Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Voûte-Droste.

Mevrouw Voûte-Droste (VVD):

Voorzitter! Namens de vaste commissies voor Economische Zaken en voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij wil ik u verzoeken om het verslag van het algemeen overleg van 31 augustus jl. op de plenaire agenda te plaatsen; graag zo snel mogelijk.

De voorzitter:

Ik denk dat dit volgende week wordt. Ik zal u een voorstel hiertoe doen toekomen.

Het woord is aan de heer Harrewijn.

De heer Harrewijn (GroenLinks):

Voorzitter! Ik wil u verzoeken het verslag van het algemeen overleg over scholing met behoud van uitkering van 15 juni jl. op de plenaire agenda te zetten. Dit was een overleg met minister Vermeend en deze heeft ons hierover een brief gezonden, maar het onderwerp waarop hij heeft gereageerd, namelijk de scholingsmogelijkheden voor dansers in de WW, betreft ook de staatssecretaris. Ik geef u hiermee in overweging welke bewindslieden aanwezig kunnen zijn bij de bespreking van dit verslag van een algemeen overleg.

De voorzitter:

Moet ik u dan niet in overweging geven om een nader algemeen overleg met de staatssecretaris over dit onderwerp te houden?

De heer Harrewijn (GroenLinks):

Dat is al eerder gebeurd; ik denk dat dit een herhaling van zetten zou worden. Nu gaat het erom dat de Kamer om een uitspraak wordt gevraagd.

De voorzitter:

Ik neem aan dat dit volgende week kan en zal u daarover een voorstel doen toekomen.

Het woord is aan de heer Buijs.

De heer Buijs (CDA):

Voorzitter! De numerus fixus voor een eerder verworpen motie van het CDA lijkt zich nu toch nog een meerderheid af te tekenen; zo hoorde ik de heer Melkert hierover in Buitenhof behartigenswaardige dingen zeggen en ook mevrouw Borst heeft zich hierover in de media uitgesproken. Graag voor Prinsjesdag, voor de algemene politieke beschouwingen, willen wij het standpunt van het kabinet terzake vernemen. Met ingang van wanneer zou de numerus fixus moeten worden opgeheven? Welke financiële middelen gaan hiermee gepaard? Wil het kabinet dit geheel of gedeeltelijk doen? Graag ontvangen wij het antwoord per brief.

De voorzitter:

Ik aarzelde even omdat ik schriftelijke vragen van mevrouw Van Blerck hierover had gezien, maar aangezien die dieper op de zaak ingaan, lijkt het mij goed als het stenogram van dit gedeelte van de vergadering wordt doorgeleid naar het kabinet en dat de Kamer zo snel mogelijk antwoord krijgt.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Heemst.

De heer Van Heemst (PvdA):

Voorzitter! Mede namens collega Van der Staaij wil ik u vragen om het verslag van het algemeen overleg over "Handhaven op niveau" op de Kameragenda te plaatsen voor een korte plenaire afronding.

De voorzitter:

Wat bedoelt u met kort?

De heer Van Heemst (PvdA):

Daarmee bedoel ik hetgeen daaronder wordt verstaan. Misschien bent u in Amerika tot andere inzichten gekomen, maar volgens mij is het een debatje van drie minuten om een motie te kunnen indienen.

De voorzitter:

Dat doen wij altijd in twee minuten, vandaar mijn vraag. Als het geen haast heeft, dan kan dit ook volgende week. Ook daarover zal ik de Kamer een voorstel doen toekomen.

Naar boven