Aan de orde zijn de stemmingen over twee moties, ingediend tijdens het debat over de tweede fase VO, te weten:

- de motie-Lambrechts/Van Bommel over overladenheid van de tweede fase (26200 VIII, nr. 91);

- de motie-Cornielje/Dijksma over bijstelling van te zware examenprogramma's (26200 VIII, nr. 92).

(Zie vergadering van 17 juni 1999.)

De voorzitter:

Ik deel de Kamer mede, dat de motie-Lambrechts/Van Bommel (26200-VIII, nr. 91) is ingetrokken, zodat er over deze motie niet meer gestemd hoeft te worden.

De motie-Cornielje/Dijksma (26200-VIII, nr. 92) is in die zin gewijzigd, dat het dictum thans luidt:

"verzoekt de regering de studielast van studenten kritisch te blijven volgen en zo nodig naar aanleiding van de vierde monitor, die betrekking heeft op het schooljaar 1998-1999, tijdig, zo mogelijk voor het schooljaar 1999-2000, passende maatregelen te treffen,".

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Cornielje, Dijksma, Lambrechts en Van Bommel. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 95 (26200-VIII).

Omdat deze gewijzigde motie al is rondgedeeld, neem ik aan dat er direct over gestemd kan worden.

In stemming komt de gewijzigde motie-Cornielje c.s. (26200-VIII, nr. 95).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven