Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het Voorstel van wet van de leden Karimi, Dubbelboer en Van der Ham tot wijziging van het voorstel van wet van de leden Karimi, Dubbelboer en Van der Ham betreffende het houden van een raadplegend referendum over het grondwettelijk verdrag voor de Europese Unie (Wet raadplegend referendum Europese Grondwet) in verband met het tijdstip van het referendum (29608).

(Zie vergadering van 22 september 2004.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. De fractie van D66 zal voor het amendement-Spies c.s. stemmen. Ik zal daar zelf tegen stemmen, omdat ik als indiener van het wetsvoorstel dit amendement volkomen overbodig vind.

In stemming komt het amendement-Spies c.s. (stuk nr. 10).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van D66, met uitzondering van de heer Van der Ham, de Groep Wilders, de VVD, de ChristenUnie, de SGP en het CDA voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Artikel I, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Spies c.s. (stuk nr. 10), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel II en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven