Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 14 maart 2001 over de politie.

De heer Rabbae (GroenLinks):

Voorzitter! Dit debat gaat over het zogenaamde politienummer 0900-8844. Zoals wij allemaal weten, is dit nummer ingevoerd om de politie te voorzien van informatie over incidenten in het kader van de openbare orde. Werkt dit nummer? Volgens de minister wel, want hij heeft ons medegedeeld dat dit nummer bevredigend werkt. Maar dat is niet het geval volgens een aantal burgers die ons daarover brieven hebben geschreven. Wij hebben bijvoorbeeld een brief ontvangen – ik weet niet of dat ook voor de minister geldt – van een bedrijf waarvan de auto in Rotterdam is gestolen. Dat bedrijf heeft geprobeerd de politie in Rotterdam via dit nummer te bereiken, maar kreeg eerst de politie in Breda, vervolgens de politie in Zevenbergen, daarna de politie in Valkenswaard en na twintig minuten de politie in Rotterdam. Is dit nummer dus wel toegankelijk?

Is het wel juist om de burgers die er gebruik van willen maken te belasten met een tarief van 30 cent per minuut? Ja, zegt de minister. Nee, zegt de Kamer, want die heeft kamerbreed aangegeven dat dit nummer gratis aan de burgers beschikbaar zou moeten worden gesteld. De minister heeft dat evenwel afgewezen.

Wij weten inmiddels dat de dienst inlichtingen over telefoonnummers van oordeel is dat informatie over de lokale telefoonnummers van de politie niet meer moet worden verstrekt. Wij weten tevens dat deze lokale nummers mettertijd zullen verdwijnen uit de telefoongidsen.

De heer Van Heemst (PvdA):

Voorzitter! De heer Rabbae zegt dat kamerbreed is uitgesproken dat dit nummer gratis moest zijn, maar bij mijn weten heeft een Kamermeerderheid een motie verworpen waarin werd gevraagd om dat nummer gratis te maken.

De heer Rabbae (GroenLinks):

In het algemeen overleg waarbij ik aanwezig ben geweest, was een brede meerderheid van de Kamer van mening dat dit nummer gratis beschikbaar gesteld moest worden voor het publiek. Ik weet wel dat de PvdA zich daarna heeft teruggetrokken uit dit brede front, maar dat is meer voor uw rekening dan voor rekening van de andere partijen.

De heer Van Heemst (PvdA):

De actuele stand van zaken is dat er een motie van D66 en CDA in stemming is geweest, waarin werd gevraagd wat u zo-even verwoordde, en dat een Kamermeerderheid, waartoe inderdaad ook de PvdA hoorde, die motie heeft verworpen, omdat zij dat een onzinnig verzoek vond.

Vervolgens heb ik naar ik meen in november de minister gevraagd om samen met zijn collega van Verkeer en Waterstaat na te gaan of gebruik kan worden gemaakt van een bepaling in de Telecommunicatiewet die providers verplicht om alarmnummers gratis beschikbaar te stellen. De minister heeft ons via een brief laten weten, dat dit servicenummer niet is aan te merken als een alarmnummer. Dus ook die weg is afgesloten. Daarmee geldt volgen mij wat een Kamermeerderheid in november heeft uitgesproken, namelijk dat een landelijk servicenummer niet gratis moet worden gemaakt.

De heer Rabbae (GroenLinks):

Deze medaille heeft twee kanten, zoals wij weten. Aan de ene kant heeft u gelijk en heeft bij de uiteindelijke stemming de PvdA de doorslag gegeven, maar in het algemeen overleg was de PvdA eigenlijk ook voorstander van het gratis beschikbaar stellen van dit nummer voor het publiek. Om politieke redenen bent u van standpunt veranderd. Dat is voor uw rekening.

De heer Van Heemst (PvdA):

Ik vind het prettig dat u de PvdA steeds in het zonnetje zet, maar het was een Kamermeerderheid, waarvan de VVD en de PvdA onderdeel vormden. De VVD is dus dezelfde opvatting toegedaan als de PvdA. Dat was geen politieke opvatting, maar een inhoudelijk oordeel. Ik heb hier in een uitvoerige stemverklaring toegelicht waarom het onzin was om dat nummer gratis te maken. Een van de redenen die ik noemde, was dat het gratis maken van dat nummer zou betekenen dat wij een nieuw nummer zouden moeten introduceren in Nederland, terwijl wij net een maand bezig waren dat ene alarmnummer aan het Nederlandse publiek uit te leggen.

De voorzitter:

Deze discussie herinner ik mij zelfs. Die hebben wij dus al eerder gevoerd. De heer Rabbae was over zijn twee minuten heen. Ik geef hem de gelegenheid, zich tot de minister te wenden en af te ronden.

De heer Rabbae (GroenLinks):

Het is merkwaardig, voorzitter, dat de PvdA via mij zichzelf bij nader inzien moet overtuigen van het eigen ongelijk. Maar dat is een ander verhaal.

De heer Van Heemst (PvdA):

Voorzitter! De heer Rabbae zei net: dit verhaal heeft twee kanten. Vervolgens legde hij uit dat de PvdA gelijk heeft. Ik vind het dan een beetje kinderachtig om dit stukje af te sluiten met de conclusie dat ik mij van mijn eigen ongelijk sta te overtuigen. Ik heb gelijk.

De heer Rabbae (GroenLinks):

De voorzitter heeft gelijk dat wij het AO niet moeten herhalen. Dat pleit de heer Van Heemst vrij van kritiek mijnerzijds. Ik heb hierover een heel ander verhaal te houden dan hij zich kennelijk weet te herinneren.

Voorzitter! Ik wil een motie indienen, beogende dit nummer in ieder geval tegen het lokale tarief ter beschikking te stellen aan de burgers. Als de burgers willen communiceren met de politie moet het ten hoogste tegen het lokale tarief kunnen en hoeven zij geen dertig cent per minuut te betalen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat het tot de taak van de rijksoverheid behoort te zorgen voor een maximale bereikbaarheid van de primaire dienstverlening, waaronder die van de politie;

van mening dat de invoering van een nieuw landelijk telefoonnummer voor niet-spoedeisende zaken de burger niet financieel extra moet belasten;

roept de regering op, het landelijke politienummer 0900-8844 tegen lokaal tarief toegankelijk te maken of de bestaande lokale toegangsnummers van de politie onder vermelding in de telefoongids in stand te houden, en de financiering daarvan te vinden in de voorjaarsnota voor 2001 of in de begroting voor 2002,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Rabbae. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 45 (27400 VII).

De heer Rietkerk (CDA):

De fractie van GroenLinks stapt via deze motie af van het gratis beschikbaar stellen van dat nummer en stelt voor, tussentijds dus, dat nummer tegen het lokale tarief beschikbaar te stellen. Is dit juist? Zo ja, hoe wil zij dat dekken?

De heer Rabbae (GroenLinks):

Dat ik daarvan afstap, is duidelijk. De minister wilde het niet en ik werd niet gesteund door een aantal fracties.

De heer Van Heemst (PvdA):

Waaronder die van de PvdA!

De heer Rabbae (GroenLinks):

Waaronder die van de PvdA inderdaad.

Wat de middelen betreft, heb ik verwezen naar de onderhandelingen tussen de minister en zijn collega's in het kader van de Voorjaarsnota of anders de begroting voor 2002.

Mevrouw Scheltema-de Nie (D66):

Een gewetensvraag aan de heer Rabbae, voorzitter! Wat wil hij liever, het lokale tarief of het nultarief, zoals aanvankelijk is voorgesteld door D66 en CDA?

De heer Rabbae (GroenLinks):

Mijn voorkeur gaat natuurlijk uit naar het nultarief.

