Bekendmaking wijzigingsbesluit Habitatrichtlijngebieden vanwege aanwezige waarden, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Minister voor Natuur en Stikstof heeft ter uitvoering van richtlijn 92/43/EEG (Habitatrichtlijn) de aanwijzingsbesluiten van een groot aantal Natura 2000-gebieden gewijzigd. De bedoeling van het wijzigingsbesluit is corrigeren van wat ten aanzien van de te beschermen habitattypen van Bijlage 1 en soorten van Bijlage 2 van de Habitatrichtlijn niet goed is gegaan bij het publiceren van de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten. Het betreft vooral het alsnog beschermen van habitattypen en soorten die op het moment van aanwijzen (in voldoende mate en duurzaam) aanwezig bleken te zijn. Deze waarden en de daarvoor gestelde instandhoudingsdoelstellingen worden met dit wijzigingsbesluit aan de betreffende aanwijzingsbesluiten toegevoegd. In een beperkt aantal gevallen bleken typen en soorten op het moment van aanwijzen niet (in voldoende mate en duurzaam) aanwezig te zijn. Deze worden met dit wijzigingsbesluit verwijderd.

Aan dit besluit is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure voorafgegaan waarin het ontwerpbesluit ter inzage heeft gelegen en de mogelijkheid is geboden om een zienswijze in te dienen.

Het besluit wijkt af van het ontwerp voor de gebieden Dwingelderveld (030), Dinkelland (049), Kennemerland-Zuid (088), Oosterschelde (118), Sint Jansberg (142) en Meinweg (149).

Waar en hoe kunt u het wijzigingsbesluit inzien?

Tijdens de periode van terinzagelegging van 1 december 2022 tot en met 11 januari 2023 kunt u het wijzigingsbesluit ook digitaal raadplegen via de website www.natura2000.nl. Daarnaast kunt u de papieren versie inzien op de vestiging van het Ministerie van LNV en bij de provincies. Houdt u daarbij rekening met de reguliere openingstijden.

Bezoekadressen:

Ministerie van LNV, Bezuidenhoutseweg 73, 2594 AC te Den Haag

Provincie Drenthe, Westerbrink 1, 9405 BJ te Assen

Provincie Flevoland, Visarenddreef 1, 8232 PH Lelystad

Provincie Friesland, Tweebaksmarkt 52, 8911 KZ Leeuwarden

Provincie Gelderland, Markt 11, 6811 CG Arnhem

Provincie Groningen, Sint Jansstraat 4, 9712 JN Groningen

Provincie Limburg, Limburglaan 10, 6229 GA Randwyck-Maastricht

Provincie Noord-Brabant, Brabantlaan 1, 5216 TV ’s-Hertogenbosch

Provincie Noord-Holland, Houtplein 33, 2012 DE Haarlem

Provincie Overijssel, Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle

Provincie Utrecht, Archimedeslaan 6, 3584 BA Utrecht

Provincie Zeeland, Abdij 6, 4331 BK Middelburg

Provincie Zuid-Holland, Zuid-Hollandplein 1, 2596 AW Den Haag

Hoe kunt u beroep instellen?

De beroepstermijn start op 1 december 2022 en duurt tot en met 11 januari 2023. Degenen die een zienswijze, als bedoeld in artikel 3:15 van de Algemene wet bestuursrecht, binnen de gestelde termijn naar voren hebben gebracht, kunnen gedurende deze periode beroep instellen bij de rechtbank van het arrondissement waar de woonplaats van degene die beroep instelt onder valt (voor degene die niet in Nederland woont, is dat de rechtbank in Den Haag); zie hiervoor de webpagina www.rechtspraak.nl/organisatie-en-contact/organisatie/rechtbanken.

Degenen die geen zienswijzen naar voren hebben gebracht, kunnen ten aanzien van alle punten van het besluit beroep instellen als ze belanghebbende zijn; als ze geen belanghebbende zijn, kunnen ze alleen beroep instellen ten aanzien van punten die inhoudelijk verschillen van het ontwerpbesluit.

U dient uw naam en adres te vermelden, de datum, de omschrijving van het besluit waarmee u het niet eens bent én waarom u het niet eens bent met het besluit, en uw handtekening te plaatsen. Het instellen van beroep schorst de werking van het besluit niet. De behandeling van het beroep verloopt verder via de rechtbank.

Nadere informatie

Meer informatie over Natura 2000 en gerelateerde onderwerpen vindt u op de website https://www.rijksoverheid.nl/natura2000. Voor vragen over Natura 2000 of het opvragen van (achtergrond)documenten kunt u op werkdagen van 8.30 uur tot 16.30 uur contact opnemen met het klantcontactcentrum van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, telefoon 088 – 042 42 42 (lokaal tarief).

WIJZIGINGSBESLUIT HABITATRICHTLIJNGEBIEDEN VANWEGE AANWEZIGE WAARDEN

De Minister voor Natuur en Stikstof

Gelet op artikel 2.1, zevende lid, van de Wet natuurbescherming;

BESLUIT:

ARTIKEL 1

1. In het besluit van 30 januari 20091 (DRZO/2008-001; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Waddenzee als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2170

Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1340

*Noordse woelmuis (Microtus oeconomus arenicola)

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

H1903

Groenknolorchis (Liparis loeselii)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 2

1. In het besluit van 13 februari 20091 (DRZO/2008-002; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen en Lage Land Texel als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1320

Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 3

1. In het besluit van 30 januari 20091 (DRZO/2008-003; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen Vlieland als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 4

1. In het besluit van 30 januari 2009 (DRZO/2008-004; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen Terschelling als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 5

1. In het besluit van 30 januari 2009 (DRZO/2008-005; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen Ameland als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 6

1. In het besluit van 30 januari 20092 (DRZO/2008-007; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Noordzeekustzone als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1903

Groenknolorchis (Liparis loeselii)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 7

1. In het besluit van 27 december 2010 (PDN/2010-009; Stcrt. 2011, 4458) tot aanwijzing van Groote Wielen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)1

X Noot
1

Deze soort is inmiddels gesplitst in meerdere soorten, die alle geacht worden op Bijlage II van de Habitatrichtlijn te staan. In Nederland betreft het twee soorten: de beekdonderpad (Cottus rhenanus) en de rivierdonderpad in strikte zin (Cottus perifretum). In dit besluit wordt steeds rivierdonderpad (Cottus perifretum) bedoeld.

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 8

1. In het besluit van 27 december 2010 (PDN/2010-010; Stcrt. 2011, 4458) tot aanwijzing van Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H7140

Overgangs- en trilveen

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 9

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-013; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Alde Feanen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H7140

Overgangs- en trilveen

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 10

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-015; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Van Oordt’s Mersken als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 11

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-016; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Wijnjeterper Schar als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2320

Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 12

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-017; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Bakkeveense Duinen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H4030

Droge Europese heide

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H7110

*Actief hoogveen

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 13

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-018; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Rottige Meenthe & Brandemeer als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 14

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-021; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lieftinghsbroek als Natura 2000-gebied is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 15

1. In het besluit van 27 december 2010 (PDN/2010-022; Stcrt. 2011, 4458) tot aanwijzing van Norgerholt als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 16

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-023; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Fochteloërveen als Natura 2000-gebied is in artikel 1 een derde lid toegevoegd:

De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewezen voor de volgende soort opgenomen in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 17

1. In het besluit van 10 september 2009 (PDN/2009-024; Stcrt. 2009, 13516) tot aanwijzing van Witterveld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2320

Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H7110

*Actief hoogveen

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 18

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-025; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Drentsche Aa-gebied als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

H1337

Bever (Castor fiber)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 19

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-028; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Elperstroomgebied als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H7110

*Actief hoogveen

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 20

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-029; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Holtingerveld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H5130

Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 21

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-030; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Dwingelderveld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3110

Mineraalarme oligotrofe wateren van de Atlantische zandvlakten (Littorelletalia uniflorae)

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 22

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-032; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Mantingerzand als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 23

1. In het besluit van 25 november 2013 (PDN/2013-034; Stcrt. 2014, 122) tot aanwijzing van Weerribben als Natura 2000-gebied is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 24

1. In het besluit van 25 november 2013 (PDN/2013-035; Stcrt. 2014, 122) tot aanwijzing van De Wieden als Natura 2000-gebied is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 25

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-036; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 26

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-037; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Olde Maten & Veerslootslanden als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 27

1. In het besluit van 23 april 2014 (PDN/2014-038; Stcrt. 2014, 12056) tot aanwijzing van Rijntakken als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 28

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-039; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Vecht- en Beneden-Reggegebied als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2320

Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H3260

Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

H91F0

Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 29

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-042; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Sallandse Heuvelrug als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 30

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-044; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Borkeld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 31

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-045; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Springendal & Dal van de Mosbeek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 32

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-047; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H4030

Droge Europese heide

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 33

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-048; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lemselermaten als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 34

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-049; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Dinkelland als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2310

Psammofiele heide met Calluna en Genista

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H5130

Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

H7140

Overgangs- en trilveen

H7230

Alkalisch laagveen

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1096

Beekprik (Lampetra planeri)

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 35

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-050; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Landgoederen Oldenzaal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H4030

Droge Europese heide

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 36

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-051; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lonnekermeer als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 37

1. In het besluit van 28 mei 2013 (PDN/2013-053; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Buurserzand & Haaksbergerveen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 38

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-054; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Witte Veen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H5130

Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7120

Aangetast hoogveen waar natuurlijke regeneratie nog mogelijk is

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 39

1. In het besluit van 11 juni 2014 (PDN/2014-057; Stcrt. 2014, 17732) tot aanwijzing van Veluwe als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 40

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-058; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Landgoederen Brummen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H3260

Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, derde lid, de volgende soort verwijderd:

H1831

Drijvende waterweegbree (Luronium natans)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 41

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-060; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Stelkampsveld als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 42

1. In het besluit van 12 december 2014 (PDN/2014-061; Stcrt. 2015, 4119) tot aanwijzing van Korenburgerveen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 43

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-062; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Willinks Weust als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 44

1. In het besluit van 23 april 2014 (PDN/2014-065; Stcrt. 2014, 12056) tot aanwijzing van Binnenveld als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 45

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-069; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van De Bruuk als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7140

Overgangs- en trilveen

H7230

Alkalisch laagveen

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 46

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-070; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lingegebied & Diefdijk-Zuid als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd

H1337

Bever (Castor fiber)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 47

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-071; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 48

1. In het besluit van 18 december 20093 (PDN/2009-072; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van IJsselmeer als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

H3140

Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 49

1. In het besluit van 18 december 20094 (PDN/2009-073; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Markermeer & IJmeer als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 50

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-074; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Zwarte Meer als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H3140

Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 51

1. In het besluit van 18 december 20095 (PDN/2009-076; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Veluwerandmeren als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 52

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-082; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Uiterwaarden Lek als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 53

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-083; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Botshol als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 54

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-084; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Duinen Den Helder – Callantsoog als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H2150

*Atlantische vastgelegde ontkalkte duinen (Calluno-Ulicetea)

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

H2140

*Vastgelegde ontkalkte duinen met Empetrum nigrum

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

H2190

Vochtige duinvalleien

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 55

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-085; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Zwanenwater & Pettemerduinen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2160

Duinen met Hippophaë rhamnoides

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1 een derde lid toegevoegd:

De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewezen voor de volgende soort opgenomen in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG:

H1903

Groenknolorchis (Liparis loeselii)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 56

1. In het besluit van 30 juni 2017 (N&B/2017-087; Stcrt. 2017, 49933) tot aanwijzing van Noordhollands Duinreservaat als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 57

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-088; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kennemerland-Zuid als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 58

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-094; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Naardermeer als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 59

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-096; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Coepelduynen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2190

Vochtige duinvalleien

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 60

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-097; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Meijendel & Berkheide als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H3140

Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2190

Vochtige duinvalleien

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 61

1. In het besluit van 19 februari 2008 (DRZO/2008-100; Stcrt. 2008, 41) tot aanwijzing van Voornes Duin als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

H2190

Vochtige duinvalleien

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 62

1. In het besluit van 19 februari 2008 (DRZO/2008-101; Stcrt. 2008, 41) tot aanwijzing van Duinen Goeree & Kwade Hoek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1110

Permanent met zeewater van geringe diepte overstroomde zandbanken

H2170

Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H1320

Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

H1365

Gewone zeehond (Phoca vitulina)

4. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn de instandhoudingsdoelstellingen van de volgende habitattypen gewijzigd:

H1140

Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

5. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 63

1. In het besluit van 25 november 2013 (PDN/2013-103; Stcrt. 2014, 122) tot aanwijzing van Nieuwkoopse Plassen & De Haeck als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 64

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-105; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Zouweboezem als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 65

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-109; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Haringvliet als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, derde lid, de volgende soort verwijderd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 66

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-111; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Hollands Diep als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 67

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-112; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Biesbosch als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H4056

Platte schijfhoren (Anisus vorticulus)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 68

1. In het besluit van 19 februari 2008 (DRZO/2008-113; Stcrt. 2008, 41) tot aanwijzing van Voordelta als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2120

Wandelende duinen op de strandwal met Ammophila arenaria (“witte duinen”)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 69

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-115; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Grevelingen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

H1365

Gewone zeehond (Phoca vitulina)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 70

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-116; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Kop van Schouwen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 71

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-117; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Manteling van Walcheren als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

H2110

Embryonale wandelende duinen

H2170

Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 72

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-118; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Oosterschelde als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

H2160

Duinen met Hippophaë rhamnoides

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1103

Fint (Alosa fallax)

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 73

1. In het besluit van 18 december 20096 (PDN/2009-122; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Westerschelde & Saeftinghe als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1140

Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 74

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-123; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Zwin & Kievittepolder als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

H2190

Vochtige duinvalleien

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H1140

Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 75

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-128; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Brabantse Wal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 76

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-130; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Langstraat als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 77

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-131; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 78

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-132; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 79

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-133; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kampina & Oisterwijkse Vennen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 80

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-134; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Regte Heide & Riels Laag als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7140

Overgangs- en trilveen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H2310

Psammofiele heide met Calluna en Genista

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 81

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-135; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kempenland-West als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 82

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-136; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 83

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-137; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Strabrechtse Heide & Beuven als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 84

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-138; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Weerter- en Budelerbergen & Ringselven als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H4030

Droge Europese heide

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1337

Bever (Castor fiber)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, derde lid, de volgende soort verwijderd:

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 85

1. In het besluit van 15 juli 2009 (PDN/2009-024; Stcrt. 2009, 13516) tot aanwijzing van Deurnsche Peel & Mariapeel als Natura 2000-gebied is in artikel 1 een derde lid toegevoegd:

De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 86

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-141; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Oeffelter Meent als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 87

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-142; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Sint Jansberg als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 88

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-144; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Boschhuizerbergen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 89

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-145; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Maasduinen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91F0

Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 90

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-147; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Leudal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 91

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-148; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Swalmdal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1037

Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 92

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-149; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Meinweg als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1037

Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 93

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-150; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Roerdal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 94

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-152; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Grensmaas als Natura 2000-gebied is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 95

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-153; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Bunder- en Elslooërbos als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 96

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-154; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Geleenbeekdal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 97

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-155; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Brunssummerheide als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 98

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-156; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Bemelerberg & Schiepersberg als Natura 2000-gebied is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1078

*Spaanse vlag (Euplagia quadripunctaria)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 99

1. In het besluit van 22 juni 2015 (PDN/2015-157; Stcrt. 2015, 0714) tot aanwijzing van Geuldal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 100

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-158; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kunderberg als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7220

* Kalktufbronnen met tufsteenformatie (Cratoneurion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 101

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-159; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Sint Pietersberg & Jekerdal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 102

  • 1. De bekendmaking van dit besluit geschiedt in de Staatscourant.

  • 2. Dit wijzigingsbesluit treedt in werking op de dag na de bekendmaking in de Staatscourant.

’s-Gravenhage, 22 november 2022

De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal-Zeggelink

Dit wijzigingsbesluit en de daarbij behorende Nota van toelichting worden gedurende zes weken ter inzage gelegd. De exacte periode en locatie worden vermeld in de bekendmaking die wordt gepubliceerd in de Staatscourant en in de advertentie die wordt gepubliceerd in gedrukte media en op internet.

Het wijzigingsbesluit kan digitaal worden ingezien via de website www.natura2000.nl.

Degenen die een zienswijze, als bedoeld in artikel 3:15 van de Algemene wet bestuursrecht, binnen de gestelde termijn naar voren hebben gebracht, kunnen gedurende zes weken ná de bekendmaking beroep instellen bij de rechtbank van het arrondissement waar de woonplaats van degene die beroep instelt onder valt (voor degene die niet in Nederland woont, is dat de rechtbank in Den Haag); zie hiervoor de webpagina www.rechtspraak.nl/organisatie-en-contact/organisatie/rechtbanken.

Degenen die geen zienswijzen naar voren hebben gebracht, kunnen ten aanzien van alle punten van het besluit beroep instellen als ze belanghebbende zijn; als ze geen belanghebbende zijn, kunnen ze alleen beroep instellen ten aanzien van punten die inhoudelijk verschillen van het ontwerpbesluit.

NOTA VAN TOELICHTING BEHORENDE BIJ HET WIJZIGINGSBESLUIT HABITATRICHTLIJNGEBIEDEN VANWEGE AANWEZIGE WAARDEN (DGNV-N2000 /2022-000 | AANWEZIGE WAARDEN (WIJZIGING))

INLEIDING

Aanleiding voor en doel van het wijzigingsbesluit

Vanaf 2008 zijn in Nederland aanwijzingsbesluiten gepubliceerd voor Habitatrichtlijngebieden. Nu dat proces nagenoeg is afgerond, is het belangrijk om na te gaan of er in de gebieden habitattypen en soorten voorkomen die niet zijn opgenomen in de aanwijzingsbesluiten. Uit de bepalingen van de Habitatrichtlijn volgt namelijk dat die waarden (in beginsel) in aanmerking komen om te worden beschermd.

Uit de uitleg die de Europese Commissie heeft gegeven7 en uit vaste jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State8 blijkt dat álle habitattypen en soorten die in meer dan verwaarloosbare mate voorkomen, moeten worden aangewezen. Dit ongeacht wat in het Standaardgegevensformulier is vermeld, ongeacht of de waarde er al was bij plaatsing op de Lijst van gebieden van communautair belang9, ongeacht of het een prioritaire waarde is en ongeacht de bijdrage van een gebied aan de landelijke doelen.

In 2015 is, naar aanleiding van een analyse ten aanzien van habitattypen die niet in de Habitatrichtlijngebieden aanwezig bleken te zijn, reeds een wijzigingsbesluit voor meerdere gebieden gepubliceerd10, waarbij niet alleen de afwezige waarden werden verwijderd, maar waarbij tegelijk alle (meer dan verwaarloosbaar) aanwezige, maar nog niet aangewezen habitattypen werden toegevoegd. Dit wijzigingsbesluit 'Aanwezige waarden' is hierop een vervolg, waarbij de aanleiding dit keer dus juist de aanwezigheid is, maar waarbij ook waarden verwijderd worden die afwezig blijken te zijn.

Voor dit wijzigingsbesluit zijn alle (definitief gepubliceerde11) aanwijzingsbesluiten in ogenschouw genomen. Bij 100 gebieden bleek sprake te zijn van ten onrechte nog niet aangewezen habitattypen en/of soorten. Die habitattypen en soorten zijn in beginsel integraal door middel van dit wijzigingsbesluit aan de aanwijzingsbesluiten toegevoegd. Er zijn enkele uitzonderingen:

  • habitattypen of soorten die pas ná publicatie van het aanwijzingsbesluit in het gebied zijn ontstaan, c.q. gevestigd;

  • habitattypen of soorten die alleen voorkomen in grensgebieden met andere Habitatrichtlijngebieden waar er reeds een instandhoudingsdoelstelling voor bestaat en waar een onderlinge grenswijziging in de rede ligt.

De eerste uitzondering vindt zijn oorzaak in de bedoeling van dit wijzigingsbesluit, namelijk in het corrigeren van wat kennelijk niet goed is gegaan bij het publiceren van het aanwijzingsbesluit. De bedoeling van dit wijzigingsbesluit is niet het actualiseren van het aanwijzingsbesluit. In het kader van de voorgenomen evaluatie van Natura 2000 zal worden bezien in hoeverre het noodzakelijk is om de aanwijzingsbesluiten op dit punt te actualiseren. Voor het beoordelen van de noodzaak tot corrigeren is dus de peildatum van groot belang (zie ook hierna de paragraaf Peildatum).

De tweede uitzondering heeft te maken met een voorgenomen wijzigingsbesluit ten aanzien van grenswijzigingen bij Natura 2000-gebieden in de kustregio. Daarbij zal onder andere worden bezien of er een beter werkbare begrenzing kan worden ontworpen bij aangrenzende gebieden, zodat bijvoorbeeld duinhabitats bij gebieden getrokken worden die door duinen worden gekenmerkt. Daar waar dat voorzien wordt, is ervan afgezien om habitattypen of soorten toe te voegen aan gebieden waarvan nu al duidelijk is dat ze de betreffende waarden ná de grenswijziging niet meer zullen bevatten12. Ook in het geval van H91F0 in het gebied Veluwe (057), op de grens met het gebied Rijntakken (038), wordt een dergelijke oplossing voorzien.13

Het verwijderen van afwezige waarden is aan strikte randvoorwaarden gebonden, namelijk dat het habitattype of de soort niet alleen ten tijde van het publiceren van het besluit afwezig was, maar ook reeds bij het plaatsen op de Lijst van gebieden van communautair belang. Vanaf die plaatsing is namelijk het verslechteringsverbod (artikel 6, lid 2, HR) ingegaan. Het verdwijnen tussen (meestal) 2003 en de peildatum van de besluiten (2008-2017) kan vanwege dit verbod in beginsel geen reden zijn om een waarde te verwijderen uit een aanwijzingsbesluit.

Voor zowel de toevoegingen als de verwijderingen is de best beschikbare kennis gebruikt. Dit is verantwoord in de laatste paragraaf van dit inleidende hoofdstuk.

De reikwijdte van dit wijzigingsbesluit is, ten slotte, nog als volgt beperkt:

  • Het wijzigingsbesluit heeft geen betrekking op vogels. De systematiek ten aanzien van het beschermen van vogelsoorten (conform de Vogelrichtlijn) is wezenlijk anders dan die van habitattypen en habitatsoorten. Het eventueel aanpassen van aanwijzingsbesluiten voor Vogelrichtlijngebieden komt aan de orde in het kader van de lopende Actualisatie Natura 2000.

  • Het wijzigen van grenzen maakt evenmin deel uit van dit wijzigingsbesluit.

Leeswijzer

De artikelen 1 tot en met 101 van dit wijzigingsbesluit regelen de wijzigingen ten opzichte van de besluiten tot aanwijzing van de erin vermelde Natura 2000-gebieden. Verwezen wordt naar deze nota van toelichting voor een nadere uitwerking.

Artikel 102 regelt de bekendmaking en de inwerkingtreding van dit besluit.

Na deze inleidende paragrafen van de Nota van toelichting wordt verder per gewijzigd aanwijzingsbesluit vermeld welke teksten uit de Nota van toelichting van die aanwijzingsbesluiten worden gewijzigd. Dit betreft achtereenvolgens: wijziging van de in het gebied aanwezige waarden (paragraaf 4.3), wijziging van de waarden waarvoor het gebied aan de selectiecriteria voldoet (paragraaf 4.4, indien relevant), wijziging van de beschrijving van de verspreiding van habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied (paragraaf 4.4), verwijdering en toevoeging van instandhoudingsdoelstellingen voor de verwijderde en toegevoegde waarden (paragraaf 5.3 en 5.4), onderbouwing voor de verwijderde en toegevoegde waarden (bijlage B.1), toepassing van de selectiecriteria voor Habitatrichtlijngebieden en toelichting op de toewijzing van de instandhoudingsdoelstellingen (bijlage B) en wijziging in de beantwoording van eerdere zienswijzen (Bijlage C, indien relevant).

In een afsluitende (afzonderlijke) bijlage wordt naar aanleiding van de ontvangen zienswijzen een nadere onderbouwing van dit wijzigingsbesluit gegeven.

Samenvatting

In onderstaande tabel worden alle wijzigingen samengevat, zowel de wijzigingen op het niveau van habitattypen en soorten als op het niveau van subtypen die via wijziging van een instandhoudingsdoelstelling zijn opgenomen.

Overzicht van de aangebrachte wijzigingen in instandhoudingsdoelstellingen (aangeduid als “doelen”).

Natura 2000-gebied

Aard van de wijziging(en)

001

Waddenzee

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2170 en voor de soorten H1340, H1351 en H1903

002

Duinen en Lage Land Texel

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1320, H6230 en H6430 (subtypen A, B en C) en voor de soort H1364

003

Duinen Vlieland

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2110 en voor de soort H1364

004

Duinen Terschelling

Toevoeging van een doel voor de soort H1364

005

Duinen Ameland

Toevoeging van doelen voor het habitattype H1330 (subtype A) en voor de soort H1364

007

Noordzeekustzone

Toevoeging van een doel voor de soort H1903

009

Groote Wielen

Toevoeging van doelen voor de soorten H1149 en H1163

010

Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H7140 (subtype B) en H91D0, en voor de soorten H1149 en H1163

013

Alde Feanen

Toevoeging van doelen voor het habitattype H6430 (subtypen A en B), voor het habitatsubtype H7140A (door wijziging van het doel voor habitattype H7140) en voor de soort H1042

015

Van Oordt’s Mersken

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130 en H9190

016

Wijnjeterper Schar

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2320, H3130 en H3160

017

Bakkeveense Duinen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130, H4030, H6230, H7110 (subtype B) en H7150

018

Rottige Meenthe & Brandemeer

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6230 en H6430 (subtype A)

021

Lieftinghsbroek

Verwijdering van het doel voor habitattype H91D0

022

Norgerholt

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91D0

023

Fochteloërveen

Toevoeging van een doel voor de soort H1042

024

Witterveld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2320, H3160 en H6230

Verwijdering van het habitatsubtype H7110B (door wijziging van het doel voor habitattype H7110)

025

Drentsche Aa-gebied

Toevoeging van doelen voor de soorten H1042 en H1337

028

Elperstroomgebied

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3160, H7110 (subtype B) en H91E0 (subtype C)

029

Holtingerveld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130, H5130 en H9120

030

Dwingelderveld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3110 en H91D0

032

Mantingerzand

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130 en H91D0

034

Weerribben

Toevoeging van een doel voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

035

De Wieden

Toevoeging van een doel voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

036

Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430), voor het habitattype H91E0 (subtypen A, B en C) en voor de soorten H1145 en H1163

037

Olde Maten & Veerslootslanden

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6230 en H6430 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor habitattype H3150

038/

066-068

Rijntakken

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430), voor het habitattype H9120 en voor het habitatsubtype H91E0C (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0)

039

Vecht- en Beneden-Reggegebied

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2320, H3130, H3150, H3260 (subtype B) en H91F0

042

Sallandse Heuvelrug

Toevoeging van een doel voor het habitattype H7150

044

Borkeld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2330 en H9190

045

Springendal & Dal van de Mosbeek

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9160 (subtype A), H9190 en H91D0

047

Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4010 (subtype A), H4030, H7150 en H9120

048

Lemselermaten

Toevoeging van een doel voor het habitattype H4030

049

Dinkelland

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2310, H2330, H3160, H5130, H7140 (subtype A), H7230, H9120, H9160 (subtype A), H9190 en H91D0, voor de habitatsubtypen H91E0A en -B (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0) en voor de soorten H1096 en H1134

050

Landgoederen Oldenzaal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4010 (subtype A) en H4030

051

Lonnekermeer

Toevoeging van een doel voor het habitattype H9190

053

Buurserzand & Haaksbergerveen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2330, H3160, H6230, H6410, H7150 en H9190, en voor de soort H1042

054

Witte Veen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H5130, H6410, H7120, H7150 en H91E0 (subtype C)

057

Veluwe

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91D0

058

Landgoederen Brummen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3160 en H3260 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor de soort H1831

060

Stelkampsveld

Toevoeging van doelen voor het habitattype H9120 en voor de soort H1166

061

Korenburgerveen

Toevoeging van een doel voor de soort H1042

062

Willinks Weust

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4030 en H91E0 (subtype C)

065

Binnenveld

Toevoeging van een doel voor de soort H1145

069

De Bruuk

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6230, H6430 (subtype A), H7140 (subtype A), H7230 en H91E0 (subtype C)

070

Lingegebied & Diefdijk-Zuid

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3150 en H6510 (subtypen A en B) en voor de soort H1337

071

Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

Toevoeging van doelen voor het habitattype H6430 (subtype A), voor het habitatsubtype H91E0C (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0) en voor de soort H1337

072

IJsselmeer

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1330 (subtype B) en H3140

073

Markermeer & IJmeer

Toevoeging van doelen voor het habitattype H3150 en voor de soort H1149

074

Zwarte Meer

Toevoeging van doelen voor het habitattype H3140, voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430) en voor de soort H1134

Verwijdering van het habitatsubtype H6430A (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

076

Veluwerandmeren

Toevoeging van een doel voor het habitattype H6430 (subtypen A en B)

082

Uiterwaarden Lek

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91E0 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor habitattype H6430 (subtype B)

083

Botshol

Toevoeging van een doel voor het habitattype H6510 (subtype A)

084

Duinen Den Helder-Callantsoog

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2110, voor de habitatsubtypen H2130A en H2140A (door wijziging van de doelen voor habitattype H2130 respectievelijk H2140), voor het habitattype H2150, voor de habitatsubtypen H2180B en H2190B (door wijziging van de doelen voor habitattype H2180 respectievelijk H2190) en voor de habitattypen H6230 en H7210

085

Zwanenwater & Pettemerduinen

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2160, voor het habitatsubtype H2180C (door wijziging van het doel voor habitattype H2180) en voor de soort H1903

087

Noordhollands Duinreservaat

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2110 en H6430 (subtype C)

088

Kennemerland-Zuid

Toevoeging van doelen voor het habitattype H7210 en voor de soort H1149

094

Naardermeer

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130 en H6430 (subtypen A en B)

096

Coepelduynen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2110 en H2180 (subtype C) en voor habitatsubtype H2190D (door wijziging van het doel voor habitattype H2190)

097

Meijendel & Berkheide

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2110, voor het habitatsubtype H2190C (door wijziging van het doel voor habitattype H2190), voor de habitattypen H3140 en H6430A (subtype A) en voor de soorten H1149 en H1166

100

Voornes Duin

Toevoeging van doelen voor de habitatsubtypen H2130B en H2190C (door wijziging van de doelen voor habitattype H2130 respectievelijk H2190) en voor de habitattypen H6430 (subtype B) en H7210

101

Duinen Goeree & Kwade Hoek

Toevoeging van doelen voor habitattype H1110 (subtype B), voor habitatsubtype H1140B (door wijziging van het doel voor habitattype H1140), voor de habitattypen H2170 en H2180 (subtype C) en voor de soorten H1364 en H1365

Verwijdering van de doelen voor het habitattype H1320 en het habitatsubtype H6430C (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

103

Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430) en voor de soort H1163

105

Zouweboezem

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91E0 (subtypen A en C)

109

Haringvliet

Toevoeging van een doel voor de soort H1337

Verwijdering van het doel voor de soort H1134

111

Hollands Diep

Toevoeging van doelen voor de soorten H1134, H1145 en H1149

112

Biesbosch

Toevoeging van een doel voor de soort H4056

113

Voordelta

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2120 en voor de soort H1351

115

Grevelingen

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H2130A (door wijziging van het doel voor habitattype H2130) en voor de soorten H1364 en H1365

Verwijdering van het habitatsubtype H2130B (door wijziging van het doel voor habitattype H2130)

116

Kop van Schouwen

Toevoeging van een doel voor het habitattype H1330 (subtype A)

117

Manteling van Walcheren

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1330 (subtype B) en H2110, voor het habitatsubtype H2130C (door wijziging van het doel voor habitattype H2130) en voor het habitattype H2170

118

Oosterschelde

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2130 (subtype A), H2160 en H7210, en voor de soorten H1103, H1351 en H1364

122

Westerschelde & Saeftinghe

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1140 (subtype B) en H2130 (subtype A) en voor de soorten H1351 en H1364

123

Zwin & Kievittepolder

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H1140B (door wijziging van het doel voor habitattype H1140) en voor de habitattypen H2180 (subtypen B en C) en H2190 (subtypen A, B en D)

128

Brabantse Wal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H7150 en H9120

130

Langstraat

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130, H3150, H4010 (subtype A), H6430 (subtype A) en H7150

131

Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

Toevoeging van een doel voor de habitattypen H4030 en H9120

132

Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3150 en H6230, en voor de soorten H1134 en H1166

133

Kampina & Oisterwijkse Vennen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9120 en H91D0, en voor de soorten H1042 en H1163

134

Regte Heide & Riels Laag

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6410 en H7140 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor habitattype H2310

135

Kempenland-West

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9120, H9160 (subtype A), H9190 en H91D0

136

Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

Toevoeging van een doel voor de soort H1149

137

Strabrechtse Heide & Beuven

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H7150 en H91D0, en voor de soort H1149

138

Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4010 (subtype A), H4030, H6410, H7150 en H9120 en voor de soorten H1134 en H1337

Verwijdering van het doel voor de soort H1166

139

Deurnsche Peel & Mariapeel

Toevoeging van doelen voor de soorten H1134 en H1149

141

Oeffelter Meent

Toevoeging van een doel voor de soort H1337

142

Sint Jansberg

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9160 (subtype A) en H91D0

144

Boschhuizerbergen

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91D0

145

Maasduinen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6430 (subtypen A en C), H9120, H9190 en H91F0, en voor de soorten H1042, H1149, H1163 en H1166

147

Leudal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6410, H9120 en H9190, en voor de soorten H1134, H1149 en H1163

148

Swalmdal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6430 (subtype A) en H9120, en voor de soort H1037

149

Meinweg

Toevoeging van een doel voor de habitattypen H3130 en H6410, en voor de soort H1037

150

Roerdal

Toevoeging van doelen voor het habitattype H9120, het habitatsubtype H91E0A (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0) en voor de soort H1145

152

Grensmaas

Toevoeging van doelen voor de habitatsubtypen H6430C en H91E0C (door wijziging van de doelen voor habitattype H6430 respectievelijk H91E0)

153

Bunder- en Elslooërbos

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6510 (subtype A) en H9120, en voor de soort H1337

154

Geleenbeekdal

Toevoeging van een doel voor het habitattype H6430 (subtype A)

155

Brunssummerheide

Toevoeging van een doel voor het habitattype H9120

Verwijdering van het doel voor habitattype H2330

156

Bemelerberg & Schiepersberg

Toevoeging van een doel voor de soort H1078

Verwijdering van het doel voor habitattype H6510 (subtype A)

157

Geuldal

Toevoeging van doelen voor het habitattype H4030 en voor de soort H1337

158

Kunderberg

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6430 (subtype C) en H7220

159

Sint Pietersberg & Jekerdal

Toevoeging van een doel voor de soort H1337

Peildatum

Ten aanzien van de peildatum dient het volgende als toelichting voor alle wijzigingen. De instandhoudingsdoelstellingen zijn in de aanwijzingsbesluiten zelf niet gekwantificeerd (daarvoor moet een habitatkaart of beheerplan worden geraadpleegd). Voor het bepalen van wat in de instandhoudingsdoelstellingen onder 'behoud' dan wel 'uitbreiding' of 'verbetering' moet worden verstaan, is het dus belangrijk te weten wat de uitgangssituatie (of 'nulsituatie') is waarmee deze termen moeten worden vergeleken. Dat is eveneens van belang voor het handhaven van het verslechteringsverbod.

De situatie ten tijde van het publiceren van een aanwijzingsbesluit is bepalend voor wat onder 'behoud' moet worden verstaan en vanaf welk niveau 'uitbreiding' en 'verbetering' nagestreefd moet worden. De instandhoudingsdoelstellingen moeten in de onderscheiden gebieden dus zó begrepen worden, dat het behoudsniveau van de habitattypen en Habitatrichtlijnsoorten betrekking heeft op oppervlakte en kwaliteit, respectievelijk omvang en kwaliteit leefgebied en omvang populatie, zoals aanwezig op de datum van aanwijzen. Dit is tevens het niveau van waaraf 'uitbreiding' en 'verbetering' nagestreefd moet worden.

Ten aanzien van de met dit wijzigingsbesluit toegevoegde habitattypen en soorten is dat anders. Aangezien het gaat om een correctie op de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten (en niet om het toevoegen van waarden die zich pas ná die besluiten hebben gevestigd) geldt voor de toegevoegde waarden dezelfde peildatum als voor de reeds eerder beschermde waarden. Die peildatum is dus de datum die in de afzonderlijke artikelen van dit wijzigingsbesluit wordt genoemd.

Onderbouwing van de wijzigingen

De met dit wijzigingsbesluit aangebrachte wijzigingen in de aanwijzingsbesluiten zijn in principe gebaseerd op de volgende bronnen:

  • voor habitattypen: de habitattypenkaarten zoals opgesteld door de provincies, het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat en het Ministerie van Defensie. Voor de redenen om habitattypen op de kaarten op te nemen, dan wel (vanwege afwezigheid) niet op de kaarten op te nemen, wordt verwezen naar het voor deze habitattypenkaarten vervaardigde documentatiemateriaal. De habitattypenkaarten geven de situatie weer ten tijde van het publiceren van het aanwijzingsbesluit (en daarmee dus de situatie op de peildata voor dit wijzigingsbesluit).

  • voor soorten: het, ten behoeve van dit wijzigingsbesluit, in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken opgestelde rapport 'Het voorkomen van Habitatrichtlijnsoorten in Habitatrichtlijngebieden. Advies ten aanzien van wijzigingen in de Natura 2000-aanwijzingsbesluiten' van G.I. Bos-Groenendijk, C.A.M. van Swaay, A.W. Gmelig Meyling, T. Termaat, J. van Deijk, B. Koese, J.T. Smit, R.C.M. Creemers, J. Kranenbarg, O. Bos, M. La Haye, V. Dijkstra, L. Sparrius & B. Odé (De Vlinderstichting, 2017).

Uitzonderingen hierop (en nadere toelichtingen14) betreffen de volgende gevallen:

  • Afwezigheid van H2190A in Waddenzee (001): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende wateren niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H3120 in Noordzeekustzone (007): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar door middel van luchtfoto-analyse is vastgesteld dat de betreffende locatie reeds voor de aanmelding van het gebied onbegroeid was. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2130A in Noordzeekustzone (007): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H1330B in Duinen Vlieland (003): door een doorbraak van de dijk is het op de habitattypenkaart opgenomen, maar niet aangewezen, subtype binnendijks (H1330B) inmiddels het subtype buitendijks (H1330A) geworden. Omdat de subtypen als zodanig (Europeesrechtelijk gezien) geen afzonderlijk te beschermen eenheden zijn, maar alleen zijn onderscheiden om specifieke kwaliteiten te kunnen beschermen, doet zich de vraag voor of hier sprake is van verslechtering in de zin van artikel 6, lid 2, van de Habitatrichtlijn. Dat is in dit specifieke geval niet zo. De waarde voor de biodiversiteit is in de vorm van subtype A zelfs hoger dan in de vorm van subtype B. Het is dus niet noodzakelijk om de situatie ten tijde van aanwijzen te corrigeren in dit wijzigingsbesluit: het subtype is niet toegevoegd.

  • Aanwezigheid van H9190 in Van Oordt’s Mersken (015): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Aanwezigheid van H6230 in Bakkeveense Duinen (017): uit de vegetatiekartering-Mandefjild (2015) blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

  • Aanwezigheid van H6430A in Rottige Meenthe & Brandemeer (018): uit de vegetatie- en plantensoortenkartering Rottige Meente 2013 blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

  • Afwezigheid van H91D0 in Lieftinghsbroek (021): de 0,12 ha die met een eerder wijzigingsbesluit was aangeduid als Zompzegge-Berkenbroek blijkt, volgens deskundigen van de provincie Groningen, Natuurmonumenten en Alterra, een vorm van elzenbroekbos te zijn (waarbinnen op circa 2 are berken voorkomen) en daarmee dus niet te kwalificeren voor H91D0. Het habitattype wordt dus verwijderd.

  • Aanwezigheid van H2320 in Witterveld (023): in Bijlage B.1 van het aanwijzingsbesluit werd vermeld dat kraaiheibegroeiingen alleen als kruidlaag van bossen voorkomen. Uit de habitatkaart (2013) blijkt dat dit een onjuiste veronderstelling is. Met dit wijzigingsbesluit is de tekst van het aanwijzingsbesluit weer conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007).

  • Aanwezigheid van H3110 in Dwingelderveld (030): bij de afronding van de habitattypenkaart is gebleken dat een deel van wat tot H3130 was gerekend, vanwege de afwijkende vegetatie tot H3110 behoort. (0)

  • Aanwezigheid van H91D0 in Dwingelderveld (030): bij de afronding van de habitattypenkaart is gebleken dat de vegetatie van dit habitattype op de habitattypenkaart ten onrechte niet was herkend als behorend tot H91D0. (0)

  • Afwezigheid van H6510A in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen deels niet kwalificeren voor H6510A of (in één geval) door uitzaaiing buiten het natuurlijke verspreidingsgebied (introductie) zijn ontstaan. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H91F0 in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Afwezigheid van H4030 in Boetelerveld (041): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H4030. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2330 in Sallandse Heuvelrug (042): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen niet voorkomen in een zandverstuivingslandschap en om die reden niet kwalificeren voor H2330. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H6510A in Springendal & Dal van de Mosbeek (045): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H6510A. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H3130 in Lemselermaten (048): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H3130. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H3260A in Dinkelland (049): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek (zoals aangekondigd in het ontwerpbesluit) is komen vast te staan dat het type afwezig is. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. (0)

  • Afwezigheid van H6510A en H7140A in Buurserzand & Haaksbergerveen (053): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor deze typen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H6510A in Witte Veen (054): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H6510A. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H6430B in Zwarte Meer (074): de bij de habitatkaart vermelde vermoedelijke aanwezigheid is bevestigd door vegetatieopnamen.

  • Aanwezigheid van H6430A en H6430B in Naardermeer (094): de bij de habitatkaart vermelde mogelijke aanwezigheid van H6430A is bevestigd door veldwaarnemingen; daarbij bleek ook H6430B aanwezig te zijn.

  • Aanwezigheid van H6430A en H6430B in Veluwerandmeren (076): de bij de habitatkaart vermelde vermoedelijke aanwezigheid is bevestigd door vegetatieopnamen.

  • Afwezigheid van H2140B in Kennemerland-Zuid (088): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de beheerder is komen vast te staan dat de begroeiing tot H2130A behoort. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. (0)

  • Aanwezigheid van H3140 in Meijendel & Berkheide (097): de begroeiingen blijken niet alleen in vochtige duinvalleien voor te komen, maar ook in infiltratiekanalen en om die reden moeten ze afzonderlijk worden aangewezen als H3140.

  • Aanwezigheid van H1110B in Duinen Goeree & Kwade Hoek (101): op de habitatkaart is subtype A van H1110 opgenomen, maar gezien de ligging is duidelijk geworden dat het om subtype B gaat.

  • Aanwezigheid van H1140B in Duinen Goeree & Kwade Hoek (101): op de habitatkaart is alleen het reeds aangewezen subtype A van H1140 opgenomen, maar gezien de ligging is duidelijk geworden dat het grootste deel van H1140 uit subtype B bestaat.

  • Afwezigheid van H6510A in Oude Maas (108): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2130A in Haringvliet (109): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op een aangelegd zandlichaam en om die reden niet kwalificeren voor H2130A. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2170 in Haringvliet (109): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H91E0C in Biesbosch (112): dit subtype is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen kwalificeren voor het reeds aangewezen subtype H91E0A, omdat het (in afwijking van wat de vegetatiecode suggereerde) om wilgenbos blijkt te gaan. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2170 en H6430B in Voordelta (113): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot deze typen behoren. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2130C in Grevelingen (115): dit type is (naast subtype A) op de habitattypenkaart opgenomen, maar uit de vegetatiekundige onderbouwing blijkt dat alle grijze duinen (H2130) tot subtype A behoren. Een toevoeging van subtype C in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H1310B in Oosterschelde (118): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat hiermee H1310A werd bedoeld. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. (0)

  • Afwezigheid van H2120 in Oosterschelde (118): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op aangelegde locaties en om die reden niet kwalificeren voor H2120. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2170 en H2190B in Oosterschelde (118): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot deze typen behoren, dan wel (in één geval bij H2190B) op een aangelegde locatie voorkomen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H1140A in Westerschelde & Saeftinghe (122): dit type is door een vertaalfout op de habitattypenkaart opgenomen; de locaties blijken alle tot andere habitattypen behoren, vooral H1130. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H2130A in Westerschelde & Saeftinghe (122): uit veldonderzoek n.a.v. een vegetatieopname blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

  • Aanwezigheid van H9120 in Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Afwezigheid van H91E0C in Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op veenbodems buiten een beekdal en om die reden niet kwalificeren voor H91E0C. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H91D0 in Groote Peel (140): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor H91D0. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H9160A in Sint Jansberg (142): bij de afronding van de habitattypenkaart is gebleken dat een deel van wat tot H9120 was gerekend, vanwege de afwijkende vegetatie tot H9160A blijkt te behoren. (0)

  • Afwezigheid van H3260B, H6230, H6510A en H91E0A in Maasduinen (145): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor deze typen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H6430A, H6430C en H91F0 in Maasduinen (145): uit veldonderzoek door de provincie blijkt dat deze typen ten onrechte op de habitatkaart ontbreken.

  • Afwezigheid van H91D0 in Sarsven en De Banen (146): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor H91D0. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H91E0C in Sarsven en De Banen (146): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op locaties die niet onder invloed van een beek staan en om die reden niet kwalificeren voor H91E0C. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H4030 en H91E0A in Swalmdal (148): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor deze typen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H3130 in Meinweg (149): bij de verbetering van de habitattypenkaart is gebleken dat een deel van wat tot H3160 was gerekend, vanwege de afwijkende vegetatie tot H3130 blijkt te behoren. (0)

  • Aanwezigheid van H6410 in Meinweg (149): bij de verbetering van de habitattypenkaart is gebleken dat de vegetatie van dit habitattype op de habitattypenkaart ten onrechte niet was herkend als behorend tot H6410. (0)

  • Afwezigheid van H91F0 in Bunder- en Elslooërbos (153): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken te behoren tot een naastgelegen, reeds aangewezen habitattype. Toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2330 in Brunssummerheide (155): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op locaties op dekzand dat is gestort op het van nature aanwezige Miocene zeezand. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. Het habitattype wordt dus verwijderd.

  • Afwezigheid van H6410 in Brunssummerheide (155): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken te behoren tot een reeds aangewezen habitattype. Toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H9120 in Brunssummerheide (155): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Aanwezigheid van H4030 in Geuldal (157): uit veldonderzoek door de provincie blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Waddenzee (001) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-001; gewijzigd op 25 november 2013, PDN/2013-001, en op 30 maart 2017, N&B/2017-001)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2160 en H2190:

    H2170

    Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

     

    Verkorte naam Kruipwilgstruwelen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1103 en H1364:

    H1340

    *Noordse woelmuis (Microtus oeconomus arenicola)

    H1351

    Bruinvis (Phocoena phocoena)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1365:

    H1903

    Groenknolorchis (Liparis loeselii)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2160 en H2190:

    H2170

    Kruipwilgstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op meerdere plaatsen voor in het gebied, met name in de kwelgevoede overgang van duinen naar kwelders.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1103 en H1364:

    H1340

    *Noordse woelmuis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De noordse woelmuis komt binnen het gebied alleen voor op het eiland Texel (op De Schorren en langs de Mokbaai), waarbij de deelpopulatie in het gebied Waddenzee samen met die in het gebied Duinen en Lage Land Texel één samenhangende populatie vormt. Uitbreiding van leefgebied en populatie is in de genoemde deelgebieden niet mogelijk; de kwaliteit is reeds voldoende.

    H1351

    Bruinvis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bruinvis wordt in de gehele Waddenzee regelmatig waargenomen. De populatie maakt deel uit van die in de gehele Noordzee. Het behoud van de omvang van het leefgebied en de populatie in de Waddenzee maakt dan ook deel uit van een generieke bescherming op internationaal niveau. Er is in dit gebied gekozen voor behoud van de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan al voldoende is.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1365:

    H1903

    Groenknolorchis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De groenknolorchis komt alleen aan de randen van de Waddenzee voor. Meestal betreft het populaties waarvan het grootste deel in vijf aangrenzende Natura 2000-gebieden voorkomt. Gezien de vrij beperkte omvang, maar goede kwaliteit van de leefgebieden is behoud in dit gebied voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kruipwilgstruwelen (H2170), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zevende, achtste en negende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort noordse woelmuis (H1340), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bruinvis (H1351), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort groenknolorchis (H1903), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2160 en H2190B:

    H2170 – Kruipwilgstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud 2

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Lokaal uitbreiding oppervlakte van goed ontwikkelde vormen en lokaal verbetering kwaliteit.

    X Noot
    2

    De oppervlakte mag afnemen ten gunste van het habitattype vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype kruipwilgstruwelen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling. De lokale uitbreiding- en verbeteringdoelstelling ligt in het gebied Duinen Den Helder – Callantsoog (084). Het habitattype komt hier in geringe mate voor in matige tot goede kwaliteit en het gebied heeft goede potentie voor herstel.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1103 en H1364:

    H1340 – *Noordse woelmuis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel

    omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit x

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    009

    Groote Wielen

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de noordse woelmuis is op het aspect leefgebied beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Landelijke uitbreiding van de populatie wordt vooral beoogd in de Friese gebieden omdat het leefgebied vooral daar sterk versnipperd is geraakt. De doelstellingen uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied en uitbreiding populatie zijn verder neergelegd in gebieden die daarvoor mogelijkheden bieden (bijvoorbeeld in het kader van natuurontwikkeling) of waar duidelijke aanwijzing is dat de soort recent is achteruitgegaan. In Duinen en Lage Land Texel (002) staat het doel voor omvang van het leefgebied op “behoud” omdat de soort al over het gehele eiland voorkomt. Verbetering van de kwaliteit van het leefgebied is vooral nodig om de populatie weerstand te kunnen laten bieden tegen concurrentie met andere diersoorten. In de aangrenzende Waddenzee (001) is ook de kwaliteit van het leefgebied al goed. In IJsselmeer (072) en Oosterschelde (118) is op het aspect kwaliteit van de landelijke opgave afgeweken. In de Oosterschelde is de kwaliteit al op orde; derhalve is behoud voldoende. In het IJsselmeer is afgeweken omdat hier de mogelijkheden voor verbetering van de kwaliteit beperkt zijn. In Krammer-Volkerak (114) is afgeweken omdat verwacht wordt dat de oppervlakte geschikt leefgebied (eilanden) nagenoeg gelijk zal blijven.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1365:

    H1351 – Bruinvis

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    verbetering

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit1

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit2

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 4 oktober 2012, nr.20040.

    X Noot
    2

    Wijzigingsbesluit Vlakte van de Raan, Staatscourant 20 maart 2013, nr.7442.

    De landelijke staat van instandhouding van de bruinvis is beoordeeld als “matig ongunstig”15. De landelijke doelstelling sluit wat het aspect leefgebied betreft daarop aan: “behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie” (zie de toelichting in de tweede alinea). Het aspect populatie wordt, ondanks een geschat aantal bruinvissen dat hoger is dan de referentiewaarde, gewaardeerd met een matig ongunstige staat van instandhouding omdat de populatie een onevenwichtige leeftijdsopbouw lijkt te hebben16. De oorzaken van de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding kunnen op basis van de beschikbare informatie niet worden gekoppeld aan de afzonderlijke gebieden omdat de populatie in de Nederlandse Noordzee deel uitmaakt van een veel grotere populatie van de zuidelijke Noordzee.

    Op basis van beschikbare informatie met betrekking tot de specifieke ecologische functie voor de bruinvis kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Noordzee anderzijds. Bescherming van de sterk mobiele soort in een specifiek gebied is daarom niet geëigend, maar moet aansluiten bij de relevante ecologische schaal van het voorkomen van de populatie bruinvissen (het zuidelijke deel van de Noordzee). Hiervoor is een generieke, Noordzee-brede aanpak nodig. Het Bruinvisbeschermingsplan17 gaat daarom uit van het beginsel dat generieke bescherming meer geëigend is dan bescherming in een specifiek gebied.

    De doelstelling voor de gebieden Noordzeekustzone (007), Voordelta (113) en Vlakte van de Raan (163) sluiten aan bij de landelijke doelstelling. Voor de gebieden Doggersbank (164) en Klaverbank (165) is behoud tot doel gesteld om verdere achteruitgang te voorkomen. In de gebieden Waddenzee (001), Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) is gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan reeds voldoende goed is. De oorzaken van de matig ongunstige staat van instandhouding (zoals genoemd in het profiel voor deze soort) zijn niet van toepassing in deze gebieden.

    Met deze benadering, waarbij een generieke, Noordzee-brede aanpak voor de bescherming van de bruinvis (ook buiten Natura 2000-gebieden) is aangevuld met een verbeterdoel in een deel van de gebieden, wordt een landelijk gunstige staat van instandhouding van het leefgebied nagestreefd op een haalbare en betaalbare manier.

    H1903 – Groenknolorchis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit biotoop ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort groenknolorchis is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”18. De landelijke opgave sluit hierop aan. De kansen voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebieden echter beperkt; er is daarom veelal voor een behoudopgave gekozen. In de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Duinen Vlieland (003), Duinen Terschelling (004), Duinen Schiermonnikoog (006) en Weerribben (034) is voor een behoudopgave gekozen, omdat de biotoop hier in voldoende mate en kwaliteit voorkomt. De behoudopgave in Waddenzee (001) en Noordzeekustzone (007) sluit hierop aan, omdat het dezelfde populaties betreft als die op de genoemde eilanden. In de Deltagebieden (Grevelingen (115) en Westerschelde & Saeftinghe (122)), hangen de ontwikkelingen van de populatie samen met de fluctuerende waterstanden en natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) worden de mogelijkheden voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085), Naardermeer (094), Oostelijke Vechtplassen (095) en Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) gaat het om kleine populaties, waarvoor momenteel geen tot weinig uitbreidingsmogelijkheden worden gezien.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de achttiende zienswijze (betreffende de noordse woelmuis) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat de kwelders van Texel slechts een marginale betekenis zouden hebben als leefgebied (vanwege de noodzaak tot herkolonisatie na springtij). Uit nader onderzoek (met verduidelijkte criteria ten aanzien van bestendig gebruik en minimale populatieomvang) is echter gebleken dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen en Lage Land Texel (002) als Natura 2000-gebied (besluit van 13 februari 2009, DRZO/2008-002; gewijzigd op 30 september 2011, PDN/2011-002)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1310 en H1330:

    H1320

    Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

     

    Verkorte naam Slijkgrasvelden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2190 en H7210:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1340 en H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1310 en H1330:

    H1320

    Slijkgrasvelden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit voor in De Slufter en langs de Mokbaai.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2190 en H7210:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in de duinen voor, met een kleine oppervlakte en een goede kwaliteit. De potenties voor uitbreiding zijn gering.

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A), ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) en ruigten en zomen (droge bosranden).

    Toelichting

    Subtype A komt met een kleine oppervlakte voor in de Buiten Muy en subtype B komt met een vrij beperkte oppervlakte voor in deelgebied Dijkmanshuizen. Beide hebben een matige kwaliteit en weinig potentie voor verbetering. Subtype C komt echter in een bijzondere vorm (als droge ruigte met gifsla) over een vrij grote oppervlakte voor in het zuiden van het gebied; uitbreiding en verbetering is voor dit subtype niet nodig.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1340 en H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die langs de westrand van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. Moeders met jongen gebruiken de duinen van Texel als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype slijkgrasvelden (H1320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De vierde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), harig wilgenroosje (subtype B) en droge bosranden (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een negende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1310B en H1330A:

    H1320 – Slijkgrasvelden

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    In een deel van de gebieden mag het areaal afnemen ten gunste van het habitattype zilte pionierbegroeiingen, zeekraal (H1310A). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle kweldergebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype slijkgrasvelden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling met betrekking tot de oppervlakte sluit hierop aan. De zeer ongunstige kwaliteit van het habitattype in Nederland wordt veroorzaakt door het geheel of vrijwel geheel verdwenen zijn van de belangrijkste typische soort klein slijkgras. Daarvan komen geen goed ontwikkelde vormen meer voor. Het habitattype komt wel veel voor in een vorm met engels slijkgras, waarvan de kwaliteit lager wordt beoordeeld, omdat deze soort hier niet van nature voorkomt maar in de negentiende eeuw is aangeplant. Deze matige vorm ontstaat vaak op plekken waar kwelders eroderen. Daarom mag in een deel van de gebieden het areaal afnemen ten gunste van het habitattype zilte pionierbegroeiingen, zeekraal (H1310A). Herstel van de kwaliteit van de door klein slijkgras gedomineerde vormen van het habitattype wordt op dit moment niet als haalbaar gezien, doordat de vegetaties tegenwoordig geheel uit engels slijkgras bestaan. Het landelijk doel is daarom behoud van de kwaliteit. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2190D en H7210:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

    H6430C – Ruigten en zomen, droge bosranden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    160

    Savelsbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als ”matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke opgave. De kwaliteit van het habitattype is in de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Noordhollands Duinreservaat (087), Zeldersche Driessen (143), Maasduinen (145), Kunderberg (158) en Maas bij Eijsden (167) goed waardoor behoud van de huidige kwaliteit voldoende is.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1340 en H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

In paragraaf 2.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het als tweede genummerde antwoord op de eerste zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    • 2. De zienswijze is deels overgenomen.

      Het habitattype blauwgraslanden is vervallen omdat het niet aanwezig blijkt te zijn. Zie verder bijlage B.1 van deze Nota van toelichting. Voor de overige habitattypen zie het antwoord bij (1).

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tweede alinea van het antwoord op de derde zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype H6230 (heischrale graslanden) blijkt in het gebied voor te komen. Het habitattype H6410 (blauwgraslanden) is verwijderd ten opzichte van het ontwerp-aanwijzingsbesluit, conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied.

  • Het antwoord op de negende zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is niet overgenomen.

    Het habitattype H6230 (heischrale graslanden) blijkt in het gebied voor te komen. Er is echter geen juridische grond om het verzoek te honoreren om heischrale graslanden uit te breiden ten koste van duinheide met kraaihei (H2140). De zorg die is geuit over mogelijk tegengestelde doelen van de noordse woelmuis en heischrale graslanden wordt niet gedeeld. De instandhoudingsdoelstelling voor H6410 (blauwgraslanden) is vervallen (zie bijlage B.1. van de Nota van toelichting). Een verzoek om blauwgraslanden uit te breiden ten koste van vochtige duinvalleien is hiermee ook beantwoord.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Vlieland (003) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-003; gewijzigd op 17 februari 2010, PDN2009-242)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1330 en H2120:

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1330 en H2120:

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt langs een groot deel van de buitengrens van het gebied voor, in een smalle zone op de overgang van de duinen naar het strand.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die verspreid langs de randen van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. De prioriteit van de bescherming in de duinen van Vlieland ligt bij het gebruik als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar door moeders met jongen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1330A en H2120:

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

In paragraaf 4.2 van bijlage C worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea van het antwoord op de eerste zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is niet overgenomen.

    Embryonale duinen (H2110) en witte duinen (H2120) verkeren op het aspect oppervlakte landelijk in een gunstige staat van instandhouding, waardoor de landelijke doelstelling voor oppervlakte behoud is. De doelstelling voor Vlieland sluit hierop aan. Vanuit de systematiek is er dus geen aanleiding om het doel op Vlieland te wijzigen. Daarnaast is in het Waddengebied momenteel genoeg dynamiek aanwezig zodat het type altijd in voldoende mate en van voldoende kwaliteit aanwezig zal zijn.

  • De laatste volzin van het antwoord op de tweede zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    Embryonale duinen (H2110) en witte duinen (H2120) hebben een behoudsdoelstelling.

  • Het antwoord op de zevende zienswijze (betreffende de Kroon's Polders) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze geeft geen aanleiding tot wijziging. Voor Duinen Vlieland is, conform het ontwerpbesluit, uitsluitend een instandhoudingsdoelstelling opgenomen voor het buitendijkse subtype van het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330A). De gebiedsbeschrijving is niet bedoeld als uitputtende en gedetailleerde opsomming van het voorkomen van een habitat(sub)type.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Terschelling (004) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-004; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1831:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1831:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die verspreid langs de randen van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. De prioriteit van de bescherming in de duinen van Terschelling ligt bij het gebruik als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar door moeders met jongen.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een tiende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1831:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Ameland (005) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-005)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H1330

    Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

     

    Verkorte naam Schorren en zilte graslanden

    betreft het subtype:

    H1330A

    Schorren en zilte graslanden (buitendijks)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H1330

    Schorren en zilte graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A) komt verspreid voor op de overgang van de duinen naar het Natura 2000-gebied Waddenzee. Er is vrij veel variatie in plantengemeenschappen, zodat behoud van kwaliteit voldoende is.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die langs de noordrand van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. De prioriteit van de bescherming in de duinen van Ameland ligt bij het gebruik als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar door moeders met jongen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330), buitendijks (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H1330A – Schorren en zilte graslanden, buitendijks

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    verbetering

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle kweldergebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Waddenzee (001) en Westerschelde & Saeftinghe (122) herbergen tezamen meer dan 80% van de landelijke oppervlakte en kunnen daarmee ook de grootste bijdrage leveren aan de herstelopgave. In de andere gebieden is het habitattype reeds in goede kwaliteit aanwezig (dus behoud is voldoende) of is herstel waarschijnlijk niet mogelijk gegeven de getijdendemping ten gevolge van de aanleg van de stormvloedkering (Oosterschelde (118)). In Zwin & Kievittepolder (123) daarentegen wordt verbetering kwaliteit, door toename aan dynamiek als gevolg van de uitbreiding van het gebied, wel mogelijk geacht. In het westelijke deel van de Westerschelde wijkt de oppervlakte kwelders sterk af van de natuurlijke situatie. Hier vindt nog steeds afbraak van schorren plaats. Daarom wordt hier uitbreiding van de oppervlakte nagestreefd. Met deze gebiedsdoelstellingen wordt de landelijke doelstelling voldoende afgedekt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Noordzeekustzone (007) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-007; gewijzigd op 14 maart 2011, PDN/2010-326, op 4 oktober 2012, PDN/2012-007, en op 18 oktober 2012, PDN/2012-007-2)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1365:

    H1903

    Groenknolorchis (Liparis loeselii)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1365:

    H1903

    Groenknolorchis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De groenknolorchis komt alleen aan de randen van de Noordzeekustzone voor; het betreft populaties voorvan het grootste deel in vijf aangrenzende Natura 2000-gebieden voorkomt1. Gezien de vrij beperkte omvang, maar goede kwaliteit van de leefgebieden is behoud in dit gebied voldoende.

    X Noot
    1

    Na dit ontwerpbesluit zal een ontwerpbesluit worden opgesteld waarin de grenzen van de vijf aangrenzende Natura 2000-gebieden zeewaarts worden verruimd. Het is niet uitgesloten dat daarmee alle (deel)populaties van de groenknolorchis tot die vijf gebieden gaan behoren. Als dat het geval is, zal het doel in het gebied Noordzeekustzone vervallen in het definitieve 'Wijzigingsbesluit Aanwezige waarden'.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort groenknolorchis (H1903), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1365:

    H1903 – Groenknolorchis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit biotoop ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort groenknolorchis is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”19. De landelijke opgave sluit hierop aan. De kansen voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebieden echter beperkt; er is daarom veelal voor een behoudopgave gekozen. In de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Duinen Vlieland (003), Duinen Terschelling (004), Duinen Schiermonnikoog (006) en Weerribben (034) is voor een behoudopgave gekozen, omdat de biotoop hier in voldoende mate en kwaliteit voorkomt. De behoudopgave in Waddenzee (001) en Noordzeekustzone (007) sluit hierop aan, omdat het dezelfde populaties betreft als die op de genoemde eilanden. In de Deltagebieden (Grevelingen (115) en Westerschelde & Saeftinghe (122)), hangen de ontwikkelingen van de populatie samen met de fluctuerende waterstanden en natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) worden de mogelijkheden voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085), Naardermeer (094), Oostelijke Vechtplassen (095) en Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) gaat het om kleine populaties, waarvoor momenteel geen tot weinig uitbreidingsmogelijkheden worden gezien.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Groote Wielen (009) als Natura 2000-gebied (besluit van 27 december 2010, PDN/2010-009)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1134 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1134 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt voor op meerdere locaties, verspreid over het gebied, vooral in sloten maar ook wel aan de rand van de grotere plassen. De populatieomvang lijkt niet groot te zijn.

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is pas in 2012 in het gebied aangetroffen, maar kennelijk eerder over het hoofd gezien. De soort blijkt op meerdere locaties in plassen en vaarten voor te komen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De vierde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007), maar conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Een vijfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 en H1318:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”20 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010) als Natura 2000-gebied (besluit van 27 december 2010, PDN/2010-009)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6430:

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft het subtype:

    H7140B

    Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden)

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6430:

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B) komt, met goede kwaliteit, vooral voor in het deelgebied Vogelhoek, in het zuidwesten van het gebied, en lokaal ook langs de Fluessen. Omdat de potenties voor uitbreiding niet groot zijn, is behoud voldoende.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt zeer lokaal voor in het deelgebied Vogelhoek (in het zuidwesten van het gebied). Omdat de potenties voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering niet groot zijn, is behoud voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper is tot op heden alleen waargenomen in het zuidelijk deel van het gebied, van de Fluessen tot de Morra. Het aantal gevangen individuen suggereert een vrij kleine populatieomvang.

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is verspreid over de deelgebieden op veel verschillende locaties waargenomen, tot nu toe alleen langs de grote plassen

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype overgangs- en trilvenen (H7140), veenmosrietlanden (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6430B:

    H7140B – Overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Meer dan de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan echter de landelijke doelstelling nagestreefd worden. In het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt uitbreiding van de oppervlakte of verbetering van de kwaliteit bijvoorbeeld niet realistisch geacht, gezien de geringe potentie voor herstel van de benodigde kalkrijke kwel. In het gebied De Wieden (035) wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de oppervlakte beoogd. Er is reeds een grote oppervlakte van dit habitattype aanwezig in het gebied en er is geen potentie om deze verder uit te breiden. In het voormalig brakwaterveen Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder (090) is het doel voor dit subtype ook op behoud van de oppervlakte gesteld. Reden hiervoor is dat het habitattype over een relatief grote oppervlakte voorkomt. Ook wordt hier, evenals in het gebied Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092), behoud van de kwaliteit beoogd. Snelle verzuring en verbossing vergen in deze gebieden reeds grote inspanningen om de kwaliteit te behouden. Ook in de gebieden Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Eilandspolder (089) en Polder Westzaan (091) wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling. De kansen voor nieuwvorming zijn onduidelijk en de meeste andere gebieden hebben een beter perspectief voor verbetering van de kwaliteit.

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1318:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”21 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Alde Feanen (013) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-013)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6410:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

  • De tekst betreffende H7140 wordt vanwege de toevoeging van subtype A als volgt gewijzigd:

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft de subtypen:

    H7140A

    Overgangs- en trilvenen (trilvenen)

    H7140B

    Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1134:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    De subtypen moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B) van het habitattype ruigten en zomen komen beide verspreid in het gebied voor, voor zover bekend alleen met een matige kwaliteit. Voor subtype B is behoud voldoende, omdat dit gebied niet van groot belang is voor het subtype en omdat de brakke variant er niet kan voorkomen.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H7140 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype A):

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) en uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B).

    Toelichting

    In het gebied komt het habitattype overgangs- en trilvenen met goede en matige kwaliteit voor, vooral in de vorm van veenmosrietlanden (subtype B). Omdat de landelijke staat van instandhouding daarvan matig ongunstig is en er herstelpotenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Daarnaast komt op meerdere locaties het subtype trilvenen (subtype A) voor, vooral in het centrum van het gebied. Het betreft een relatief basenarme vorm. Omdat er weinig potenties zijn voor uitbreiding of verbetering, is behoud voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1134:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel komt (sinds 2003) met name voor in sloten en petgaten in deelgebied It Wikelslân (in het noordoosten van het gebied). Vanwege de beoogde kwaliteitsverbetering van meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150) mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype trilvenen (H7140A) van het habitattype overgangs- en trilvenen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype veenmosrietlanden (subtype B) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

    H7140A – Overgangs- en trilvenen, trilvenen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    Bijna drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”n. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Bijna alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke opgave. In de gebieden Alde Feanen (013), Vecht- en Beneden-Reggegebied (039), Dinkelland (049), IJsselmeer (072) en Regte Heide & Riels Laag (134) wordt van de landelijke doelstelling afgeweken en zijn er behoudsdoelstellingen geformuleerd, omdat er in deze gebieden slechts geringe oppervlakten van dit subtype aanwezig zijn en er weinig zicht is op herstel.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1134:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Van Oordt’s Mersken (015) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-015)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6410:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in de vorm van de Associatie van Vlottende bies voor in een ven ten noorden van het Koningsdiep, te midden van schraallanden behorende tot H6230 en H6410. Behoud is voldoende, omdat de kwaliteit al goed is en de potenties voor uitbreiding gering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in het zuidoosten van het gebied. De bosopstand zelf is niet oud, maar komt wel voor op een oude bosgroeiplaats. Behoud is voldoende, omdat er weinig potentie is voor uitbreiding of verbetering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Na de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan22. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan23. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Wijnjeterper Schar (016) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-016)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H2320

    Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H2320

    Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor op één locatie in het zuiden van het gebied en heeft last van vergrassing; verbetering van kwaliteit is dus noodzakelijk.

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met goede kwaliteit, voor op twee locaties. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden voor uitbreiding zijn.

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een geringe oppervlakte voor in het zuidwesten van het gebied, met een deels goede en deels matige kwaliteit. Behoud daarvan is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor verbetering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen (H2320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H2320 – Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Ruim 50% van het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten op het aspect oppervlakte aan op de landelijke doelstelling. Verbetering van de kwaliteit is lokaal van belang voor herstel van populaties van onder andere levermossen en wolfsklauwen die nationaal bedreigd zijn. Deze doelstelling is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden hiervoor liggen.

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan24. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is aanvankelijk niet overgenomen, omdat werd verondersteld dat het habitattype slechts met een verwaarloosbare oppervlakte voorkomt. Uit de daarna gemaakte habitattypenkaart is echter gebleken dat de omvang voldoende groot is, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Bakkeveense Duinen (017) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-017)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H4010:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

    H7110

    *Actief hoogveen

     

    Verkorte naam Actieve hoogvenen

    betreft het subtype:

    H7110B

    *Actieve hoogvenen (heideveentjes)

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een matige en goede kwaliteit, voor in vier vennen in het zuidwesten van het gebied. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en verbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in het gebied voor, met name in het oosten. De mate van vergrassing is heel wisselend. Er zijn mogelijkheden voor vermindering van de vergrassing, wat niet alleen een kwaliteitsverbetering betekent, maar ook kan leiden tot enige uitbreiding van het habitattype.

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in het zuidwesten en het noorden van het gebied voor, met een vrij grote oppervlakte. De kwaliteit is niet hoog, maar wel goed. Het betreft alleen de droge vorm. Behoud is voldoende, omdat de potenties voor (verdere) uitbreiding en verbetering niet hoog worden ingeschat.

    H7110

    *Actieve hoogvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in enkele verlande dobben in het centrum van het gebied. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en verbetering.

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar een goede kwaliteit, voor in een natuurlijke gradiënt met heide, hoogveen en open water aan de rand van de twee dobben. Behoud is voldoende omdat de kwaliteit al goed is en de mogelijkheden voor uitbreiding gering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Na de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype actieve hoogvenen (H7110), heideveentjes (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan25. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

    H7110B – *Actieve hoogvenen, heideveentjes

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht – en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B) komt sterk verspreid over doorgaans kleine oppervlakten voor. Vanwege het ontbreken van complete gegevens over het voorkomen van dit subtype is voor de berekening van de relatieve bijdragen uitgegaan van een geschatte landelijke oppervlakte van 150 ha. Daarvan uitgaande zou ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte zijn opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke uitbreidingsdoelstelling voor oppervlakte is in enkele gebieden gekozen voor een behoudsdoelstelling. In deze gebieden gaat het in de meeste gevallen om slechts één of enkele vennen en is er geen ruimte voor uitbreiding van de oppervlakte.

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft26. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Rottige Meenthe & Brandemeer (018) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-018)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4010 en H6410:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7140:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4010 en H6410:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in smalle stroken, verspreid voor op legakkers in het zuiden van het gebied. Het betreft alleen de droge vorm. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en verbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7140:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt voor in de verlandingszone van de Veendijk, langs de vaart aan de noordrand van het gebied.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype Heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4010B en H6410:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7140A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Lieftinghsbroek (021) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-021; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt in de 1e subparagraaf de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H91D0

    * Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt in paragraaf 5.3 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91D0 vervalt.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    • In aanvulling op de aanwijzing (2013), is het gebied ook aangewezen voor het habitattype *hoogveenbossen (H91D0) in de vorm van de plantenassociatie Zompzegge-Berkenbroek (Carici curtae-Betuletum pubescentis). Dit is aanwezig op één locatie aan de zuidwestzijde van het bosgebied (1.200 m2).

In bijlage B.3 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H91D0 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Norgerholt (022) als Natura 2000-gebied (besluit van 27 december 2010, PDN/2010-022; gewijzigd op 25 november 2013, PDN/2013-022)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9120:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9120:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt zeer lokaal voor aan de rand van een ven, in het noorden van het gebied. De ondergroei van het zompzegge-berkenbroek is verruigd met pitrus. Gezien de beperkte potentie is behoud voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H9120:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Fochteloërveen (023) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-023; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande 2e subparagraaf:

    4.2.2 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    Het gebied is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied een wezenlijke functie in de levenscyclus vervult. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau. Wijzigingen ten opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting.

    H1042 Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 4e paragraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande paragrafen 5.4 en 5.5:

    5.4 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel heeft zich in 2005 in het Fochteloërveen gevestigd en wordt sindsdien verspreid in het gebied in klein aantal waargenomen. De soort was eerder niet bekend uit dit gebied. Dat hij voorkomt in herstellende hoogvenen (H7120) is opmerkelijk, omdat hij geen voorkeur heeft voor voedselarme, zure wateren. Gezien het afwijkende leefgebied is een behoudsdoelstelling voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een derde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4 (Toewijzing instandhoudingsdoelstellingen (hoofdstuk 5)) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande subparagrafen B.4.2 en B.4.3:

    B.4.2 Habitatrichtlijn: soorten

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Witterveld (024) als Natura 2000-gebied (besluit van 10 september 2009, PDN/2009-024)

In de paragraaf 3.3 (Begrenzing en oppervlakte) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt als volgt gewijzigd (vervanging van het subtype bij habitattype H7110):

    • Aan de westzijde zijn enkele percelen die onderdeel uitmaken van ‘t Hoedveen (19 ha, evenals de rest van het gebied in eigendom van en beheer bij Defensie) aan het gebied toegevoegd ter verbetering van de algehele samenhang. Hierdoor kan bescherming en beheer van de in ‘t Hoedveen en directe omgeving gelegen habitattypen actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A) en herstellende hoogvenen (H7120) beter worden uitgevoerd (randlengte 400 m in plaats van 1.700 meter).

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H2320

    Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H7110:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De tekst betreffende H7110 wordt vanwege de verwijdering van subtype B als volgt gewijzigd:

    H7110

    *Actief hoogveen

     

    Verkorte naam Actieve hoogvenen

    betreft het subtype:

    H7140A

    Actieve hoogvenen (hoogveenlandschap)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype herstellende hoogvenen (H7120) beslaat het grootste deel van het gebied. Het habitattype actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A), komt voor in de zogenoemde pingoruïne (aan de westzijde van het gebied) en langs het Sikkelmeer (in het midden van het gebied). De habitattypen vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) en hoogveenbossen (H91D0) komen voor in het centrum van het gebied, op die locaties die niet tot het (verbeterbare) hoogveenlandschap behoren en om die reden niet tot H7120 worden gerekend, ook al komt de vegetatie daarmee overeen. Het relatief hooggelegen centrale gedeelte van het gebied wordt voor een belangrijk deel bedekt door het habitattype droge heiden (H4030), met lokaal ook het habitattype zure vennen (H3160). Het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen (H2320) komt op vijf kleine locaties voor. Heischrale graslanden (H6230) komen op relatief droge plekken voor, op drie verspreide locaties in het gebied.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H2320

    Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op kleine plekken voor temidden van met name herstellende hoogvenen. Gezien de bestaande kwaliteit is behoud voldoende.

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met matige kwaliteit in enkele vennen voor, in het relatief hooggelegen centrale gedeelte van het gebied (buiten het hoogveenlandschap). Er zijn mogelijkheden voor enige verbetering van de kwaliteit.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H7110:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een vrij grote oppervlakte voor, op drie verspreide locaties in het gebied. Het gaat om relatief droge plekken aan de rand van het hoogveenlandschap en in het relatief hooggelegen centrale gedeelte van het gebied. De kwaliteit is goed. Uitbreiding ligt niet in de rede, gezien de prioriteit die bij het hoogveenherstel ligt.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H7110 wordt vervangen (noodzakelijk door de verwijdering van subtype B):

    H7110

    *Actieve hoogvenen

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype actieve hoogvenen is op twee locaties aanwezig in de vorm van hoogveenlandschap (subtype A). Verbetering van de kwaliteit lijkt goed mogelijk, samen met een oppervlakte-uitbreiding op plaatsen waar nu nog het habitattype herstellende hoogvenen (H7120) voorkomt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tweede alinea vervalt.

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007), maar conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt (buiten de zone die behoord tot het hoogveenlandschap).

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In afwijking van het ontwerpbesluit (2007) is geen doelstelling opgenomen voor subtype B (heideveentjes) van het habitattype actieve hoogvenen (H7110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit subtype niet in het gebied voorkomt (de betreffende locatie valt onder subtype A (hoogveenlandschap)27).

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H2320 – Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Ruim 50% van het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten op het aspect oppervlakte aan op de landelijke doelstelling. Verbetering van de kwaliteit is lokaal van belang voor herstel van populaties van onder andere levermossen en wolfsklauwen die nationaal bedreigd zijn. Deze doelstelling is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden hiervoor liggen.

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H7110A:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor subtype B van habitatype H7110 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Drentsche Aa-gebied (025) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-025; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1099:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1166:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1099:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel heeft zich in 2005 in het Drentsche Aa-gebied ge(her)vestigd en komt inmiddels verspreid in het gebied voor, met name in het Achterste Veen (bij Gasteren). Een behoudsdoelstelling is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling, omdat hij in dit gebied vooral voorkomt in voedselarme, zure wateren (zwakgebufferde vennen komen in het gebied niet voor).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2010 in het Drentsche Aa-gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie, en komt inmiddels verspreid in het gebied voor. De omvang en de kwaliteit van het leefgebied zijn goed; behoud van de inmiddels gegroeide populatie is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vijftiende en zestiende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1099:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Elperstroomgebied (028) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-028; gewijzigd op 14 februari 2013, PDN/2013-011)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7230:

    H7110

    *Actief hoogveen

     

    Verkorte naam Actieve hoogvenen

    betreft het subtype:

    H7110B

    *Actieve hoogvenen (heideveentjes)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7230:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft het subtype:

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte en een wisselende kwaliteit voor in twee vennen aan de oostkant van het gebied. Behoud is voldoende, omdat de potenties vrij beperkt zijn en de prioriteiten bij het beekdal liggen.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7230:

    H7110

    *Actieve hoogvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B) omvat het grootste deel van een klein veentje in het oosten van het gebied. De vegetatie is nogal eenzijdig samengesteld en er is nauwelijks potentie voor verbetering. Mede daarom, en omdat de prioriteiten bij het beekdal liggen, is behoud voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7230:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype komt op twee locaties in het beekdal voor. De locatie bij de bestaande schraallanden heeft een goede kwaliteit. De andere locatie is verruigd, maar door de maatregelen ten behoeve van de uitbreiding van de natte schraallanden mag verwacht worden dat de kwaliteit zal verbeteren. Omdat de prioriteiten bij de schraallanden liggen, is behoud van de oppervlakte voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Na de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype actieve hoogvenen (H7110), heideveentjes (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7230:

    H7110B – *Actieve hoogvenen, heideveentjes

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht – en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B) komt sterk verspreid over doorgaans kleine oppervlakten voor. Vanwege het ontbreken van complete gegevens over het voorkomen van dit subtype is voor de berekening van de relatieve bijdragen uitgegaan van een geschatte landelijke oppervlakte van 150 ha. Daarvan uitgaande zou ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte zijn opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke uitbreidingsdoelstelling voor oppervlakte is in enkele gebieden gekozen voor een behoudsdoelstelling. In deze gebieden gaat het in de meeste gevallen om slechts één of enkele vennen en is er geen ruimte voor uitbreiding van de oppervlakte.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7230:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Holtingerveld (029) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-028; gewijzigd op 14 februari 2013, PDN/2013-011)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H6230:

    H5130

    Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

     

    Verkorte naam Jeneverbesstruwelen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7150 en H9190:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met matige kwaliteit voor in twee vennen in het noorden van het gebied en in twee vennen in het zuiden (Uffelter Binnenveld). In het Uffelterveen komt het in afwijkende vorm voor (als een soort petgat), maar wel met goede kwaliteit. Er zijn weinig mogelijkheden voor uitbreiding, maar wel voor kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H6230:

    H5130

    Jeneverbesstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte voor in het Oosterzand. Behoud van de goede kwaliteit is voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H9190:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in het gebied voor, vooral aan de randen van het gebied. De kwaliteit is niet hoog, maar wel voldoende voor een behoudsdoelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype jeneverbesstruwelen (H5130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan28. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H6230:

    H5130 – Jeneverbesstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (B = 2-15%, C < 2%), omdat de gebieden onderling niet goed kunnen worden vergeleken, aangezien de oppervlakten op verschillende wijzen zijn berekend (al dan niet inclusief open delen). De aard van de vegetaties verschilt sterk van gebied tot gebied: van verspreide bomen tot dichte struwelen.

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte jeneverbesstruwelen is gelegen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Hoewel de oppervlakte van jeneverbesstruwelen sinds 1950 stabiel is gebleven, is de kwaliteit afgenomen. Door successie en vergrassing is de soortensamenstelling verarmd. Het merendeel van de jeneverbessen staat in oudere struwelen met een vrij eentonige soortensamenstelling. Natuurlijke verjonging vindt zelden plaats, waardoor een scheve leeftijdsopbouw is ontstaan. De landelijke doelstelling is dan ook gericht op behoud van de oppervlakte en verbetering van de kwaliteit. Het merendeel van de gebiedsdoelstellingen sluit hierop aan. In Borkeld (044) en Springendal & Dal van Mosbeek (045) zijn goede kansen voor uitbreiding van het habitattype. Dit zijn de enige twee gebieden in Nederland waar potentie is voor het kiemen van jeneverbessen op de lemige bodems. De uitbreidingsopgave in deze gebieden is nodig om de te verwachten landelijke areaalverliezen op te vangen. In enkele gebieden geldt een behoudopgave op het aspect kwaliteit. In Holtingerveld (029), Boetelerveld (041), Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136) komen slechts kleine oppervlakten van het habitattype voor, terwijl de kwaliteit al voldoende goed is en kwaliteitsverbetering niet mogelijk wordt geacht.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7150 en H9190:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan29. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Dwingelderveld (030) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-030)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3130:

    H3110

    Mineraalarme oligotrofe wateren van de Atlantische zandvlakten (Littorelletalia uniflorae)

     

    Verkorte naam Zeer zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9190:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3130:

    H3110

    Zeer zwakgebufferde vennen

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en behoud kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, gezoneerd met het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), voor in het Koelevaartsveen. Na herstel van het ven in de jaren 1990, heeft zich aan de oostzijde een toenemende populatie waterlobelia gevestigd, waardoor dat deel (in toenemende mate) kwalificeert voor H3110. Het habitattype is van goede kwaliteit.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9190:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor met een deels goede en deels matige kwaliteit op enkele verspreide locaties in het gebied. De mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering zijn beperkt; dat geldt ook voor uitbreiding, omdat de geschikte locaties ook belangrijk zijn voor andere habitattypen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste alinea en tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de zevende alinea en achtste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot H2320 en H3160:

    ■ Het gebied is één van de belangrijkste gebieden voor de volgende habitattypen:

    H3110 – Zeer zwakgebufferde vennen

    Landelijke oppervlakte ca. 35 ha

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Relatieve bijdrage

    Bronvermelding

    030

    Dwingelderveld

    B1 (2-6%)

    EGG Consult 2018 / Prov. Drenthe

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    A2 (30-50%)

    Provincie Overijssel 2009

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    A1 (15-30%)

    Provincie Noord-Brabant 2009

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    A1 (15-30%)

    Staatsbosbeheer 2010

    146

    Sarsven en De Banen

    B2 (6-15%)

    Provincie Limburg 2009

    Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebieden (2003) zijn voor het habitattype zeer zwak gebufferde vennen (H3110) de volgende vier gebieden geselecteerd: Strabrechtse Heide & Beuven (137), Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027), Kampina & Oisterwijkse Vennen (133)30 en Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046). De selectie is destijds beperkt tot vier gebieden omdat deze ruim 60% van de landelijke oppervlakte omvatten en het type niet in andere gebieden in kwalitatief goede staat voorkwam. Op grond van de huidige kennis zijn de in de tabel genoemde gebieden de vijf belangrijkste. Hiervan heeft Bergvennen & Brecklenkampse Veld dankzij herstelwerkzaamheden het grootste aandeel in de landelijke oppervlakte. In Sarsven en De Banen (146) is de kwaliteit van het ven in De Banen na opschoning aanzienlijk verbeterd. In het Drents-Friese Wold is het habitattype slechts fragmentair aanwezig. Het gebied kan daardoor niet meer tot één van de vier (of vijf) belangrijkste gebieden gerekend worden. Daarentegen blijkt Dwingelderveld (30). waar het type vrij recent is ontstaan, inmiddels tot de vijf belangrijkste gebieden te behoren.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3130:

    H3110 – Zeer zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve

    bijdrage

    Besluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    doel toegevoegd

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype zeer zwakgebufferde vennen bevindt zich in Nederland aan de oostrand van het verspreidingsgebied. Hoewel het habitattype slechts over kleine oppervlakte voorkomt, is het van zeer groot belang door de bijzondere soortensamenstelling. Het overgrote deel van dit habitattype bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De meeste gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Instandhouding van goede voorbeelden (Dwingelderveld (030), Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Sarsven en De Banen (146)) staat voorop. In de meeste gebieden is zelfs potentie om uit te breiden. In het Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) wijkt de doelstelling af van de landelijke doelstelling, omdat uitbreiding van de oppervlakte niet realistisch wordt geacht, het habitattype is hier beperkt tot één poel. De vennen in de gebieden Dwingelderveld, Bergvennen & Brecklenkampse Veld en Sarsven en De Banen zijn door grote herstelwerkzaamheden inmiddels van goede kwaliteit, behoud van de kwaliteit is derhalve voldoende.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H9190:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    doel toegevoegd

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Mantingerzand (032) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-032)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9190:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor in het gebied, met zowel matige als goede kwaliteit. De grootschalige natuurontwikkeling heeft gezorgd voor een duidelijke toename, maar het is de verwachting dat een deel van de ontstane plantengemeenschappen van zwakgebufferde vennen ook weer zal verdwijnen als gevolg van successie. Behoud van het langjarige gemiddelde is daarom voorzichtigheidshalve als doel gesteld.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9190:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor met een deels goede en deels matige kwaliteit op een aantal locaties in het gebied. Het betreft zowel jonge als wat oudere bossen. De mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering zijn beperkt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan31. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen H9190:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Weerribben (034) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 november 2013, PDN/2013-034)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt verspreid in het gebied voor met een kleine oppervlakte en een matige tot goede kwaliteit. Subtype B (harig wilgenroosje) komt alleen lokaal voor aan de westrand van De Kampen, tussen Kalenberg en Nederland, en heeft een matige kwaliteit. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype harig wilgenroosje (H6430B) van het habitattype ruigten en zomen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype moerasspirea (subtype A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H1740A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van De Wieden (035) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 november 2013, PDN/2013-035; gewijzigd op 9 februari 2015)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt in dit gebied over een relatief grote oppervlakte voor, vooral met een matige kwaliteit. Subtype B (harig wilgenroosje) komt alleen met een matige kwaliteit voor, vooral op de noordoostoever van de Beulakerwijde (en mogelijk ook in het westen en noordwesten van het gebied). Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype harig wilgenroosje (H6430B) van het habitattype ruigten en zomen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype moerasspirea (subtype A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H1740A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluitx

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht (036) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-036)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6510 en H91F0:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0B

    *Vochtige alluviale bossen (essen-iepenbossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1134 en H1149:

    H1145

    Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1149:

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt verspreid in het gebied voor, vooral langs het Zwarte Water en de Overijsselse Vecht, en heeft vooral een matige kwaliteit, behalve in de gevallen dat er lange ereprijs in voorkomt. Het subtype B (harig wilgenroosje) komt bij de Zijlkolk en langs het Galgenrak in de vorm van de Rivierkruiskruid-associatie voor, dus met een goede kwaliteit. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6510 en H91F0:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A), vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (subtype B) en vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor, maar wel met alledrie de subtypen. Subtype A (zachthoutooibossen) komt, met een deels goede en deels matige kwaliteit, verspreid voor in het buitendijkse deel van het gebied. Subtype B (essen-iepenbossen) komt, met een goede kwaliteit, voor langs de oostrand van het gebied op twee buitendijkse locaties. Subtype C (beekbegeleidende bossen) komt, met een deels goede en deels matige kwaliteit, voor op drie binnendijks gelegen locaties. Behoud is voldoende, gezien de bestaande kwaliteit en het feit dat in de voor dit habitattype geschikte gebiedsdelen de prioriteit ligt bij de graslanden.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1134 en H1149:

    H1145

    Grote modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De grote modderkruiper komt, binnen het Habitatrichtlijngebied, met een vrij grote populatie voor. Het leefgebied omvat sloten in verschillende uiterwaarden, met name noordwest van Hasselt. Deze belangrijke populatie is pas in 2009 ontdekt. Omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor uitbreiding, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1149:

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is, binnen het Habitatrichtlijngebied, op meerdere locaties (verspreid over het gebied) waargenomen, zowel langs de Overijsselse Vecht als langs het Zwarte Water.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype harig wilgenroosje (H6430B) van het habitattype ruigten en zomen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype moerasspirea (subtype A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

  • Een vierde, vijfde en zesde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), zachthoutooibossen (subtype A), essen-iepenbossen (subtype B) en beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grote modderkruiper (H1145), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H6510A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6510B en H91F0:

    H91E0A – *Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud 2

    verbetering

    A3 3

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (H91E0B) is toegestaan.

    X Noot
    3

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    Ongeveer drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan32.

    De landelijke opgave voor het aspect kwaliteit kan niet in alle gebieden worden nagestreefd. In onder andere Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien het geringe belang van deze gebieden voor het type, een behoudsdoelstelling geformuleerd. Een andere reden voor het afwijken van de landelijke doelstelling is dat er al een goede kwaliteit aanwezig is, bijvoorbeeld in Oude Maas (108), waar behoud van de kwaliteit derhalve voldoende is.

    H91E0B – *Vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C 2

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    (a) Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    De landelijke staat van instandhouding van het subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het habitattype is momenteel uiterst zeldzaam langs de rivieren. In de twee gebieden met de beste potenties wordt herstel van dit subtype nagestreefd. In Dinkelland (049) is behoud van de oppervlakte voldoende, omdat er weinig ruimte is voor uitbreiding. In Uiterwaarden Zwarte water en Vecht (036) en Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien de beperkte potenties voor uitbreiding van de oppervlakte en de reeds goede kwaliteit, een behoudsdoelstelling geformuleerd.

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 en H1149:

    H1145 – Grote modderkruiper

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de grote modderkruiper is beoordeeld als “matig ongunstig”. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Wel is duidelijk dat het leefgebied is gekrompen. De landelijke doelstelling is gericht op het plaatselijk verbeteren van het leefgebied voor uitbreiding van de populatie. De toepassing van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de gedragscode voor waterschappen kunnen tevens een positieve bijdrage leveren aan een verbetering van het leefgebied van de soort. Hersteldoelstellingen zijn neergelegd in die gebieden waar de soort onder druk staat en/of er goede mogelijkheden zijn voor het uitbreiden en verbeteren van het leefgebied ten behoeve van het uitbreiden van de populatie.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1149:

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud 3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”33 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Olde Maten & Veerslootslanden (037) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-037)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden in de 1e subparagraaf de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H6410:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7140:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea vervalt de volgende tekst:

    Het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150) komt voor in enkele petgaten (boksloten) in het zuidelijk deel van Olde Maten.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H3150 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in een droge en een vochtige vorm voor, met een deels goede en deels matige kwaliteit, vooral in de Veerslootslanden. Behoud is voldoende, gezien de bestaande kwaliteit en het feit dat in de Veerslootslanden de prioriteit ligt bij de basenrijkere blauwgraslanden (H6410).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7140:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt aan de oostkant van de Olde Maten met een vrij beperkte oppervlakte voor, met een (in ieder geval deels) goede kwaliteit.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied niet aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt (de locaties waar de kwalificerende plantengemeenschappen voorkomen, betreffen geen vlakvormige wateren).

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H3150 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7140A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de eerste zienswijze (betreffende H3150) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft niet geleid tot aanpassing van het besluit. Ook voor de soorten en habitattypen die niet hebben geleid tot de selectie van een Habitatrichtlijngebied, maar die wel in een dergelijk gebied voorkomen, moeten instandhoudingsdoelstellingen worden opgesteld (zie paragraaf 3.3 van de Nota van Antwoord). Overigens blijkt uit nader onderzoek dat het habitattype waar de zienswijze concreet op duidt, niet in het gebied aanwezig te zijn. Het habitattype is dan ook uit het aanwijzingsbesluitverwijderd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Rijntakken (038/066-068) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 april 2014, PDN/2014-038; gewijzigd 30 maart 2017, DN&B/2017-038)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6510 en H91E0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

  • De tekst betreffende H91E0 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0B

    *Vochtige alluviale bossen (essen-iepenbossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud verspreiding, oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A), behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) en behoud verspreiding, uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen komt, in het Habitatrichtlijngebied, zeer lokaal en met een kleine oppervlakte voor. Het subtype moerasspirea (subtype A) komt met een matige kwaliteit voor in de Buitenwaarden bij Wijhe (langs de IJssel) en met een deels goede kwaliteit in de Millingerwaard (Gelderse Poort). Het subtype harig wilgenroosje (subtype B) komt met goede kwaliteit op slechts één locatie voor: langs de IJssel ten zuiden van Wilsum. Het subtype droge bosranden (subtype C) komt langs de IJssel voor bij Fortmond, Cortenoever en Geldersche Toren, en in het Colenbranderbos (Gelderse Poort); de kwaliteit is goed, vanwege het voorkomen van niet-algemene plantensoorten (knolribzaad, kweekdravik, rivierkruiskruid en schaafstro).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6510 en H91E0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt alleen langs de IJssel voor, op verschillende locaties: bij de Hezenberg, bij Klooster Hulsbergen, bij Fortmond en bij Gorssel (Eester Loo). In de eerste drie gevallen komt het in combinatie met andere boshabitattypen voor (H91E0B en H91F0). In alle gevallen gaat het om oude bosgroeiplaatsen en deels zijn het tevens oude eikenopstanden. Behoud is voldoende, omdat de kwaliteit goed genoeg is.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91E0 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud verspreiding, behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A), behoud verspreiding, uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (subtype B) en uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Binnen het Habitatrichtlijngebied komen zachthoutooibossen (subtype A) plaatselijk over een aanzienlijke oppervlakte voor. Het deelgebied Gelderse Poort omvat enkele van de beste voorbeelden hiervan in ons land, zowel buitendijks als binnendijks. Verbetering van de kwaliteit kan gebaat zijn bij het realiseren van kerngebieden. Behoud van dit subtype heeft betrekking op een areaal van circa 420 ha binnen het Habitatrichtlijngebied, waarvan circa 330 ha buitendijks. Van het subtype essen-iepenbossen (subtype B) is de oppervlakte in de Rijntakken gering, maar landelijk gezien relatief groot. Nederland is voor dit bostype van zeer groot belang. Langs de IJssel liggen de belangrijkste bestaande essen-iepenbossen, hier is kwaliteitsverbetering mogelijk. Voor uitbreiding liggen er naast de uiterwaarden van de IJssel ook in andere delen van de Rijntakken kansen. Het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C) komt met een relatief grote oppervlakte voor in de Havikerwaard (deels met goede kwaliteit) en voorts met kleine oppervlakten elders in deelgebied Uiterwaarden IJssel en in deelgebied Gelderse Poort. Er zijn mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering en (binnendijkse) uitbreiding.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea vervalt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en de ontwerpbesluiten (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de ontwerpbesluiten (2008) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype beekbegeleidende bossen (H91E0C) van het habitattype vochtige alluviale bossen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast de subtypen zachthoutooibossen (subtype A) en essen-iepenbossen (subtype B) waar reeds doelstellingen voor zijn opgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H6430C:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6510B en H91E0A:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan34. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0B en H91F0:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de toelichting onder de tabel met betrekking tot de doelstellingen voor H1337 vervalt de volgende tekst:

    De uitbreidingsopgave van het leefgebied geldt voor Uiterwaarden IJssel (038), waar het van belang is dat de soort zich in het IJsseldal verder zal uitbreiden om een duurzame populatie in het rivierengebied te realiseren. Uitbreiding van het leefgebied in dit gebied heeft betrekking op het benutten van nog niet bezet potentieel leefgebied.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-039; gewijzigd op 25 november 2014)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2310 en H2330:

    H2320

    Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3160 en H4010:

    H3260

    Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

     

    Verkorte naam Beken en rivieren met waterplanten

    betreft de subtypen:

    H3260B

    Beken en rivieren met waterplanten (grote fonteinkruiden)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H91E0:

    H91F0

    Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

     

    Verkorte naam Droge hardhoutooibossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2310 en H2330:

    H2320

    Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte voor op de Archemerberg en de Lemelerberg. Behoud is voldoende, gezien de geringe potentie voor de landelijk beoogde kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met matige kwaliteit en een beperkte oppervlakte voor ten oosten van Stegeren en in het Eerder Achterbroek. Behoud is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H3150

    Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in twee afgesloten meanders van de Overijsselse Vecht, langs het Junner Koeland en ten oosten van Beerze; mogelijk dat het type lokaal ook elders in het gebied voorkomt. Behoud is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3160 en H4010:

    H3260

    Beken en rivieren met waterplanten

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden (subtype B) komt voor in de Overijsselse Vecht, oost van Beerze. Het betreft een begroeiing van doorgroeid fonteinkruid. Behoud is voldoende, omdat onduidelijk is of er mogelijkheden zijn om het beperkte voorkomen uit te breiden.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H91E0:

    H91F0

    Droge hardhoutooibossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte en een matige kwaliteit voor op een oeverwal langs de Overijsselse Vecht bij de Stekkenkamp. Behoud is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen (H2320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beken en rivieren met waterplanten (H3260), waterranonkels (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge hardhoutooibossen (H91F0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2310 en H2330:

    H2320 – Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Ruim 50% van het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten op het aspect oppervlakte aan op de landelijke doelstelling. Verbetering van de kwaliteit is lokaal van belang voor herstel van populaties van onder andere levermossen en wolfsklauwen die nationaal bedreigd zijn. Deze doelstelling is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden hiervoor liggen.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan35. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

    H3150 – Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit x

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden wordt binnen de Natura 2000-gebieden beschermd (gebaseerd op een schatting van de oppervlakten van zowel begroeide als onbegroeide waterdelen van eutrofe meren en plassen). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In verscheidene gebieden wordt afgeweken van de landelijke doelstelling. In andere gebieden wordt er van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat er nagenoeg geen mogelijkheid (ruimte) is om het habitattype uit te breiden en/of de potentie om de kwaliteit ervan te verbeteren gering is, bijvoorbeeld in Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Alde Feanen (013) en Botshol (083). In het Naardermeer (094) is door recent herstel een aanzienlijk areaal van het habitattype aanwezig. Behoud is derhalve voldoende.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3160 en H4010:

    H3260B – Beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15%) omdat betrouwbare cijfers, die op vergelijkbare wijze zijn bepaald, niet beschikbaar zijn. Bovendien varieert het voorkomen van jaar tot jaar.

    De staat van instandhouding van het habitattype beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. In Nederland komt dit subtype slechts in enkele gebieden voor. Deze gebieden bieden geen potenties voor verder herstel van de kwaliteit van het subtype. Derhalve is ervoor gekozen landelijk een behoudopgave voor de kwaliteit te stellen. De landelijke doelstelling voor het aspect oppervlakte sluit aan op de staat van instandhouding. In het Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) is gekozen voor behoud van de oppervlakte omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor uitbreiding van het beperkte voorkomen. In het gebied Biesbosch (112) wordt behoud van de oppervlakte nagestreefd, omdat het subtype niet karakteristiek is voor de zoetwatergetijdendelta. De ecologische potenties zijn in dit gebied gering, omdat het water in de benedenrivieren van nature troebel is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0:

    H91F0 – Droge hardhoutooibossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    A3

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer driekwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge hardhoutooibossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelstellingen van de twee belangrijkste gebieden sluiten aan op de landelijke doelstelling. In Zeldersche Driessen (143) en Maasduinen (145) bestaat geen ruimte voor uitbreiding en in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) zijn ook de potenties voor kwaliteitsverbetering gering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Sallandse Heuvelrug (042) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-042)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7110:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7110:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte, maar goede kwaliteit voor in de oeverzone van het Sasbrinksven. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vierde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7110B:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft36. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Borkeld (044) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-044)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2310 en H3160:

    H2330

    Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

     

    Verkorte naam Zandverstuivingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7150:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2310 en H3160:

    H2330

    Zandverstuivingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met kleine oppervlakten en goede kwaliteit, verspreid voor in het heidelandschap van het westen van het gebied. Van actieve verstuiving is in het gebied geen sprake meer en daar zijn ook weinig potenties meer voor.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7150:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in het zuidwesten van het gebied. Het bestaat uit twee locaties, temidden van een dennenbos, waar de eiken domineren ten opzichte van grove dennen. Enige kwaliteitsverbetering is mogelijk.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zandverstuivingen (H2330), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vijfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2310 en H3160:

    H2330 – Zandverstuivingen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van het habitattype zandverstuivingen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype zandverstuivingen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De afwisseling van zandverstuivingen met stuifzandheiden met struikhei (H2310) is voor een groot aantal dieren, in het bijzonder vogels, belangrijk. Om deze reden zijn in veel heidegebieden van de hogere zandgronden deze twee habitattypen gecombineerd als doel. Het grootste deel van de gebiedsdoelstellingen sluit aan op de landelijke doelstelling. In de meeste gebieden waar een behoudsdoelstelling is neergelegd komt het habitattype slechts over een kleine oppervlakte voor en/of lijken de potenties voor herstel gering.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7150:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan37. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Springendal & Dal van de Mosbeek (045) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-045; gewijzigd op 12 december 2014, PDN/2012-04538)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H9120 en H91E0:

    H9160

    Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

     

    Verkorte naam Eiken-haagbeukenbossen

    betreft het subtype:

    H9160A

    Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden)

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H9120 en H91E0:

    H9160

    Eiken-haagbeukenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt met geringe oppervlakte voor in het dal van de Mosbeek, bij de molen van Bels, en in het dal van de Onderbeek, in Hazelbekke.Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor op relatief hoge ruggen in het zuiden van het gebied. Het gaat zowel om bosbesrijke als om grazige vormen, zowel droog als vochtig. De bomen zelf zijn niet oud, maar de bosgroeiplaatsen wel. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met goede kwaliteit voor in een slenkvormige laagte in het deelgebied Vasserheide. Gezien de specifieke standplaats en de reeds goede kwaliteit is behoud voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype eiken-haagbeukenbossen (H9160), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De vijfde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H9120 en H91E0C:

    H9160A – Eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    063

    Bekendelle

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt voornamelijk voor in kleine bosjes in Oost-Nederland. Door het verspreide en versnipperde voorkomen van dit subtype is slechts circa 20% van de landelijke oppervlakte van dit subtype opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke dekking van het habitattype als geheel (subtypen A en B gecombineerd) is aanzienlijk groter (80%), omdat bij de selectie vooral is gelet op het voorkomen in Zuid-Limburg dat nu apart wordt onderscheiden als subtype B.

    De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke opgave worden nagestreefd. In enkele gebieden wijkt de doelstelling, op het aspect oppervlakte, af van de landelijke doelstelling. In deze gebieden is de ruimte waar dit habitattype voor zou kunnen komen reeds volledig benut. Ook wordt in enkele gebieden behoud van de kwaliteit beoogd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. Eén van de redenen hiervoor is dat de kwaliteit in het gebied reeds goed is waardoor een behoudsdoelstelling voldoende is, bijvoorbeeld in de gebieden Landgoederen Oldenzaal (050) en Leudal (147); een andere reden is dat er weinig potentie is voor kwaliteitsverbetering, zoals in Dinkelland (049).

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan39. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-047)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H6410:

    H4010

    Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

     

    Verkorte naam Vochtige heiden

    betreft het subtype:

    H4010A

    Vochtige heiden (hogere zandgronden)

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H9160:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H6410:

    H4010

    Vochtige heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt vanouds in het gebied voor, maar is thans teruggedrongen tot een klein plekje in het zuidwesten van het Voltherbroek. Omdat de prioriteit voor de vochtige standplaatsen ligt bij de bossen, is behoud voldoende.

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een vrij geringe oppervlakte voor in alledrie de deelgebieden, onder andere als gevolg van natuurontwikkeling. De kwaliteit is wisselend. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering in dit voornamelijk vochtige gebied.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H9160:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in samenhang met vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) voor, waar het door successie in over gaat. Het lijkt in dit gebied afhankelijk te zijn van plaggen of natuurontwikkeling. Behoud is daarom voldoende.

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar een goede kwaliteit, voor in het oosten van het Voltherbroek. Het bos staat op een oude bosgroeiplaats en de eiken zijn bijna een eeuw oud. Gezien de bestaande kwaliteit is behoud voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige heiden (H4010), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3130 en H6410:

    H4010A – Vochtige heiden, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt wijdverspreid voor in Nederland. Meer dan twee derde van de landelijke oppervlakte van dit subtype is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan40. Mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte liggen onder andere op de Veluwe (057) en in de gebieden op het Drents plateau, waar dit subtype over grote oppervlakten voorkomt. Verder is de uitbreidingsopgave neergelegd in de gebieden waar de beste potenties zijn: waar voldoende ruimte en mogelijkheden zijn voor uitbreiding. Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is: bijvoorbeeld waar herstel van sterk vergraste vormen van dit subtype mogelijk is. Een speciale herstelopgave voor de kwaliteit van dit subtype ligt in de beekdalen waar het habitattype onderdeel uitmaakt van de gradiënt van hogere zandgronden naar de beek (bijvoorbeeld Wijnjeterper Schar (016), Stelkampsveld (060) en Meinweg (149)). In de meeste gebieden waar, in tegenstelling tot deze landelijke doelstelling, behoud van de kwaliteit wordt nagestreefd komt het subtype slechts in beperkte mate voor. De potenties ter verbetering van de kwaliteit zijn in deze gebieden veelal gering.

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H9160A:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft41. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan42. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Lemselermaten (048) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-048)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4010 en H6230:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4010 en H6230:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar een goede kwaliteit, voor temidden van habitattype vochtige heiden (H4010A). Omdat de prioriteit ligt bij de vochtige habitattypen, is behoud voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A en H6230:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreidin