Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Regels inzake de bescherming van persoonsgegevens (Wet bescherming persoonsgegevens) (25892), en over:

- de gewijzigde motie-Rietkerk over de te verwachten kosten (25892, nr. 34);

- de motie-Nicolaï c.s. over privacy enhancing technologies (25892, nr. 31).

(Zie vergadering van 18 november 1999.)

De voorzitter:

Mevrouw Halsema trekt haar amendement op stuk nr. 27 in, mevrouw Scheltema-de Nie haar amendement op stuk, nr. 25 en mevrouw Wagenaar haar amendement op stuk nr. 20.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Rietkerk (CDA):

Mevrouw de voorzitter! De CDA-fractie heeft, evenals andere fracties, in de aanloop naar en tijdens het debat een aantal vraagtekens bij deze wet geplaatst. Het wetsvoorstel is te gecompliceerd, er is sprake van veel open normen en het is voorzien van een te ingewikkelde memorie van toelichting. Wij hadden en hebben de vrees dat deze wet een aanzienlijke belasting betekent in de praktijk. Dat geldt ook voor de rechtspraak.

Daar staat tegenover dat het debat ontegenzeglijk veel onduidelijkheden heeft weggenomen. Verder komt er een verklarende handleiding bij de memorie van toelichting, op te stellen door Justitie en een actieve voorlichting, samen met de doelgroepen. Daarbij komt dat wij ons realiseren dat het grootste deel van deze wet bestaat uit het omzetten van een Europese richtlijn in de Nederlandse wetgeving. Nederland behoort daaraan mee te werken. De CDA-fractie zal daarom voor de Wet bescherming persoonsgegevens stemmen.

Verder heeft de minister onder druk van een motie van het CDA toegezegd zo spoedig mogelijk aan de Kamer een objectief overzicht te geven van de te verwachten kosten. Hiermee zal de minister de motie van het CDA uitvoeren. Ik ben daar blij mee. Om die reden trek ik de motie op stuk nr. 34 in.

De voorzitter:

Dat zal bij het desbetreffende agendapunt gebeuren.

De artikelen 1 t/m 7 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Halsema (stuk nr. 26, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en GroenLinks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 26 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 8 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Scheltema-de Nie/Wagenaar (stuk nr. 15).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Artikel 9, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Scheltema-de Nie/Wagenaar (stuk nr. 15), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 10 t/m 12 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Scheltema-de Nie/Wagenaar (stuk nr. 22).

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Artikel 13, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Scheltema-de Nie/Wagenaar (stuk nr. 22), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 14 t/m 21 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Nicolaï (stuk nr. 29).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de PvdA tegen dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Artikel 22, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Nicolaï (stuk nr. 29), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 23 t/m 32 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Halsema (stuk nr. 28, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA en D66 voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen. Daarmee is de uitslag onduidelijk, zodat hierover een hoofdelijke stemming nodig is.

Vóór stemmen de leden: Dittrich, Duijkers, Duivesteijn, Feenstra, Van Gent, Van Gijzel, Giskes, Gortzak, De Graaf, Halsema, Hamer, Harrewijn, Hermann, Herrebrugh, Hindriks, Van der Hoek, Hoekema, Kant, Karimi, Koenders, Kortram, Kuijper, Lambrechts, Marijnissen, Melkert, Middel, Van Nieuwenhoven, Noorman-den Uyl, Oedayraj Singh Varma, Van Oven, Poppe, Rabbae, Ravestein, Rehwinkel, Van 't Riet, Rosenmöller, Santi, Scheltema-de Nie, Schimmel, Schoenmakers, Smits, Spoelman, Van der Steenhoven, Swildens-Rozendaal, Valk, Ter Veer, Vendrik, Van Vliet, M.B. Vos, Waalkens, Wagenaar, Van Walsem, De Wit, Witteveen-Hevinga, Van Zijl, Zijlstra, Van Zuijlen, Albayrak, Arib, Augusteijn-Esser, Bakker, Barth, Belinfante, De Boer, Van Bommel, Bos, Bussemaker, De Cloe, Crone en Dijksma.

Tegen stemmen de leden: Van den Doel, Eisses-Timmerman, Essers, Eurlings, Geluk, De Haan, Hessing, Hillen, Van der Hoeven, Hofstra, De Hoop Scheffer, Kamp, Klein Molekamp, Van der Knaap, Leers, Luchtenveld, E. Meijer, Th.A.M. Meijer, Van Middelkoop, Mosterd, Nicolaï, Niederer, Oplaat, Örgü, Passtoors, Patijn, Reitsma, Remak, Rietkerk, Rijpstra, Ross-van Dorp, Rouvoet, Schreijer-Pierik, Schutte, Van der Staaij, Stellingwerf, Stroeken, Terpstra, Udo, Verbugt, Verburg, Visser-van Doorn, Van der Vlies, Voorhoeve, O.P.G. Vos, Voûte-Droste, Weekers, Weisglas, Van Wijmen, Wijn, Wilders, Van den Akker, Van Ardenne-van der Hoeven, Atsma, Van Baalen, Balemans, Balkenende, Van Beek, Van den Berg, Biesheuvel, Bijleveld-Schouten, Blaauw, Van Blerck-Woerdman, Blok, Brood, Buijs, Van de Camp, Cherribi, Cornielje, Dankers, Van Dijke en Dijkstal.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het amendement met 72 tegen 70 stemmen is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 28 voorkomende amendement als verworpen Voorzitterkan worden beschouwd.

Artikel 33 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 34 t/m 38 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Wagenaar/Scheltema-de Nie (stuk nr. 17, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 17 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel 39, zoals het is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Wagenaar/Scheltema-de Nie (stuk nrs. 17, I en II), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 40 t/m 47 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Scheltema-de Nie/Wagenaar (stuk nr. 21) tot invoeging van artikel 48.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

De artikelen 49 t/m 55 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Nicolaï (stuk nr. 23).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van GroenLinks tegen dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Artikel 56, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Nicolaï (stuk nr. 23), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 57 t/m 83 en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel voor, met toepassing van artikel 106, tweede lid, van het Reglement van orde, de verandering van volgnummers gedeeltelijk achterwege te laten.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Rietkerk stel ik voor, zijn gewijzigde motie (25892, nr. 34) in te trekken.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Nicolaï c.s. (25892, nr. 31).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven