Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter ter zake gedane voorstellen:

1. vier koninklijke boodschappen, ten geleide van de volgende voorstellen van (rijks)wet:

Regels in verband met de instelling van de provincie Rotterdam en de wijziging van de gemeentelijke indeling in die provincie (Wet instelling provincie Rotterdam) (24088);

Regeling van de vergoeding voor de werkzaamheden, de secundaire voorzieningen en de kostenvergoedingen van de leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, alsmede van de toelage en de andere voorzieningen van de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (Wet vergoedingen leden Eerste Kamer) (24089);

Wijziging van onder meer de Wet op de studiefinanciering en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met de invoering van de prestatiebeurs, de vorm van de toelage en de leeftijd waarop aanspraak op studiefinanciering in het hoger onderwijs ontstaat (24094);

Wijziging van artikel 40 van de Wet financiering volksverzekeringen (24096).

Deze koninklijke boodschappen, met de erbij behorende stukken, zijn al gedrukt en rondgedeeld;

2. de volgende brieven:

twee, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van het Protocol bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand inzake de verdergaande vermindering van zwavelemissies (24083);

  • een, ten geleide van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Oekraïne inzake bevordering en wederzijdse bescherming van investeringen (24098, R1533);

een, van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, ten geleide van een nieuw aangepast fiche inzake de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen (22112, nr. 46);

een, van de minister van Justitie, ten geleide van de voortgang van het project capaciteitsuitbreiding CAP 1996 (22999, nr. 23);

een, van de staatssecretaris van Justitie, ten geleide van de instructie voor de toepassing van de Wet veilige landen van herkomst in de Aanmeldcentra en op de luchthaven Schiphol (19637, nr. 125);

een, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, ten geleide van de voorstellen ter dekking van de bezuinigingen op de studiefinanciering (24094, nr. 4);

drie, van de minister van Financiën, te weten:

  • een, over de doorberekening van kosten van het toezicht door De Nederlandsche Bank ingevolge de Wet toezicht kredietwezen (23900-IXB, nr. 11);

  • een, over de uitgifte van bijzondere munten (23900-IXB, nr. 12);

  • een, over de financiële relatie tussen Nederland en de Europese Unie (24099);

een, van de staatssecretaris van Financiën, over het rulingbeleid (24086);

een, van de staatssecretaris van Financiën en de minister van Verkeer en Waterstaat, over de Invoeringswet Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 (23934, nr. 9);

een, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, over de late totstandkoming van het besluit van 13 januari 1995, tot wijziging van het Formatiebesluit WBO 1992 etc. (24063, nr. 2);

twee, van de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, te weten:

  • een, over het huurprijsbeleid voor 1995 (23900-XI, nr. 47);

  • een, over de VINEX-uitvoeringsconvenant (24054, nr. 2);

een, van de minister van Verkeer en Waterstaat, ten geleide van de nota Frequentiebeleid (24095);

een, van de minister van Verkeer en Waterstaat, van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en van Economische Zaken, ten geleide van deel 3 van de Planologische Kernbeslissing Schiphol en Omgeving, het Kabinetsstandpunt, met toelichting en bijlagen (23552, nr. 7);

een, van de minister van Economische Zaken, ten geleide van de Subsidieregeling waterschade 1995 en de Regeling borgstelling waterschadekredieten 1995 (24071, nr. 7);

twee, van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, te weten:

  • een, over de schrijnende gevallen bij de herkeuring WAO (22187, nr. 24);

  • een, over de uitvoeringspraktijk ten aanzien van zgn. onredelijke gevallen bij de herkeuring WAO (22187, nr. 25);

een, van het Presidium, ten geleide van het voorstel voor de raming van de kosten van de parlementaire enquête opsporingsmethoden voor het jaar 1995 (24072, nr. 2).

Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;

3. de volgende brieven:

een, van de minister van Buitenlandse Zaken, ten geleide van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Canada inzake het gebruik door Canadese inspectieteams van Nederlandse militaire faciliteiten;

een, van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, over de Verslaglegging van de Uitvoerende Raden van UNDP/UNFPA en UNICEF, 1994;

een, van de staatssecretaris van Justitie, over de tolkenregeling n.a.v. een klacht op het rapport van de Nationale ombudsman;

twee, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, te weten:

  • een, ten geleide van het verslag "De school voor de samenleving";

  • een, ten geleide van een reactie op het tweede advies van de Stuurgroep Profiel Tweede Fase Voortgezet Onderwijs;

een, van de staatssecretaris van Financiën, ten geleide van het rapport "Fiscale Monitor 1994";

twee, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, te weten:

  • een, over extra arbeidsplaatsen in de zorgsector;

  • een, ten geleide van het jaarrapport over 1994 van de International Narcotics Control Board;

een, van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ten geleide van het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur tot vaststelling van regels omtrent de hoogte van de ouderbijdrage en omtrent het inkomen en de hoogte van de eigen bijdragen in de kosten van justitiële kinderbescherming en vrijwillige jeugdhulpverlening.

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken;

4. een brief van J. Let, over het stemmen voor de Provinciale Staten.

De voorzitter stelt voor, deze brief door te zenden aan de betrokken commissie.

Naar boven