8 (2001) Nr. 8

A. TITEL

Stabilisatie- en Associatie-Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds;

(met Bijlagen en Protocollen)

Luxemburg, 9 april 2001

B. TEKST

De Nederlandse tekst van de Overeenkomst, met Bijlagen en Protocollen, is geplaatst in Trb. 2001, 81.

Voor correcties in de Nederlandse tekst, zie Trb. 2004, 160.

In Trb. 2001, 81 dient opnieuw een correctie te worden aangebracht.

Op blz. 5, in artikel 5, eerste lid, op een na laatste en laatste regel dient de zinsnede „in titels III, V, VI and VII” te worden vervangen door „in de titels III, V, VI en VII”.

Voor de Nederlandse tekst van het op 7 december 2004 te Brussel bij briefwisseling totstandgekomen Protocol, zie Trb. 2005, 79.

Voor de Nederlandse tekst van het op 22 november 2004 te Brussel totstandgekomen Protocol, het op 13 december 2005 totstandgekomen Protocol en het op 20 december 2007 totstandgekomen Besluit, zie Trb. 2008, 71.

Voor de Nederlandse tekst van het op 22 februari 2008 te Brussel totstandgekomen Protocol, zie Trb. 2008, 142.

In dat Tractatenblad dient de volgende correctie te worden aangebracht.

Op blz. 29, in artikel 28, onderdeel c, laatste regel, dient een spatie te worden ingevoegd tussen „Joegoslavische” en „Republiek”.


Op 18 juli 2014 is te Brussel een Protocol, met bijlagen, bij de Overeenkomst tot stand gekomen in verband met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie. De Nederlandse tekst1) van dit Protocol luidt als volgt:


Protocol bij de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds, om rekening te houden met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie

Het Koninkrijk België,

de Republiek Bulgarije,

de Tsjechische Republiek,

het Koninkrijk Denemarken,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Republiek Estland,

Ierland,

de Helleense Republiek,

het Koninkrijk Spanje,

de Franse Republiek,

de Republiek Kroatië

de Italiaanse Republiek,

de Republiek Cyprus,

de Republiek Letland,

de Republiek Litouwen,

het Groothertogdom Luxemburg,

Hongarije,

de Republiek Malta,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Republiek Oostenrijk,

de Republiek Polen,

de Portugese Republiek,

Roemenië,

de Republiek Slovenië,

de Slowaakse Republiek,

de Republiek Finland,

het Koninkrijk Zweden,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,

Verdragsluitende partijen bij het Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de lidstaten” genoemd,

en

de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de Europese Unie” genoemd, enerzijds,

en

de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds,

Gezien de toetreding van de Republiek Kroatië (hierna „Kroatië” genoemd) tot de Europese Unie op 1 juli 2013,

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) De stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds (hierna „de SAO” genoemd), is op 9 april 2001 in Luxemburg ondertekend en op 1 april 2004 in werking getreden.

  • (2) Het Verdrag betreffende de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie (hierna „het Toetredingsverdrag” genoemd) is op 9 december 2011 in Brussel ondertekend.

  • (3) Kroatië is op 1 juli 2013 tot de Europese Unie toegetreden.

  • (4) Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van de Akte betreffende de voorwaarden voor de toetreding van Kroatië dient de toetreding van Kroatië tot de SAO te worden geregeld door sluiting van een protocol bij de SAO.

  • (5) Overeenkomstig artikel 35, lid 3, van de SAO heeft overleg plaatsgevonden om ervoor te zorgen dat rekening wordt gehouden met de in die overeenkomst vastgestelde wederzijdse belangen van de Europese Unie en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië,

Zijn het volgende overeengekomen:

AFDELING I OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN

Artikel 1

Kroatië wordt partij bij de stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds, die op 9 april 2001 in Luxemburg is ondertekend, en dient, op dezelfde wijze als de andere lidstaten van de Europese Unie, de tekst van de SAO en die van de gemeenschappelijke verklaringen en de unilaterale verklaringen die aan de op diezelfde datum ondertekende slotakte zijn gehecht, goed te keuren dan wel er nota van te nemen.

AANPASSINGEN VAN DE TEKST VAN DE SAO EN DE BIJLAGEN EN PROTOCOLLEN DAARBIJ

DEEL II LANDBOUWPRODUCTEN
Arikel 2 Landbouwproducten in strikte zin

1. Bijlage IV a) bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage I bij dit protocol.

2. Bijlage IV b) bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage II bij dit protocol.

3. Bijlage IV c) bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage III bij dit protocol.

4. Artikel 27 van de SAO wordt vervangen door de volgende tekst:

„Artikel 27 Landbouwproducten
  • 1. De Europese Unie gaat over tot de afschaffing van de douanerechten en heffingen van gelijke werking die van toepassing zijn op de invoer van landbouwproducten van oorsprong uit de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, andere dan die van de posten 0102, 0201, 0202, 1701, 1702 en 2204 van de gecombineerde nomenclatuur.

    Voor de producten die vallen onder hoofdstukken 7 en 8 van de gecombineerde nomenclatuur, waarvoor het gemeenschappelijk douanetarief in een ad-valoremdouanerecht en een specifiek douanerecht voorziet, is de afschaffing uitsluitend op het ad-valoremdeel van de douanerechten van toepassing.

  • 2. Met ingang van de inwerkingtreding van het protocol bij deze overeenkomst om rekening te houden met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie, gaat de Europese Unie over tot de vaststelling van de douanerechten die van toepassing zijn bij invoer in de Europese Unie van de in bijlage III gedefinieerde producten van de categorie „baby beef’ van oorsprong uit de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië op 20% van het ad-valoremrecht en 20% van het specifieke recht als vastgesteld in het gemeenschappelijk douanetarief van de Europese Gemeenschappen, binnen een jaarlijks tariefcontingent van 1.650 ton geslacht gewicht.

    Producten van oorsprong uit de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van de posten 1701 en 1702 van de gecombineerde nomenclatuur worden binnen een jaarlijks tariefcontingent van 7.000 ton (nettogewicht) rechtenvrij in de Europese Unie ingevoerd.

  • 3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van het protocol bij deze overeenkomst om rekening te houden met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie, dient de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië:

    • a. de douanerechten af te schaffen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Europese Unie die worden vermeld in bijlage IV a);

    • b. de douanerechten af te schaffen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Europese Unie die worden vermeld in bijlage IV b), binnen de grenzen van de tariefcontingenten die voor elk product in die bijlage zijn vermeld;

    • c. de douanerechten toe te passen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Europese Unie die worden vermeld in bijlage IV c), binnen de grenzen van de tariefcontingenten.

  • 4. De handelsregelingen voor wijn en gedistilleerde dranken worden bij een afzonderlijke overeenkomst inzake wijn en gedistilleerde dranken vastgesteld.”.

5. Bijlage IV d) bij de SAO wordt geschrapt.

Artikel 3 Visserijproducten

1. Artikel 28, lid 2, van de SAO wordt vervangen door de volgende tekst:

  • „2. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië gaat over tot de afschaffing van alle heffingen die een gelijke werking hebben als douanerechten en van de douanerechten van toepassing op de invoer van vis en visserijproducten van oorsprong uit de Europese Unie, met uitzondering van de producten die zijn opgenomen in de bijlagen V b) en V c), waarin de tariefverlagingen voor de daarin opgenomen producten worden vastgelegd.”.

2. De tekst van bijlage IV bij dit protocol wordt aan de SAO toegevoegd als bijlage V c).

Artikel 4 Bewerkte landbouwproducten

1. Bijlage II bij protocol 3 bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage V bij dit protocol.

2. Bijlage III bij protocol 3 bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage VI bij dit protocol.

Artikel 5 Overeenkomst inzake wijn en gedistilleerde dranken

De leden 1 en 3 van bijlage I (Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië betreffende wederzijdse preferentiële handelsconcessies voor bepaalde wijnen, waarnaar wordt verwezen in artikel 27, lid 4, van de SAO) bij het Aanvullend Protocol tot aanpassing van de handelsaspecten van de SAO om rekening te houden met de uitkomst van de onderhandelingen tussen de partijen over wederzijdse preferentiële concessies voor bepaalde wijnen, de wederzijdse erkenning, bescherming en controle van wijnbenamingen en de wederzijdse erkenning, bescherming en controle van aanduidingen van gedistilleerde dranken en gearomatiseerde dranken, wordt vervangen door de tekst van bijlage VII bij dit protocol.

DEEL III OORSPRONGSREGELS
Artikel 6

Bijlage IV bij protocol 4 bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage VIII bij dit protocol.

OVERGANGSBEPALINGEN

DEEL IV
Artikel 7 WTO

De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zal geen vordering, verzoek of raadpleging doen noch enige concessie krachtens de artikelen XXIV.6 en XXVIII van de GATT 1994 aanpassen of intrekken in verband met deze uitbreiding van de Europese Unie.

Artikel 8 Bewijs van oorsprong en administratieve samenwerking
  • 1. Bewijzen van oorsprong die op de juiste wijze zijn afgegeven door de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of Kroatië in het kader van preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen die tussen hen van toepassing zijn, worden in de respectieve landen aanvaard, op voorwaarde dat:

    • a. de verkrijging van de oorsprong met zich meebrengt dat een preferentieel tarief wordt gehanteerd overeenkomstig de in de SAO opgenomen preferentiële tariefmaatregelen;

    • b. het bewijs van oorsprong en de vervoersdocumenten uiterlijk op de dag vóór de datum van toetreding zijn afgegeven;

    • c. het bewijs van oorsprong binnen vier maanden na de datum van toetreding bij de douaneautoriteiten wordt ingediend.

    Indien goederen vóór de toetredingsdatum zijn aangegeven voor invoer in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of Kroatië krachtens in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Kroatië op dat moment geldende preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen, kunnen nadien krachtens deze overeenkomsten of regelingen afgegeven bewijzen van oorsprong ook worden aanvaard, op voorwaarde dat zij binnen een periode van vier maanden na de toetredingsdatum bij de douaneautoriteiten zijn ingediend.

  • 2. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Kroatië mogen de vergunningen waarmee de status van „toegelaten exporteur” is toegekend in het kader van tussen hen toegepaste preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen, handhaven, mits:

    • a. een dergelijke bepaling ook is opgenomen in de vóór de toetredingsdatum van Kroatië gesloten overeenkomst tussen de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de Europese Unie; en

    • b. de toegelaten exporteurs de oorsprongsregels van die overeenkomst toepassen.

    Deze vergunningen worden uiterlijk één jaar na de datum van de toetreding van Kroatië vervangen door nieuwe vergunningen die onder de voorwaarden van de SAO zijn afgegeven.

  • 3. Verzoeken om controle achteraf van bewijzen van oorsprong die zijn afgegeven krachtens de preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen als bedoeld in lid 1 worden gedurende een periode van drie jaar na de afgifte van het betrokken bewijs van oorsprong aanvaard door de bevoegde douaneautoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of Kroatië, en kunnen gedurende een periode van drie jaar vanaf de aanvaarding van het bewijs van oorsprong nog worden gedaan door die autoriteiten ter rechtvaardiging van een invoeraangifte.

Artikel 9 Goederen in doorvoer
  • 1. De bepalingen van de SAO kunnen worden toegepast op goederen die worden uitgevoerd uit de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië naar Kroatië of van Kroatië naar de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, die voldoen aan de voorwaarden van protocol 4 bij de SAO en die op de toetredingsdatum van Kroatië en route dan wel in tijdelijke opslag zijn in een douane-entrepot of een vrije zone in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of in Kroatië.

  • 2. In dergelijke gevallen mag preferentiële behandeling worden verleend, mits binnen vier maanden na de datum van de toetreding van Kroatië bij de douaneautoriteiten van het land van invoer een bewijs van oorsprong wordt ingediend dat achteraf is afgegeven door de douaneautoriteiten van het land van uitvoer.

Artikel 10 Tariefcontingenten in 2013

Voor het jaar 2013 worden de hoeveelheden van de nieuwe tariefcontingenten en de toename van de hoeveelheden van de bestaande tariefcontingenten berekend naar rata van de basishoeveelheden, rekening houdend met de vóór 1 juli 2013 verstreken periode.

ALGEMENE EN SLOTBEPALINGEN

DEEL V
Artikel 11

Dit protocol en de bijlagen erbij vormen een integrerend onderdeel van de SAO.

Artikel 12
  • 1. Dit protocol wordt goedgekeurd door de Europese Unie en haar lidstaten en door de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië volgens hun eigen procedures.

  • 2. De partijen stellen elkaar in kennis van de voltooiing van de in lid 1 bedoelde procedures. De akten van goedkeuring worden neergelegd bij het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.

Artikel 13
  • 1. Dit protocol treedt in werking op de eerste dag van de eerste maand volgende op de datum waarop de laatste akte van goedkeuring is neergelegd.

  • 2. Indien niet alle akten van goedkeuring van dit protocol voor 1 juli 2013 zijn neergelegd, is dit protocol voorlopig van toepassing met ingang van 1 juli 2013.

Artikel 14

Dit protocol is opgesteld in tweevoud in elk van de officiële talen van de partijen, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Artikel 15

De tekst van de SAO, de bijlagen en de protocollen die daarvan een integrerend onderdeel vormen, de slotakte en de daaraan gehechte verklaringen worden opgemaakt in de Kroatische taal en die tekst is evenzeer authentiek als de oorspronkelijke teksten. De stabilisatie- en associatieraad keurt die teksten goed.

GEDAAN te Brussel, de achttiende juli tweeduizend veertien.


D. PARLEMENT

Zie Trb. 2004, 160, Trb. 2005, 79, Trb. 2005, 286 en Trb. 2008, 142.

Het Protocol van 18 juli 2014, met bijlagen, behoeft ingevolge artikel 7, onderdeel a, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, juncto artikel 2 van de Rijkswet van 18 april 2013 ( Stb. 2013, 147) niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

E. PARTIJGEGEVENS

Overeenkomst

Zie Trb. 2004, 160 en, laatstelijk, Trb. 2009, 23.

Protocol van 7 december 2004

Zie Trb. 2005, 79 en, laatstelijk, Trb. 2005, 286.

Protocol van 22 februari 2008

Zie Trb. 2008, 142 en, laatstelijk, Trb. 2009, 23.

Protocol van 18 juli 2014

Goedkeuring is voorzien in artikel 12.

Partij

Ondertekening

Ratificatie

Type*

In werking

Opzegging

Buiten werking

België

18-07-14

         

Bulgarije

18-07-14

         

Cyprus

18-07-14

         

Denemarken

18-07-14

         

Duitsland

18-07-14

         

Estland

18-07-14

         

EU (Europese Unie)

18-07-14

         

Finland

18-07-14

         

Frankrijk

18-07-14

         

Griekenland

18-07-14

         

Hongarije

18-07-14

         

Ierland

18-07-14

         

Italië

18-07-14

         

Kroatië

18-07-14

         

Letland

18-07-14

         

Litouwen

18-07-14

         

Luxemburg

18-07-14

         

Macedonië, de voormalige Joegoslavische Republiek

18-07-14

         

Malta

18-07-14

         

Nederlanden, het Koninkrijk der

18-07-14

         

– Nederland:

           

 – in Europa

           

 – Bonaire

           

 – Sint Eustatius

           

 – Saba

           

– Aruba

           

– Curaçao

           

– Sint Maarten

           

Oostenrijk

18-07-14

         

Polen

18-07-14

         

Portugal

18-07-14

         

Roemenië

18-07-14

         

Slovenië

18-07-14

         

Slowakije

18-07-14

         

Spanje

18-07-14

         

Tsjechië

18-07-14

         

Verenigd Koninkrijk

18-07-14

         

Zweden

18-07-14

         

* O=Ondertekening zonder voorbehoud of vereiste van ratificatie, R=Bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid, NB=Niet bekend

F. VOORLOPIGE TOEPASSING

Zie Trb. 2005, 79 en Trb. 2008, 142.

Het Protocol van 18 juli 2014, met bijlagen, wordt ingevolge artikel 13, tweede lid, vanaf 1 juli 2013 voorlopig toegepast.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt de voorlopige toepassing alleen voor Nederland (het Europese deel), als lidstaat van de Europese Unie.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 2004, 160, Trb. 2005, 286, Trb. 2008, 71, Trb. 2008, 142 en Trb. 2009, 23.

De bepalingen van het Protocol van 18 juli 2014, met bijlagen, zullen ingevolge artikel 13, eerste lid, in werking treden op de eerste dag van de eerste maand volgende op de datum waarop de laatste akte van goedkeuring is neergelegd.

J. VERWIJZINGEN

Voor verwijzingen en overige verdragsgegevens zie Trb. 2001, 81, Trb. 2004, 160, Trb. 2005, 79, Trb. 2008, 71, Trb. 2008, 142 en Trb. 2009, 23.

Titel

:

Handvest van de Verenigde Naties;

San Francisco, 26 juni 1945

Laatste Trb.

:

Trb. 2014, 112

     

Titel

:

Overeenkomst betreffende het Internationale Monetaire Fonds;

Washington, 27 december 1945

Laatste Trb.

:

Trb. 2011, 141

     

Titel

:

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (EURATOM);

Rome, 25 maart 1957

Laatste Trb.

:

Trb. 2010, 247

     

Titel

:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie1);

Rome, 25 maart 1957

Laatste Trb.

:

Trb. 2013, 83

     

Titel

:

Verdrag tot samenwerking inzake octrooien;

Washington, 19 juni 1970

Laatste Trb.

:

Trb. 2014, 65

     

Titel

:

Verdrag inzake een gedragscode voor lijnvaartconferences;

Genève, 6 april 1974

Laatste Trb.

:

Trb. 2011, 171

     

Titel

:

Overeenkomst van Nice van 15 juni 1957 betreffende de internationale classificatie van de waren en diensten ten behoeve van de inschrijving van merken, herzien te Stockholm op 14 juli 1967 en te Genève op 13 mei 1977;

Genève, 13 mei 1977

Laatste Trb.

:

Trb. 2012, 159

     

Titel

:

Verdrag van Bazel inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan;

Bazel, 22 maart 1989

Laatste Trb.

:

Trb. 2014, 156

     

Titel

:

Verdrag betreffende de Europese Unie;

Maastricht, 7 februari 1992

Laatste Trb.

:

Trb. 2012, 182

     

Titel

:

Verdrag inzake het Energiehandvest;

Lissabon, 17 december 1994

Laatste Trb.

:

Trb. 2010, 149

     

Titel

:

Verdrag tussen het Koninkrijk België, de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, Ierland, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden, het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (lidstaten van de Europese Unie) en de Republiek Kroatië betreffende de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie;

Brussel, 9 december 2011

Tekst

:

Trb. 2012, 24 (Nederlands)

Laatste Trb.

:

Trb. 2013, 109


In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat het Protocol, met bijlagen, zal zijn bekendgemaakt in Nederland (het Europese deel) op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de veertiende oktober 2014.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. TIMMERMANS


X Noot
1)

De Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Macedonische tekst zijn niet opgenomen.

De bijlagen liggen ter inzage bij de Afdeling Verdragen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De tekst van het Protocol, met bijlagen, is tevens gepubliceerd in PbEU 2014, L 276, blz.3-42.

X Noot
1)

De titel van het Verdrag luidde vóór 1 december 2009: Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.

Naar boven