Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | nr. 17, item 4 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | nr. 17, item 4 |
Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap in verband met het intrekken van het Nederlanderschap in het belang van de nationale veiligheid (34356).
(Zie vergadering van 31 januari 2017.)
De voorzitter:
Ik heet de minister van Veiligheid en Justitie van harte welkom in de Eerste Kamer. Hebben alle leden de presentielijst getekend? Ik constateer dat dat het geval is.
Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.
Mevrouw Strik (GroenLinks):
Kan ik over alle drie de wetsvoorstellen wat zeggen? Ze hangen nauw samen.
De voorzitter:
Ja, doet u dat maar.
Mevrouw Strik (GroenLinks):
Voorzitter. Mijn fractie heeft de overtuiging dat Nederland terrorisme moet en kan bestrijden, binnen de grenzen van de rechtsstaat. Deze wetsvoorstellen voldoen niet aan dat criterium. Met name de intrekking van het Nederlanderschap, zonder enig strafproces, voert voor onze fractie te ver en gaat bovendien rechtstreeks in tegen het belang van internationale samenwerking op het gebied van terrorismebestrijding. De motie-Van Dijk neemt eigenlijk de enige rechtswaarborg die nog in het wetsvoorstel zit, weg, dus daarom stemmen wij daar ook tegen, net als tegen de drie wetsvoorstellen.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Strik. Dan is het woord aan de heer Van Rooijen, die ook over alle wetsvoorstellen en de motie zal spreken.
De heer Van Rooijen (50PLUS):
Voorzitter. Onze fractie stond voor de afweging van het juridische en het veiligheidsaspect bij het intrekken van het Nederlanderschap. Onze afweging heeft ertoe geleid dat wij het wetsvoorstel steunen. Daarbij weegt dat er een adequate beroepsmogelijkheid is. We zullen ook voor de motie-Van Dijk stemmen.
De voorzitter:
Welk wetsvoorstel steunt u nou? Er zijn er meerdere.
De heer Van Rooijen (50PLUS):
Alle drie. We stemmen ook voor de andere twee wetsvoorstellen.
Mevrouw Wezel (SP):
Voorzitter. De SP-fractie vindt het belangrijk dat terrorisme wordt bestreden, maar zij stelt vast dat het wetsvoorstel de terrorismedreiging niet wegneemt. Sterker nog, het levert extra veiligheidsrisico's op. Immers, hiermee wordt niet voorkomen dat de betrokkenen terugkomen. De SP-fractie wil dat alle jihadistische uitreizigers die zich aansluiten bij een terroristische organisatie, worden opgespoord, onder toezicht worden gesteld en zo nodig strafrechtelijk worden vervolgd. Zo wordt, naar de mening van de SP-fractie, voorkomen dat nieuwe terreurdaden worden gepleegd. Met dit wetsvoorstel verdwijnen deze mensen onder de radar en heeft de overheid geen zicht meer op hen. Wanneer de nationaliteit wordt ingetrokken, vervalt de rechtsmacht en kunnen de betrokkenen niet meer voor de Nederlandse rechter worden gebracht. Vermeden moet worden dat deze personen in de illegaliteit verdwijnen. Juist het legale bestaan levert op dat er toezicht op deze personen gehouden kan worden. Om die reden kan de SP-fractie dit wetsvoorstel niet steunen.
De voorzitter:
Ik heb u deze uitgebreide stemverklaring laten voltooien, maar deze was een beetje aan de uitgebreide kant, zoals u wellicht ook wel weet.
De heer Engels (D66):
Mevrouw de voorzitter. De fractie van D66 heeft vorige week grote aarzelingen laten blijken ten aanzien van deze wetsvoorstellen. Deze richten zich op de veronderstelde meerwaarde en effectiviteit, de te ruime omschrijvingen in de toepasselijke wetsteksten, de kwaliteit van de rechtsbescherming en op onderdelen de spanning met relevante grondrechten. Voor mijn fractie blijven in deze context de rechtsstatelijke beginselen en de internationale standaarden vooropstaan. In onze ogen voldoen deze wetsvoorstellen daar niet aan. Om die reden kunnen wij deze ook niet steunen. De SGP-motie, om maar meteen door te gaan, zou ik kortheidshalve willen kwalificeren als een typische Rutte I-motie. Men zal begrijpen dat mijn fractie een dergelijke motie niet kan steunen.
De heer Ten Hoeve (OSF):
Voorzitter. Ik zal de drie wetsvoorstellen even nalopen. Bij het wetsvoorstel voor het intrekken van een paspoort ingeval van een uitreisverbod lijkt het mij dat het een een logisch gevolg is van het ander, dus die wet zal ik graag steunen. Het wetsvoorstel omtrent de bestuurlijke maatregelen zal ik ook steunen. Wanneer er duidelijke veronderstellingen zijn van gevaar van terrorisme en er nog geen mogelijkheden zijn voor strafrechtelijke vervolging, dan lijkt het een nuttige zaak om maatregelen te kunnen nemen, om iemand beter te kunnen volgen en in de gaten te kunnen houden. Ik ben mij ervan bewust dat dezelfde problematiek in Duitsland in de belangstelling staat en dat in dezelfde richting oplossingen worden gezocht. Wat het laatste wetsvoorstel betreft, over het intrekken van het Nederlanderschap, daar zal ik tegenstemmen, vanuit twee gezichtspunten.
De voorzitter:
Die gezichtspunten zou ik nu even laten ...
De heer Ten Hoeve (OSF):
Mag ik die zeer kort noemen? Het eerste punt is dat het staatsburgerschap een zeer persoonlijk iets is, wat eigenlijk alleen ingetrokken zou kunnen worden door iemand zelf, wanneer hij een gebrek aan binding met de betreffende staat bij zichzelf constateert. Dit wetsvoorstel, waarbij intrekking plaatsvindt, zelfs zonder ...
De voorzitter:
Nee, mijnheer Ten Hoeve, dit is nu toch te veel. Dit is geen stemverklaring meer. Hebt u nog een opvatting over de motie?
De heer Ten Hoeve (OSF):
Ik zal tegen de motie stemmen, dat is een duidelijke zaak.
De voorzitter:
Dank u wel. Ik vraag toch aan iedereen om enige wijze zelfbeperking bij de toelichting van de stemverklaring en om er niet een verkapte derde termijn van te maken.
Mevrouw Duthler (VVD):
Mevrouw de voorzitter. Mijn fractie steunt de drie wetsvoorstellen. Ten aanzien van de motie wenst mijn fractie nog het volgende op te merken. De minister van Veiligheid en Justitie wees er vorige week terecht op dat hij formeel gesproken niet verplicht wordt ambtshalve beroep in te stellen. Met het door de rechtbank ontvangen van de kennisgeving van het besluit tot intrekking van het Nederlanderschap wordt degene die het betreft, geacht beroep te hebben ingesteld. Met deze juridische fictie komt het er materieel op neer dat de minister verplicht wordt ambtshalve beroep in te stellen. Met deze nadere precisering stemt mijn fractie in met de motie.
De voorzitter:
Dan gaan wij over tot de stemming. Ik stel voor, te stemmen bij zitten en opstaan.
Daartoe wordt besloten.
In stemming komt het wetsvoorstel.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SGP, de VVD, het CDA, 50PLUS en de PVV voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fracties van de ChristenUnie, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, de OSF, de SP en D66 ertegen, zodat het is aangenomen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-ek-20162017-17-4-n1.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.