11de vergadering

Woensdag 11 december 1996

9.30 uur

Voorzitter: Tjeenk Willink

Tegenwoordig zijn 54 leden, te weten:

Baarda, De Beer, Van den Berg, De Boer, Boorsma, Dees, Van Dijk, Van Eekelen, Gelderblom-Lankhout, Van Gennip, Ginjaar, Glastra van Loon, Glasz, Grol-Overling, De Haze Winkelman, Heijmans, Hessing, Van Heukelum, Hofstede, Holdijk, Jaarsma, De Jager, Jurgens, Ketting, Korthals Altes, J. van Leeuwen, L.M. van Leeuwen, Lodewijks, Loudon, Luijten, Luimstra-Albeda, Lycklama à Nijeholt, Michiels van Kessenich-Hoogendam, Pit, Rensema, Rongen, Roscam Abbing-Bos, Schoondergang-Horikx, Schuyer, Stevens, Stoffelen, Talsma, Tjeenk Willink, Tuinstra, Varekamp, Ter Veld, Veling, Verbeek, Vrisekoop, Werner, Wöltgens, Van de Zandschulp, Zijlstra en Zwerver,

en mevrouw Sorgdrager, minister van Justitie, de heren Zalm, minister van Financiën, Wijers, minister van Economische Zaken, Patijn, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, en Vermeend, staatssecretaris van Financiën.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede, dat zijn ingekomen berichten van verhindering van de leden:

Bierman, Batenburg en Pitstra, wegens ziekte;

Le Poole en Heijne Makkreel, wegens dringende ambtsbezigheden;

Schuurman, Steenkamp, Hirsch Ballin en Cohen, wegens bezigheden elders.

Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede, in vervolg op mijn mededeling van gisteren met betrekking tot de stukken voor de bijeenkomst van het Uitvoerend Comité Schengen, dat het beraad in de betreffende vaste commissies van de Kamer heeft opgeleverd dat er drie het Koninkrijk bindende ontwerpbesluiten zijn voorgelegd, doch dat deze niet de uitdrukkelijke instemming van de Eerste Kamer behoeven. Ik stel voor conform dit voorstel te besluiten.

Voorts deel ik aan de Kamer mede, dat het beraad van gisteren door de betreffende vaste commissies over de nog openstaande punten op de agenda met bijlagen van de JBZ-raad van 28 en 29 november jongstleden die commissies ertoe geleid heeft voor te stellen daarover heden het reeds voorziene plenaire debat te houden. Dat betreft de punten die eerder zijn genoemd in de brief van de Kamer van 26 november aan de minister van Justitie. Ik stel aan de Kamer voor dit voorstel van de commissies te volgen. Het debat zal vandaag in de loop van de middag plaatsvinden. Wanneer dat zal zijn, hangt af van de andere geagendeerde agendapunten.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

Naar boven