerpen uiteraard wetsvoorstellen en in handen gestelde nota's bevat, maar ook een aantal onderwerpen die meer ter kennisneming vanuit de vaste commissies aan de plenaire vergadering worden voorgelegd. Daarbij gaat het met name om algemene overleggen, waarover wij natuurlijk niet in de plenaire vergadering beslissen, want dat is een zaak van de vaste commissies.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Voorzitter. Het is wellicht verstandig, het voorstel van de heer Van der Knaap van het CDA te volgen en niet vandaag een ultieme beslissing te nemen over datgene, wat controversieel moet worden verklaard, en wat niet. Aan de hand van ten minste twee voorbeelden kan ik uitleggen, waarom dat onverstandig zou zijn. Deze lijst bevat namelijk een aantal potentiële ongelukken.

Onder het kopje VROM wordt wetsvoorstel 28230 genoemd, het wetsvoorstel tot instelling van de Raad voor de Wadden. Ik kan mij voorstellen dat bij sommige fracties nog moet worden gedacht over de vraag, of er al of niet moet worden geboord. Wij hopen uiteraard op het laatste. Maar ondertussen is er de Waddenadviesraad, dat het enige orgaan is dat gebiedsgericht en integraal adviseert over de PKB inzake de Derde nota Waddenzee. Het genoemde wetsvoorstel regelt dat de Waddenadviesraad opnieuw zijn werk kan doen en advies kan geven. Als dat controversieel wordt verklaard, treedt datgene wat in de media circuleert over het monddood maken van maatschappelijke organisaties op het terrein van milieu en natuurbeheer, vandaag al in werking. Daarvan is mijn fractie een fel tegenstander. Wij vinden derhalve dat dit onderwerp niet controversieel verklaard moet worden en hopen dat we met een week tijd alle fracties daarvan kunnen overtuigen.

Een tweede voorbeeld – BuZa 02-172, de brief van de ministers voor Ontwikkelingssamenwerking en van LNV en EZ, ten geleide van de Notitie Europese handelsbelemmeringen en ontwikkelingslanden – betreft de handelspolitiek en de coherentie. Ook daar is onduidelijk, wat de vaste commissie van Buitenlandse Zaken in al haar wijsheid precies heeft besloten. Over de uitvoering van dit beleid moet natuurlijk met een nieuw kabinet verder worden gesproken. Maar dat is niet hetzelfde als het controversieel verklaren van dit onderwerp. Om een aantal redenen zou het heel onverstandig zijn om dat te doen. Ook daarvan vindt mijn fractie dat even moet worden nagedacht, voordat wordt gehandeld. Ik kan mij voorstellen dat ook andere woordvoerders met een stofkam zaken uit de lijst halen. Misschien komen we dan tegemoet aan de gedachte dat we hier niet alleen maar zitten te wachten op uitstel van executie, maar dat we gewoon ons werk doen. Dan kunnen we onze agenda een beetje vullen en heeft heel Nederland het idee dat er nog wat gebeurt in de Tweede Kamer.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik denk niet dat Nederland moet denken dat hier iets gebeurt, er moet hier ook echt iets gebeuren! Dan wordt dat vanzelf wel duidelijk. Het probleem van controversiële onderwerpen is dat het per definitie een politieke vraag is, of iets wel of niet controversieel wordt verklaard. Je kunt daarvoor allerlei criteria stellen, maar het blijft hoe dan ook een politieke afweging. Mijn fractie heeft daarom vooral bezien welke zaken tot problemen leiden of van welke zaken de voortgang in gevaar komt als de Kamer die niet behandelt. Vorige sprekers hebben daarvan al enkele voorbeelden genoemd. Ik wil ook één voorbeeld noemen: een debat over externe veiligheid dat zou plaatsvinden in de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over externe veiligheid. Ik vind veiligheid een voorbeeld van een onderwerp dat niet afhankelijk is van het vormen van een kabinet. Veiligheid in een wijk of een omgeving is altijd van cruciaal belang, ongeacht wat er in dit huis plaatsvindt aan politieke processen en regeringsvorming. Ik roep de Kamer derhalve op om het debat over externe veiligheid wel te houden. Veiligheidssituaties kunnen immers niet wachten op coalitievorming. Ik geef twee voorbeelden van zaken die in dat debat aan de orde zouden komen. Het eerste voorbeeld is DSM in Geleen. Het is nog steeds onduidelijk of dit een situatie is die gevaar oplevert voor de mensen die daar vlakbij wonen. De SP-fractie vindt dat de discussie daarover snel moet plaatsvinden. Hetzelfde geldt voor de onveiligheid van de chloortransporten. De Kamer mag de behandeling van dergelijke onderwerpen niet laten afhangen van de politieke afweging of er grote verschillen van opvatting tussen de fracties bestaan; het debat daarover moet gewoon gevoerd worden.

