6 Vragenuur: Vragen Verhoeven

Vragen van het lid Verhoeven aan de minister van Economische Zaken over het bericht dat een kwart van de telecombedrijven misbruik maakt van opgeslagen bel- en mailgegevens.

De heer Verhoeven (D66):

Voorzitter. Dit kabinet denkt dat de wereld veiliger wordt als we van elk sms'je weten hoe laat het verstuurd is en aan wie. Daarom zijn telecom- en internetbedrijven verplicht om elk detail van elk sms'je, telefoongesprek of internetbezoek vast te leggen. Over deze Wet bewaarplicht telecommunicatiegegevens is D66 kritisch, en ook altijd kritisch geweest, niet alleen omdat het opslaan van een berg data Nederland niet veiliger maakt, maar ook omdat het bewaren van die berg gegevens op zichzelf een risico oplevert.

Dit is opnieuw gebleken uit het geheime rapport van het Agentschap Telecom dat gisteren naar buiten kwam. Wat blijkt? Bedrijven vernietigen de gegevens niet altijd zoals wettelijk is bepaald. De informatie over ons belgedrag wordt niet altijd goed beveiligd. Soms worden gegevens alsnog langer bewaard voor commerciële bedrijfsdoeleinden. Bovendien krijgt de klant niet de mogelijkheid om opslag van die gegevens te weigeren, laat staan om deze gegevens te schrappen.

Deze bevindingen waren duidelijk niet de bedoeling. Daarom heb ik drie vragen aan de minister. Waarom is dit rapport zo lang geheimgehouden en moest het via een WOB-verzoek van Bits of Freedom de Kamer bereiken? Wanneer heeft de minister kennisgenomen van het rapport? Het is gedateerd op 26 april 2012. Wat heeft hij er, toen hij het zag en las, mee gedaan? Heeft het Agentschap Telecom deze bedrijven aangesproken? Zijn er boetes uitgedeeld? Gaan de bedrijven nu beter om met onze gegevens?

De voorzitter:

Dank u wel. Ik geef het woord aan de minister van Economische Zaken voor zijn beantwoording van deze vragen.

Minister Kamp:

Mevrouw de voorzitter. De heer Verhoeven zei dat dit kabinet heeft geregeld dat er een berg gegevens is. Om even terug te gaan, dit is geregeld in het jaar 2009 en dit kabinet is in oktober 2012 aangetreden. Bovendien was het een verplichte uitwerking van een Europese richtlijn. Het gaat om de zogenaamde Wet bewaarplicht telecommunicatiegegevens, die een wijziging is van de Telecomwet. Daarin is geregeld dat een aantal gegevens die tot dan toe niet bewaard hoefden te blijven, wel bewaard moeten blijven. Dat is voor opsporingsdoeleinden, onder andere voor terrorismebestrijding. De precieze duur van die bewaartermijnen is pas in het jaar 2011 de Eerste Kamer gepasseerd en daarna dus van kracht geworden. In 2009 kwam die wetgeving op gang, in 2011 zijn de wettelijke termijnen vastgesteld. Het was dus een wat moeizaam begin. Als er complexe nieuwe wetgeving is — we praten over miljarden gegevens bij telecombedrijven, waarmee iets moet worden gedaan — zorgt het Agentschap Telecom, dat toezicht op deze wetgeving moet houden, ervoor dat de bedrijven zijn geïnformeerd; het bespreekt de problemen die daar moeten worden opgelost, het geeft hun de tijd om dat te doen, het geeft waarschuwingen. Dat is deze keer ook allemaal gebeurd. In dat kader is er een zogenaamde "éénmeting" geweest; één jaar nadat de wet van kracht werd, terwijl de termijnen nog niet waren vastgesteld. Bij die éénmeting is onder andere vastgesteld dat een aantal dingen niet goed waren. De bedrijven zijn daarop aangesproken. Die bedrijven hebben toen zelf gezegd dat zij zo spoedig mogelijk, en in ieder geval voor het eind van het jaar 2012, hun zaken helemaal op orde zouden hebben. Destijds is besloten om de gegevens van die éénmeting te gebruiken bij de evaluatie die was voorzien voor dit jaar 2013. Die evaluatie is uitgevoerd en wordt nog vóór het eind van dit jaar naar de Kamer gestuurd.

Ondertussen zijn we alweer bezig met de tweede meting, waarbij we bekijken hoe de bedrijven het op dit moment doen. Het is duidelijk dat de bedrijven de wet nu helemaal moeten volgen. Ze zijn bijgepraat, ze zijn ingewerkt en ze weten hoe het in elkaar zit. Dat betekent dat bedrijven die op dit moment nog niet aan hun verplichtingen voldoen, in aanmerking komen voor een boete die kan oplopen tot een bedrag van €450.000 per overtreding.

De heer Verhoeven (D66):

Ik was met name aan het begin van het betoog van de minister een beetje bezorgd dat hij zou gaan doen wat hij wel vaker doet, namelijk zeggen dat het probleem wel meevalt en dat er al een heleboel is gebeurd om het probleem, dat er dus niet is, toch op te lossen. Ik denk dat de minister aan het eind iets meer inging op de concrete maatregelen en consequenties voor de bedrijven die de wet niet naleven, in de zin van een boete van het agentschap. De minister zei ook iets over het feit dat vooral kleinere aanbieders deze wet overtreden, maar dat betekent nog steeds — en de minister zei dat ook — dat het om duizenden klanten gaat en, inderdaad, een hele hoop gegevens. Voor D66 is het duidelijk dat er niet alleen moet worden geschetst wat er in de afgelopen jaren in het traject naar deze ingewikkelde wet is gebeurd, maar dat er gewoon een oplossing moet komen voor dit probleem. Mijn simpele vraag aan de minister is dan ook: wat gaat de minister precies doen naast de stappen die hij al schetste, om dit probleem op te lossen? Er zullen namelijk nog steeds bedrijven zijn die deze wet niet kunnen naleven. Je kunt hun dan wel een boete geven, maar daarmee los je het probleem niet op. Ik hoor liever geen terugblik op de historie van de wet, maar graag een wat meer toekomstgerichte oplossing van dit probleem.

Minister Kamp:

Iedereen kan de wet nu naleven. Er wordt dus niet meer geaccepteerd dat de wet niet wordt nageleefd. Iedereen is geïnformeerd, iedereen heeft tijd gehad. We gaan er nu dus voor zorgen dat iedereen zich aan de regels houdt. Ze hebben allemaal beloofd dat ze dat gaan doen. Wij zullen controleren of dat inderdaad het geval is. In de richting van de Kamer ga ik twee dingen doen. In de eerste plaats ga ik de Kamer voor het eind van het jaar de evaluatie van de wet bewaarplicht sturen. Verder ga ik de Kamer aan het eind van het eerste kwartaal van volgend jaar de tweede meting toesturen, zodat de Kamer kan zien wat er in de praktijk van is terechtgekomen. Ik vind dit een belangrijk onderwerp. Ik vind dat iedereen zich aan de wet moet houden. De wet is duidelijk. Degenen die dat niet doen, komen zoals gezegd in aanmerking voor een boete, die per overtreding tot €450.000 kan oplopen.

Het volgende nog even ter relativering, zonder het punt weg te willen praten. Al bij de eerste meting bleek dat bij meer dan 99% van alle gegevens over particulieren werd gehandeld in overeenstemming met de wettelijke verplichtingen. Het achterblijven zat vooral bij de kleine telecombedrijven. De grote telecombedrijven, die het overgrote deel van met name de consumentenmarkt bedienen, hebben zich vanaf het begin aan de regels gehouden.

De heer Verhoeven (D66):

Het is goed dat de minister oog heeft voor het probleem en het serieus neemt, de evaluatie van de wet bewaarplicht naar de Kamer stuurt en er daadwerkelijk consequenties aan verbindt als bedrijven zich niet aan de wet willen houden Dat is in ieder geval voor een deel bevredigend.

Ik heb toch nog één zorg. De manier waarop dit rapport nu naar buiten is gekomen, verdient, wat mij betreft, ook geen schoonheidsprijs. Wat is er nog meer dat deze Kamer niet weet? Wat ligt er nog in de lade aan rapporten van het Agentschap Telecom? Wat ligt er nog in de lade bij de Autoriteit Consument & Markt? Waar blijft de evaluatie van deze wet? De minister zegt dat deze aan het einde van het jaar komt. Klopt het dat het evaluatierapport allang af is, maar dat de reactie van de minister hierop de reden is waarom we het nog steeds niet gekregen hebben? We wachten er al bijna een jaar op. Kan de minister zeggen dat hij nu echt tempo zal maken om ervoor te zorgen dat de Kamer de informatie krijgt die nodig is? Anders blijven we steeds achter de feiten aanlopen. De minister is het volgens mij met mij eens dat we dat in ieder geval niet moeten willen.

Minister Kamp:

Het evaluatierapport ligt niet al een jaar bij mij. De evaluatie is pas begonnen in het eerste kwartaal van het jaar 2013. De evaluatie is nu ongeveer afgerond, maar heeft mij nog niet bereikt. Zodra zij mij bereikt heeft, zal ik die zaak afdoen en de evaluatie naar de Kamer sturen. Ik vind dit een belangrijk onderwerp.

We moeten ons overigens realiseren dat het hierbij niet gaat om de inhoud van telefoongesprekken of mails. Die is niet bekend. Het gaat, en dat is niet niks, om de personen met wie je contact hebt. Wij hebben als wetgever gezegd dat die gegevens bewaard moeten blijven. Wij hebben in het begin niet meteen duidelijk gemaakt hoelang zij bewaard moeten blijven. Ik denk dat de bedrijven snel op de nieuwe wetgeving hebben ingespeeld. Inmiddels hebben ze hun kans gehad. Nu mag ook voor 100% verwacht worden dat ze doen wat de wetgever heeft gezegd.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Allereerst heb ik een kleine correctie. Wat de minister zegt, klopt niet. Afgelopen zomer bleek dat ook de grote providers zich niet aan de wet houden. Het gold namelijk ook voor Tele2, T-Mobile en KPN. Dat wil ik in ieder geval gezegd hebben.

Ik weet dit omdat ik afgelopen zomer, samen met mijn collega van de Partij van de Arbeid, mevrouw Oosenbrug, vragen heb gesteld over een soortgelijk voorval. Toen antwoordde de minister van Veiligheid en Justitie, samen met deze minister, dat OPTA nog geen reden zag om te handhaven. Ik zou hier een heleboel over willen vragen, maar ik heb maar één vraag. Ik hoop toch dat OPTA intussen tot inkeer is gekomen en dat er wel zal worden gehandhaafd. Is de minister bereid om samen met zijn collega van Veiligheid en Justitie en met OPTA, maar ook met het College bescherming persoonsgegevens en het Openbaar Ministerie, te komen tot een mogelijke vervolging van deze bedrijven?

Minister Kamp:

Het is mijn taak om de Kamer goed te informeren, dus herhaal ik nog even mijn informatie. Bij de éénmeting die is uitgevoerd in het jaar 2010, is vastgesteld dat de grote bedrijven zich aan de wet houden. Dat betekent dat meer dan 99% van de consumentengegevens behandeld wordt zoals dat volgens de wet moet. Ik zeg het nog maar een keer.

Zoals mevrouw Gesthuizen weet, bestaat OPTA niet meer. Zij is opgegaan in de ACM. Hierbij is de ACM echter niet in beeld, maar het Agentschap Telecom. Zij moet zorgen voor de handhaving en dat doet zij ook. Als er een nieuwe complexe wetgeving is, waarbij het om miljarden gegevens gaat en waarbij de termijnen door de Kamer nog niet duidelijk zijn gemaakt, kun je niet meteen beginnen met het uitdelen van boetes. Je moet er eerst voor zorgen dat die bedrijven goed geïnformeerd zijn en zich hebben kunnen aanpassen. Zodra dat het geval is, kun je boetes uitdelen. Zover is het nu. Bedrijven hebben zelf gezegd dat zij zich aan de wet houden. Wij zullen nagaan of dat het geval is.

Mevrouw Oosenbrug (PvdA):

We hebben het hier natuurlijk over een bestuurlijke boete die opgelegd kan worden. Is het niet verstandig om het illegaal handelen in persoonsgegevens wettelijk te regelen, dus toch via de juridische weg? Is daar een mogelijkheid voor? Het gaat tenslotte om persoonsgegevens van mensen. Deze worden gewoon illegaal verkocht. Als het niet lukt via een bestuurlijke boete — sorry, maar €450.000 is voor grote bedrijven gewoon peanuts — moeten we misschien aan strafbaarstelling denken.

Minister Kamp:

Bij grote bedrijven is die boete waarschijnlijk niet aan de orde, want die grote bedrijven houden zich aan de regels. Het gaat hier om honderden kleine bedrijven, die een klein stuk van de markt hebben. Wat er aan sancties is, is door de wetgever, onder anderen door mevrouw Oosenbrug, bepaald. Agentschap Telecom doet de handhaving en de boete bedraagt maximaal €450.000 per overtreding. Als een andere wettelijke bepaling wordt overtreden in strafrechtelijke zin, hebben we het Openbaar Ministerie. Niets houdt het Openbaar Ministerie tegen om op te treden als dat nodig is. Ik vind het ook gewenst dat zij dit doet. Bescherming van de privacy, dat de woordvoerders hier aan de orde stellen, is namelijk een belangrijk onderwerp.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik was blij te horen dat de PvdA-fractie vraagt om de juridische mogelijkheden verder uit te breiden. De minister wil daar vooralsnog niet aan, maar dan zou ik wel graag van hem willen weten wanneer het hem dan wel te ver gaat. Wanneer vindt hij dat er te veel en te gemakkelijk met persoonsgegevens wordt gesjoemeld voordat hij een extra stap gaat zetten?

Minister Kamp:

De bedrijven hebben meegedeeld dat ze zich zo spoedig mogelijk, een deel per eind 2011 en een ander deel per eind 2012, volledig aan alle regels zullen houden. Dat betekent dat ik ervan uitga dat het nu voor elkaar is. Het Agentschap Telecom heeft nu voor de tweede keer een meting gedaan. Bovendien heeft het risicoprofielen gemaakt van bedrijven en is het ook met gerichtere controles bij bedrijven bezig. Als blijkt dat bedrijven niet doen wat er in de wet staat en niet doen wat ze zelf naar mij toe hebben aangekondigd, dan komen ze in aanmerking voor die boete.

De voorzitter:

Mevrouw Ouwehand, tweede vraag. Gaat uw gang.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

De minister zegt ervan uit te gaan dat het zo in orde is. Wanneer heeft hij een evaluatiemoment en informeert hij de Kamer dat hij het toch wel noodzakelijk vindt om de juridische mogelijkheden verder uit te breiden?

Minister Kamp:

De gegevens van de zogenaamde éénmeting, één jaar na invoering, zijn betrokken bij de evaluatie die voor het eind van dit jaar bij de Kamer komt. De tweede meting zal ik apart naar de Kamer sturen. Dat betekent dat de Kamer aan het eind van het eerste kwartaal 2014 aanvullend op die evaluatie krijgt te zien wat de conclusies waren van die tweede check die bij, naar ik meen, 250 bedrijven is uitgevoerd. Dan heeft de Kamer een volledig beeld van de stand van zaken.

De voorzitter:

Met dit antwoord is er een einde gekomen aan het mondelinge vragenuur. Ik dank de minister van Economische Zaken hartelijk voor zijn komst naar de Kamer en ik hoop dat hij nog even wil blijven zitten voor de stemmingen, iets later vandaag.

Naar boven