De voorzitter:
Ik open de vergadering. Ik heet de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van harte welkom in de Eerste Kamer.
Aan de orde is de herdenking van de heer H. Redemeijer. Ik verzoek de leden te gaan staan.
Vandaag gedenken wij Herman Redemeijer, die op 29 februari jongstleden op 89-jarige leeftijd overleed. Hij was acht jaar lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal voor de Partij van de Arbeid, van 23 juni 1987 tot 13 juni 1995.
Herman Redemeijer werd op 27 november 1930 geboren in Hengelo, Overijssel. Na de ulo ging hij naar de kweekschool voor onderwijzers. In 1953 haalde hij zijn hoofdakte en werd hij onderwijzer. Na een aantal jaar werd hij hoofd van een lagere school. Dat bleef hij tot 1962.
Tien jaar lang, van 1962 tot 1972, was Redemeijer vicevoorzitter van de Algemene Bond van Onderwijzend Personeel. Aansluitend was hij tot en met 1987 rijksinspecteur van het speciaal en voortgezet speciaal onderwijs.
Intussen was Herman Redemeijer actief geworden in de Partij van de Arbeid, achtereenvolgens als bestuurslid van de afdeling Enschede en als voorzitter van de PvdA-afdelingen Bussum en Dalfsen. Van 1969 tot 1972 was hij lid van de gemeenteraad van Bussum. In 1978 werd Redemeijer lid van de Provinciale Staten van Overijssel voor de Partij van de Arbeid; van 1983 tot 1987 was hij fractievoorzitter. Intussen was hij op 23 juni 1987 lid van de Eerste Kamer geworden.
Vanzelfsprekend werd Herman Redemeijer in deze Kamer voor zijn fractie onderwijswoordvoerder. Van 1993 tot zijn afscheid van de Kamer in 1995 was hij tevens voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs. Naast onderwijs hield hij zich in de Eerste Kamer ook bezig met landbouw en ontwikkelingssamenwerking.
Tijdens de behandeling van de onderwijsbegroting voor het jaar 1991 ging Redemeijer in op de steeds hogere administratieve belasting van leerkrachten. Hij zei, en ik citeer: "Vroeger werkte je aan een school en nu heb je een functie in het onderwijs. Het behoeft niet zo te zijn, maar met deze woorden kan een wereld van verschil tot uitdrukking worden gebracht."
Redemeijer was een verstokte pijproker en staat op de foto's bijna altijd afgebeeld met een pijp. Ook in het Kamergebouw, want in die periode kon dat nog. Hij werd dan ook wel omschreven als "een gemoedelijke en bescheiden pijprokende oosterling".
Kamervoorzitter Tjeenk Willink noemde Herman Redemeijer bij zijn afscheid van de Kamer, en ik citeer opnieuw: "collegiaal, altijd bereid om anderen te ondersteunen". Ook refereerde hij aan een anekdote waarbij Redemeijer politieke interesse bij zijn kleinzoon probeerde te wekken door een bezoek aan het Binnenhof af te sluiten met een bezoek aan de McDonald's op het Buitenhof.
Naast zijn maatschappelijke en politieke carrière was Herman Redemeijer onder andere lid van de bestuursraad van Hogeschool IJsselland, voorzitter van de Stichting Rijdende School te Dalfsen, voorzitter van de bibliotheek te Dalfsen en voorzitter van Stichting Vrienden van Humanitas in Hengelo.
Herman Redemeijer stond bekend als een bescheiden politicus, die altijd kritisch bleef en scherp was in zijn analyses. Tot op hoge leeftijd keek hij nog iedere dinsdag naar het vragenuurtje, omdat hij niets wilde missen van de actuele politiek.
Moge ons respect voor zijn persoon en zijn verdiensten voor de samenleving en de Nederlandse parlementaire democratie tot steun zijn voor zijn familie en vrienden.
Ik verzoek eenieder om een moment stilte in acht te nemen.