Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de PvdA-fractie benoem ik:

  • - in de commissie voor de Werkwijze der Kamer het lid Wagenaar tot plv. lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissie voor Economische Zaken het lid Wagenaar tot lid in de bestaande vacature;

  • - in de algemene commissie voor Europese Zaken het lid Wagenaar tot plv. lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken het lid Wagenaar tot lid in plaats van het lid Kalsbeek-Jasperse;

  • - in de vaste commissie voor Justitie het lid Wagenaar tot plv. lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer het lid Wagenaar tot plv. lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissie voor Financiën het lid Koenders tot plv. lid in plaats van het lid Verspaget;

  • - in de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken het lid Koenders tot plv. lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport het lid Koenders tot plv. lid in de bestaande vacature.

Het woord is aan de heer Marijnissen.

De heer Marijnissen (SP):

Mijnheer de voorzitter! De zorgverzekeraars Friesland, de Arbo-dienst en het Medisch centrum Leeuwarden wilden in januari starten met een arbeidsgeneeskundig spreekuur. Minister Borst, die nu de zaal verlaat, heeft aanvankelijk ingestemd met een experiment. Daaraan is een debatje gewijd in het kader van de begrotingsbehandeling. De overgrote meerderheid van de Kamer vond dat ongewenst en men heeft de minister gevraagd de betrokken partijen op te roepen om toch vooral niet van start te gaan voordat de Kamer een fundamenteel debat heeft gevoerd over wat de "voorrangszorg" heet, in welke vorm dan ook.

Inmiddels heeft ons de nota Wachttijden tweedeling bereikt, waarin de minister zegt dat voorrangszorg in haar optiek niet is toegestaan. Letterlijk staat daar: gespecialiseerde zorg voor arbeidsgerelateerde aandoeningen moet onderdeel zijn van reguliere zorg die is ondergebracht in het tweede en eerste verzekeringscompartiment.

Voorzitter! Wat wil het geval? Betrokken partijen hebben inmiddels besloten om niet langer af te wachten en toch op 1 april van start te gaan met hun spreekuur. Ik wil nu een brief vragen aan de minister waarin zij reageert op de nieuw ontstane situatie en vooral op de vraag of zij enig middel ziet om dit initiatief, dat blijkbaar op 1 april van start gaat, te verhinderen.

De heer Oudkerk (PvdA):

In aanvulling daarop zou ik de minister willen vragen te laten onderzoeken of het initiatief in Leeuwarden en vergelijkbare initiatieven mogelijk in strijd zijn met artikel 1 van de Grondwet en met een aantal antidiscriminatiebepalingen in andere wetten.

Tevens Voorzitterzou ik de minister een reactie willen vragen op het feit dat een aantal ziekenhuizen een keten hebben gevormd en weliswaar niet selecteren op het verschil tussen werkenden en niet-werkenden, maar, zoals de Volkskrant van naar ik meen afgelopen maandag berichtte, in hun inclusiecriteria wél selecteren op leeftijd.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenografisch verslag van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Soutendijk-van Appeldoorn.

Mevrouw Soutendijk-van Appeldoorn (CDA):

Voorzitter! Uit de media bereiken ons berichten over het verdwijnen van gegevens uit het dossier, het proces-verbaal van politie-inspecteur Lancee van Schiermonnikoog. Details zouden zijn geschrapt en wijzigingen zouden zijn aangebracht om de geloofwaardigheid van het openbaar ministerie overeind te houden. Het OM, bij monde van de heer Daverschot, kwalificeert deze gang van zaken als normaal.

Nu lijkt ons dat verre van normaal. Daarom wil ik mede namens mevrouw Kalsbeek van de PvdA en de heer Vos van de VVD de minister van Justitie een brief vragen waarin zij uiteenzet of deze berichten waar zijn en of deze praktijken inderdaad zo normaal zijn als het OM beweert.

De heer Van Boxtel (D66):

Voorzitter! De fractie van D66 schaart zich graag bij deze bijzondere coalitie die dit verzoek doet.

De heer Rabbae (GroenLinks):

Voorzitter! Dat geldt ook voor mijn fractie.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenografisch verslag van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van der Linden als plaatsvervangend voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken.

De heer Van der Linden (CDA):

Voorzitter! Namens de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken zou ik de regering een uitgebreide brief willen vragen over de situatie in Kosovo. De regering zou daarbij moeten ingaan op de resultaten van de Contactgroep, de bemoeienis van de Europese Unie en de OVSE en op de gedachte van de minister van Defensie om Nederland te betrekken bij een internationale aanwezigheid in dat gebied.

Het lijkt ons bovendien noodzakelijk dat wij geïnformeerd worden over wat er gebeurd is met de Albanezen die bij de arrestatie van het NOVA-team betrokken zijn geweest.

Ik zou de regering willen vragen de Kamer hierover op korte termijn te informeren, opdat wij de gelegenheid krijgen hiermee politiek om te gaan.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenografisch verslag van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van der Linden namens de fractie van het CDA.

De heer Van der Linden (CDA):

Voorzitter! Namens mijn fractie zou ik de regering een brief willen vragen over de opstelling die de Nederlandse regering kiest met betrekking tot de eigen middelen van de Europese Unie.

De minister van Financiën heeft een brief geschreven aan de collega's in Brussel. Wij zouden graag kennisnemen van die brief. Wij zouden de regering met name willen vragen hoe zij verder denkt om te gaan met de structuurfondsen en aan te geven wat de kans van slagen is binnen de Europese Unie. De minister-president heeft immers aangegeven dat er nogal wat verzet is tegen de Nederlandse opstelling. Bovendien is ons na het bericht in de pers gebleken dat er ook binnen het kabinet nog geen eenheid van beleid is. Als wij de berichten van de minister van Buitenlandse Zaken vergelijken met de opstelling van de minister van Financiën, lijkt het alsof er nog wat licht tussen beide standpunten is.

De heer Van Dijke (RPF):

Voorzitter! Ik zou het verzoek van collega Van der Linden van harte willen ondersteunen. Ook mijn fractie is benieuwd naar het antwoord van het kabinet op de gestelde vragen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenografisch verslag van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rabbae.

De heer Rabbae (GroenLinks):

Voorzitter! Het dagblad Trouw van 7 maart jl. wist te melden dat uit een onderzoek van het bureau Regioplan is gebleken dat koppeling van de gegevens van de studiefinanciering aan die van de gemeenten ertoe leidt dat tienduizenden studenten het risico lopen dat zij hun studiebeurs moeten missen. Dit zou komen doordat veel studenten, met name in de grote steden, zich vanwege hun positie als onderhuurder niet bij de gemeente mogen laten inschrijven. Dit is een ernstige kwestie en betreft een groot aantal studenten. Daarom heeft de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen het kennelijk ook nodig geacht om deze kwestie in te brengen in de ministerraad van aanstaande vrijdag of die van de volgende week. In dit verband heb ik twee vragen. Is de minister bereid de Kamer het genoemde onderzoeksrapport toe te zenden, zodat ook wij kennis kunnen nemen van de inhoud ervan? Wil de minister ons na bespreking van de kwestie in de ministerraad informeren over de beslissing van het kabinet terzake?

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenografisch verslag van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Wolters.

De heer Wolters (CDA):

Voorzitter! De regering heeft afgelopen vrijdag twee wetsvoorstellen ingediend die zij nog graag voor 1 april a.s. in het Staatsblad zou willen hebben. Vanmiddag vergadert de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de procedure en ik sluit niet uit dat gevraagd zal worden nog deze week ruimte te reserveren voor de plenaire behandeling van deze wetsvoorstellen. Voorzitter! Mocht dit inderdaad het geval zijn, dan zult u mij morgenmiddag hier weer aantreffen. Ik wil thans deze vooraankondiging doen.

De voorzitter:

U meldt dus dat u eventueel morgen bij de regeling van werkzaamheden het woord zult voeren.

De vergadering wordt van 15.37 uur tot 15.40 uur geschorst.

Naar boven