3 Stemmingen

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van onder meer de Wet op de expertisecentra in verband met de kwaliteit van het speciaal en voortgezet speciaal onderwijs ( 32812 ).

(Zie vergadering van 2 oktober 2012.)

De voorzitter:

Ik heet de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van harte welkom vandaag. Zij is langzamerhand een vaste bezoekster.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf. Er mogen ook stemverklaringen worden afgelegd over het wetsvoorstel op stuk nr. 33106 en over de moties die zijn ingediend bij de behandeling van beide wetsvoorstellen.

Mevrouw Huijbregts-Schiedon (VVD):

Voorzitter. Zoals ik al bij de behandeling heb aangegeven, steunt de VVD dit voorstel, met alle gemaakte kanttekeningen. Dat geldt ook voor de moties van de leden Linthorst en Backer. Voor de motie-Ganzevoort hebben wij weliswaar sympathie, maar deze gaat niet zo ver dat wij deze in onze ogen lege motie steunen. Voor de VVD was de reactie van de minister afdoende.

De heer Kuiper (ChristenUnie):

Voorzitter. Wij hadden vorige week een goed debat met de minister. Onze fractie heeft zich daar kritisch in geweerd, al zien wij heel wel dat er goede en belangrijke redenen zijn om passend onderwijs in een nieuwe structuur vorm te geven. Positief daaraan is de samenwerking die tussen scholen ontstaat en de zorg die er straks voor leerlingen is. Wij maken ons zorgen over de toenemende werkdruk, met name in het primair onderwijs, die ook goede doelstellingen in gevaar kan brengen. Er zijn vorige week in het debat belangrijke toezeggingen gedaan, waar wij dankbaar voor zijn. Er is een belangrijk voorstel gedaan, verwoord in de motie-Backer, over arbitrage. Die motie steunen wij van harte. Wij steunen ook de motie-Linthorst, maar wij steunen niet de motie-Ganzevoort, om vergelijkbare redenen als zo-even hier hebben geklonken.

De heer Ganzevoort (GroenLinks):

Voorzitter. Wij doen het met iets meer dan sympathie, zoals men zal begrijpen. De fractie van GroenLinks heeft stevige kritiek geleverd op dit wetsvoorstel. Wij delen de intentie dat ieder kind de ondersteuning krijgt die het nodig heeft. Wij vinden het geïntegreerde stelsel als zodanig wel een vooruitgang, maar de uitwerking van het wetsvoorstel liet veel te wensen over, met name als het gaat om de checks-and-balances in de samenwerkingsverbanden. Bij de behandeling in deze Kamer en bij de ingediende moties zijn toezeggingen gedaan en correcties aangebracht over het monitoren van invoeringseffecten, het voorkomen van te grote regionale verschillen, arbitragemogelijkheden, medezeggenschap van de betrokken ouders en het zo veel mogelijk voorkomen dat leerlingen worden geschorst. Wij houden een aantal zorgen en blijven kritisch over de ontwikkelingen, maar wij zien in de genoemde aanpassingen wel voldoende waarborgen om in te stemmen met de wetsvoorstellen.

De heer Backer (D66):

Voorzitter. Het wetsvoorstel 32812 zullen wij steunen, zoals wij in het debat al hebben aangekondigd. Het ligt anders bij het andere wetsvoorstel. Wij steunen de moties van de leden Ganzevoort en Linthorst en uiteraard ook de motie die ik zelf heb ingediend. Het zal de minister na het debat niet helemaal verbazen dat wij bij de eindafweging tot de conclusie zijn gekomen dat wij deze stelselwijziging te groot en te risicovol vinden om deze te kunnen steunen.

De heer De Lange (OSF):

Voorzitter. Mijn fractie is blij met het debat dat wij hebben gevoerd. Wij hebben waardering voor de opstelling van de minister in dat debat. Niettemin houden wij grote zorgen over de uitvoerbaarheid van het in wetsvoorstel 33106 voorgestelde samenwerkingsverband. Om die reden zullen wij tegen dat wetsvoorstel stemmen. Wij stemmen wel voor 32812 en wij zullen ook voor de drie moties stemmen.

De heer Smaling (SP):

Voorzitter. Mijn fractie zal wel voor wetsvoorstel 32812 stemmen, maar helaas toch niet voor wetsvoorstel 33106. Ik zeg erbij dat het debat in onze ogen heel constructief was. Ik complimenteer mijn collega-woordvoerders voor de manier waarop wij gezamenlijk hebben geprobeerd om kwaliteit toe te voegen aan dit wetsvoorstel, dat nog behept is met buitengewoon veel losse eindjes. Het zou kunnen dat het voorgestelde samenwerkingsverband op een gegeven moment werkt op een manier die de SP volledig behaagt, dat sluit ik niet uit, maar wij zijn er niet zeker van dat dit zo is bij 75 samenwerkingsverbanden. Wij zijn wel dichter bij elkaar gekomen, maar wij moeten helaas nog wel tegen dit wetsvoorstel stemmen. Wij hopen dat wij bij de invoering, mocht het wetsvoorstel aangenomen worden, verder tot elkaar komen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven