Bekendmaking houdende een verbod zich te bevinden binnen de veiligheidszone van kavel V in windenergiegebied Hollandse Kust (noord) in de Noordzee, Rijkswaterstaat

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

Gelet op artikel 60 van het VN-Zeerechtverdrag, artikel 2.40 van de Omgevingswet en de Beleidsregel instelling veiligheidszone windparken op zee;

MAAKT BEKEND:

Artikel 1: Algemeen toegangsverbod veiligheidszone

Het is eenieder verboden zich te bevinden, dan wel enig voorwerp te hebben binnen de veiligheids-zone van kavel V van windenergiegebied Hollandse Kust (noord), waarvan de buitenbegrenzing is aangegeven in de coördinatentabel behorend bij dit besluit.

Kaart 1: Overzicht windenergiegebied Hollandse Kust (noord)

Kaart 1: Overzicht windenergiegebied Hollandse Kust (noord)

Artikel 2: Generieke uitzonderingen verbod

  • 1. Het verbod, bedoeld in artikel 1, geldt niet voor een vaartuig dat een veiligheidszone binnen vaart of daarin verblijft:

    • a. in verband met de aanleg, de inspectie, het testen, de reparatie, het onderhoud, de – ring, vernieuwing of verwijdering van windturbines, onderzeese kabels, meetmasten, transformatorstations en andere objecten ten behoeve van elektriciteitsproductie- en distributie;

    • b. om diensten te verlenen voor exploitatie van de onder a bedoelde installaties of vervoer van personen of goederen ten behoeve daarvan;

    • c. ten behoeve van het uitvoeren van wettelijke taken en toezicht op de naleving en de handhaving van wettelijke voorschriften;

    • d. in het kader van onderzoek in opdracht van de rijksoverheid, of

    • e. in het kader van (overige) activiteiten waarvoor op grond van artikel 7.17 van het Besluit Activiteiten Leefomgeving binnen de veiligheidszone een vergunning is verleend;

    • f. met toestemming van de exploitant van de onder a bedoelde installaties.

  • 2. Het verbod, bedoeld in artikel 1, geldt niet voor het zich in een veiligheidszone bevinden, dan wel het daarin hebben van een voorwerp in het kader van activiteiten als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a tot met e.

Artikel 3: Specifieke uitzondering verbod

  • 1. Het verbod, bedoeld in artikel 1, geldt niet voor onderhoudsvaartuigen die genoodzaakt zijn een veiligheidszone in te varen voor reparatie en/of onderhoud aan telecomkabels en/of pijpleidingen op voorwaarde dat de werkzaamheden vooraf zijn gemeld bij de kustwacht en hiervoor toestemming is verkregen van de waterbeheerder.

  • 2. De exploitant van telecomkabels en/of pijpleidingen meldt de onderhoudsvaartuigen die voor reparatie en/of onderhoud worden gebruikt aan bij de kustwacht voordat wordt aangevangen met de werkzaamheden.

Artikel 4 Specifieke uitzondering experimenten met passieve vistuigen

  • 1. Het verbod bedoeld in artikel 1, geldt niet voor degenen die in de veiligheidszone varen of verblijven dan wel voorwerpen hebben ten behoeve van experimenten met passieve visserij.

  • 2. De uitzondering op het verbod, als bedoeld in het eerste lid, geldt slechts voor degenen die zich vooraf hebben ingeschreven voor het uitvoeren van een experiment met passieve visserij en daarvoor onder aanvullende voorwaarden een ruimte hebben toegewezen gekregen door het Rijk.

  • 3. Aan de specifieke uitzondering in dit artikel worden de volgende voorwaarden gesteld:

    • a. De ondernemer beschikt over een visvergunning als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 1224/2009;

    • b. Er wordt geen andere vorm van visserij uitgeoefend dan het gebruik van staand net1, korven of kubben2 of handlijn3 als bedoeld in artikel 6, onderdeel 23, 30 en 31 van Verordening(EU) 2019/1241;

    • c. Er wordt een afstand van 250 meter tot aan de windturbines in acht genomen inclusief enig voorwerp;

    • d. Er wordt een afstand van 250 meter aan weerszijden van de infieldkabels in acht genomen inclusief enig voorwerp;

    • e. Er wordt een afstand van 500 meter van een transformatorstation in acht genomen;

    • f. Het vissersvaartuig waarmee experimenten met de passieve visserij worden uitgevoerd mag zich alleen in de toegewezen ruimte binnen de veiligheidszone bevinden tussen zonsopkomst en zonsondergang;

    • g. Het in te zetten vissersvaartuig heeft een maximale lengte over alles van zesenveertig meter;

    • h. Het vaartuig heeft een Automatic Identification System in werking;

    • i. Het vaartuig heeft een marifooninstallatie aan boord, waarbij gecommuniceerd wordt op kanaal 16.

Artikel 5 Gevaarlijk en hinderlijk gedrag

De uitzonderingen, bedoeld in de artikelen 2, 3, en 4 zijn slechts van toepassing voor zover daarbij gevaarlijk of hinderlijk gedrag voor het scheepvaartverkeer, de exploitatie van het windpark of andere (mede)gebruikers in het gebied wordt vermeden.

Artikel 6: Intrekken besluit tot instelling veiligheidszone

Het besluit houdende een verbod zich te bevinden in de veiligheidszone Hollandse Kust (Noord) (Stcrt. 2022, 27168) wordt ingetrokken.

Artikel 7: Inwerkingtreding

Deze bekendmaking treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, afdelingshoofd Vergunningverlening Rijkswaterstaat Zee en Delta E. Erdtsieck BBA

Bent u het niet eens met dit besluit?

Dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken. U moet hiervoor wel belanghebbende bij het besluit zijn.

De volgende vragen en aandachtspunten kunnen u helpen bij het maken van bezwaar:

  • Wat zijn de redenen dat u het met het besluit niet eens bent?

  • Welk doel wilt u met uw bezwaar tegen het besluit bereiken? Wat verwacht u van Rijkswaterstaat?

  • Is het u voldoende duidelijk wat een bezwaarprocedure inhoudt en weet u of u met een bezwaar uw doel kunt bereiken? Kunt u uw doel op een andere, wellicht eenvoudigere wijze bereiken?

Hoe maakt u bezwaar?

Om bezwaar te maken moet u, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, ter attentie van Rijkswaterstaat Zee en Delta, afdeling Werkenpakket, ter attentie van mw. E.J. Bekker Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk);

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen;

  • e. zo mogelijk een afschrift van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt.

Voldoet het bezwaarschrift niet aan deze eisen of is het te laat ingediend, dan kan het zijn dat het bezwaar niet-ontvankelijk wordt verklaard.

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Dat betekent dat het besluit blijft gelden in de tijd dat het bezwaarschrift in behandeling is. Als u dit niet wilt, bijvoorbeeld omdat uitvoering van het besluit onherstelbare gevolgen heeft voor u, dan kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen. Het verzoek dient u in bij de voorzieningenrechter van de rechtbank binnen het rechtsgebied waarin uw woonplaats zich bevindt. De rechtbank zal u daarvoor wel griffierecht in rekening brengen.

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

In artikel 60, vierde lid, van het op 10 december 1982 te Montego-Bay tot stand gekomen Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (Zeerechtverdrag) is bepaald dat binnen een veiligheidszone passende maatregelen genomen kunnen worden ter verzekering van de veiligheid van zowel de scheepvaart als van installaties of inrichtingen. Deze veiligheidszone is maximaal 500 meter vanaf de buitenste randen van installaties of inrichtingen. De mogelijkheid die het internationale recht biedt om een veiligheidszone op zee in te stellen, is opgenomen in artikel 2.40 van de Omgevingswet. Met een concretiserend besluit van algemene strekking stelt het bevoegd gezag de geografische afbakening vast van een veiligheidszone en kan het inhoudelijke randvoorwaarden stellen.

2. Windenergiegebied Hollandse Kust (noord) en net op zee

In windenergiegebied Hollandse Kust (noord) bevindt zich kavel V en het sinds 2008 operationele Prinses Amalia Windpark waarvoor een aparte veiligheidszone is ingesteld.4 Met dit besluit wordt een veiligheidszone ingesteld voor kavel V van windenergiegebied Hollandse Kust (noord). In en nabij het windenergiegebied liggen ook telecomkabels en pijpleidingen.

Het windenergiegebied Hollandse Kust (noord) is in het nationaal waterplan (Programma Noordzee 2022–2027), bedoeld in artikel 4.1 van de Waterwet5, aangewezen als voor windenergie geschikt gebied. Voor kavel V is op grond van artikel 3 van de Wet windenergie op zee een kavelbesluit vastgesteld.6 Het kavelbesluit bepaalt waar en onder welke voorwaarden een windpark gebouwd en geëxploiteerd mag worden. De grenzen van kavel V zijn mede bepaald aan de hand van de in het windenergiegebied aanwezige kabels en leidingen, inclusief onderhoudszones en de benodigde ruimte voor het net op zee. In de vergunning op grond van artikel 12 van de Wet windenergie op zee is onder meer bepaald welke exploitant gerechtigd is een windpark te bouwen en exploiteren.

Op 29 juli 2020 heeft de Minister van Economische Zaken en Klimaat bekend gemaakt dat de vergunning voor kavel V van windenergiegebied Hollandse Kust (noord) is toegekend aan CrossWind C.V., een consortium van Shell en Eneco.

Het net op zee voor kavel V in windenergiegebied Hollandse Kust (noord) bestaat uit één transforma- torstation in zee en twee onderzeese 220 kV-hoogspanningskabels die de energiedistributie van het windpark op zee naar een hoogspanningsstation op land verzorgen. Voor de bouw en exploitatie van het net op zee zijn vergunningen op grond van de Waterwet verleend aan TenneT TSO B.V.7

3. Generieke en specifieke uitzonderingen

Voor schepen van de exploitanten van de windparken en de gerelateerde installaties (waaronder het platform van TenneT), vergunninghouders van (overige) activiteiten binnen de veiligheidszone, en de rijksoverheid is een generieke uitzondering gemaakt om binnen een veiligheidszone van kavel V van het windenergiegebied Hollandse Kust (noord) te varen. Deze generieke uitzondering geldt niet voor schepen van leiding- en kabelexploitanten.

Ten behoeve van onderhoud van (bestaande) kabels en pijpleidingen in en nabij het windenergiege- bied is een specifieke uitzondering opgenomen. Een zone van 500 meter aan weerszijden van een kabel of leiding is voldoende voor onderhoudsschepen om onderhoud en reparaties uit te kunnen voeren. Er is naar verwachting in slechts uitzonderlijke gevallen een noodzaak om met onderhouds- schepen de veiligheidszone van kavel V in windenergiegebied Hollandse Kust (noord) te betreden ten behoeve van het onderhoud van pijpleidingen en telecomkabels.

Indien de pijpleiding- of kabelexploitant kan aantonen dat reparatie van haar leiding of kabel alleen mogelijk is door het betreden van de veiligheidszone van windenergiegebied Hollandse Kust (noord), dan zal de kustwacht in overleg met de waterbeheerder8 en exploitanten van installaties in het gebied toestemming geven. Melden bij de kustwacht voorafgaand aan de daadwerkelijke werkzaamheden is noodzakelijk, zodat de kustwacht overig scheepvaartverkeer kan waarschuwen en aanwijzingen kan geven, opdat het onderhoud veilig kan worden uitgevoerd.

Er is in dit besluit geen specifieke uitzondering opgenomen met betrekking tot artikel 3 van de beleidsregel instelling veiligheidszone windparken op zee9. De reden hiervoor is dat er in de veiligheidszone van kavel V geen doorvaartpassage is aangewezen waar de voorwaarden uit artikel 3 van de beleidsregel op van toepassing zijn. Omdat niet het volledig resterende deel van windenergiegebied Hollandse Kust (noord) is gebruikt voor het nieuwe windpark in kavel V blijven er delen open zee over in het windenergiegebied Hollandse Kust (noord). Tussen het Prinses Amalia Windpark en het nieuwe windpark in kavel V is een strook open zee van circa 4 km breed die gebruikt kan worden als doorvaartmogelijkheid voor alle schepen om het windenergiebied te passeren. Daarnaast is in het Prinses Amalia Windpark sinds 2018 doorvaart voor schepen kleiner dan 24 meter en vissen met een hengel toegestaan. De doorvaartmogelijkheden die er reeds zijn in windenergiegebied Hollandse Kust (noord) corresponderen met bestaande vaarroutes naar en vanuit havens, belangrijke visgronden en sluiten aan op de doorvaartmogelijkheden in de verder van de kust gelegen windenergiegebieden. Omdat er voldoende doorvaartmogelijkheden zijn in het windenergiegebied is er geen noodzaak en behoefte om een doorvaartpassage aan te wijzen in de veiligheidszone van kavel V van windenergiegebied Hollandse Kust (noord).

4. Experimenten met passieve visserij

In artikel 4 van de Beleidsregel instellen veiligheidszone voor windparken op zee10 is bepaald dat onder voorwaarden experimenten met passieve visserij als vorm van medegebruik kunnen worden toegestaan binnen de veiligheidszone van een windpark of windenergiegebied. Visserij activiteiten op de Noordzee worden gereguleerd via de visserij regelgeving en zijn daarom niet-vergunningplichtig onder de Omgevingswet. Voor visserij activiteiten is ten minste een visvergunning nodig voor het vaartuig en het vistuig op grond van de (Europese) Visserijwet- en regelgeving. Voor alle visserij activiteiten geldt dat het Gemeenschappelijk Visserijbeleid en de nationale visserij regelgeving onverminderd van toepassing zijn binnen de veiligheidszone van het windenergiegebied.

In beginsel kan met een visvergunning op het hele Nederlandse deel van de Noordzee gevist worden behalve in de gebieden waartoe de toegang verboden is zoals in de veiligheidszone van installaties op zee. Met een visvergunning wordt geen toegang verkregen tot de veiligheidszone van dit windenergiegebied. Vandaar dat hiervoor een apart artikel in dit besluit is opgenomen. Toegang tot dit gebied is alleen toegestaan voor vissers die door het Rijk een ruimte toegewezen hebben gekregen om experimenten met passieve visserij te kunnen uitoefenen. Conform het Programma Noordzee 2022–2027, paragraaf 10.3.3., wordt deze beschikbare ruimte verdeeld via een inschrijving waarbij ondernemers, bij voorkeur in een consortium of ander samenwerkingsverband, inschrijven op een specifieke ruimte of ruimtes. De beschikbare ruimtes voor passieve visserij zijn opgenomen in de handreiking gebiedspaspoort voor windenergiegebied Hollandse Kust (noord).

In windenergiegebied Hollandse Kust (noord) zijn experimenten mogelijk met de volgende vistuigen:

  • Handlijnen en hengelsnoeren, zowel handmatig (tuigcode11 LHP) als mechanisch (tuigcode LHM);

  • korven, ook wel potten of kubben (tuigcode FPO); en

  • staand net (tuigcode GNS).

Ten aanzien van experimenten met staand net wordt opgemerkt dat deze alleen zullen plaatsvinden in het kader van een breder onderzoek naar staand net, zoals opgenomen in het Programma Noordzee 2022–2027 in paragraaf 4.3.6., als een experiment in kavel V windenergiegebied Hollandse Kust (noord) benodigd is voor het besluit om visserij met staand net wel of niet toe te staan binnen windparken op zee, waarbij wordt gekeken naar de ecologische effecten en waar effectief mitigerende maatregelen worden toegepast. De reden hiervoor is dat, op basis van de huidige kennis, er door het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit nog geen besluit kan worden genomen over de wenselijkheid hiervan.

5. Geografische afbakening

De veiligheidszone die wordt ingesteld met dit besluit geldt voor heel kavel V inclusief een buitenrand van 500 meter vanaf de kavelgrenzen van het windpark. De coördinaten en de begrenzing van kavel V is vastgesteld in kavelbesluit V Hollandse Kust (noord). De buitenbegrenzing van de veiligheidszone van kavel V is opgenomen onder III: in de coördinatentabel en op kaart 1 is de volledige veiligheidszone te zien inclusief de buitenrand van 500 meter.

Er is voor gekozen om een veiligheidszone voor kavel V windenergiegebied Hollandse Kust (noord) voor de scheepvaart te sluiten en niet voor het sluiten van een zone van 500 meter rondom iedere (te plaatsen) windturbine. Dit omdat het windpark een geografische eenheid vormt waarbinnen zich een samenstel van voorzieningen bevindt waarmee elektriciteit met behulp van wind wordt geproduceerd. Deze voorzieningen hebben onderlinge technische, organisatorische en functionele bindingen en zijn in elkaars nabijheid gelegen. Het toegangsverbod en de uitzonderingen daarop gelden voor het gehele windpark.

In 2022 is er reeds veiligheidszone ingesteld voor de bouwfase van het windpark in kavel V Hollandse Kust (noord). De bouwwerkzaamheden zijn afgerond en het besluit tot instelling van de veiligheidszone rond kavel V Hollandse Kust (noord) (Stcrt. 2022, 27168) komt te vervallen, en wordt vervangen door dit besluit.

In 2018 is er bij besluit een veiligheidszone ingesteld voor Prinses Amalia Windpark (Stcrt 2018, 22895). Dit besluit met de daarin opgenomen voorwaarden blijft onverminderd van kracht. Deze voorwaarden kunnen afwijken van de voorwaarden opgenomen in dit besluit.

TenneT TSO B.V., de exploitant van het net op zee, heeft in het windenergiegebied Hollandse Kust (noord) een platform met daarop een transformatorstation geplaatst, dat wordt verbonden met het hoogspanningsnet op het land. Ten behoeve van de veiligheid is voor dit platform reeds een veilig- heidszone ingesteld (Stcrt 2021, 44624), die onverminderd van kracht blijft.

II ARTIKELEN

Artikel 1

Op grond van artikel 60, vierde lid, van het Zeerechtverdrag en artikel 2.40 van de Omgevingswet wordt een veiligheidszone van maximale omvang ingesteld, te weten 500 meter vanaf de buitengrenzen van het windpark in kavel V van windenergiegebied Hollandse Kust (noord).

Artikel 2, eerste lid

Er wordt een uitzondering gemaakt van het algemene verbod voor varen in een veiligheidszone voor exploitanten van installaties in het windenergiegebied Hollandse Kust (noord) en door dezen ingeschakelde derden, vergunninghouders van (overige) activiteiten die expliciet zijn toegestaan binnen het gebied waarvoor de veiligheidszone wordt ingesteld en de rijksoverheid. Dit is nodig om de windparken en infrastructuur te kunnen aanleggen en onderhouden en vormen van medegebruik voor te bereiden of toe te passen. De rijksoverheid heeft niet alleen toegang nodig voor het uitvoeren van wettelijke taken, zoals ‘search and rescue’-operaties (SAR), rampen- en incidentenbestrijding (RIB), toezicht en handhaving, maar ook voor uitvoering van beleidsmatige taken zoals het verrichten van (wetenschappelijk) onderzoek.

Artikel 2, tweede lid

De uitzonderingen op het algemene verbod, zoals bedoeld in het eerste lid, gelden alleen voor vaartuigen. Met het tweede lid vallen bijvoorbeeld duikers die aanleg- en onderhoudswerkzaamheden verrichten alsnog onder de uitzondering van het algemene verbod. Sportduiken valt niet onder de uitzonderingen en is daarmee niet toegestaan in de veiligheidszone van het windpark.

Artikel 3, eerste lid

In uitzonderlijke gevallen kan het voor onderhoudsschepen van kabels en leidingen nodig zijn de veiligheidszone van kavel V in windenergiegebied Hollandse Kust (noord) te betreden. Indien de pijpleiding- of kabelexploitant een veiligheidszone wenst te betreden dient dit vooraf en tijdig kenbaar te worden gemaakt aan de kustwacht, afdeling Nautisch Beheer. Indien wordt aangetoond dat betreden van een veiligheidszone noodzakelijk is, dan zal de kustwacht na overleg met de waterbeheerder en exploitanten van de installaties in kavel V van het windenergiegebied Hollandse Kust (noord) hiervoor toestemming geven. Er kan sprake zijn van noodzaak als bijvoorbeeld een telecomkabel dusdanig verschoven is dat reparatie alleen mogelijk is door een veiligheidszone te betreden of beschikbare schepen een (onvermijdelijk) groot ruimtebeslag hebben.

Artikel 3, tweede lid

Melden bij aanvang van de werkzaamheden van de in te zetten schepen is noodzakelijk zodat de kustwacht overig scheepvaartverkeer kan waarschuwen en voorwaarden kan stellen, opdat het onderhoud veilig wordt uitgevoerd.

Artikel 4, eerste lid en tweede lid

Op grond van de Beleidsregel instelling veiligheidszone windparken op zee kunnen er binnen de veiligheidszone experimenten met passieve visserij worden uitgevoerd. Omdat de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit beleidsverantwoordelijk is voor visserij, zal deze onderzoeken welke experimenten met passieve visserij wenselijk zijn en veilig uitgevoerd kunnen worden binnen windparken op zee.

Omdat de visvergunning niet voor een specifiek gebied op de Noordzee geldt en de ruimte in het windenergiegebied Hollandse Kust (noord) voor passieve visserij beperkt is, wordt door middel van een inschrijving bepaald welke en hoeveel ondernemers een ruimte toegewezen kunnen krijgen binnen de veiligheidszone van het windenergiegebied. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal hiervoor een kader met randvoorwaarden opstellen en een inschrijving opzetten om te bepalen welke vissers een experiment mogen uitvoeren.

Om te borgen dat de uitvoering van dergelijke experimenten veilig gebeurt, neemt de Minister van Infrastructuur en Waterstaat daarnaast in dit besluit aanvullende voorwaarden op inzake (scheepvaart)veiligheid voor de uitvoering van een experiment binnen de veiligheidszone. Op naleving van deze (veiligheids)voorwaarden zal door het bevoegd gezag toezicht worden gehouden en zal, indien nodig, gehandhaafd worden.

Artikel 4, derde lid onderdeel a

Voor visserijactiviteiten op de Noordzee is in ieder geval een visvergunning nodig voor het vaartuig en het vistuig op grond van de (Europese) Visserijwet- en regelgeving. Deze vergunningen worden door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland afgegeven. Voor alle visserij activiteiten geldt dat het Gemeenschappelijk Visserijbeleid en de nationale visserij regelgeving onverminderd van toepassing zijn binnen de veiligheidszone van het windenergiegebied.

Artikel 4 derde lid onderdeel b

Ter bescherming van de zogenoemde infield(elektriciteits)kabels is actieve (sleepnet)visserij die de bodem beroert niet toegestaan in windparken op zee. De infieldkabels zorgen ervoor dat de door de windturbines opgewekte energie naar het transformatorstation (Offshore High Voltage Station) van TenneT wordt getransporteerd. Als deze kabels worden beschadigd, heeft dit direct invloed op de levering van elektriciteit aan het transmissiesysteem op land. Passieve vistuigen zijn vistuigen die de bodem raken, maar op grond van in visserijbeleid gebruikelijke terminologie, niet beroeren. Voor het uitvoeren van de experimenten binnen de veiligheidszone van kavel V windenergiegebied Hollandse kust (noord) zijn alleen de volgende passieve vistuigen toegestaan: staandnet, handlijn zowel handmatig als machinaal en korven/potten.

Artikel 4 derde lid onderdelen c en d

Het is niet toegestaan zich binnen een straal van 250 meter om iedere windturbine en binnen 250 meter aan weerszijden van de infieldkabels te bevinden danwel objecten te plaatsen. Deze ruimte dient vrij te blijven voor het veilig kunnen uitvoeren van het benodigde onderhoud.

Daarnaast komen in de directe nabijheid van de fundering de infieldkabels naar boven. Het is daarom niet toegestaan om met voorwerpen, zoals ankers, hengels, touwen, lijnen en boeien, vanaf het vaartuig in een straal van 250 meter rondom de turbine en binnen 250 meter aan weerszijden van de infieldkabels te komen. Ankers, haken van hengels, touwen, lijnen of boeien kunnen schade veroorzaken aan de infieldkabels. Daarnaast kunnen de onderhoudswerkzaamheden nabij de fundering door duikers in opdracht van de windparkexploitant worden bemoeilijkt. Gezien de gevaarsaspecten is het gerechtvaardigd op grond van het voorzorgsbeginsel dusdanige maatregelen te treffen dat het risico op beschadiging van de infrastructuur en beletsel voor onderhoudswerkzaamheden wordt geminimaliseerd.

Artikel 4 derde lid onderdeel e

Het is eveneens niet toegestaan zich te bevinden binnen een straal van 500 meter om het transformatorstation (high voltage station) dat zich in of in de directe omgeving van de windkavels bevindt. Bij het transformatorstation komen alle infieldkabels bij elkaar. Vanuit het transformatorstation loopt voorts de exportkabel, waarmee de door alle windturbines tezamen opgewekte elektriciteit naar land wordt getransporteerd. Het is van groot belang de integriteit van het transformatorstation te beschermen, omdat bij schade de levering van elektriciteit aan het hoogspanningsnet gevaar loopt.

Artikel 4 derde lid onderdeel f

Toegang tot de veiligheidszone om de experimenten met passieve visserij uit te voeren is alleen toegestaan tussen zonsopkomst en zonsondergang. Het verbod om ’s nachts zich te bevinden binnen de veiligheidszone is gebaseerd op enerzijds de beperkte mogelijkheden om ’s nachts reddingsoperaties uit te voeren met helikopters en anderzijds de slechte zichtbaarheid van de binnenste turbinepalen van de windparken. De vaste vistuigen kunnen ’s nachts blijven liggen, het plaatsen en ophalen mag echter alleen overdag. Jaarlijks stelt het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut, onderdeel van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, een tabel vast, waarin de tijden, waarop de zon opkomt en ondergaat, zijn opgenomen. Deze tijden zijn in dezen bepalend.

Artikel 4 derde lid onderdeel g

De lengte van maximaal 46 meter sluit aan bij de maximummaat waarbinnen vissersvaartuigen die passief vissen doorgaans vallen.

Artikel 4 derde 3 onderdelen h en i

De Kustwacht houdt toezicht op alle veiligheidszones waaronder die van kavel V windenergiegebied Hollandse Kust (noord). Om te kunnen monitoren en toezicht te kunnen houden dienen schepen in windenergiegebieden gedetecteerd te kunnen worden. Het inwerking hebben van een Automatic Identification System (AIS) draagt bij aan het goed kunnen monitoren van en toezicht houden op de scheepsbewegingen binnen de veiligheidszone. Een marifoon maakt het mogelijk om met andere vaartuigen, kustwacht, havenautoriteiten, enzovoort te communiceren en wordt tevens gebruikt bij noodsituaties. Indien de Kustwacht een oproep doet op de marifoon dient deze beantwoord te worden. Telefoniedekking op zee is beperkt en daarnaast bereikt een alarmering met een telefoon alleen de hulpdiensten maar niet de (schippers van) vaartuigen in de omgeving. Een marifoon geldt als basis uitrusting voor de (beroeps)zeevaart.

Artikel 5

Gebruikers mogen in de veiligheidszone aanwezig zijn onder de voorwaarde dat zij geen onwenselijke handelingen en activiteiten verrichten en daardoor hinder of gevaar veroorzaken. Als voorbeeld van gevaarlijk en hinderlijk gedrag kan in ieder geval roekeloos vaargedrag en het overboord gooien van gevangen vis of restafval van schoongemaakte vis kan tot hinder leiden vanwege de aantrekkende werking op vogels.

Artikel 6

Het besluit tot instelling van de veiligheidszone rond (Stcrt. 2022, 27168) met de daarin opgenomen voorwaarden, komt te vervallen, en wordt vervangen door dit besluit.

II COÖRDINATENTABEL bij artikel 1 van dit besluit en kaart 1

HOEKPUNT

EASTING_ ETRS89

NORTHING_ ETRS89

NB_GRAD_DMIN_ ETRS89

OL_GRAD_ DMIN_ETRS89

NB_DGRAD_ETRS89

OL_DGRAD_ETRS89

1

577276,68

5832503,29

52° 38.220'

4° 08.517'

52,637002

4,141952

2

577028,02

5832544,26

52° 38.244'

4° 08.297'

52,637405

4,138288

3

576830,92

5832701,31

52° 38.331'

4° 08.125'

52,638845

4,135412

4

576735,46

5832934,54

52° 38.457'

4° 08.043'

52,640954

4,134056

5

576765,90

5833184,71

52° 38.592'

4° 08.074'

52,643199

4,134564

6

579788,90

5840846,31

52° 42.698'

4° 10.865'

52,711625

4,181089

7

579848,20

5840954,91

52° 42.756'

4° 10.920'

52,712592

4,181993

8

581302,70

5842975,51

52° 43.832'

4° 12.241'

52,730537

4,204018

9

585854,45

5849299,05

52° 47.200'

4° 16.384'

52,786667

4,273064

10

585855,51

5849300,49

52° 47.201'

4° 16.385'

52,786680

4,273080

11

585936,10

5849388,19

52° 47.247'

4° 16.458'

52,787455

4,274298

12

586035,16

5849454,34

52° 47.282'

4° 16.547'

52,788034

4,275784

13

586147,92

5849495,37

52° 47.303'

4° 16.648'

52,788384

4,277467

14

586267,22

5849508,35

52° 47.309'

4° 16.754'

52,788482

4,279238

15

586554,97

5849504,96

52° 47.304'

4° 17.010'

52,788406

4,283503

16

586826,02

5849519,59

52° 47.310'

4° 17.252'

52,788493

4,287526

17

587095,44

5849551,89

52° 47.324'

4° 17.492'

52,788740

4,291528

18

587362,10

5849601,83

52° 47.349'

4° 17.730'

52,789146

4,295495

19

587624,86

5849669,17

52° 47.383'

4° 17.964'

52,789709

4,299408

20

587882,73

5849753,64

52° 47.426'

4° 18.195'

52,790426

4,303254

21

588133,03

5849854,28

52° 47.477'

4° 18.420'

52,791290

4,306992

22

588444,71

5850006,55

52° 47.556'

4° 18.699'

52,792607

4,311654

23

588616,39

5850055,01

52° 47.581'

4° 18.853'

52,793014

4,314212

24

588794,15

5850040,12

52° 47.571'

4° 19.011'

52,792851

4,316844

25

588955,37

5849963,77

52° 47.528'

4° 19.153'

52,792139

4,319213

26

589079,53

5849835,68

52° 47.458'

4° 19.261'

52,790967

4,321019

27

592262,03

5845087,58

52° 44.866'

4° 22.012'

52,747760

4,366863

28

592331,37

5844932,07

52° 44.781'

4° 22.071'

52,746351

4,367846

29

592344,50

5844762,31

52° 44.689'

4° 22.080'

52,744823

4,367992

30

592340,07

5844715,32

52° 44.664'

4° 22.075'

52,744401

4,367914

31

592280,62

5843740,61

52° 44.139'

4° 22.006'

52,735651

4,366759

32

592268,54

5842720,91

52° 43.589'

4° 21.978'

52,726489

4,366294

33

592270,13

5842595,36

52° 43.522'

4° 21.977'

52,725360

4,366282

34

592276,41

5842313,95

52° 43.370'

4° 21.978'

52,722830

4,366296

35

592285,33

5842047,80

52° 43.226'

4° 21.981'

52,720437

4,366353

36

592294,00

5841851,22

52° 43.120'

4° 21.986'

52,718669

4,366426

37

592311,09

5841535,32

52° 42.950'

4° 21.995'

52,715827

4,366590

38

592327,20

5841320,73

52° 42.834'

4° 22.006'

52,713895

4,366768

39

592327,10

5841244,60

52° 42.793'

4° 22.005'

52,713211

4,366746

40

592315,40

5841093,90

52° 42.712'

4° 21.992'

52,711859

4,366530

41

592276,79

5840936,38

52° 42.627'

4° 21.955'

52,710450

4,365915

42

592189,79

5840799,51

52° 42.554'

4° 21.875'

52,709234

4,364589

43

591779,69

5840340,41

52° 42.311'

4° 21.504'

52,705178

4,358392

44

591642,05

5840232,30

52° 42.254'

4° 21.380'

52,704230

4,356326

45

589379,77

5839027,21

52° 41.627'

4° 19.352'

52,693777

4,322526

46

589175,80

5838969,47

52° 41.598'

4° 19.170'

52,693292

4,319493

47

588966,23

5839001,44

52° 41.617'

4° 18.984'

52,693614

4,316401

48

588398,33

5839218,44

52° 41.739'

4° 18.484'

52,695657

4,308059

49

588245,92

5839310,65

52° 41.791'

4° 18.350'

52,696510

4,305829

50

588135,50

5839450,43

52° 41.867'

4° 18.254'

52,697785

4,304233

51

588023,79

5839660,16

52° 41.981'

4° 18.158'

52,699688

4,302637

52

587686,43

5839724,59

52° 42.019'

4° 17.860'

52,700322

4,297663

53

587518,85

5839635,32

52° 41.973'

4° 17.710'

52,699547

4,295160

54

587397,00

5839411,89

52° 41.853'

4° 17.598'

52,697558

4,293298

55

587739,50

5838768,85

52° 41.503'

4° 17.892'

52,691723

4,298193

56

587796,57

5838574,17

52° 41.398'

4° 17.939'

52,689964

4,298985

57

587771,58

5838372,84

52° 41.290'

4° 17.914'

52,688159

4,298562

58

587504,75

5838078,46

52° 41.133'

4° 17.672'

52,685556

4,294537

59

586699,90

5837713,36

52° 40.944'

4° 16.952'

52,682404

4,282537

60

588087,48

5835232,47

52° 39.593'

4° 18.144'

52,659883

4,302395

61

588146,82

5835053,65

52° 39.496'

4° 18.193'

52,658267

4,303224

62

588135,78

5834865,57

52° 39.395'

4° 18.181'

52,656578

4,303010

63

588055,91

5834694,92

52° 39.303'

4° 18.107'

52,655057

4,301784

64

587918,56

5834565,95

52° 39.235'

4° 17.983'

52,653920

4,299720

65

587484,33

5834291,03

52° 39.091'

4° 17.594'

52,651520

4,293230

66

587493,52

5834054,95

52° 38.964'

4° 17.598'

52,649396

4,293303

67

587461,76

5833859,13

52° 38.858'

4° 17.567'

52,647641

4,292782

68

587356,35

5833691,07

52° 38.769'

4° 17.471'

52,646148

4,291179

69

587193,88

5833577,23

52° 38.709'

4° 17.325'

52,645151

4,288749

70

586999,93

5833535,54

52° 38.688'

4° 17.152'

52,644807

4,285872

71

586458,75

5833529,01

52° 38.690'

4° 16.672'

52,644835

4,277874

72

583957,71

5833272,76

52° 38.575'

4° 14.451'

52,642925

4,240852

73

582782,56

5833088,72

52° 38.487'

4° 13.407'

52,641451

4,223442

74

582770,05

5833086,92

52° 38.486'

4° 13.395'

52,641437

4,223257

75

582765,94

5833086,40

52° 38.486'

4° 13.392'

52,641433

4,223196

76

580178,04

5832769,70

52° 38.339'

4° 11.093'

52,638975

4,184882

77

580162,98

5832768,09

52° 38.338'

4° 11.080'

52,638963

4,184659


X Noot
1

staand net”: elk soort kieuwnet, warrelnet of schakelnet dat aan de bodem is geankerd en dat is bedoeld om er vis in te laten zwemmen die in het net verstrikt of verward raakt;

X Noot
2

„korven en kubben”: voor de vangst van schaaldieren, weekdieren of vissen bestemde, op of boven de zeebodem geplaatste vallen in de vorm van kooien of manden met een of meer openingen of gaten;

X Noot
3

„handlijn”: een enkele vislijn met daaraan een of meer exemplaren kunstaas of haken met aas bevestigd;

X Noot
5

Onder de Omgevingswet is dit artikel 3.9 geworden.

X Noot
6

Besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat tot aanwijzing van kavel V windenergiegebied

Hollandse Kust (noord) (stcrt. 9 mei 2019, nr. 24545).

X Noot
8

Waterbeheerder’: de hoofdingenieur-directeur Rijkswaterstaat Zee en Delta, namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

X Noot
11

De tuigcodes verwijzen naar Bijlage XI bij de Uitvoeringsverordening (EU) Nr. 404/2011 van de Commissie.

Naar boven