Er staan wel meer zaken op de lijst van controversiële onderwerpen waarvan nu niet helemaal is te overzien of die, gelet op maatschappelijke ontwikkelingen, controversieel zullen blijven. Ik kom daarmee bij het voorstel van de CDA-fractie. De SP-fractie is voorstander van de lijn waarbij de lijst van controversiële onderwerpen een principelijst wordt. Elke fractie kan vervolgens te allen tijde een voorstel doen om daarvan af te wijken, wanneer de maatschappij of de omstandigheden daarom vragen.

Ik denk niet dat de Kamer zich monddood zou moeten laten maken omdat zij met een demissionair kabinet en een coalitievorming te maken heeft. Als de maatschappelijke omstandigheden daarom vragen, moet op elk moment hier een debat kunnen worden gevoerd. Met mijn interpellatieverzoek over de vermijdbare sterfte heb ik eerder vandaag een voorbeeld gegeven van zo'n debat dat hier absoluut gevoerd moet worden. Of er nu nog sprake is van een coalitievorming of niet!

Mevrouw Giskes (D66):

Voorzitter. Ik probeer de redenering van mevrouw Kant te volgen. Zij voert aan dat er rustig over bepaalde onderwerpen kan worden gesproken omdat daarover eigenlijk geen politiek verschil van mening bestaat. Maar waarom hebben wij het er dan überhaupt over? Waarom doen wij het dan niet gewoon?

Mevrouw Kant (SP):

Er kunnen wel politieke meningsverschillen zijn over de oplossingen die in bepaalde omstandigheden noodzakelijk zijn, maar er volgens mij geen verschil van mening over de noodzaak van een debat over de problematiek van onveilige situaties. Natuurlijk denken partijen wel verschillend over de oplossing van het probleem.

Mevrouw Giskes (D66):

Maar daar gaat het dan natuurlijk uiteindelijk in de debatten om. Het zou een leuk onderscheid zijn, maar ik denk dat mevrouw Kant er niet mee komt.

Mevrouw Kant (SP):

Ik heb wellicht enige onduidelijkheid gecreëerd over mijn motief om dat specifieke debat te laten doorgaan. In elk debat zijn er natuurlijk politieke meningsverschillen. Dat is altijd zo. Ik heb alleen gezegd dat er geen politiek meningsverschil zou mogen zijn over de vraag of een debat over veiligheid wel of niet zou moeten plaatsvinden. Als er ongerustheid onder de bevolking bestaat, zou zo'n debat in mijn ogen altijd moeten plaatsvinden. Ik neem aan dat hierover geen politiek verschil van mening bestaat. Over de inhoud van zo'n debat zal vast en zeker wel verschil van mening bestaan. Ik heb slechts willen aangeven waarom dat debat in ieder geval doorgang zou moeten vinden.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik herken wel iets van de verwarring en het verschil in interpretatie van het begrip "controversialiteit" als het gaat om de vraag, wat wij wel en niet nog kunnen behandelen. Dat is ook vorige week al hier en daar gebleken. Voor onze fractie is er in ieder geval een heel belangrijk criterium: iets is controversieel als redelijkerwijs kan worden ingeschat dat een beleidswijziging in een wetsvoorstel wordt aangekondigd of dat een nieuw kabinet waarschijnlijk voor een andere koers zal kiezen. Na gewijzigde politieke verhoudingen moet er met een demissionair kabinet niet tot ingrijpende nieuwe stappen worden gekomen. Dat is voor ons een belangrijk criterium bij het controversieel verklaren van bepaalde onderwerpen, zodat een nieuw kabinet straks niet wordt geconfronteerd met voldongen feiten terwijl de politieke verhoudingen al gewijzigd waren. Dat is uiteraard een politieke inschatting die iedere fractie zal moeten maken. Ik heb geen inzicht in de overwegingen die de verschillende fracties daarvoor hebben, maar daar heeft iedere fractie vast goede motieven voor. Het resultaat zal soms tot bevrediging stemmen en een andere keer tot droefenis. In ieder geval heeft het bij wetgeving niets te maken met het uit handen geven van de controlerende functie van het parlement of het monddood maken. Je zou zelfs kunnen zeggen dat het een vorm van ultieme controle is omdat de Tweede Kamer het demissionaire kabinet belet om het beleid nog te wijzigen of nieuwe stappen te zetten. Eerlijk gezegd vind ik dit de ultieme controle door de Tweede Kamer en dan is de controle niet nihil, zoals mevrouw Van Gent zei.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Dat kun je inderdaad de ultieme controle noemen. Het gaat mij erom dat wij nog nauwelijks iets doen. Er is inderdaad politiek bepaald wat controversieel is. Mijn stelling is dat wij een aantal onderwerpen nog wel degelijk kunnen bespreken. Het is waar dat de verhoudingen in de Kamer anders liggen, maar ik ben ook benieuwd wat de nieuwe fracties van bepaalde onderwerpen vinden. Er is soms een heel rare scheiding tussen de onderwerpen die wel en niet controversieel zijn. Echt zakelijk is die scheiding niet te maken. Daarom wordt bijna alles controversieel genoemd.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Ik snap dat gevoel wel, maar mijn opmerking was er vooral op gericht om duidelijk te maken dat er voorbeelden zijn te vinden waarvan uw fractie vindt dat wij het niet moeten doen, omdat u goede hoop hebt dat het nieuwe kabinet met andere maatregelen komt. U denkt dat de nieuwe fracties daar misschien interessante opvattingen over hebben. Wij moeten zuiver zijn in het formuleren van de criteria. Nogmaals, de ene keer zal het tot tevredenheid stemmen en de andere keer zal het tot een teleurstelling leiden. De onderwerpen zullen al gauw verschillen, afhankelijk van de politieke stellingname over die onderwerpen. Dat is nu eenmaal ons bedrijf. Het heeft te maken met een politieke inschatting.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Die politieke inschatting wil ik graag nu al maken. De Tweede Kamer is ervoor om debatten te voeren. De stemverhoudingen zijn anders. Ik zou het prettig vinden als wij nu al zouden horen wat de nieuwe fracties in deze Kamer over een aantal belangrijke onderwerpen vinden. Ik ben erg benieuwd wat zij daarvan vinden. Ik vind het belangrijk dat wij hier in alle openbaarheid debatteren en dat het niet in de achterkamertjes gebeurt.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Van die uitdrukking over de achterkamertjes krijg ik een beetje de kriebels. Ik loop hier al zestien jaar rond, hoewel niet al die tijd als Kamerlid, en ik ben benieuwd wie mij precies kan wijzen waar die achterkamertjes zich bevinden. Ik ken ze nog niet.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Daar mag u niet komen.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Ik neem aan dat het pleidooi van mevrouw Van Gent ook betrekking heeft op de onderwerpen waarvan de GroenLinksfractie vond dat ze echt niet behandeld konden worden. Ik ga ervan uit dat zij die nu ook wil inbrengen in het debat, maar daar heb ik haar fractiegenoten nog niet voor horen pleiten.

Voorzitter. Mijn laatste opmerking betreft de vraag van collega Van der Knaap om volgende week pas een besluit te nemen omdat een aantal commissies nog niet helemaal gereed is met het werk. Ik zal mij daar niet tegen verzetten. Ik vind wel dat wij al bij de Regeling van werkzaamheden hadden moeten zeggen dat wij dit debat niet nu, maar volgende week doen. Nu is er volgende week weer een heropening van dit debat, maar ik heb er geen bezwaar tegen.

De heer Van der Vlies (SGP):

Mijnheer de voorzitter. Natuurlijk is de vraag of een onderwerp controversieel te achten is een politieke vraag. Zo wordt die vraag ook tegemoet getreden en van een antwoord voorzien. In de loop der tijd is er wel sprake geweest van enkele verschuivingen. In het verleden werd stelselmatig alles controversieel verklaard. In 1994 en in 1998 zijn wij daarover in discussie geraakt en toen hebben wij gezegd dat daar kritischer naar gekeken zou moeten worden. De vraag is of alles categorisch controversieel moet worden verklaard omwille van het feit dat het kabinet in demissionaire status is.

Daarbij gaat het erom dat een kabinet niet over het graf heen gaat regeren. Er kan ook niet vooruitgelopen worden op het hoogstwaarschijnlijk te voeren beleid van een nieuw kabinet. In het parlementaire debat tussen Kamer en vak K ten derde, bestaat er geen ultiem machtsmiddel meer. Wij hebben immers te maken met een demissionair kabinet. En dat niet alleen omdat er reguliere verkiezingen zijn gehouden, maar wij hebben ook van doen met een kabinet dat is gevallen en het mandaat zelf uit handen heeft gelegd. Het kabinet is als het ware dubbel demissionair. Dit zal staatsrechtelijk wel geen juiste benaming zijn, maar ik wil aangeven dat er twee redenen zijn waarom wij te maken hebben met een demissionair kabinet.

Waar ligt het probleem? Wij hebben een Kamer in volle rechte en een kabinet dat in een heel andere positie verkeert. Daarom zullen wij de portefeuille van wetsvoorstellen, nota's en algemeen overleggen die waren voorzien, nauwgezet moeten doornemen. Naar onze mening hebben ook minderheden daarbij een stem. Juist in deze kwestie vind ik dat een principieel punt. Wij hebben de meeste debatten in de commissievergaderingen bij kunnen wonen en zijn niet gestuit op problemen. De huidige lijst kan wat ons betreft worden vastgesteld, maar wij zullen ons uiteraard niet verzetten tegen het verzoek van enkele fracties om deze vaststelling nog een week uit te stellen.

Ik wil mij aansluiten bij mevrouw Van Gent die terecht sprak over de consequenties van het op het allerlaatste moment uitstellen van de stemmingen over de 84 à 85 moties inzake de Vijfde nota ruimtelijke ordening. Ook ons bereiken hardnekkige signalen dat op het niveau van provincies en andere overheden geanticipeerd is, wordt en blijft worden – ook in de streekplandiscussies die worden gevoerd – op de nota zoals deze door de heer Pronk in de Kamer is neergelegd. Hoogstwaarschijnlijk zou deze nota met amenderende moties de eindstreep halen. Op enkele uitzonderingen na, namelijk moties waarvan niet helemaal duidelijk was hoe de Kamer zou oordelen, was het beeld ongeveer bekend. Dat anticipatieproces zal enigszins ingebonden moeten worden. Mijn fractiegenoot de heer Van der Staaij was voornemens dat morgenochtend in de procedurevergadering van de commissie VROM aan de orde te stellen. Nu mevrouw Van Gent dit onderwerp hier aan de orde stelt – en daar is op zichzelf niets mis mee – wil ik mij bij haar aansluiten, want wij hadden dezelfde zorgen.

De heer Eerdmans (LPF):

Voorzitter. Ik wil namens de LPF-fractie reageren op de herhaalde verzoeken die mevrouw Van Gent onder meer aan onze fractie richtte. Dit wat betreft de verklaring van controversiële onderwerpen zoals besproken in de vaste commissies. Ik wil geen misverstand laten bestaan over het feit dat het de stijl van de LPF is om open te discussiëren. Nu er echter een kabinet in de steigers staat, is het misschien wat overdreven indien de Kamer tussentijds debatteert over allerlei lopende zaken. Mevrouw Van Gent weet dat er na de formatie van het kabinet een open debat zal plaatsvinden over het beslisdocument; daar heeft zij zelf voor gepleit. Daarom gaan wij akkoord met het vaststellen van de lijst, met uitzondering van het voorstel van de heer Van der Knaap.

Voorts wil ik nog iets zeggen over de Vijfde nota, waarop zij ook blijft hameren. In de formatie wordt er over dit onderwerp gesproken en ook daar zal in de Kamer een debat over plaatsvinden. Hoewel dat vaak wordt beweerd, zijn wij niet voor een betonvlakte en willen wij Nederland niet vast timmeren. Wij willen de Vijfde nota in ieder geval amenderen, maar zeker niet afschaffen. In dat geval krijgen wij namelijk de Vierde nota en die vinden wij nog veel erger.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

U merkt het goed op, mevrouw Van Gent, dit was eigenlijk de maidenspeech van de heer Eerdmans, maar ik bepaal dat wij deze speech niet als zodanig beschouwen, maar als echte maidenspeech van de heer Eerdmans zullen aanmerken de speech die hij op een ander moment zal houden naar aanleiding van een substantieel onderwerp dat dan op de agenda staat.

Als ik goed heb geluisterd en goed heb gekeken naar degenen die niet het woord hebben gevoerd, stemt de Kamer in meerderheid in met het procedurevoorstel van de heer Van der Knaap. Ik constateer dat mijn indruk juist is.

Mij moet als voorzitter van het hart dat ik het op zich jammer vind dat de Kamer een lijst is gepresenteerd als zijnde van dé vaste commissies, zodat de Kamer, en ik als haar voorzitter, niet anders kon doen dan ervan uitgaan dat de commissies hun werk hadden afgerond, terwijl dat kennelijk niet het geval is. Wat wij nu gaan beslissen, had natuurlijk, zoals de heer Rouvoet zei, ook in de regeling van werkzaamheden kunnen worden beslist. Dat brengt mij ertoe nu vast te stellen dat wij volgende week dinsdag gaan beslissen en dat wij op dat moment geen algemene beschouwingen meer gaan houden. Er zal dan alleen eventueel gelegenheid worden gegeven aan sprekers om opmerkingen te maken over concrete specifieke punten op de lijst die dan voorligt.

Ik constateer dat de Kamer hiermee instemt en dat wij vandaag niet meer stemmen, maar dat wij volgende week dinsdag zullen beslissen op basis van een dan definitieve lijst.

Sluiting 15.59 uur

Naar boven