Mevrouw Scheltema-de Nie (D66):

Prima. Wat doet u verwachten dat deze motie anders zal worden bejegend dan de motie over het nultarief?

De heer Rabbae (GroenLinks):

RabbaeDie motie heeft het niet gehaald, zoals u weet. Moet ik dan weer een motie indienen over het nultarief? Ik denk dat dit niet nuttig is. Ik probeer nu te komen tot een redelijk tarief en dat is het lokale tarief. De lokale politie is bereikbaar via het lokale tarief. Ik verzoek de minister zich redelijk op te stellen en dat nummer toegankelijk te maken voor de burgers via het lokale tarief.

Mevrouw Scheltema-de Nie (D66):

En als dat niet lukt, zegt u: dan maar helemaal het nieuwe telefoonnummer niet en terug naar de situatie zoals die daarvoor was? Is dat de optie die u het liefste heeft als uw motie over die dertig cent het niet haalt?

De heer Rabbae (GroenLinks):

Nee. Ik gaf het voorbeeld van een bedrijf uit Rotterdam. Daaruit blijkt dat men via dat nummer men niet direct te maken kreeg met de lokale politie in Rotterdam. Men werd eerst verwezen naar de politie in Breda, Valkenswaard en Zevenbergen en belandde uiteindelijk bij de politie in Rotterdam. Ik heb dan liever dat de burgers direct contact krijgen met hun eigen politie op plaatselijk niveau, in plaats van 20 minuten door het land te moeten zwerven, om uiteindelijk te belanden bij de politieorganisatie die zij graag willen spreken. Dat alternatief bied ik de minister. Als hij er niet voor kiest het landelijk politienummer à raison van het lokale tarief ter beschikking te stellen, dan moeten maar de lokale nummers van de politiebureaus beschikbaar worden gesteld.

Mevrouw Scheltema-de Nie (D66):

Is dat: én het algemene nummer én een zelfstandig nummer voor de plaatselijke politiebureaus?

De heer Rabbae (GroenLinks):

Nee, of-of!

Minister De Vries:

Mevrouw de voorzitter! Wij hebben op verschillende plaatsen al eerder hierover gediscussieerd, in een notaoverleg en in deze zaal. De heer Van Heemst heeft het in zijn reactie aan het adres van de heer Rabbae helder gezegd. Er is een motie verworpen. Ik kreeg eerst de indruk, dat de heer Rabbae dacht dat dit niet het geval was. Dat is gebeurd op 28 november 2000. Ik heb toen beloofd dat ik de Kamer nadere informatie zou sturen. Ik heb dat breder opgevat dan was gevraagd. Ik heb de heer Van Heemst op zijn vraag geantwoord en erbij gezegd, dat tot mijn vreugde het gebruik van het servicenummer onstuimig groeit. Het begint een heel goed nummer te worden.

De heer Rabbae vindt het jammer dat de Kamer heeft uitgesproken, dat het nummer niet gratis hoeft te zijn. Hij wil proberen om het wat goedkoper te maken. Het vorige debat zou een goede gelegenheid zijn geweest om dit maar af te handelen, want toen waren wij nog met de begroting bezig. Ik zou toen waarschijnlijk hetzelfde hebben gezegd. Het lijkt mij van belang, dat wij het nummer even het nummer laten en er geen onrust over creëren. Er zullen heus wel eens dingen gebeuren die niet goed zijn. De heer Rabbae gaf een goed voorbeeld van verkeerde doorverbindingen. Het is echter een majeure stap vooruit, dat nu op elk punt in Nederland de mensen geen grote telefoongids meer behoeven te raadplegen en geen nummers van de lokale politie meer behoeven te onthouden, maar in beginsel direct worden doorverbonden met de politie in de omgeving waar zij zich ophouden. Men behoeft het geheugen dus maar heel beperkt te belasten. Het gaat heel goed.

Wij zijn hier nu voor de vierde keer mee bezig. Als de discussie doorgaat, heeft het mijn voorkeur om tegen de volgende begroting nog eens te rapporteren hoe het gaat. Hoe wordt er gebruik van gemaakt? In de huidige discussies over de voorjaarsnota en de begroting voor het volgend jaar mag dit naar mijn smaak niet tot mijn prioriteiten behoren.

Overigens wijs ik erop, dat het nummer een initiatief is van de korpsbeheerders. Zij wilden het niet ten koste laten gaan van blauw op straat, dus zij hebben heel zorgvuldig gepland. Zij hebben zich gecommitteerd aan de implementatie. Ik zal mij er in de komende maanden van op de hoogte stellen hoe die verloopt. Zij achten deze oplossing voor de bereikbaarheid van de Nederlandse politiekorpsen ongelofelijk veel beter. Het is even jammer dat de kosten doorberekend moeten worden, maar verwacht wordt dat die op termijn door de technische ontwikkeling lager worden.

De korpsen hebben een grote inspanning gepleegd om betere service te verlenen en ervoor te zorgen dat de mensen snel terechtkomen bij iemand die echt kan helpen. Vroeger was de opvang van telefoongesprekken nog wel eens gebrekkig. Het initiatief heeft geleid tot een verbetering van de serviceverlening door de politie.

Mijn opvatting over de motie is helder. Ik meen dat wij nu het nummer het nummer moeten laten en de manier waarop het gefinancierd wordt ook. Ik voel er niet voor om de bestaande lokale toegangsnummers weer te gaan pluggen, dat lijkt mij zeer verwarrend. Ik constateer, dat het gebruik van het nummer zeer snel toeneemt en ik ontraad de Kamer zeer om nu niet de tijd te nemen om te zien hoe zich dit verder ontwikkelt. Ik ben graag bereid om daarover voor de volgende begrotingsbehandeling nadere informatie aan de Kamer te zenden.

De heer Rabbae (GroenLinks):

De minister stelt zich in ieder geval minder frontaal op dan tijdens het algemeen overleg, dat is een vooruitgang. Ik wil echter nog een vraag stellen. Vindt hij het juist dat, hoewel de burgers tot de invoering van het nummer de eigen politiekorpsen lokaal konden bereiken, nu meer dan een verdubbeling van het tarief is ingevoerd?

Minister De Vries:

Daar hebben wij het al driemaal over gehad.

De voorzitter:

Ik herinner mij deze discussie van de begrotingsbehandeling, waarbij precies dezelfde vragen werden gesteld. Ik vraag mij af of het verstandig is dat steeds dezelfde discussie wordt gevoerd, maar de minister wil hierover misschien nog iets zeggen.

Minister De Vries:

Ik kan hierover weinig nieuws zeggen. De korpsbeheerders hebben in eigen kring en in eigen beraad na een jarenlange voorbereiding gezegd dat dit een belangrijke innovatie is die de bereikbaarheid van de politie zeer vergroot. Ik meen dat men daar gelijk in heeft. Die route is dus ingeslagen en daar valt op dit moment niet veel meer aan toe te voegen, zoals ik al eerder in de commissie uiteenzette.

De heer Van Heemst (PvdA):

De minister zei dat er in september, dus voor de begrotingsbehandeling, nog een evaluatie komt. Ik wil graag dat daarin heel gericht aandacht wordt besteed aan de kwaliteit van de via dat nummer geboden service. Verder wil ik dat daarin eventuele mankementen worden aangegeven en wat de verschillende politiekorpsen doen om het nummer te laten functioneren als iets waarbij mensen waar voor hun geld krijgen. Dit is heel belangrijk voor de gebruiker.

Minister De Vries:

Het lijkt mij voortreffelijk om dat zo te doen. Dan kunnen wij daarover met elkaar een oordeel vellen.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, op een nader te bepalen tijdstip over de motie te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven