Bekendmaking wijzigingsbesluit Habitatrichtlijngebieden vanwege aanwezige waarden, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Minister voor Natuur en Stikstof heeft ter uitvoering van richtlijn 92/43/EEG (Habitatrichtlijn) de aanwijzingsbesluiten van een groot aantal Natura 2000-gebieden gewijzigd. De bedoeling van het wijzigingsbesluit is corrigeren van wat ten aanzien van de te beschermen habitattypen van Bijlage 1 en soorten van Bijlage 2 van de Habitatrichtlijn niet goed is gegaan bij het publiceren van de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten. Het betreft vooral het alsnog beschermen van habitattypen en soorten die op het moment van aanwijzen (in voldoende mate en duurzaam) aanwezig bleken te zijn. Deze waarden en de daarvoor gestelde instandhoudingsdoelstellingen worden met dit wijzigingsbesluit aan de betreffende aanwijzingsbesluiten toegevoegd. In een beperkt aantal gevallen bleken typen en soorten op het moment van aanwijzen niet (in voldoende mate en duurzaam) aanwezig te zijn. Deze worden met dit wijzigingsbesluit verwijderd.

Aan dit besluit is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure voorafgegaan waarin het ontwerpbesluit ter inzage heeft gelegen en de mogelijkheid is geboden om een zienswijze in te dienen.

Het besluit wijkt af van het ontwerp voor de gebieden Dwingelderveld (030), Dinkelland (049), Kennemerland-Zuid (088), Oosterschelde (118), Sint Jansberg (142) en Meinweg (149).

Waar en hoe kunt u het wijzigingsbesluit inzien?

Tijdens de periode van terinzagelegging van 1 december 2022 tot en met 11 januari 2023 kunt u het wijzigingsbesluit ook digitaal raadplegen via de website www.natura2000.nl. Daarnaast kunt u de papieren versie inzien op de vestiging van het Ministerie van LNV en bij de provincies. Houdt u daarbij rekening met de reguliere openingstijden.

Bezoekadressen:

Ministerie van LNV, Bezuidenhoutseweg 73, 2594 AC te Den Haag

Provincie Drenthe, Westerbrink 1, 9405 BJ te Assen

Provincie Flevoland, Visarenddreef 1, 8232 PH Lelystad

Provincie Friesland, Tweebaksmarkt 52, 8911 KZ Leeuwarden

Provincie Gelderland, Markt 11, 6811 CG Arnhem

Provincie Groningen, Sint Jansstraat 4, 9712 JN Groningen

Provincie Limburg, Limburglaan 10, 6229 GA Randwyck-Maastricht

Provincie Noord-Brabant, Brabantlaan 1, 5216 TV ’s-Hertogenbosch

Provincie Noord-Holland, Houtplein 33, 2012 DE Haarlem

Provincie Overijssel, Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle

Provincie Utrecht, Archimedeslaan 6, 3584 BA Utrecht

Provincie Zeeland, Abdij 6, 4331 BK Middelburg

Provincie Zuid-Holland, Zuid-Hollandplein 1, 2596 AW Den Haag

Hoe kunt u beroep instellen?

De beroepstermijn start op 1 december 2022 en duurt tot en met 11 januari 2023. Degenen die een zienswijze, als bedoeld in artikel 3:15 van de Algemene wet bestuursrecht, binnen de gestelde termijn naar voren hebben gebracht, kunnen gedurende deze periode beroep instellen bij de rechtbank van het arrondissement waar de woonplaats van degene die beroep instelt onder valt (voor degene die niet in Nederland woont, is dat de rechtbank in Den Haag); zie hiervoor de webpagina www.rechtspraak.nl/organisatie-en-contact/organisatie/rechtbanken.

Degenen die geen zienswijzen naar voren hebben gebracht, kunnen ten aanzien van alle punten van het besluit beroep instellen als ze belanghebbende zijn; als ze geen belanghebbende zijn, kunnen ze alleen beroep instellen ten aanzien van punten die inhoudelijk verschillen van het ontwerpbesluit.

U dient uw naam en adres te vermelden, de datum, de omschrijving van het besluit waarmee u het niet eens bent én waarom u het niet eens bent met het besluit, en uw handtekening te plaatsen. Het instellen van beroep schorst de werking van het besluit niet. De behandeling van het beroep verloopt verder via de rechtbank.

Nadere informatie

Meer informatie over Natura 2000 en gerelateerde onderwerpen vindt u op de website https://www.rijksoverheid.nl/natura2000. Voor vragen over Natura 2000 of het opvragen van (achtergrond)documenten kunt u op werkdagen van 8.30 uur tot 16.30 uur contact opnemen met het klantcontactcentrum van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, telefoon 088 – 042 42 42 (lokaal tarief).

WIJZIGINGSBESLUIT HABITATRICHTLIJNGEBIEDEN VANWEGE AANWEZIGE WAARDEN

De Minister voor Natuur en Stikstof

Gelet op artikel 2.1, zevende lid, van de Wet natuurbescherming;

BESLUIT:

ARTIKEL 1

1. In het besluit van 30 januari 20091 (DRZO/2008-001; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Waddenzee als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2170

Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1340

*Noordse woelmuis (Microtus oeconomus arenicola)

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

H1903

Groenknolorchis (Liparis loeselii)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 2

1. In het besluit van 13 februari 20091 (DRZO/2008-002; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen en Lage Land Texel als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1320

Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 3

1. In het besluit van 30 januari 20091 (DRZO/2008-003; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen Vlieland als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 4

1. In het besluit van 30 januari 2009 (DRZO/2008-004; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen Terschelling als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 5

1. In het besluit van 30 januari 2009 (DRZO/2008-005; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Duinen Ameland als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 6

1. In het besluit van 30 januari 20092 (DRZO/2008-007; Stcrt. 2009, 38) tot aanwijzing van Noordzeekustzone als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1903

Groenknolorchis (Liparis loeselii)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 7

1. In het besluit van 27 december 2010 (PDN/2010-009; Stcrt. 2011, 4458) tot aanwijzing van Groote Wielen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)1

X Noot
1

Deze soort is inmiddels gesplitst in meerdere soorten, die alle geacht worden op Bijlage II van de Habitatrichtlijn te staan. In Nederland betreft het twee soorten: de beekdonderpad (Cottus rhenanus) en de rivierdonderpad in strikte zin (Cottus perifretum). In dit besluit wordt steeds rivierdonderpad (Cottus perifretum) bedoeld.

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 8

1. In het besluit van 27 december 2010 (PDN/2010-010; Stcrt. 2011, 4458) tot aanwijzing van Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H7140

Overgangs- en trilveen

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 9

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-013; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Alde Feanen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H7140

Overgangs- en trilveen

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 10

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-015; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Van Oordt’s Mersken als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 11

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-016; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Wijnjeterper Schar als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2320

Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 12

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-017; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Bakkeveense Duinen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H4030

Droge Europese heide

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H7110

*Actief hoogveen

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 13

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-018; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Rottige Meenthe & Brandemeer als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 14

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-021; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lieftinghsbroek als Natura 2000-gebied is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 15

1. In het besluit van 27 december 2010 (PDN/2010-022; Stcrt. 2011, 4458) tot aanwijzing van Norgerholt als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 16

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-023; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Fochteloërveen als Natura 2000-gebied is in artikel 1 een derde lid toegevoegd:

De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewezen voor de volgende soort opgenomen in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 17

1. In het besluit van 10 september 2009 (PDN/2009-024; Stcrt. 2009, 13516) tot aanwijzing van Witterveld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2320

Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H7110

*Actief hoogveen

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 18

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-025; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Drentsche Aa-gebied als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

H1337

Bever (Castor fiber)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 19

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-028; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Elperstroomgebied als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H7110

*Actief hoogveen

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 20

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-029; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Holtingerveld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H5130

Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 21

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-030; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Dwingelderveld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3110

Mineraalarme oligotrofe wateren van de Atlantische zandvlakten (Littorelletalia uniflorae)

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 22

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-032; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Mantingerzand als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 23

1. In het besluit van 25 november 2013 (PDN/2013-034; Stcrt. 2014, 122) tot aanwijzing van Weerribben als Natura 2000-gebied is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 24

1. In het besluit van 25 november 2013 (PDN/2013-035; Stcrt. 2014, 122) tot aanwijzing van De Wieden als Natura 2000-gebied is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 25

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-036; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 26

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-037; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Olde Maten & Veerslootslanden als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 27

1. In het besluit van 23 april 2014 (PDN/2014-038; Stcrt. 2014, 12056) tot aanwijzing van Rijntakken als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 28

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-039; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Vecht- en Beneden-Reggegebied als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2320

Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H3260

Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

H91F0

Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 29

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-042; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Sallandse Heuvelrug als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 30

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-044; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Borkeld als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 31

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-045; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Springendal & Dal van de Mosbeek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 32

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-047; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H4030

Droge Europese heide

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 33

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-048; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lemselermaten als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 34

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-049; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Dinkelland als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2310

Psammofiele heide met Calluna en Genista

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H5130

Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

H7140

Overgangs- en trilveen

H7230

Alkalisch laagveen

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1096

Beekprik (Lampetra planeri)

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 35

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-050; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Landgoederen Oldenzaal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H4030

Droge Europese heide

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 36

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-051; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lonnekermeer als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 37

1. In het besluit van 28 mei 2013 (PDN/2013-053; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Buurserzand & Haaksbergerveen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 38

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-054; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Witte Veen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H5130

Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7120

Aangetast hoogveen waar natuurlijke regeneratie nog mogelijk is

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 39

1. In het besluit van 11 juni 2014 (PDN/2014-057; Stcrt. 2014, 17732) tot aanwijzing van Veluwe als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 40

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-058; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Landgoederen Brummen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3160

Dystrofe natuurlijke poelen en meren

H3260

Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, derde lid, de volgende soort verwijderd:

H1831

Drijvende waterweegbree (Luronium natans)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 41

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-060; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Stelkampsveld als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 42

1. In het besluit van 12 december 2014 (PDN/2014-061; Stcrt. 2015, 4119) tot aanwijzing van Korenburgerveen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 43

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-062; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Willinks Weust als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 44

1. In het besluit van 23 april 2014 (PDN/2014-065; Stcrt. 2014, 12056) tot aanwijzing van Binnenveld als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 45

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-069; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van De Bruuk als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7140

Overgangs- en trilveen

H7230

Alkalisch laagveen

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 46

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-070; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Lingegebied & Diefdijk-Zuid als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd

H1337

Bever (Castor fiber)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 47

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-071; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 48

1. In het besluit van 18 december 20093 (PDN/2009-072; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van IJsselmeer als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

H3140

Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 49

1. In het besluit van 18 december 20094 (PDN/2009-073; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Markermeer & IJmeer als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 50

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-074; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Zwarte Meer als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H3140

Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 51

1. In het besluit van 18 december 20095 (PDN/2009-076; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Veluwerandmeren als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 52

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-082; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Uiterwaarden Lek als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 53

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-083; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Botshol als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 54

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-084; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Duinen Den Helder – Callantsoog als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H2150

*Atlantische vastgelegde ontkalkte duinen (Calluno-Ulicetea)

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

H2140

*Vastgelegde ontkalkte duinen met Empetrum nigrum

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

H2190

Vochtige duinvalleien

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 55

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-085; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Zwanenwater & Pettemerduinen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2160

Duinen met Hippophaë rhamnoides

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1 een derde lid toegevoegd:

De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewezen voor de volgende soort opgenomen in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG:

H1903

Groenknolorchis (Liparis loeselii)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 56

1. In het besluit van 30 juni 2017 (N&B/2017-087; Stcrt. 2017, 49933) tot aanwijzing van Noordhollands Duinreservaat als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 57

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-088; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kennemerland-Zuid als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 58

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-094; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Naardermeer als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 59

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-096; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Coepelduynen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2190

Vochtige duinvalleien

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 60

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-097; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Meijendel & Berkheide als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2110

Embryonale wandelende duinen

H3140

Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2190

Vochtige duinvalleien

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 61

1. In het besluit van 19 februari 2008 (DRZO/2008-100; Stcrt. 2008, 41) tot aanwijzing van Voornes Duin als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

H2190

Vochtige duinvalleien

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 62

1. In het besluit van 19 februari 2008 (DRZO/2008-101; Stcrt. 2008, 41) tot aanwijzing van Duinen Goeree & Kwade Hoek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1110

Permanent met zeewater van geringe diepte overstroomde zandbanken

H2170

Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H1320

Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

H1365

Gewone zeehond (Phoca vitulina)

4. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn de instandhoudingsdoelstellingen van de volgende habitattypen gewijzigd:

H1140

Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

5. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 63

1. In het besluit van 25 november 2013 (PDN/2013-103; Stcrt. 2014, 122) tot aanwijzing van Nieuwkoopse Plassen & De Haeck als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 64

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-105; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Zouweboezem als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 65

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-109; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Haringvliet als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, derde lid, de volgende soort verwijderd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 66

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-111; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Hollands Diep als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 67

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-112; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Biesbosch als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H4056

Platte schijfhoren (Anisus vorticulus)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 68

1. In het besluit van 19 februari 2008 (DRZO/2008-113; Stcrt. 2008, 41) tot aanwijzing van Voordelta als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H2120

Wandelende duinen op de strandwal met Ammophila arenaria (“witte duinen”)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 69

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-115; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Grevelingen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

H1365

Gewone zeehond (Phoca vitulina)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 70

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-116; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Kop van Schouwen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 71

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-117; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Manteling van Walcheren als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1330

Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

H2110

Embryonale wandelende duinen

H2170

Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 72

1. In het besluit van 18 december 2009 (PDN/2009-118; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Oosterschelde als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

H2160

Duinen met Hippophaë rhamnoides

H7210

*Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1103

Fint (Alosa fallax)

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 73

1. In het besluit van 18 december 20096 (PDN/2009-122; Stcrt. 2009, 19769) tot aanwijzing van Westerschelde & Saeftinghe als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H1140

Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

H2130

*Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1351

Bruinvis (Phocoena phocoena)

H1364

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 74

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-123; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Zwin & Kievittepolder als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H2180

Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

H2190

Vochtige duinvalleien

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H1140

Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 75

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-128; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Brabantse Wal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 76

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-130; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Langstraat als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 77

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-131; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 78

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-132; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3150

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

H6230

*Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 79

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-133; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kampina & Oisterwijkse Vennen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 80

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-134; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Regte Heide & Riels Laag als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7140

Overgangs- en trilveen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H2310

Psammofiele heide met Calluna en Genista

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 81

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-135; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kempenland-West als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 82

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-136; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 83

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-137; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Strabrechtse Heide & Beuven als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H91D0

*Veenbossen

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 84

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-138; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Weerter- en Budelerbergen & Ringselven als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H4010

Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

H4030

Droge Europese heide

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H7150

Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1337

Bever (Castor fiber)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, derde lid, de volgende soort verwijderd:

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 85

1. In het besluit van 15 juli 2009 (PDN/2009-024; Stcrt. 2009, 13516) tot aanwijzing van Deurnsche Peel & Mariapeel als Natura 2000-gebied is in artikel 1 een derde lid toegevoegd:

De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 86

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-141; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Oeffelter Meent als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 87

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-142; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Sint Jansberg als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H9160

Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 88

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-144; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Boschhuizerbergen als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H91D0

*Veenbossen

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 89

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-145; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Maasduinen als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

H91F0

Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1042

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

H1166

Kamsalamander (Triturus cristatus)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 90

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-147; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Leudal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

H9190

Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit zijn in artikel 1, derde lid, de volgende soorten toegevoegd:

H1134

Bittervoorn (Rhodeus amarus)

H1149

Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

H1163

Rivierdonderpad (Cottus gobio)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 91

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-148; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Swalmdal als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1037

Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 92

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-149; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Meinweg als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H3130

Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

H6410

Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1037

Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 93

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-150; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Roerdal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1145

Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

3. In het in het eerste lid bedoelde besluit is de instandhoudingsdoelstelling van het volgende habitattype gewijzigd:

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

4. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 94

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-152; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Grensmaas als Natura 2000-gebied is de instandhoudingsdoelstelling van de volgende habitattypen gewijzigd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H91E0

*Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 95

1. In het besluit van 23 mei 2013 (PDN/2013-153; Stcrt. 2013, 14643) tot aanwijzing van Bunder- en Elslooërbos als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 96

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-154; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Geleenbeekdal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 97

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-155; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Brunssummerheide als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H9120

Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H2330

Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 98

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-156; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Bemelerberg & Schiepersberg als Natura 2000-gebied is uit artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype verwijderd:

H6510

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1078

*Spaanse vlag (Euplagia quadripunctaria)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 99

1. In het besluit van 22 juni 2015 (PDN/2015-157; Stcrt. 2015, 0714) tot aanwijzing van Geuldal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, tweede lid, het volgende habitattype toegevoegd:

H4030

Droge Europese heide

2. In het in het eerste lid bedoelde besluit is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

3. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 100

1. In het besluit van 25 april 2013 (PDN/2013-158; Stcrt. 2013, 12211) tot aanwijzing van Kunderberg als Natura 2000-gebied zijn in artikel 1, tweede lid, de volgende habitattypen toegevoegd:

H6430

Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

H7220

* Kalktufbronnen met tufsteenformatie (Cratoneurion)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 101

1. In het besluit van 4 juli 2013 (PDN/2013-159; Stcrt. 2013, 19978) tot aanwijzing van Sint Pietersberg & Jekerdal als Natura 2000-gebied is in artikel 1, derde lid, de volgende soort toegevoegd:

H1337

Bever (Castor fiber)

2. De nota van toelichting die onderdeel uitmaakt van het in het eerste lid van dit artikel bedoelde besluit wordt gewijzigd op de in de nota van toelichting behorende bij dit besluit aangegeven wijze.

ARTIKEL 102

  • 1. De bekendmaking van dit besluit geschiedt in de Staatscourant.

  • 2. Dit wijzigingsbesluit treedt in werking op de dag na de bekendmaking in de Staatscourant.

’s-Gravenhage, 22 november 2022

De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal-Zeggelink

Dit wijzigingsbesluit en de daarbij behorende Nota van toelichting worden gedurende zes weken ter inzage gelegd. De exacte periode en locatie worden vermeld in de bekendmaking die wordt gepubliceerd in de Staatscourant en in de advertentie die wordt gepubliceerd in gedrukte media en op internet.

Het wijzigingsbesluit kan digitaal worden ingezien via de website www.natura2000.nl.

Degenen die een zienswijze, als bedoeld in artikel 3:15 van de Algemene wet bestuursrecht, binnen de gestelde termijn naar voren hebben gebracht, kunnen gedurende zes weken ná de bekendmaking beroep instellen bij de rechtbank van het arrondissement waar de woonplaats van degene die beroep instelt onder valt (voor degene die niet in Nederland woont, is dat de rechtbank in Den Haag); zie hiervoor de webpagina www.rechtspraak.nl/organisatie-en-contact/organisatie/rechtbanken.

Degenen die geen zienswijzen naar voren hebben gebracht, kunnen ten aanzien van alle punten van het besluit beroep instellen als ze belanghebbende zijn; als ze geen belanghebbende zijn, kunnen ze alleen beroep instellen ten aanzien van punten die inhoudelijk verschillen van het ontwerpbesluit.

NOTA VAN TOELICHTING BEHORENDE BIJ HET WIJZIGINGSBESLUIT HABITATRICHTLIJNGEBIEDEN VANWEGE AANWEZIGE WAARDEN (DGNV-N2000 /2022-000 | AANWEZIGE WAARDEN (WIJZIGING))

INLEIDING

Aanleiding voor en doel van het wijzigingsbesluit

Vanaf 2008 zijn in Nederland aanwijzingsbesluiten gepubliceerd voor Habitatrichtlijngebieden. Nu dat proces nagenoeg is afgerond, is het belangrijk om na te gaan of er in de gebieden habitattypen en soorten voorkomen die niet zijn opgenomen in de aanwijzingsbesluiten. Uit de bepalingen van de Habitatrichtlijn volgt namelijk dat die waarden (in beginsel) in aanmerking komen om te worden beschermd.

Uit de uitleg die de Europese Commissie heeft gegeven7 en uit vaste jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State8 blijkt dat álle habitattypen en soorten die in meer dan verwaarloosbare mate voorkomen, moeten worden aangewezen. Dit ongeacht wat in het Standaardgegevensformulier is vermeld, ongeacht of de waarde er al was bij plaatsing op de Lijst van gebieden van communautair belang9, ongeacht of het een prioritaire waarde is en ongeacht de bijdrage van een gebied aan de landelijke doelen.

In 2015 is, naar aanleiding van een analyse ten aanzien van habitattypen die niet in de Habitatrichtlijngebieden aanwezig bleken te zijn, reeds een wijzigingsbesluit voor meerdere gebieden gepubliceerd10, waarbij niet alleen de afwezige waarden werden verwijderd, maar waarbij tegelijk alle (meer dan verwaarloosbaar) aanwezige, maar nog niet aangewezen habitattypen werden toegevoegd. Dit wijzigingsbesluit 'Aanwezige waarden' is hierop een vervolg, waarbij de aanleiding dit keer dus juist de aanwezigheid is, maar waarbij ook waarden verwijderd worden die afwezig blijken te zijn.

Voor dit wijzigingsbesluit zijn alle (definitief gepubliceerde11) aanwijzingsbesluiten in ogenschouw genomen. Bij 100 gebieden bleek sprake te zijn van ten onrechte nog niet aangewezen habitattypen en/of soorten. Die habitattypen en soorten zijn in beginsel integraal door middel van dit wijzigingsbesluit aan de aanwijzingsbesluiten toegevoegd. Er zijn enkele uitzonderingen:

  • habitattypen of soorten die pas ná publicatie van het aanwijzingsbesluit in het gebied zijn ontstaan, c.q. gevestigd;

  • habitattypen of soorten die alleen voorkomen in grensgebieden met andere Habitatrichtlijngebieden waar er reeds een instandhoudingsdoelstelling voor bestaat en waar een onderlinge grenswijziging in de rede ligt.

De eerste uitzondering vindt zijn oorzaak in de bedoeling van dit wijzigingsbesluit, namelijk in het corrigeren van wat kennelijk niet goed is gegaan bij het publiceren van het aanwijzingsbesluit. De bedoeling van dit wijzigingsbesluit is niet het actualiseren van het aanwijzingsbesluit. In het kader van de voorgenomen evaluatie van Natura 2000 zal worden bezien in hoeverre het noodzakelijk is om de aanwijzingsbesluiten op dit punt te actualiseren. Voor het beoordelen van de noodzaak tot corrigeren is dus de peildatum van groot belang (zie ook hierna de paragraaf Peildatum).

De tweede uitzondering heeft te maken met een voorgenomen wijzigingsbesluit ten aanzien van grenswijzigingen bij Natura 2000-gebieden in de kustregio. Daarbij zal onder andere worden bezien of er een beter werkbare begrenzing kan worden ontworpen bij aangrenzende gebieden, zodat bijvoorbeeld duinhabitats bij gebieden getrokken worden die door duinen worden gekenmerkt. Daar waar dat voorzien wordt, is ervan afgezien om habitattypen of soorten toe te voegen aan gebieden waarvan nu al duidelijk is dat ze de betreffende waarden ná de grenswijziging niet meer zullen bevatten12. Ook in het geval van H91F0 in het gebied Veluwe (057), op de grens met het gebied Rijntakken (038), wordt een dergelijke oplossing voorzien.13

Het verwijderen van afwezige waarden is aan strikte randvoorwaarden gebonden, namelijk dat het habitattype of de soort niet alleen ten tijde van het publiceren van het besluit afwezig was, maar ook reeds bij het plaatsen op de Lijst van gebieden van communautair belang. Vanaf die plaatsing is namelijk het verslechteringsverbod (artikel 6, lid 2, HR) ingegaan. Het verdwijnen tussen (meestal) 2003 en de peildatum van de besluiten (2008-2017) kan vanwege dit verbod in beginsel geen reden zijn om een waarde te verwijderen uit een aanwijzingsbesluit.

Voor zowel de toevoegingen als de verwijderingen is de best beschikbare kennis gebruikt. Dit is verantwoord in de laatste paragraaf van dit inleidende hoofdstuk.

De reikwijdte van dit wijzigingsbesluit is, ten slotte, nog als volgt beperkt:

  • Het wijzigingsbesluit heeft geen betrekking op vogels. De systematiek ten aanzien van het beschermen van vogelsoorten (conform de Vogelrichtlijn) is wezenlijk anders dan die van habitattypen en habitatsoorten. Het eventueel aanpassen van aanwijzingsbesluiten voor Vogelrichtlijngebieden komt aan de orde in het kader van de lopende Actualisatie Natura 2000.

  • Het wijzigen van grenzen maakt evenmin deel uit van dit wijzigingsbesluit.

Leeswijzer

De artikelen 1 tot en met 101 van dit wijzigingsbesluit regelen de wijzigingen ten opzichte van de besluiten tot aanwijzing van de erin vermelde Natura 2000-gebieden. Verwezen wordt naar deze nota van toelichting voor een nadere uitwerking.

Artikel 102 regelt de bekendmaking en de inwerkingtreding van dit besluit.

Na deze inleidende paragrafen van de Nota van toelichting wordt verder per gewijzigd aanwijzingsbesluit vermeld welke teksten uit de Nota van toelichting van die aanwijzingsbesluiten worden gewijzigd. Dit betreft achtereenvolgens: wijziging van de in het gebied aanwezige waarden (paragraaf 4.3), wijziging van de waarden waarvoor het gebied aan de selectiecriteria voldoet (paragraaf 4.4, indien relevant), wijziging van de beschrijving van de verspreiding van habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied (paragraaf 4.4), verwijdering en toevoeging van instandhoudingsdoelstellingen voor de verwijderde en toegevoegde waarden (paragraaf 5.3 en 5.4), onderbouwing voor de verwijderde en toegevoegde waarden (bijlage B.1), toepassing van de selectiecriteria voor Habitatrichtlijngebieden en toelichting op de toewijzing van de instandhoudingsdoelstellingen (bijlage B) en wijziging in de beantwoording van eerdere zienswijzen (Bijlage C, indien relevant).

In een afsluitende (afzonderlijke) bijlage wordt naar aanleiding van de ontvangen zienswijzen een nadere onderbouwing van dit wijzigingsbesluit gegeven.

Samenvatting

In onderstaande tabel worden alle wijzigingen samengevat, zowel de wijzigingen op het niveau van habitattypen en soorten als op het niveau van subtypen die via wijziging van een instandhoudingsdoelstelling zijn opgenomen.

Overzicht van de aangebrachte wijzigingen in instandhoudingsdoelstellingen (aangeduid als “doelen”).

Natura 2000-gebied

Aard van de wijziging(en)

001

Waddenzee

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2170 en voor de soorten H1340, H1351 en H1903

002

Duinen en Lage Land Texel

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1320, H6230 en H6430 (subtypen A, B en C) en voor de soort H1364

003

Duinen Vlieland

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2110 en voor de soort H1364

004

Duinen Terschelling

Toevoeging van een doel voor de soort H1364

005

Duinen Ameland

Toevoeging van doelen voor het habitattype H1330 (subtype A) en voor de soort H1364

007

Noordzeekustzone

Toevoeging van een doel voor de soort H1903

009

Groote Wielen

Toevoeging van doelen voor de soorten H1149 en H1163

010

Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H7140 (subtype B) en H91D0, en voor de soorten H1149 en H1163

013

Alde Feanen

Toevoeging van doelen voor het habitattype H6430 (subtypen A en B), voor het habitatsubtype H7140A (door wijziging van het doel voor habitattype H7140) en voor de soort H1042

015

Van Oordt’s Mersken

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130 en H9190

016

Wijnjeterper Schar

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2320, H3130 en H3160

017

Bakkeveense Duinen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130, H4030, H6230, H7110 (subtype B) en H7150

018

Rottige Meenthe & Brandemeer

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6230 en H6430 (subtype A)

021

Lieftinghsbroek

Verwijdering van het doel voor habitattype H91D0

022

Norgerholt

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91D0

023

Fochteloërveen

Toevoeging van een doel voor de soort H1042

024

Witterveld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2320, H3160 en H6230

Verwijdering van het habitatsubtype H7110B (door wijziging van het doel voor habitattype H7110)

025

Drentsche Aa-gebied

Toevoeging van doelen voor de soorten H1042 en H1337

028

Elperstroomgebied

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3160, H7110 (subtype B) en H91E0 (subtype C)

029

Holtingerveld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130, H5130 en H9120

030

Dwingelderveld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3110 en H91D0

032

Mantingerzand

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130 en H91D0

034

Weerribben

Toevoeging van een doel voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

035

De Wieden

Toevoeging van een doel voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

036

Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430), voor het habitattype H91E0 (subtypen A, B en C) en voor de soorten H1145 en H1163

037

Olde Maten & Veerslootslanden

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6230 en H6430 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor habitattype H3150

038/

066-068

Rijntakken

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430), voor het habitattype H9120 en voor het habitatsubtype H91E0C (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0)

039

Vecht- en Beneden-Reggegebied

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2320, H3130, H3150, H3260 (subtype B) en H91F0

042

Sallandse Heuvelrug

Toevoeging van een doel voor het habitattype H7150

044

Borkeld

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2330 en H9190

045

Springendal & Dal van de Mosbeek

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9160 (subtype A), H9190 en H91D0

047

Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4010 (subtype A), H4030, H7150 en H9120

048

Lemselermaten

Toevoeging van een doel voor het habitattype H4030

049

Dinkelland

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2310, H2330, H3160, H5130, H7140 (subtype A), H7230, H9120, H9160 (subtype A), H9190 en H91D0, voor de habitatsubtypen H91E0A en -B (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0) en voor de soorten H1096 en H1134

050

Landgoederen Oldenzaal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4010 (subtype A) en H4030

051

Lonnekermeer

Toevoeging van een doel voor het habitattype H9190

053

Buurserzand & Haaksbergerveen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2330, H3160, H6230, H6410, H7150 en H9190, en voor de soort H1042

054

Witte Veen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H5130, H6410, H7120, H7150 en H91E0 (subtype C)

057

Veluwe

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91D0

058

Landgoederen Brummen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3160 en H3260 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor de soort H1831

060

Stelkampsveld

Toevoeging van doelen voor het habitattype H9120 en voor de soort H1166

061

Korenburgerveen

Toevoeging van een doel voor de soort H1042

062

Willinks Weust

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4030 en H91E0 (subtype C)

065

Binnenveld

Toevoeging van een doel voor de soort H1145

069

De Bruuk

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6230, H6430 (subtype A), H7140 (subtype A), H7230 en H91E0 (subtype C)

070

Lingegebied & Diefdijk-Zuid

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3150 en H6510 (subtypen A en B) en voor de soort H1337

071

Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

Toevoeging van doelen voor het habitattype H6430 (subtype A), voor het habitatsubtype H91E0C (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0) en voor de soort H1337

072

IJsselmeer

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1330 (subtype B) en H3140

073

Markermeer & IJmeer

Toevoeging van doelen voor het habitattype H3150 en voor de soort H1149

074

Zwarte Meer

Toevoeging van doelen voor het habitattype H3140, voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430) en voor de soort H1134

Verwijdering van het habitatsubtype H6430A (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

076

Veluwerandmeren

Toevoeging van een doel voor het habitattype H6430 (subtypen A en B)

082

Uiterwaarden Lek

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91E0 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor habitattype H6430 (subtype B)

083

Botshol

Toevoeging van een doel voor het habitattype H6510 (subtype A)

084

Duinen Den Helder-Callantsoog

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2110, voor de habitatsubtypen H2130A en H2140A (door wijziging van de doelen voor habitattype H2130 respectievelijk H2140), voor het habitattype H2150, voor de habitatsubtypen H2180B en H2190B (door wijziging van de doelen voor habitattype H2180 respectievelijk H2190) en voor de habitattypen H6230 en H7210

085

Zwanenwater & Pettemerduinen

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2160, voor het habitatsubtype H2180C (door wijziging van het doel voor habitattype H2180) en voor de soort H1903

087

Noordhollands Duinreservaat

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2110 en H6430 (subtype C)

088

Kennemerland-Zuid

Toevoeging van doelen voor het habitattype H7210 en voor de soort H1149

094

Naardermeer

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130 en H6430 (subtypen A en B)

096

Coepelduynen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2110 en H2180 (subtype C) en voor habitatsubtype H2190D (door wijziging van het doel voor habitattype H2190)

097

Meijendel & Berkheide

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2110, voor het habitatsubtype H2190C (door wijziging van het doel voor habitattype H2190), voor de habitattypen H3140 en H6430A (subtype A) en voor de soorten H1149 en H1166

100

Voornes Duin

Toevoeging van doelen voor de habitatsubtypen H2130B en H2190C (door wijziging van de doelen voor habitattype H2130 respectievelijk H2190) en voor de habitattypen H6430 (subtype B) en H7210

101

Duinen Goeree & Kwade Hoek

Toevoeging van doelen voor habitattype H1110 (subtype B), voor habitatsubtype H1140B (door wijziging van het doel voor habitattype H1140), voor de habitattypen H2170 en H2180 (subtype C) en voor de soorten H1364 en H1365

Verwijdering van de doelen voor het habitattype H1320 en het habitatsubtype H6430C (door wijziging van het doel voor habitattype H6430)

103

Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H6430B (door wijziging van het doel voor habitattype H6430) en voor de soort H1163

105

Zouweboezem

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91E0 (subtypen A en C)

109

Haringvliet

Toevoeging van een doel voor de soort H1337

Verwijdering van het doel voor de soort H1134

111

Hollands Diep

Toevoeging van doelen voor de soorten H1134, H1145 en H1149

112

Biesbosch

Toevoeging van een doel voor de soort H4056

113

Voordelta

Toevoeging van doelen voor het habitattype H2120 en voor de soort H1351

115

Grevelingen

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H2130A (door wijziging van het doel voor habitattype H2130) en voor de soorten H1364 en H1365

Verwijdering van het habitatsubtype H2130B (door wijziging van het doel voor habitattype H2130)

116

Kop van Schouwen

Toevoeging van een doel voor het habitattype H1330 (subtype A)

117

Manteling van Walcheren

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1330 (subtype B) en H2110, voor het habitatsubtype H2130C (door wijziging van het doel voor habitattype H2130) en voor het habitattype H2170

118

Oosterschelde

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H2130 (subtype A), H2160 en H7210, en voor de soorten H1103, H1351 en H1364

122

Westerschelde & Saeftinghe

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H1140 (subtype B) en H2130 (subtype A) en voor de soorten H1351 en H1364

123

Zwin & Kievittepolder

Toevoeging van doelen voor het habitatsubtype H1140B (door wijziging van het doel voor habitattype H1140) en voor de habitattypen H2180 (subtypen B en C) en H2190 (subtypen A, B en D)

128

Brabantse Wal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H7150 en H9120

130

Langstraat

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3130, H3150, H4010 (subtype A), H6430 (subtype A) en H7150

131

Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

Toevoeging van een doel voor de habitattypen H4030 en H9120

132

Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H3150 en H6230, en voor de soorten H1134 en H1166

133

Kampina & Oisterwijkse Vennen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9120 en H91D0, en voor de soorten H1042 en H1163

134

Regte Heide & Riels Laag

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6410 en H7140 (subtype A)

Verwijdering van het doel voor habitattype H2310

135

Kempenland-West

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9120, H9160 (subtype A), H9190 en H91D0

136

Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

Toevoeging van een doel voor de soort H1149

137

Strabrechtse Heide & Beuven

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H7150 en H91D0, en voor de soort H1149

138

Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H4010 (subtype A), H4030, H6410, H7150 en H9120 en voor de soorten H1134 en H1337

Verwijdering van het doel voor de soort H1166

139

Deurnsche Peel & Mariapeel

Toevoeging van doelen voor de soorten H1134 en H1149

141

Oeffelter Meent

Toevoeging van een doel voor de soort H1337

142

Sint Jansberg

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H9160 (subtype A) en H91D0

144

Boschhuizerbergen

Toevoeging van een doel voor het habitattype H91D0

145

Maasduinen

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6430 (subtypen A en C), H9120, H9190 en H91F0, en voor de soorten H1042, H1149, H1163 en H1166

147

Leudal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6410, H9120 en H9190, en voor de soorten H1134, H1149 en H1163

148

Swalmdal

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6430 (subtype A) en H9120, en voor de soort H1037

149

Meinweg

Toevoeging van een doel voor de habitattypen H3130 en H6410, en voor de soort H1037

150

Roerdal

Toevoeging van doelen voor het habitattype H9120, het habitatsubtype H91E0A (door wijziging van het doel voor habitattype H91E0) en voor de soort H1145

152

Grensmaas

Toevoeging van doelen voor de habitatsubtypen H6430C en H91E0C (door wijziging van de doelen voor habitattype H6430 respectievelijk H91E0)

153

Bunder- en Elslooërbos

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6510 (subtype A) en H9120, en voor de soort H1337

154

Geleenbeekdal

Toevoeging van een doel voor het habitattype H6430 (subtype A)

155

Brunssummerheide

Toevoeging van een doel voor het habitattype H9120

Verwijdering van het doel voor habitattype H2330

156

Bemelerberg & Schiepersberg

Toevoeging van een doel voor de soort H1078

Verwijdering van het doel voor habitattype H6510 (subtype A)

157

Geuldal

Toevoeging van doelen voor het habitattype H4030 en voor de soort H1337

158

Kunderberg

Toevoeging van doelen voor de habitattypen H6430 (subtype C) en H7220

159

Sint Pietersberg & Jekerdal

Toevoeging van een doel voor de soort H1337

Peildatum

Ten aanzien van de peildatum dient het volgende als toelichting voor alle wijzigingen. De instandhoudingsdoelstellingen zijn in de aanwijzingsbesluiten zelf niet gekwantificeerd (daarvoor moet een habitatkaart of beheerplan worden geraadpleegd). Voor het bepalen van wat in de instandhoudingsdoelstellingen onder 'behoud' dan wel 'uitbreiding' of 'verbetering' moet worden verstaan, is het dus belangrijk te weten wat de uitgangssituatie (of 'nulsituatie') is waarmee deze termen moeten worden vergeleken. Dat is eveneens van belang voor het handhaven van het verslechteringsverbod.

De situatie ten tijde van het publiceren van een aanwijzingsbesluit is bepalend voor wat onder 'behoud' moet worden verstaan en vanaf welk niveau 'uitbreiding' en 'verbetering' nagestreefd moet worden. De instandhoudingsdoelstellingen moeten in de onderscheiden gebieden dus zó begrepen worden, dat het behoudsniveau van de habitattypen en Habitatrichtlijnsoorten betrekking heeft op oppervlakte en kwaliteit, respectievelijk omvang en kwaliteit leefgebied en omvang populatie, zoals aanwezig op de datum van aanwijzen. Dit is tevens het niveau van waaraf 'uitbreiding' en 'verbetering' nagestreefd moet worden.

Ten aanzien van de met dit wijzigingsbesluit toegevoegde habitattypen en soorten is dat anders. Aangezien het gaat om een correctie op de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten (en niet om het toevoegen van waarden die zich pas ná die besluiten hebben gevestigd) geldt voor de toegevoegde waarden dezelfde peildatum als voor de reeds eerder beschermde waarden. Die peildatum is dus de datum die in de afzonderlijke artikelen van dit wijzigingsbesluit wordt genoemd.

Onderbouwing van de wijzigingen

De met dit wijzigingsbesluit aangebrachte wijzigingen in de aanwijzingsbesluiten zijn in principe gebaseerd op de volgende bronnen:

  • voor habitattypen: de habitattypenkaarten zoals opgesteld door de provincies, het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat en het Ministerie van Defensie. Voor de redenen om habitattypen op de kaarten op te nemen, dan wel (vanwege afwezigheid) niet op de kaarten op te nemen, wordt verwezen naar het voor deze habitattypenkaarten vervaardigde documentatiemateriaal. De habitattypenkaarten geven de situatie weer ten tijde van het publiceren van het aanwijzingsbesluit (en daarmee dus de situatie op de peildata voor dit wijzigingsbesluit).

  • voor soorten: het, ten behoeve van dit wijzigingsbesluit, in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken opgestelde rapport 'Het voorkomen van Habitatrichtlijnsoorten in Habitatrichtlijngebieden. Advies ten aanzien van wijzigingen in de Natura 2000-aanwijzingsbesluiten' van G.I. Bos-Groenendijk, C.A.M. van Swaay, A.W. Gmelig Meyling, T. Termaat, J. van Deijk, B. Koese, J.T. Smit, R.C.M. Creemers, J. Kranenbarg, O. Bos, M. La Haye, V. Dijkstra, L. Sparrius & B. Odé (De Vlinderstichting, 2017).

Uitzonderingen hierop (en nadere toelichtingen14) betreffen de volgende gevallen:

  • Afwezigheid van H2190A in Waddenzee (001): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende wateren niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H3120 in Noordzeekustzone (007): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar door middel van luchtfoto-analyse is vastgesteld dat de betreffende locatie reeds voor de aanmelding van het gebied onbegroeid was. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2130A in Noordzeekustzone (007): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H1330B in Duinen Vlieland (003): door een doorbraak van de dijk is het op de habitattypenkaart opgenomen, maar niet aangewezen, subtype binnendijks (H1330B) inmiddels het subtype buitendijks (H1330A) geworden. Omdat de subtypen als zodanig (Europeesrechtelijk gezien) geen afzonderlijk te beschermen eenheden zijn, maar alleen zijn onderscheiden om specifieke kwaliteiten te kunnen beschermen, doet zich de vraag voor of hier sprake is van verslechtering in de zin van artikel 6, lid 2, van de Habitatrichtlijn. Dat is in dit specifieke geval niet zo. De waarde voor de biodiversiteit is in de vorm van subtype A zelfs hoger dan in de vorm van subtype B. Het is dus niet noodzakelijk om de situatie ten tijde van aanwijzen te corrigeren in dit wijzigingsbesluit: het subtype is niet toegevoegd.

  • Aanwezigheid van H9190 in Van Oordt’s Mersken (015): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Aanwezigheid van H6230 in Bakkeveense Duinen (017): uit de vegetatiekartering-Mandefjild (2015) blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

  • Aanwezigheid van H6430A in Rottige Meenthe & Brandemeer (018): uit de vegetatie- en plantensoortenkartering Rottige Meente 2013 blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

  • Afwezigheid van H91D0 in Lieftinghsbroek (021): de 0,12 ha die met een eerder wijzigingsbesluit was aangeduid als Zompzegge-Berkenbroek blijkt, volgens deskundigen van de provincie Groningen, Natuurmonumenten en Alterra, een vorm van elzenbroekbos te zijn (waarbinnen op circa 2 are berken voorkomen) en daarmee dus niet te kwalificeren voor H91D0. Het habitattype wordt dus verwijderd.

  • Aanwezigheid van H2320 in Witterveld (023): in Bijlage B.1 van het aanwijzingsbesluit werd vermeld dat kraaiheibegroeiingen alleen als kruidlaag van bossen voorkomen. Uit de habitatkaart (2013) blijkt dat dit een onjuiste veronderstelling is. Met dit wijzigingsbesluit is de tekst van het aanwijzingsbesluit weer conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007).

  • Aanwezigheid van H3110 in Dwingelderveld (030): bij de afronding van de habitattypenkaart is gebleken dat een deel van wat tot H3130 was gerekend, vanwege de afwijkende vegetatie tot H3110 behoort. (0)

  • Aanwezigheid van H91D0 in Dwingelderveld (030): bij de afronding van de habitattypenkaart is gebleken dat de vegetatie van dit habitattype op de habitattypenkaart ten onrechte niet was herkend als behorend tot H91D0. (0)

  • Afwezigheid van H6510A in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen deels niet kwalificeren voor H6510A of (in één geval) door uitzaaiing buiten het natuurlijke verspreidingsgebied (introductie) zijn ontstaan. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H91F0 in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Afwezigheid van H4030 in Boetelerveld (041): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H4030. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2330 in Sallandse Heuvelrug (042): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen niet voorkomen in een zandverstuivingslandschap en om die reden niet kwalificeren voor H2330. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H6510A in Springendal & Dal van de Mosbeek (045): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H6510A. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H3130 in Lemselermaten (048): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H3130. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H3260A in Dinkelland (049): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek (zoals aangekondigd in het ontwerpbesluit) is komen vast te staan dat het type afwezig is. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. (0)

  • Afwezigheid van H6510A en H7140A in Buurserzand & Haaksbergerveen (053): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor deze typen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H6510A in Witte Veen (054): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat de begroeiingen niet kwalificeren voor H6510A. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H6430B in Zwarte Meer (074): de bij de habitatkaart vermelde vermoedelijke aanwezigheid is bevestigd door vegetatieopnamen.

  • Aanwezigheid van H6430A en H6430B in Naardermeer (094): de bij de habitatkaart vermelde mogelijke aanwezigheid van H6430A is bevestigd door veldwaarnemingen; daarbij bleek ook H6430B aanwezig te zijn.

  • Aanwezigheid van H6430A en H6430B in Veluwerandmeren (076): de bij de habitatkaart vermelde vermoedelijke aanwezigheid is bevestigd door vegetatieopnamen.

  • Afwezigheid van H2140B in Kennemerland-Zuid (088): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar middels veldonderzoek door de beheerder is komen vast te staan dat de begroeiing tot H2130A behoort. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. (0)

  • Aanwezigheid van H3140 in Meijendel & Berkheide (097): de begroeiingen blijken niet alleen in vochtige duinvalleien voor te komen, maar ook in infiltratiekanalen en om die reden moeten ze afzonderlijk worden aangewezen als H3140.

  • Aanwezigheid van H1110B in Duinen Goeree & Kwade Hoek (101): op de habitatkaart is subtype A van H1110 opgenomen, maar gezien de ligging is duidelijk geworden dat het om subtype B gaat.

  • Aanwezigheid van H1140B in Duinen Goeree & Kwade Hoek (101): op de habitatkaart is alleen het reeds aangewezen subtype A van H1140 opgenomen, maar gezien de ligging is duidelijk geworden dat het grootste deel van H1140 uit subtype B bestaat.

  • Afwezigheid van H6510A in Oude Maas (108): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2130A in Haringvliet (109): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op een aangelegd zandlichaam en om die reden niet kwalificeren voor H2130A. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2170 in Haringvliet (109): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot dit type behoren. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H91E0C in Biesbosch (112): dit subtype is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen kwalificeren voor het reeds aangewezen subtype H91E0A, omdat het (in afwijking van wat de vegetatiecode suggereerde) om wilgenbos blijkt te gaan. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2170 en H6430B in Voordelta (113): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot deze typen behoren. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2130C in Grevelingen (115): dit type is (naast subtype A) op de habitattypenkaart opgenomen, maar uit de vegetatiekundige onderbouwing blijkt dat alle grijze duinen (H2130) tot subtype A behoren. Een toevoeging van subtype C in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H1310B in Oosterschelde (118): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat hiermee H1310A werd bedoeld. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. (0)

  • Afwezigheid van H2120 in Oosterschelde (118): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op aangelegde locaties en om die reden niet kwalificeren voor H2120. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2170 en H2190B in Oosterschelde (118): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar zonder een overtuigende onderbouwing. Door Rijkswaterstaat is vastgesteld dat de betreffende begroeiingen niet tot deze typen behoren, dan wel (in één geval bij H2190B) op een aangelegde locatie voorkomen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H1140A in Westerschelde & Saeftinghe (122): dit type is door een vertaalfout op de habitattypenkaart opgenomen; de locaties blijken alle tot andere habitattypen behoren, vooral H1130. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H2130A in Westerschelde & Saeftinghe (122): uit veldonderzoek n.a.v. een vegetatieopname blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

  • Aanwezigheid van H9120 in Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Afwezigheid van H91E0C in Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op veenbodems buiten een beekdal en om die reden niet kwalificeren voor H91E0C. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H91D0 in Groote Peel (140): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor H91D0. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H9160A in Sint Jansberg (142): bij de afronding van de habitattypenkaart is gebleken dat een deel van wat tot H9120 was gerekend, vanwege de afwijkende vegetatie tot H9160A blijkt te behoren. (0)

  • Afwezigheid van H3260B, H6230, H6510A en H91E0A in Maasduinen (145): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor deze typen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H6430A, H6430C en H91F0 in Maasduinen (145): uit veldonderzoek door de provincie blijkt dat deze typen ten onrechte op de habitatkaart ontbreken.

  • Afwezigheid van H91D0 in Sarsven en De Banen (146): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor H91D0. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H91E0C in Sarsven en De Banen (146): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op locaties die niet onder invloed van een beek staan en om die reden niet kwalificeren voor H91E0C. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H4030 en H91E0A in Swalmdal (148): deze typen zijn op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken niet te kwalificeren voor deze typen. Toevoegingen in dit wijzigingsbesluit zijn dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H3130 in Meinweg (149): bij de verbetering van de habitattypenkaart is gebleken dat een deel van wat tot H3160 was gerekend, vanwege de afwijkende vegetatie tot H3130 blijkt te behoren. (0)

  • Aanwezigheid van H6410 in Meinweg (149): bij de verbetering van de habitattypenkaart is gebleken dat de vegetatie van dit habitattype op de habitattypenkaart ten onrechte niet was herkend als behorend tot H6410. (0)

  • Afwezigheid van H91F0 in Bunder- en Elslooërbos (153): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken te behoren tot een naastgelegen, reeds aangewezen habitattype. Toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Afwezigheid van H2330 in Brunssummerheide (155): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar het blijkt dat de (vegetatiekundig kwalificerende) begroeiingen alleen voorkomen op locaties op dekzand dat is gestort op het van nature aanwezige Miocene zeezand. Een toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig. Het habitattype wordt dus verwijderd.

  • Afwezigheid van H6410 in Brunssummerheide (155): dit type is op de habitattypenkaart opgenomen, maar de begroeiingen blijken te behoren tot een reeds aangewezen habitattype. Toevoeging in dit wijzigingsbesluit is dus niet nodig.

  • Aanwezigheid van H9120 in Brunssummerheide (155): op de habitattypenkaart is voor dit type een zoekgebied opgenomen; middels veldonderzoek door de provincie is komen vast te staan dat het type inderdaad aanwezig is.

  • Aanwezigheid van H4030 in Geuldal (157): uit veldonderzoek door de provincie blijkt dat dit type ten onrechte op de habitatkaart ontbreekt.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Waddenzee (001) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-001; gewijzigd op 25 november 2013, PDN/2013-001, en op 30 maart 2017, N&B/2017-001)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2160 en H2190:

    H2170

    Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

     

    Verkorte naam Kruipwilgstruwelen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1103 en H1364:

    H1340

    *Noordse woelmuis (Microtus oeconomus arenicola)

    H1351

    Bruinvis (Phocoena phocoena)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1365:

    H1903

    Groenknolorchis (Liparis loeselii)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2160 en H2190:

    H2170

    Kruipwilgstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op meerdere plaatsen voor in het gebied, met name in de kwelgevoede overgang van duinen naar kwelders.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1103 en H1364:

    H1340

    *Noordse woelmuis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De noordse woelmuis komt binnen het gebied alleen voor op het eiland Texel (op De Schorren en langs de Mokbaai), waarbij de deelpopulatie in het gebied Waddenzee samen met die in het gebied Duinen en Lage Land Texel één samenhangende populatie vormt. Uitbreiding van leefgebied en populatie is in de genoemde deelgebieden niet mogelijk; de kwaliteit is reeds voldoende.

    H1351

    Bruinvis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bruinvis wordt in de gehele Waddenzee regelmatig waargenomen. De populatie maakt deel uit van die in de gehele Noordzee. Het behoud van de omvang van het leefgebied en de populatie in de Waddenzee maakt dan ook deel uit van een generieke bescherming op internationaal niveau. Er is in dit gebied gekozen voor behoud van de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan al voldoende is.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1365:

    H1903

    Groenknolorchis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De groenknolorchis komt alleen aan de randen van de Waddenzee voor. Meestal betreft het populaties waarvan het grootste deel in vijf aangrenzende Natura 2000-gebieden voorkomt. Gezien de vrij beperkte omvang, maar goede kwaliteit van de leefgebieden is behoud in dit gebied voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kruipwilgstruwelen (H2170), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zevende, achtste en negende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort noordse woelmuis (H1340), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bruinvis (H1351), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort groenknolorchis (H1903), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2160 en H2190B:

    H2170 – Kruipwilgstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud 2

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Lokaal uitbreiding oppervlakte van goed ontwikkelde vormen en lokaal verbetering kwaliteit.

    X Noot
    2

    De oppervlakte mag afnemen ten gunste van het habitattype vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype kruipwilgstruwelen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling. De lokale uitbreiding- en verbeteringdoelstelling ligt in het gebied Duinen Den Helder – Callantsoog (084). Het habitattype komt hier in geringe mate voor in matige tot goede kwaliteit en het gebied heeft goede potentie voor herstel.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1103 en H1364:

    H1340 – *Noordse woelmuis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel

    omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit x

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    009

    Groote Wielen

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de noordse woelmuis is op het aspect leefgebied beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Landelijke uitbreiding van de populatie wordt vooral beoogd in de Friese gebieden omdat het leefgebied vooral daar sterk versnipperd is geraakt. De doelstellingen uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied en uitbreiding populatie zijn verder neergelegd in gebieden die daarvoor mogelijkheden bieden (bijvoorbeeld in het kader van natuurontwikkeling) of waar duidelijke aanwijzing is dat de soort recent is achteruitgegaan. In Duinen en Lage Land Texel (002) staat het doel voor omvang van het leefgebied op “behoud” omdat de soort al over het gehele eiland voorkomt. Verbetering van de kwaliteit van het leefgebied is vooral nodig om de populatie weerstand te kunnen laten bieden tegen concurrentie met andere diersoorten. In de aangrenzende Waddenzee (001) is ook de kwaliteit van het leefgebied al goed. In IJsselmeer (072) en Oosterschelde (118) is op het aspect kwaliteit van de landelijke opgave afgeweken. In de Oosterschelde is de kwaliteit al op orde; derhalve is behoud voldoende. In het IJsselmeer is afgeweken omdat hier de mogelijkheden voor verbetering van de kwaliteit beperkt zijn. In Krammer-Volkerak (114) is afgeweken omdat verwacht wordt dat de oppervlakte geschikt leefgebied (eilanden) nagenoeg gelijk zal blijven.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1365:

    H1351 – Bruinvis

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    verbetering

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit1

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit2

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 4 oktober 2012, nr.20040.

    X Noot
    2

    Wijzigingsbesluit Vlakte van de Raan, Staatscourant 20 maart 2013, nr.7442.

    De landelijke staat van instandhouding van de bruinvis is beoordeeld als “matig ongunstig”15. De landelijke doelstelling sluit wat het aspect leefgebied betreft daarop aan: “behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie” (zie de toelichting in de tweede alinea). Het aspect populatie wordt, ondanks een geschat aantal bruinvissen dat hoger is dan de referentiewaarde, gewaardeerd met een matig ongunstige staat van instandhouding omdat de populatie een onevenwichtige leeftijdsopbouw lijkt te hebben16. De oorzaken van de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding kunnen op basis van de beschikbare informatie niet worden gekoppeld aan de afzonderlijke gebieden omdat de populatie in de Nederlandse Noordzee deel uitmaakt van een veel grotere populatie van de zuidelijke Noordzee.

    Op basis van beschikbare informatie met betrekking tot de specifieke ecologische functie voor de bruinvis kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Noordzee anderzijds. Bescherming van de sterk mobiele soort in een specifiek gebied is daarom niet geëigend, maar moet aansluiten bij de relevante ecologische schaal van het voorkomen van de populatie bruinvissen (het zuidelijke deel van de Noordzee). Hiervoor is een generieke, Noordzee-brede aanpak nodig. Het Bruinvisbeschermingsplan17 gaat daarom uit van het beginsel dat generieke bescherming meer geëigend is dan bescherming in een specifiek gebied.

    De doelstelling voor de gebieden Noordzeekustzone (007), Voordelta (113) en Vlakte van de Raan (163) sluiten aan bij de landelijke doelstelling. Voor de gebieden Doggersbank (164) en Klaverbank (165) is behoud tot doel gesteld om verdere achteruitgang te voorkomen. In de gebieden Waddenzee (001), Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) is gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan reeds voldoende goed is. De oorzaken van de matig ongunstige staat van instandhouding (zoals genoemd in het profiel voor deze soort) zijn niet van toepassing in deze gebieden.

    Met deze benadering, waarbij een generieke, Noordzee-brede aanpak voor de bescherming van de bruinvis (ook buiten Natura 2000-gebieden) is aangevuld met een verbeterdoel in een deel van de gebieden, wordt een landelijk gunstige staat van instandhouding van het leefgebied nagestreefd op een haalbare en betaalbare manier.

    H1903 – Groenknolorchis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit biotoop ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort groenknolorchis is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”18. De landelijke opgave sluit hierop aan. De kansen voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebieden echter beperkt; er is daarom veelal voor een behoudopgave gekozen. In de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Duinen Vlieland (003), Duinen Terschelling (004), Duinen Schiermonnikoog (006) en Weerribben (034) is voor een behoudopgave gekozen, omdat de biotoop hier in voldoende mate en kwaliteit voorkomt. De behoudopgave in Waddenzee (001) en Noordzeekustzone (007) sluit hierop aan, omdat het dezelfde populaties betreft als die op de genoemde eilanden. In de Deltagebieden (Grevelingen (115) en Westerschelde & Saeftinghe (122)), hangen de ontwikkelingen van de populatie samen met de fluctuerende waterstanden en natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) worden de mogelijkheden voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085), Naardermeer (094), Oostelijke Vechtplassen (095) en Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) gaat het om kleine populaties, waarvoor momenteel geen tot weinig uitbreidingsmogelijkheden worden gezien.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de achttiende zienswijze (betreffende de noordse woelmuis) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat de kwelders van Texel slechts een marginale betekenis zouden hebben als leefgebied (vanwege de noodzaak tot herkolonisatie na springtij). Uit nader onderzoek (met verduidelijkte criteria ten aanzien van bestendig gebruik en minimale populatieomvang) is echter gebleken dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen en Lage Land Texel (002) als Natura 2000-gebied (besluit van 13 februari 2009, DRZO/2008-002; gewijzigd op 30 september 2011, PDN/2011-002)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1310 en H1330:

    H1320

    Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

     

    Verkorte naam Slijkgrasvelden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2190 en H7210:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1340 en H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1310 en H1330:

    H1320

    Slijkgrasvelden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit voor in De Slufter en langs de Mokbaai.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2190 en H7210:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in de duinen voor, met een kleine oppervlakte en een goede kwaliteit. De potenties voor uitbreiding zijn gering.

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A), ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) en ruigten en zomen (droge bosranden).

    Toelichting

    Subtype A komt met een kleine oppervlakte voor in de Buiten Muy en subtype B komt met een vrij beperkte oppervlakte voor in deelgebied Dijkmanshuizen. Beide hebben een matige kwaliteit en weinig potentie voor verbetering. Subtype C komt echter in een bijzondere vorm (als droge ruigte met gifsla) over een vrij grote oppervlakte voor in het zuiden van het gebied; uitbreiding en verbetering is voor dit subtype niet nodig.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1340 en H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die langs de westrand van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. Moeders met jongen gebruiken de duinen van Texel als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype slijkgrasvelden (H1320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De vierde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), harig wilgenroosje (subtype B) en droge bosranden (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een negende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1310B en H1330A:

    H1320 – Slijkgrasvelden

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    In een deel van de gebieden mag het areaal afnemen ten gunste van het habitattype zilte pionierbegroeiingen, zeekraal (H1310A). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle kweldergebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype slijkgrasvelden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling met betrekking tot de oppervlakte sluit hierop aan. De zeer ongunstige kwaliteit van het habitattype in Nederland wordt veroorzaakt door het geheel of vrijwel geheel verdwenen zijn van de belangrijkste typische soort klein slijkgras. Daarvan komen geen goed ontwikkelde vormen meer voor. Het habitattype komt wel veel voor in een vorm met engels slijkgras, waarvan de kwaliteit lager wordt beoordeeld, omdat deze soort hier niet van nature voorkomt maar in de negentiende eeuw is aangeplant. Deze matige vorm ontstaat vaak op plekken waar kwelders eroderen. Daarom mag in een deel van de gebieden het areaal afnemen ten gunste van het habitattype zilte pionierbegroeiingen, zeekraal (H1310A). Herstel van de kwaliteit van de door klein slijkgras gedomineerde vormen van het habitattype wordt op dit moment niet als haalbaar gezien, doordat de vegetaties tegenwoordig geheel uit engels slijkgras bestaan. Het landelijk doel is daarom behoud van de kwaliteit. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2190D en H7210:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

    H6430C – Ruigten en zomen, droge bosranden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    160

    Savelsbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als ”matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke opgave. De kwaliteit van het habitattype is in de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Noordhollands Duinreservaat (087), Zeldersche Driessen (143), Maasduinen (145), Kunderberg (158) en Maas bij Eijsden (167) goed waardoor behoud van de huidige kwaliteit voldoende is.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1340 en H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

In paragraaf 2.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het als tweede genummerde antwoord op de eerste zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    • 2. De zienswijze is deels overgenomen.

      Het habitattype blauwgraslanden is vervallen omdat het niet aanwezig blijkt te zijn. Zie verder bijlage B.1 van deze Nota van toelichting. Voor de overige habitattypen zie het antwoord bij (1).

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tweede alinea van het antwoord op de derde zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype H6230 (heischrale graslanden) blijkt in het gebied voor te komen. Het habitattype H6410 (blauwgraslanden) is verwijderd ten opzichte van het ontwerp-aanwijzingsbesluit, conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied.

  • Het antwoord op de negende zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is niet overgenomen.

    Het habitattype H6230 (heischrale graslanden) blijkt in het gebied voor te komen. Er is echter geen juridische grond om het verzoek te honoreren om heischrale graslanden uit te breiden ten koste van duinheide met kraaihei (H2140). De zorg die is geuit over mogelijk tegengestelde doelen van de noordse woelmuis en heischrale graslanden wordt niet gedeeld. De instandhoudingsdoelstelling voor H6410 (blauwgraslanden) is vervallen (zie bijlage B.1. van de Nota van toelichting). Een verzoek om blauwgraslanden uit te breiden ten koste van vochtige duinvalleien is hiermee ook beantwoord.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Vlieland (003) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-003; gewijzigd op 17 februari 2010, PDN2009-242)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1330 en H2120:

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1330 en H2120:

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt langs een groot deel van de buitengrens van het gebied voor, in een smalle zone op de overgang van de duinen naar het strand.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die verspreid langs de randen van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. De prioriteit van de bescherming in de duinen van Vlieland ligt bij het gebruik als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar door moeders met jongen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1330A en H2120:

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

In paragraaf 4.2 van bijlage C worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea van het antwoord op de eerste zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is niet overgenomen.

    Embryonale duinen (H2110) en witte duinen (H2120) verkeren op het aspect oppervlakte landelijk in een gunstige staat van instandhouding, waardoor de landelijke doelstelling voor oppervlakte behoud is. De doelstelling voor Vlieland sluit hierop aan. Vanuit de systematiek is er dus geen aanleiding om het doel op Vlieland te wijzigen. Daarnaast is in het Waddengebied momenteel genoeg dynamiek aanwezig zodat het type altijd in voldoende mate en van voldoende kwaliteit aanwezig zal zijn.

  • De laatste volzin van het antwoord op de tweede zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    Embryonale duinen (H2110) en witte duinen (H2120) hebben een behoudsdoelstelling.

  • Het antwoord op de zevende zienswijze (betreffende de Kroon's Polders) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze geeft geen aanleiding tot wijziging. Voor Duinen Vlieland is, conform het ontwerpbesluit, uitsluitend een instandhoudingsdoelstelling opgenomen voor het buitendijkse subtype van het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330A). De gebiedsbeschrijving is niet bedoeld als uitputtende en gedetailleerde opsomming van het voorkomen van een habitat(sub)type.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Terschelling (004) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-004; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1831:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1831:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die verspreid langs de randen van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. De prioriteit van de bescherming in de duinen van Terschelling ligt bij het gebruik als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar door moeders met jongen.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een tiende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1831:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Ameland (005) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-005)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H1330

    Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

     

    Verkorte naam Schorren en zilte graslanden

    betreft het subtype:

    H1330A

    Schorren en zilte graslanden (buitendijks)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H1330

    Schorren en zilte graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A) komt verspreid voor op de overgang van de duinen naar het Natura 2000-gebied Waddenzee. Er is vrij veel variatie in plantengemeenschappen, zodat behoud van kwaliteit voldoende is.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De betrekkelijk klein aantallen grijze zeehonden, die langs de noordrand van dit gebied worden waargenomen, zijn onderdeel van de grote Noordzeepopulatie. De prioriteit van de bescherming in de duinen van Ameland ligt bij het gebruik als hoogwatervluchtplaats in de late winter en het vroege voorjaar door moeders met jongen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330), buitendijks (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H1330A – Schorren en zilte graslanden, buitendijks

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    verbetering

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle kweldergebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Waddenzee (001) en Westerschelde & Saeftinghe (122) herbergen tezamen meer dan 80% van de landelijke oppervlakte en kunnen daarmee ook de grootste bijdrage leveren aan de herstelopgave. In de andere gebieden is het habitattype reeds in goede kwaliteit aanwezig (dus behoud is voldoende) of is herstel waarschijnlijk niet mogelijk gegeven de getijdendemping ten gevolge van de aanleg van de stormvloedkering (Oosterschelde (118)). In Zwin & Kievittepolder (123) daarentegen wordt verbetering kwaliteit, door toename aan dynamiek als gevolg van de uitbreiding van het gebied, wel mogelijk geacht. In het westelijke deel van de Westerschelde wijkt de oppervlakte kwelders sterk af van de natuurlijke situatie. Hier vindt nog steeds afbraak van schorren plaats. Daarom wordt hier uitbreiding van de oppervlakte nagestreefd. Met deze gebiedsdoelstellingen wordt de landelijke doelstelling voldoende afgedekt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Noordzeekustzone (007) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 januari 2009, DRZO/2008-007; gewijzigd op 14 maart 2011, PDN/2010-326, op 4 oktober 2012, PDN/2012-007, en op 18 oktober 2012, PDN/2012-007-2)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1365:

    H1903

    Groenknolorchis (Liparis loeselii)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1365:

    H1903

    Groenknolorchis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De groenknolorchis komt alleen aan de randen van de Noordzeekustzone voor; het betreft populaties voorvan het grootste deel in vijf aangrenzende Natura 2000-gebieden voorkomt1. Gezien de vrij beperkte omvang, maar goede kwaliteit van de leefgebieden is behoud in dit gebied voldoende.

    X Noot
    1

    Na dit ontwerpbesluit zal een ontwerpbesluit worden opgesteld waarin de grenzen van de vijf aangrenzende Natura 2000-gebieden zeewaarts worden verruimd. Het is niet uitgesloten dat daarmee alle (deel)populaties van de groenknolorchis tot die vijf gebieden gaan behoren. Als dat het geval is, zal het doel in het gebied Noordzeekustzone vervallen in het definitieve 'Wijzigingsbesluit Aanwezige waarden'.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort groenknolorchis (H1903), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1365:

    H1903 – Groenknolorchis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit biotoop ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort groenknolorchis is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”19. De landelijke opgave sluit hierop aan. De kansen voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebieden echter beperkt; er is daarom veelal voor een behoudopgave gekozen. In de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Duinen Vlieland (003), Duinen Terschelling (004), Duinen Schiermonnikoog (006) en Weerribben (034) is voor een behoudopgave gekozen, omdat de biotoop hier in voldoende mate en kwaliteit voorkomt. De behoudopgave in Waddenzee (001) en Noordzeekustzone (007) sluit hierop aan, omdat het dezelfde populaties betreft als die op de genoemde eilanden. In de Deltagebieden (Grevelingen (115) en Westerschelde & Saeftinghe (122)), hangen de ontwikkelingen van de populatie samen met de fluctuerende waterstanden en natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) worden de mogelijkheden voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085), Naardermeer (094), Oostelijke Vechtplassen (095) en Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) gaat het om kleine populaties, waarvoor momenteel geen tot weinig uitbreidingsmogelijkheden worden gezien.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Groote Wielen (009) als Natura 2000-gebied (besluit van 27 december 2010, PDN/2010-009)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1134 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1134 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt voor op meerdere locaties, verspreid over het gebied, vooral in sloten maar ook wel aan de rand van de grotere plassen. De populatieomvang lijkt niet groot te zijn.

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is pas in 2012 in het gebied aangetroffen, maar kennelijk eerder over het hoofd gezien. De soort blijkt op meerdere locaties in plassen en vaarten voor te komen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De vierde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007), maar conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Een vijfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 en H1318:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”20 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010) als Natura 2000-gebied (besluit van 27 december 2010, PDN/2010-009)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6430:

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft het subtype:

    H7140B

    Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden)

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6430:

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B) komt, met goede kwaliteit, vooral voor in het deelgebied Vogelhoek, in het zuidwesten van het gebied, en lokaal ook langs de Fluessen. Omdat de potenties voor uitbreiding niet groot zijn, is behoud voldoende.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt zeer lokaal voor in het deelgebied Vogelhoek (in het zuidwesten van het gebied). Omdat de potenties voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering niet groot zijn, is behoud voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper is tot op heden alleen waargenomen in het zuidelijk deel van het gebied, van de Fluessen tot de Morra. Het aantal gevangen individuen suggereert een vrij kleine populatieomvang.

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is verspreid over de deelgebieden op veel verschillende locaties waargenomen, tot nu toe alleen langs de grote plassen

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype overgangs- en trilvenen (H7140), veenmosrietlanden (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6430B:

    H7140B – Overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Meer dan de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan echter de landelijke doelstelling nagestreefd worden. In het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt uitbreiding van de oppervlakte of verbetering van de kwaliteit bijvoorbeeld niet realistisch geacht, gezien de geringe potentie voor herstel van de benodigde kalkrijke kwel. In het gebied De Wieden (035) wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de oppervlakte beoogd. Er is reeds een grote oppervlakte van dit habitattype aanwezig in het gebied en er is geen potentie om deze verder uit te breiden. In het voormalig brakwaterveen Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder (090) is het doel voor dit subtype ook op behoud van de oppervlakte gesteld. Reden hiervoor is dat het habitattype over een relatief grote oppervlakte voorkomt. Ook wordt hier, evenals in het gebied Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092), behoud van de kwaliteit beoogd. Snelle verzuring en verbossing vergen in deze gebieden reeds grote inspanningen om de kwaliteit te behouden. Ook in de gebieden Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Eilandspolder (089) en Polder Westzaan (091) wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling. De kansen voor nieuwvorming zijn onduidelijk en de meeste andere gebieden hebben een beter perspectief voor verbetering van de kwaliteit.

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1318:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”21 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Alde Feanen (013) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-013)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6410:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

  • De tekst betreffende H7140 wordt vanwege de toevoeging van subtype A als volgt gewijzigd:

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft de subtypen:

    H7140A

    Overgangs- en trilvenen (trilvenen)

    H7140B

    Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1134:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    De subtypen moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B) van het habitattype ruigten en zomen komen beide verspreid in het gebied voor, voor zover bekend alleen met een matige kwaliteit. Voor subtype B is behoud voldoende, omdat dit gebied niet van groot belang is voor het subtype en omdat de brakke variant er niet kan voorkomen.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H7140 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype A):

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) en uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit overgangs- en trilvenen, veenmosrietlanden (subtype B).

    Toelichting

    In het gebied komt het habitattype overgangs- en trilvenen met goede en matige kwaliteit voor, vooral in de vorm van veenmosrietlanden (subtype B). Omdat de landelijke staat van instandhouding daarvan matig ongunstig is en er herstelpotenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Daarnaast komt op meerdere locaties het subtype trilvenen (subtype A) voor, vooral in het centrum van het gebied. Het betreft een relatief basenarme vorm. Omdat er weinig potenties zijn voor uitbreiding of verbetering, is behoud voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1134:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel komt (sinds 2003) met name voor in sloten en petgaten in deelgebied It Wikelslân (in het noordoosten van het gebied). Vanwege de beoogde kwaliteitsverbetering van meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150) mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype trilvenen (H7140A) van het habitattype overgangs- en trilvenen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype veenmosrietlanden (subtype B) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

    H7140A – Overgangs- en trilvenen, trilvenen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    Bijna drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”n. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Bijna alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke opgave. In de gebieden Alde Feanen (013), Vecht- en Beneden-Reggegebied (039), Dinkelland (049), IJsselmeer (072) en Regte Heide & Riels Laag (134) wordt van de landelijke doelstelling afgeweken en zijn er behoudsdoelstellingen geformuleerd, omdat er in deze gebieden slechts geringe oppervlakten van dit subtype aanwezig zijn en er weinig zicht is op herstel.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1134:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Van Oordt’s Mersken (015) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-015)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6410:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in de vorm van de Associatie van Vlottende bies voor in een ven ten noorden van het Koningsdiep, te midden van schraallanden behorende tot H6230 en H6410. Behoud is voldoende, omdat de kwaliteit al goed is en de potenties voor uitbreiding gering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in het zuidoosten van het gebied. De bosopstand zelf is niet oud, maar komt wel voor op een oude bosgroeiplaats. Behoud is voldoende, omdat er weinig potentie is voor uitbreiding of verbetering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Na de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan22. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan23. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Wijnjeterper Schar (016) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-016)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H2320

    Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H2320

    Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor op één locatie in het zuiden van het gebied en heeft last van vergrassing; verbetering van kwaliteit is dus noodzakelijk.

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met goede kwaliteit, voor op twee locaties. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden voor uitbreiding zijn.

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een geringe oppervlakte voor in het zuidwesten van het gebied, met een deels goede en deels matige kwaliteit. Behoud daarvan is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor verbetering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen (H2320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H2320 – Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Ruim 50% van het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten op het aspect oppervlakte aan op de landelijke doelstelling. Verbetering van de kwaliteit is lokaal van belang voor herstel van populaties van onder andere levermossen en wolfsklauwen die nationaal bedreigd zijn. Deze doelstelling is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden hiervoor liggen.

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan24. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is aanvankelijk niet overgenomen, omdat werd verondersteld dat het habitattype slechts met een verwaarloosbare oppervlakte voorkomt. Uit de daarna gemaakte habitattypenkaart is echter gebleken dat de omvang voldoende groot is, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Bakkeveense Duinen (017) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-017)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H4010:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

    H7110

    *Actief hoogveen

     

    Verkorte naam Actieve hoogvenen

    betreft het subtype:

    H7110B

    *Actieve hoogvenen (heideveentjes)

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een matige en goede kwaliteit, voor in vier vennen in het zuidwesten van het gebied. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en verbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in het gebied voor, met name in het oosten. De mate van vergrassing is heel wisselend. Er zijn mogelijkheden voor vermindering van de vergrassing, wat niet alleen een kwaliteitsverbetering betekent, maar ook kan leiden tot enige uitbreiding van het habitattype.

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in het zuidwesten en het noorden van het gebied voor, met een vrij grote oppervlakte. De kwaliteit is niet hoog, maar wel goed. Het betreft alleen de droge vorm. Behoud is voldoende, omdat de potenties voor (verdere) uitbreiding en verbetering niet hoog worden ingeschat.

    H7110

    *Actieve hoogvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in enkele verlande dobben in het centrum van het gebied. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en verbetering.

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar een goede kwaliteit, voor in een natuurlijke gradiënt met heide, hoogveen en open water aan de rand van de twee dobben. Behoud is voldoende omdat de kwaliteit al goed is en de mogelijkheden voor uitbreiding gering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Na de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype actieve hoogvenen (H7110), heideveentjes (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan25. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

    H7110B – *Actieve hoogvenen, heideveentjes

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht – en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B) komt sterk verspreid over doorgaans kleine oppervlakten voor. Vanwege het ontbreken van complete gegevens over het voorkomen van dit subtype is voor de berekening van de relatieve bijdragen uitgegaan van een geschatte landelijke oppervlakte van 150 ha. Daarvan uitgaande zou ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte zijn opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke uitbreidingsdoelstelling voor oppervlakte is in enkele gebieden gekozen voor een behoudsdoelstelling. In deze gebieden gaat het in de meeste gevallen om slechts één of enkele vennen en is er geen ruimte voor uitbreiding van de oppervlakte.

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft26. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Rottige Meenthe & Brandemeer (018) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-018)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4010 en H6410:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7140:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4010 en H6410:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in smalle stroken, verspreid voor op legakkers in het zuiden van het gebied. Het betreft alleen de droge vorm. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en verbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7140:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt voor in de verlandingszone van de Veendijk, langs de vaart aan de noordrand van het gebied.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype Heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4010B en H6410:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7140A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Lieftinghsbroek (021) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-021; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt in de 1e subparagraaf de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H91D0

    * Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt in paragraaf 5.3 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91D0 vervalt.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    • In aanvulling op de aanwijzing (2013), is het gebied ook aangewezen voor het habitattype *hoogveenbossen (H91D0) in de vorm van de plantenassociatie Zompzegge-Berkenbroek (Carici curtae-Betuletum pubescentis). Dit is aanwezig op één locatie aan de zuidwestzijde van het bosgebied (1.200 m2).

In bijlage B.3 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H91D0 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Norgerholt (022) als Natura 2000-gebied (besluit van 27 december 2010, PDN/2010-022; gewijzigd op 25 november 2013, PDN/2013-022)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9120:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9120:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt zeer lokaal voor aan de rand van een ven, in het noorden van het gebied. De ondergroei van het zompzegge-berkenbroek is verruigd met pitrus. Gezien de beperkte potentie is behoud voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H9120:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Fochteloërveen (023) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-023; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande 2e subparagraaf:

    4.2.2 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    Het gebied is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied een wezenlijke functie in de levenscyclus vervult. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau. Wijzigingen ten opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting.

    H1042 Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 4e paragraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande paragrafen 5.4 en 5.5:

    5.4 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel heeft zich in 2005 in het Fochteloërveen gevestigd en wordt sindsdien verspreid in het gebied in klein aantal waargenomen. De soort was eerder niet bekend uit dit gebied. Dat hij voorkomt in herstellende hoogvenen (H7120) is opmerkelijk, omdat hij geen voorkeur heeft voor voedselarme, zure wateren. Gezien het afwijkende leefgebied is een behoudsdoelstelling voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een derde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4 (Toewijzing instandhoudingsdoelstellingen (hoofdstuk 5)) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande subparagrafen B.4.2 en B.4.3:

    B.4.2 Habitatrichtlijn: soorten

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Witterveld (024) als Natura 2000-gebied (besluit van 10 september 2009, PDN/2009-024)

In de paragraaf 3.3 (Begrenzing en oppervlakte) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt als volgt gewijzigd (vervanging van het subtype bij habitattype H7110):

    • Aan de westzijde zijn enkele percelen die onderdeel uitmaken van ‘t Hoedveen (19 ha, evenals de rest van het gebied in eigendom van en beheer bij Defensie) aan het gebied toegevoegd ter verbetering van de algehele samenhang. Hierdoor kan bescherming en beheer van de in ‘t Hoedveen en directe omgeving gelegen habitattypen actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A) en herstellende hoogvenen (H7120) beter worden uitgevoerd (randlengte 400 m in plaats van 1.700 meter).

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H2320

    Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H7110:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De tekst betreffende H7110 wordt vanwege de verwijdering van subtype B als volgt gewijzigd:

    H7110

    *Actief hoogveen

     

    Verkorte naam Actieve hoogvenen

    betreft het subtype:

    H7140A

    Actieve hoogvenen (hoogveenlandschap)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype herstellende hoogvenen (H7120) beslaat het grootste deel van het gebied. Het habitattype actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A), komt voor in de zogenoemde pingoruïne (aan de westzijde van het gebied) en langs het Sikkelmeer (in het midden van het gebied). De habitattypen vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) en hoogveenbossen (H91D0) komen voor in het centrum van het gebied, op die locaties die niet tot het (verbeterbare) hoogveenlandschap behoren en om die reden niet tot H7120 worden gerekend, ook al komt de vegetatie daarmee overeen. Het relatief hooggelegen centrale gedeelte van het gebied wordt voor een belangrijk deel bedekt door het habitattype droge heiden (H4030), met lokaal ook het habitattype zure vennen (H3160). Het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen (H2320) komt op vijf kleine locaties voor. Heischrale graslanden (H6230) komen op relatief droge plekken voor, op drie verspreide locaties in het gebied.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H2320

    Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op kleine plekken voor temidden van met name herstellende hoogvenen. Gezien de bestaande kwaliteit is behoud voldoende.

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met matige kwaliteit in enkele vennen voor, in het relatief hooggelegen centrale gedeelte van het gebied (buiten het hoogveenlandschap). Er zijn mogelijkheden voor enige verbetering van de kwaliteit.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H7110:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een vrij grote oppervlakte voor, op drie verspreide locaties in het gebied. Het gaat om relatief droge plekken aan de rand van het hoogveenlandschap en in het relatief hooggelegen centrale gedeelte van het gebied. De kwaliteit is goed. Uitbreiding ligt niet in de rede, gezien de prioriteit die bij het hoogveenherstel ligt.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H7110 wordt vervangen (noodzakelijk door de verwijdering van subtype B):

    H7110

    *Actieve hoogvenen

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype actieve hoogvenen is op twee locaties aanwezig in de vorm van hoogveenlandschap (subtype A). Verbetering van de kwaliteit lijkt goed mogelijk, samen met een oppervlakte-uitbreiding op plaatsen waar nu nog het habitattype herstellende hoogvenen (H7120) voorkomt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tweede alinea vervalt.

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007), maar conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt (buiten de zone die behoord tot het hoogveenlandschap).

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In afwijking van het ontwerpbesluit (2007) is geen doelstelling opgenomen voor subtype B (heideveentjes) van het habitattype actieve hoogvenen (H7110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit subtype niet in het gebied voorkomt (de betreffende locatie valt onder subtype A (hoogveenlandschap)27).

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H2320 – Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Ruim 50% van het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten op het aspect oppervlakte aan op de landelijke doelstelling. Verbetering van de kwaliteit is lokaal van belang voor herstel van populaties van onder andere levermossen en wolfsklauwen die nationaal bedreigd zijn. Deze doelstelling is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden hiervoor liggen.

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H7110A:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor subtype B van habitatype H7110 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Drentsche Aa-gebied (025) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-025; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1099:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1166:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1099:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel heeft zich in 2005 in het Drentsche Aa-gebied ge(her)vestigd en komt inmiddels verspreid in het gebied voor, met name in het Achterste Veen (bij Gasteren). Een behoudsdoelstelling is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling, omdat hij in dit gebied vooral voorkomt in voedselarme, zure wateren (zwakgebufferde vennen komen in het gebied niet voor).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2010 in het Drentsche Aa-gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie, en komt inmiddels verspreid in het gebied voor. De omvang en de kwaliteit van het leefgebied zijn goed; behoud van de inmiddels gegroeide populatie is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vijftiende en zestiende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1099:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Elperstroomgebied (028) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-028; gewijzigd op 14 februari 2013, PDN/2013-011)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H4010:

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7230:

    H7110

    *Actief hoogveen

     

    Verkorte naam Actieve hoogvenen

    betreft het subtype:

    H7110B

    *Actieve hoogvenen (heideveentjes)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7230:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft het subtype:

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H4010:

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte en een wisselende kwaliteit voor in twee vennen aan de oostkant van het gebied. Behoud is voldoende, omdat de potenties vrij beperkt zijn en de prioriteiten bij het beekdal liggen.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7230:

    H7110

    *Actieve hoogvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B) omvat het grootste deel van een klein veentje in het oosten van het gebied. De vegetatie is nogal eenzijdig samengesteld en er is nauwelijks potentie voor verbetering. Mede daarom, en omdat de prioriteiten bij het beekdal liggen, is behoud voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7230:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype komt op twee locaties in het beekdal voor. De locatie bij de bestaande schraallanden heeft een goede kwaliteit. De andere locatie is verruigd, maar door de maatregelen ten behoeve van de uitbreiding van de natte schraallanden mag verwacht worden dat de kwaliteit zal verbeteren. Omdat de prioriteiten bij de schraallanden liggen, is behoud van de oppervlakte voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Na de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype actieve hoogvenen (H7110), heideveentjes (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A:

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7230:

    H7110B – *Actieve hoogvenen, heideveentjes

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht – en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (subtype B) komt sterk verspreid over doorgaans kleine oppervlakten voor. Vanwege het ontbreken van complete gegevens over het voorkomen van dit subtype is voor de berekening van de relatieve bijdragen uitgegaan van een geschatte landelijke oppervlakte van 150 ha. Daarvan uitgaande zou ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte zijn opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke uitbreidingsdoelstelling voor oppervlakte is in enkele gebieden gekozen voor een behoudsdoelstelling. In deze gebieden gaat het in de meeste gevallen om slechts één of enkele vennen en is er geen ruimte voor uitbreiding van de oppervlakte.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7230:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Holtingerveld (029) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-028; gewijzigd op 14 februari 2013, PDN/2013-011)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H6230:

    H5130

    Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

     

    Verkorte naam Jeneverbesstruwelen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7150 en H9190:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met matige kwaliteit voor in twee vennen in het noorden van het gebied en in twee vennen in het zuiden (Uffelter Binnenveld). In het Uffelterveen komt het in afwijkende vorm voor (als een soort petgat), maar wel met goede kwaliteit. Er zijn weinig mogelijkheden voor uitbreiding, maar wel voor kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H6230:

    H5130

    Jeneverbesstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte voor in het Oosterzand. Behoud van de goede kwaliteit is voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H9190:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in het gebied voor, vooral aan de randen van het gebied. De kwaliteit is niet hoog, maar wel voldoende voor een behoudsdoelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype jeneverbesstruwelen (H5130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan28. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H6230:

    H5130 – Jeneverbesstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (B = 2-15%, C < 2%), omdat de gebieden onderling niet goed kunnen worden vergeleken, aangezien de oppervlakten op verschillende wijzen zijn berekend (al dan niet inclusief open delen). De aard van de vegetaties verschilt sterk van gebied tot gebied: van verspreide bomen tot dichte struwelen.

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte jeneverbesstruwelen is gelegen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Hoewel de oppervlakte van jeneverbesstruwelen sinds 1950 stabiel is gebleven, is de kwaliteit afgenomen. Door successie en vergrassing is de soortensamenstelling verarmd. Het merendeel van de jeneverbessen staat in oudere struwelen met een vrij eentonige soortensamenstelling. Natuurlijke verjonging vindt zelden plaats, waardoor een scheve leeftijdsopbouw is ontstaan. De landelijke doelstelling is dan ook gericht op behoud van de oppervlakte en verbetering van de kwaliteit. Het merendeel van de gebiedsdoelstellingen sluit hierop aan. In Borkeld (044) en Springendal & Dal van Mosbeek (045) zijn goede kansen voor uitbreiding van het habitattype. Dit zijn de enige twee gebieden in Nederland waar potentie is voor het kiemen van jeneverbessen op de lemige bodems. De uitbreidingsopgave in deze gebieden is nodig om de te verwachten landelijke areaalverliezen op te vangen. In enkele gebieden geldt een behoudopgave op het aspect kwaliteit. In Holtingerveld (029), Boetelerveld (041), Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136) komen slechts kleine oppervlakten van het habitattype voor, terwijl de kwaliteit al voldoende goed is en kwaliteitsverbetering niet mogelijk wordt geacht.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7150 en H9190:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan29. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Dwingelderveld (030) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-030)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3130:

    H3110

    Mineraalarme oligotrofe wateren van de Atlantische zandvlakten (Littorelletalia uniflorae)

     

    Verkorte naam Zeer zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9190:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3130:

    H3110

    Zeer zwakgebufferde vennen

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en behoud kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, gezoneerd met het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), voor in het Koelevaartsveen. Na herstel van het ven in de jaren 1990, heeft zich aan de oostzijde een toenemende populatie waterlobelia gevestigd, waardoor dat deel (in toenemende mate) kwalificeert voor H3110. Het habitattype is van goede kwaliteit.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9190:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor met een deels goede en deels matige kwaliteit op enkele verspreide locaties in het gebied. De mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering zijn beperkt; dat geldt ook voor uitbreiding, omdat de geschikte locaties ook belangrijk zijn voor andere habitattypen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste alinea en tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de zevende alinea en achtste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot H2320 en H3160:

    ■ Het gebied is één van de belangrijkste gebieden voor de volgende habitattypen:

    H3110 – Zeer zwakgebufferde vennen

    Landelijke oppervlakte ca. 35 ha

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Relatieve bijdrage

    Bronvermelding

    030

    Dwingelderveld

    B1 (2-6%)

    EGG Consult 2018 / Prov. Drenthe

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    A2 (30-50%)

    Provincie Overijssel 2009

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    A1 (15-30%)

    Provincie Noord-Brabant 2009

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    A1 (15-30%)

    Staatsbosbeheer 2010

    146

    Sarsven en De Banen

    B2 (6-15%)

    Provincie Limburg 2009

    Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebieden (2003) zijn voor het habitattype zeer zwak gebufferde vennen (H3110) de volgende vier gebieden geselecteerd: Strabrechtse Heide & Beuven (137), Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027), Kampina & Oisterwijkse Vennen (133)30 en Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046). De selectie is destijds beperkt tot vier gebieden omdat deze ruim 60% van de landelijke oppervlakte omvatten en het type niet in andere gebieden in kwalitatief goede staat voorkwam. Op grond van de huidige kennis zijn de in de tabel genoemde gebieden de vijf belangrijkste. Hiervan heeft Bergvennen & Brecklenkampse Veld dankzij herstelwerkzaamheden het grootste aandeel in de landelijke oppervlakte. In Sarsven en De Banen (146) is de kwaliteit van het ven in De Banen na opschoning aanzienlijk verbeterd. In het Drents-Friese Wold is het habitattype slechts fragmentair aanwezig. Het gebied kan daardoor niet meer tot één van de vier (of vijf) belangrijkste gebieden gerekend worden. Daarentegen blijkt Dwingelderveld (30). waar het type vrij recent is ontstaan, inmiddels tot de vijf belangrijkste gebieden te behoren.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3130:

    H3110 – Zeer zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve

    bijdrage

    Besluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    doel toegevoegd

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype zeer zwakgebufferde vennen bevindt zich in Nederland aan de oostrand van het verspreidingsgebied. Hoewel het habitattype slechts over kleine oppervlakte voorkomt, is het van zeer groot belang door de bijzondere soortensamenstelling. Het overgrote deel van dit habitattype bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De meeste gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Instandhouding van goede voorbeelden (Dwingelderveld (030), Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Sarsven en De Banen (146)) staat voorop. In de meeste gebieden is zelfs potentie om uit te breiden. In het Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) wijkt de doelstelling af van de landelijke doelstelling, omdat uitbreiding van de oppervlakte niet realistisch wordt geacht, het habitattype is hier beperkt tot één poel. De vennen in de gebieden Dwingelderveld, Bergvennen & Brecklenkampse Veld en Sarsven en De Banen zijn door grote herstelwerkzaamheden inmiddels van goede kwaliteit, behoud van de kwaliteit is derhalve voldoende.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H9190:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    doel toegevoegd

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Mantingerzand (032) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-032)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9190:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor in het gebied, met zowel matige als goede kwaliteit. De grootschalige natuurontwikkeling heeft gezorgd voor een duidelijke toename, maar het is de verwachting dat een deel van de ontstane plantengemeenschappen van zwakgebufferde vennen ook weer zal verdwijnen als gevolg van successie. Behoud van het langjarige gemiddelde is daarom voorzichtigheidshalve als doel gesteld.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9190:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor met een deels goede en deels matige kwaliteit op een aantal locaties in het gebied. Het betreft zowel jonge als wat oudere bossen. De mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering zijn beperkt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan31. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen H9190:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Weerribben (034) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 november 2013, PDN/2013-034)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt verspreid in het gebied voor met een kleine oppervlakte en een matige tot goede kwaliteit. Subtype B (harig wilgenroosje) komt alleen lokaal voor aan de westrand van De Kampen, tussen Kalenberg en Nederland, en heeft een matige kwaliteit. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype harig wilgenroosje (H6430B) van het habitattype ruigten en zomen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype moerasspirea (subtype A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H1740A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van De Wieden (035) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 november 2013, PDN/2013-035; gewijzigd op 9 februari 2015)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt in dit gebied over een relatief grote oppervlakte voor, vooral met een matige kwaliteit. Subtype B (harig wilgenroosje) komt alleen met een matige kwaliteit voor, vooral op de noordoostoever van de Beulakerwijde (en mogelijk ook in het westen en noordwesten van het gebied). Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype harig wilgenroosje (H6430B) van het habitattype ruigten en zomen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype moerasspirea (subtype A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H1740A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluitx

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht (036) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-036)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6510 en H91F0:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0B

    *Vochtige alluviale bossen (essen-iepenbossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1134 en H1149:

    H1145

    Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1149:

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt verspreid in het gebied voor, vooral langs het Zwarte Water en de Overijsselse Vecht, en heeft vooral een matige kwaliteit, behalve in de gevallen dat er lange ereprijs in voorkomt. Het subtype B (harig wilgenroosje) komt bij de Zijlkolk en langs het Galgenrak in de vorm van de Rivierkruiskruid-associatie voor, dus met een goede kwaliteit. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6510 en H91F0:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A), vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (subtype B) en vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor, maar wel met alledrie de subtypen. Subtype A (zachthoutooibossen) komt, met een deels goede en deels matige kwaliteit, verspreid voor in het buitendijkse deel van het gebied. Subtype B (essen-iepenbossen) komt, met een goede kwaliteit, voor langs de oostrand van het gebied op twee buitendijkse locaties. Subtype C (beekbegeleidende bossen) komt, met een deels goede en deels matige kwaliteit, voor op drie binnendijks gelegen locaties. Behoud is voldoende, gezien de bestaande kwaliteit en het feit dat in de voor dit habitattype geschikte gebiedsdelen de prioriteit ligt bij de graslanden.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1134 en H1149:

    H1145

    Grote modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De grote modderkruiper komt, binnen het Habitatrichtlijngebied, met een vrij grote populatie voor. Het leefgebied omvat sloten in verschillende uiterwaarden, met name noordwest van Hasselt. Deze belangrijke populatie is pas in 2009 ontdekt. Omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor uitbreiding, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1149:

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is, binnen het Habitatrichtlijngebied, op meerdere locaties (verspreid over het gebied) waargenomen, zowel langs de Overijsselse Vecht als langs het Zwarte Water.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype harig wilgenroosje (H6430B) van het habitattype ruigten en zomen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype moerasspirea (subtype A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

  • Een vierde, vijfde en zesde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), zachthoutooibossen (subtype A), essen-iepenbossen (subtype B) en beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grote modderkruiper (H1145), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H6510A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6510B en H91F0:

    H91E0A – *Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud 2

    verbetering

    A3 3

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (H91E0B) is toegestaan.

    X Noot
    3

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    Ongeveer drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan32.

    De landelijke opgave voor het aspect kwaliteit kan niet in alle gebieden worden nagestreefd. In onder andere Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien het geringe belang van deze gebieden voor het type, een behoudsdoelstelling geformuleerd. Een andere reden voor het afwijken van de landelijke doelstelling is dat er al een goede kwaliteit aanwezig is, bijvoorbeeld in Oude Maas (108), waar behoud van de kwaliteit derhalve voldoende is.

    H91E0B – *Vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C 2

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    (a) Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    De landelijke staat van instandhouding van het subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het habitattype is momenteel uiterst zeldzaam langs de rivieren. In de twee gebieden met de beste potenties wordt herstel van dit subtype nagestreefd. In Dinkelland (049) is behoud van de oppervlakte voldoende, omdat er weinig ruimte is voor uitbreiding. In Uiterwaarden Zwarte water en Vecht (036) en Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien de beperkte potenties voor uitbreiding van de oppervlakte en de reeds goede kwaliteit, een behoudsdoelstelling geformuleerd.

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 en H1149:

    H1145 – Grote modderkruiper

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de grote modderkruiper is beoordeeld als “matig ongunstig”. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Wel is duidelijk dat het leefgebied is gekrompen. De landelijke doelstelling is gericht op het plaatselijk verbeteren van het leefgebied voor uitbreiding van de populatie. De toepassing van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de gedragscode voor waterschappen kunnen tevens een positieve bijdrage leveren aan een verbetering van het leefgebied van de soort. Hersteldoelstellingen zijn neergelegd in die gebieden waar de soort onder druk staat en/of er goede mogelijkheden zijn voor het uitbreiden en verbeteren van het leefgebied ten behoeve van het uitbreiden van de populatie.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1149:

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud 3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”33 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Olde Maten & Veerslootslanden (037) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-037)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden in de 1e subparagraaf de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H6410:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7140:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea vervalt de volgende tekst:

    Het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150) komt voor in enkele petgaten (boksloten) in het zuidelijk deel van Olde Maten.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H3150 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in een droge en een vochtige vorm voor, met een deels goede en deels matige kwaliteit, vooral in de Veerslootslanden. Behoud is voldoende, gezien de bestaande kwaliteit en het feit dat in de Veerslootslanden de prioriteit ligt bij de basenrijkere blauwgraslanden (H6410).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7140:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt aan de oostkant van de Olde Maten met een vrij beperkte oppervlakte voor, met een (in ieder geval deels) goede kwaliteit.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied niet aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt (de locaties waar de kwalificerende plantengemeenschappen voorkomen, betreffen geen vlakvormige wateren).

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H3150 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7140A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de eerste zienswijze (betreffende H3150) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft niet geleid tot aanpassing van het besluit. Ook voor de soorten en habitattypen die niet hebben geleid tot de selectie van een Habitatrichtlijngebied, maar die wel in een dergelijk gebied voorkomen, moeten instandhoudingsdoelstellingen worden opgesteld (zie paragraaf 3.3 van de Nota van Antwoord). Overigens blijkt uit nader onderzoek dat het habitattype waar de zienswijze concreet op duidt, niet in het gebied aanwezig te zijn. Het habitattype is dan ook uit het aanwijzingsbesluitverwijderd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Rijntakken (038/066-068) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 april 2014, PDN/2014-038; gewijzigd 30 maart 2017, DN&B/2017-038)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6510 en H91E0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

  • De tekst betreffende H91E0 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0B

    *Vochtige alluviale bossen (essen-iepenbossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud verspreiding, oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A), behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) en behoud verspreiding, uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen komt, in het Habitatrichtlijngebied, zeer lokaal en met een kleine oppervlakte voor. Het subtype moerasspirea (subtype A) komt met een matige kwaliteit voor in de Buitenwaarden bij Wijhe (langs de IJssel) en met een deels goede kwaliteit in de Millingerwaard (Gelderse Poort). Het subtype harig wilgenroosje (subtype B) komt met goede kwaliteit op slechts één locatie voor: langs de IJssel ten zuiden van Wilsum. Het subtype droge bosranden (subtype C) komt langs de IJssel voor bij Fortmond, Cortenoever en Geldersche Toren, en in het Colenbranderbos (Gelderse Poort); de kwaliteit is goed, vanwege het voorkomen van niet-algemene plantensoorten (knolribzaad, kweekdravik, rivierkruiskruid en schaafstro).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6510 en H91E0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt alleen langs de IJssel voor, op verschillende locaties: bij de Hezenberg, bij Klooster Hulsbergen, bij Fortmond en bij Gorssel (Eester Loo). In de eerste drie gevallen komt het in combinatie met andere boshabitattypen voor (H91E0B en H91F0). In alle gevallen gaat het om oude bosgroeiplaatsen en deels zijn het tevens oude eikenopstanden. Behoud is voldoende, omdat de kwaliteit goed genoeg is.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91E0 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud verspreiding, behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A), behoud verspreiding, uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (subtype B) en uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Binnen het Habitatrichtlijngebied komen zachthoutooibossen (subtype A) plaatselijk over een aanzienlijke oppervlakte voor. Het deelgebied Gelderse Poort omvat enkele van de beste voorbeelden hiervan in ons land, zowel buitendijks als binnendijks. Verbetering van de kwaliteit kan gebaat zijn bij het realiseren van kerngebieden. Behoud van dit subtype heeft betrekking op een areaal van circa 420 ha binnen het Habitatrichtlijngebied, waarvan circa 330 ha buitendijks. Van het subtype essen-iepenbossen (subtype B) is de oppervlakte in de Rijntakken gering, maar landelijk gezien relatief groot. Nederland is voor dit bostype van zeer groot belang. Langs de IJssel liggen de belangrijkste bestaande essen-iepenbossen, hier is kwaliteitsverbetering mogelijk. Voor uitbreiding liggen er naast de uiterwaarden van de IJssel ook in andere delen van de Rijntakken kansen. Het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C) komt met een relatief grote oppervlakte voor in de Havikerwaard (deels met goede kwaliteit) en voorts met kleine oppervlakten elders in deelgebied Uiterwaarden IJssel en in deelgebied Gelderse Poort. Er zijn mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering en (binnendijkse) uitbreiding.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea vervalt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en de ontwerpbesluiten (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de ontwerpbesluiten (2008) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype beekbegeleidende bossen (H91E0C) van het habitattype vochtige alluviale bossen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast de subtypen zachthoutooibossen (subtype A) en essen-iepenbossen (subtype B) waar reeds doelstellingen voor zijn opgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H6430C:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6510B en H91E0A:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan34. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0B en H91F0:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de toelichting onder de tabel met betrekking tot de doelstellingen voor H1337 vervalt de volgende tekst:

    De uitbreidingsopgave van het leefgebied geldt voor Uiterwaarden IJssel (038), waar het van belang is dat de soort zich in het IJsseldal verder zal uitbreiden om een duurzame populatie in het rivierengebied te realiseren. Uitbreiding van het leefgebied in dit gebied heeft betrekking op het benutten van nog niet bezet potentieel leefgebied.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-039; gewijzigd op 25 november 2014)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2310 en H2330:

    H2320

    Psammofiele heide met Calluna en Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2330 en H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3160 en H4010:

    H3260

    Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

     

    Verkorte naam Beken en rivieren met waterplanten

    betreft de subtypen:

    H3260B

    Beken en rivieren met waterplanten (grote fonteinkruiden)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H91E0:

    H91F0

    Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

     

    Verkorte naam Droge hardhoutooibossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2310 en H2330:

    H2320

    Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte voor op de Archemerberg en de Lemelerberg. Behoud is voldoende, gezien de geringe potentie voor de landelijk beoogde kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met matige kwaliteit en een beperkte oppervlakte voor ten oosten van Stegeren en in het Eerder Achterbroek. Behoud is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H3150

    Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in twee afgesloten meanders van de Overijsselse Vecht, langs het Junner Koeland en ten oosten van Beerze; mogelijk dat het type lokaal ook elders in het gebied voorkomt. Behoud is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3160 en H4010:

    H3260

    Beken en rivieren met waterplanten

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden (subtype B) komt voor in de Overijsselse Vecht, oost van Beerze. Het betreft een begroeiing van doorgroeid fonteinkruid. Behoud is voldoende, omdat onduidelijk is of er mogelijkheden zijn om het beperkte voorkomen uit te breiden.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H91E0:

    H91F0

    Droge hardhoutooibossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte en een matige kwaliteit voor op een oeverwal langs de Overijsselse Vecht bij de Stekkenkamp. Behoud is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen (H2320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beken en rivieren met waterplanten (H3260), waterranonkels (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge hardhoutooibossen (H91F0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2310 en H2330:

    H2320 – Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Ruim 50% van het habitattype binnenlandse kraaiheibegroeiingen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten op het aspect oppervlakte aan op de landelijke doelstelling. Verbetering van de kwaliteit is lokaal van belang voor herstel van populaties van onder andere levermossen en wolfsklauwen die nationaal bedreigd zijn. Deze doelstelling is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden hiervoor liggen.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2330 en H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan35. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

    H3150 – Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit x

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden wordt binnen de Natura 2000-gebieden beschermd (gebaseerd op een schatting van de oppervlakten van zowel begroeide als onbegroeide waterdelen van eutrofe meren en plassen). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In verscheidene gebieden wordt afgeweken van de landelijke doelstelling. In andere gebieden wordt er van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat er nagenoeg geen mogelijkheid (ruimte) is om het habitattype uit te breiden en/of de potentie om de kwaliteit ervan te verbeteren gering is, bijvoorbeeld in Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Alde Feanen (013) en Botshol (083). In het Naardermeer (094) is door recent herstel een aanzienlijk areaal van het habitattype aanwezig. Behoud is derhalve voldoende.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3160 en H4010:

    H3260B – Beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15%) omdat betrouwbare cijfers, die op vergelijkbare wijze zijn bepaald, niet beschikbaar zijn. Bovendien varieert het voorkomen van jaar tot jaar.

    De staat van instandhouding van het habitattype beken en rivieren met waterplanten, grote fonteinkruiden (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. In Nederland komt dit subtype slechts in enkele gebieden voor. Deze gebieden bieden geen potenties voor verder herstel van de kwaliteit van het subtype. Derhalve is ervoor gekozen landelijk een behoudopgave voor de kwaliteit te stellen. De landelijke doelstelling voor het aspect oppervlakte sluit aan op de staat van instandhouding. In het Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) is gekozen voor behoud van de oppervlakte omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor uitbreiding van het beperkte voorkomen. In het gebied Biesbosch (112) wordt behoud van de oppervlakte nagestreefd, omdat het subtype niet karakteristiek is voor de zoetwatergetijdendelta. De ecologische potenties zijn in dit gebied gering, omdat het water in de benedenrivieren van nature troebel is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0:

    H91F0 – Droge hardhoutooibossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    A3

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer driekwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge hardhoutooibossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelstellingen van de twee belangrijkste gebieden sluiten aan op de landelijke doelstelling. In Zeldersche Driessen (143) en Maasduinen (145) bestaat geen ruimte voor uitbreiding en in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) zijn ook de potenties voor kwaliteitsverbetering gering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Sallandse Heuvelrug (042) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-042)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7110:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7110:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte, maar goede kwaliteit voor in de oeverzone van het Sasbrinksven. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vierde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7110B:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft36. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Borkeld (044) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-044)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2310 en H3160:

    H2330

    Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

     

    Verkorte naam Zandverstuivingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7150:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2310 en H3160:

    H2330

    Zandverstuivingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met kleine oppervlakten en goede kwaliteit, verspreid voor in het heidelandschap van het westen van het gebied. Van actieve verstuiving is in het gebied geen sprake meer en daar zijn ook weinig potenties meer voor.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7150:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in het zuidwesten van het gebied. Het bestaat uit twee locaties, temidden van een dennenbos, waar de eiken domineren ten opzichte van grove dennen. Enige kwaliteitsverbetering is mogelijk.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zandverstuivingen (H2330), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vijfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2310 en H3160:

    H2330 – Zandverstuivingen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van het habitattype zandverstuivingen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype zandverstuivingen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De afwisseling van zandverstuivingen met stuifzandheiden met struikhei (H2310) is voor een groot aantal dieren, in het bijzonder vogels, belangrijk. Om deze reden zijn in veel heidegebieden van de hogere zandgronden deze twee habitattypen gecombineerd als doel. Het grootste deel van de gebiedsdoelstellingen sluit aan op de landelijke doelstelling. In de meeste gebieden waar een behoudsdoelstelling is neergelegd komt het habitattype slechts over een kleine oppervlakte voor en/of lijken de potenties voor herstel gering.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7150:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan37. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Springendal & Dal van de Mosbeek (045) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-045; gewijzigd op 12 december 2014, PDN/2012-04538)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H9120 en H91E0:

    H9160

    Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

     

    Verkorte naam Eiken-haagbeukenbossen

    betreft het subtype:

    H9160A

    Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden)

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H9120 en H91E0:

    H9160

    Eiken-haagbeukenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt met geringe oppervlakte voor in het dal van de Mosbeek, bij de molen van Bels, en in het dal van de Onderbeek, in Hazelbekke.Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor op relatief hoge ruggen in het zuiden van het gebied. Het gaat zowel om bosbesrijke als om grazige vormen, zowel droog als vochtig. De bomen zelf zijn niet oud, maar de bosgroeiplaatsen wel. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met goede kwaliteit voor in een slenkvormige laagte in het deelgebied Vasserheide. Gezien de specifieke standplaats en de reeds goede kwaliteit is behoud voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype eiken-haagbeukenbossen (H9160), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De vijfde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H9120 en H91E0C:

    H9160A – Eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    063

    Bekendelle

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt voornamelijk voor in kleine bosjes in Oost-Nederland. Door het verspreide en versnipperde voorkomen van dit subtype is slechts circa 20% van de landelijke oppervlakte van dit subtype opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke dekking van het habitattype als geheel (subtypen A en B gecombineerd) is aanzienlijk groter (80%), omdat bij de selectie vooral is gelet op het voorkomen in Zuid-Limburg dat nu apart wordt onderscheiden als subtype B.

    De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke opgave worden nagestreefd. In enkele gebieden wijkt de doelstelling, op het aspect oppervlakte, af van de landelijke doelstelling. In deze gebieden is de ruimte waar dit habitattype voor zou kunnen komen reeds volledig benut. Ook wordt in enkele gebieden behoud van de kwaliteit beoogd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. Eén van de redenen hiervoor is dat de kwaliteit in het gebied reeds goed is waardoor een behoudsdoelstelling voldoende is, bijvoorbeeld in de gebieden Landgoederen Oldenzaal (050) en Leudal (147); een andere reden is dat er weinig potentie is voor kwaliteitsverbetering, zoals in Dinkelland (049).

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan39. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-047)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H6410:

    H4010

    Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

     

    Verkorte naam Vochtige heiden

    betreft het subtype:

    H4010A

    Vochtige heiden (hogere zandgronden)

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H9160:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H6410:

    H4010

    Vochtige heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt vanouds in het gebied voor, maar is thans teruggedrongen tot een klein plekje in het zuidwesten van het Voltherbroek. Omdat de prioriteit voor de vochtige standplaatsen ligt bij de bossen, is behoud voldoende.

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een vrij geringe oppervlakte voor in alledrie de deelgebieden, onder andere als gevolg van natuurontwikkeling. De kwaliteit is wisselend. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering in dit voornamelijk vochtige gebied.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H9160:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in samenhang met vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) voor, waar het door successie in over gaat. Het lijkt in dit gebied afhankelijk te zijn van plaggen of natuurontwikkeling. Behoud is daarom voldoende.

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar een goede kwaliteit, voor in het oosten van het Voltherbroek. Het bos staat op een oude bosgroeiplaats en de eiken zijn bijna een eeuw oud. Gezien de bestaande kwaliteit is behoud voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige heiden (H4010), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3130 en H6410:

    H4010A – Vochtige heiden, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt wijdverspreid voor in Nederland. Meer dan twee derde van de landelijke oppervlakte van dit subtype is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan40. Mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte liggen onder andere op de Veluwe (057) en in de gebieden op het Drents plateau, waar dit subtype over grote oppervlakten voorkomt. Verder is de uitbreidingsopgave neergelegd in de gebieden waar de beste potenties zijn: waar voldoende ruimte en mogelijkheden zijn voor uitbreiding. Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is: bijvoorbeeld waar herstel van sterk vergraste vormen van dit subtype mogelijk is. Een speciale herstelopgave voor de kwaliteit van dit subtype ligt in de beekdalen waar het habitattype onderdeel uitmaakt van de gradiënt van hogere zandgronden naar de beek (bijvoorbeeld Wijnjeterper Schar (016), Stelkampsveld (060) en Meinweg (149)). In de meeste gebieden waar, in tegenstelling tot deze landelijke doelstelling, behoud van de kwaliteit wordt nagestreefd komt het subtype slechts in beperkte mate voor. De potenties ter verbetering van de kwaliteit zijn in deze gebieden veelal gering.

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H9160A:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft41. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan42. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Lemselermaten (048) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-048)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4010 en H6230:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4010 en H6230:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar een goede kwaliteit, voor temidden van habitattype vochtige heiden (H4010A). Omdat de prioriteit ligt bij de vochtige habitattypen, is behoud voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4010A en H6230:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft niet geleid tot wijzigingen in het besluit. Vanuit de Habitatrichtlijn heeft Nederland de verplichting om alle in het gebied aanwezige habitattypen en soorten aan te wijzen en te beschermen, zie ook Nota van Antwoord, paragraaf 3.3. Het beschermen van de habitattypen en soorten die binnen het gebied voorkomen draagt bij aan de realisatie van de landelijke doelstellingen. Overigens is de doelstelling voor het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (H7140A) komen te vervallen; zie voor een toelichting bijlage B.1. De overige doelstellingen blijven gehandhaafd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Dinkelland (049) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-049)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H3130:

    H2310

    Psammofiele heide met Calluna en Genista

     

    Verkorte naam Stuifzandheiden met struikhei

    H2330

    Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

     

    Verkorte naam Zandverstuivingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H4010:

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H6120:

    H5130

    Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

     

    Verkorte naam Jeneverbesstruwelen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7150:

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft het subtype:

    H7140A

    Overgangs- en trilvenen (trilvenen)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7150 en H91E0:

    H7230

    Alkalisch laagveen

     

    Verkorte naam Kalkmoerassen

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

    H9160

    Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

     

    Verkorte naam Eiken-haagbeukenbossen

    betreft het subtype:

    H9160A

    Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden)

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

  • De tekst betreffende H91E0 wordt vanwege de toevoeging van subtypen A en B als volgt gewijzigd:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0B

    *Vochtige alluviale bossen (essen-iepenbossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1163:

    H1096

    Beekprik (Lampetra planeri)

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.3 (Habitatrichtlijn: waarden waarvoor het gebied aan de selectiecriteria voldoet) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tabel wordt vervangen door de volgende tekst:

    Habitattype

    Xa

    Yb

    Landelijke oppervlakte c

    Oppervlakte in Dinkelland d

    Oppervlakte in Yde gebied e

    Selectie bij aanmelding

    H3130

    5

    5

    ca. 1.000

    ja

    *H6120

    10

    9

    ca. 500

    C (<2%)

    C (<2%)

    nee

    H6410

    5

    5

    ca. 180

    ja

    *H91E0B

    5

    5

    ca. 500

    B1 (2-6%)

    C (< 2%)

    nee

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H3130:

    H2310

    Stuifzandheiden met struikhei

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte op één locatie voor, in het voormalige stuifzandgebied Lutterzand (dat inmiddels met dennenbos is beplant). Omdat de heide wordt omringd door bos is behoud voldoende.

    H2330

    Zandverstuivingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype vormt het laatste kwalificerende restant van een eertijds veel uitgebreider stuifzandgebied: het Lutterzand. De locatie ligt temidden van bos in een bocht van de Dinkel, bij Groene Staart. In de naaste omgeving komt nog onbegroeid zand voor, dat echter vanwege ontbrekende begroeiing niet tot het habitatype behoort. Behoud is voldoende, omdat dat al de nodige inspanning zal vergen.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H4010:

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte en een matige kwaliteit op twee locaties voor in deelgebied Stroothuizen. Gezien de doelstellingen voor de habitattypen in de omgeving is er verbetering van kwaliteit mogelijk.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H6120:

    H5130

    Jeneverbesstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met geringe oppervlakte voor op een heideveld in het zuiden van deelgebied Punthuizen. Gezien de huidige kwaliteit is behoud voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7150:

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) komt, onder invloed van lokale kwel, met een beperkte oppervlakte voor in de deelgebieden Stroothuizen en Punthuizen. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H91E0:

    H7230

    Kalkmoerassen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in deelgebied Punthuizen, temidden van het habitattype blauwgraslanden (H6410), waarvan het zich onderscheidt door meerdere soorten die kenmerkend zijn voor basenrijke omstandigheden, zoals moeraswespenorchis en parnassia. Omdat de kwaliteit al goed is en de mogelijkheden voor uitbreiding beperkt, is behoud voldoende.

       

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor op drie locaties langs de Dinkel: in het noorden bij Beuningen en bij de Hamermaten, en in het zuiden bij Glane. De begroeiingen zijn vrij gevarieerd. Het gaat grotendeels om oude bosgroeiplaatsen, voor een deel betreft het minimaal honderdjarige bosopstanden. Gezien de huidige kwaliteit is behoud voldoende.

    H9160

    Eiken-haagbeukenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt met een kleine oppervlakte voor op twee locaties: bij Beuningen, als rand langs het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), en langs de Elsbeek, ten zuiden van Losser. Behoud is voldoende, omdat de potenties voor kwaliteitsverbetering gering zijn.

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte op twee locaties voor. Langs een bocht van de Dinkel bij Groene Staart gaat het om een bosopstand uit 1880. En in de zuidwesthoek van Punthuizen betreft het een jongere opstand op een oude bosgroeiplaats. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte en matige kwaliteit voor in deelgebied Stroothuizen. Gezien de doelstellingen voor de habitattypen in de omgeving is er verbetering van kwaliteit mogelijk.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91E0 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtypen A en B):

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A), vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (subtype B) en vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) komt lokaal langs de Dinkel voor in de Groene Staart, ten noordwesten van het Lutterveld en ten noordoosten van Losser. Het habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (subtype B) komt verspreid voor langs de Dinkel, deels met geringe oppervlakte en deels in wat grotere complexen. Het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) komt voor langs de Dinkel en langs zijbeken van de Dinkel. Er zijn potenties om de kwaliteit te verbeteren met name door verbetering van de waterkwaliteit. Gezien de beperkte ruimte en het belang van onbeschaduwde beektrajecten, is behoud van de oppervlakte voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1163:

    H1096

    Beekprik

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    Larven van de beekprik zijn waargenomen in de Dinkel (ten zuiden en ten noordoosten van Losser) en vooral in de Ruhenbergerbeek. In het gebied vindt dus opgroei van larven plaats, mogelijk ook paai en voortplanting. Er zijn potenties om de bijdrage aan de landelijke doelstelling te vergroten.

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt met een vrij grote standpopulatie voor in de Dinkel (op meerdere locaties ten zuiden van de A1) en in enkele zijbeken.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype stuifzandheiden met struikhei (H2310), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zandverstuivingen (H2330), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • Conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar in aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype jeneverbesstruwelen (H5130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype overgangs- en trilvenen (H7140), trilvenen (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kalkmoerassen (H7230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype eiken-haagbeukenbossen (H9160), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor de subtypen zachthoutooibossen (H91E0A) en essen-iepenbossen (H91E0B) van het habitattype vochtige alluviale bossen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook deze subtypen in het gebied voorkomen, naast het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort beekprik (H1096), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot H6410 en H1163:

    H91E0B – *Vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen

    Landelijke oppervlakte ca. 500 ha

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Relatieve bijdrage

    Bronvermelding

    038/

    066-068

    Rijntakken

    B1 (2-6%)

    Provincie Gelderland 2013

    049

    Dinkelland

    B1 (2-6%)

    Provincie Overijssel 2014

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    C (< 2%) 1

    Aanwijzingsbesluit2013

    167

    Maas bij Eijsden

    C (< 2%)

    Ministerie van LNV 2018

    112

    Biesbosch

    C (< 2%) 2

    Staatsbosbeheer 2014

    X Noot
    1

    Relatieve bijdrage aangepast wegens gewijzigde landelijke oppervlakte.

    X Noot
    2

    Nog niet vermeld in het aanwijzingsbesluit.

Ten tijde van de aanmelding van Habitatrichtlijngebieden (2003) zijn de volgende vijf gebieden geselecteerd voor dit prioritaire subtype: Kolland & Overlangbroek (081), Bunder- en Elslooërbos (153), Springendal & Dal van de Mosbeek (045), Geuldal (157) en Bekendelle (063).

De indeling van de subtypen B en C is sinds de aanmelding van het Habitatrichtlijngebied (2003) echter gewijzigd. Het subtype essen-iepenbossen (subtype B) werd toentertijd niet als apart subtype onderscheiden, maar als onderdeel van het voormalige subtype Verbond van Els en Vogelkers (Alno-Padion). De voorkomens van vochtig alluviaal bos in de genoemde gebieden worden nu gerekend tot het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C). In plaats daarvan blijken nu andere gebieden tot de belangrijkste te behoren.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3130:

    H2310 – Stuifzandheiden met struikhei

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype stuifzandheiden met struikhei is beperkt tot laag gelegen land. Meer dan twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan43. Mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte liggen onder meer in de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (029), Veluwe (057), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Maasduinen (145). Verder is de uitbreidingsopgave neergelegd in de gebieden waar de beste potenties zijn: waar voldoende ruimte en mogelijkheden zijn voor uitbreiding van dit aan vaaggronden gebonden habitattype. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt in het grootste deel van de gebieden nagestreefd. In de meeste gebieden waar behoud van de kwaliteit als doel wordt gesteld, is het habitattype reeds in voldoende kwaliteit aanwezig (bijvoorbeeld in Strabrechtse Heide & Beuven (137)).

    H2330 – Zandverstuivingen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van het habitattype zandverstuivingen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype zandverstuivingen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De afwisseling van zandverstuivingen met stuifzandheiden met struikhei (H2310) is voor een groot aantal dieren, in het bijzonder vogels, belangrijk. Om deze reden zijn in veel heidegebieden van de hogere zandgronden deze twee habitattypen gecombineerd als doel. Het grootste deel van de gebiedsdoelstellingen sluit aan op de landelijke doelstelling. In de meeste gebieden waar een behoudsdoelstelling is neergelegd komt het habitattype slechts over een kleine oppervlakte voor en/of lijken de potenties voor herstel gering.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3130 en H4010A:

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H6120:

    H5130 – Jeneverbesstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (B = 2-15%, C < 2%), omdat de gebieden onderling niet goed kunnen worden vergeleken, aangezien de oppervlakten op verschillende wijzen zijn berekend (al dan niet inclusief open delen). De aard van de vegetaties verschilt sterk van gebied tot gebied: van verspreide bomen tot dichte struwelen.

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte jeneverbesstruwelen is gelegen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Hoewel de oppervlakte van jeneverbesstruwelen sinds 1950 stabiel is gebleven, is de kwaliteit afgenomen. Door successie en vergrassing is de soortensamenstelling verarmd. Het merendeel van de jeneverbessen staat in oudere struwelen met een vrij eentonige soortensamenstelling. Natuurlijke verjonging vindt zelden plaats, waardoor een scheve leeftijdsopbouw is ontstaan. De landelijke doelstelling is dan ook gericht op behoud van de oppervlakte en verbetering van de kwaliteit. Het merendeel van de gebiedsdoelstellingen sluit hierop aan. In Borkeld (044) en Springendal & Dal van Mosbeek (045) zijn goede kansen voor uitbreiding van het habitattype. Dit zijn de enige twee gebieden in Nederland waar potentie is voor het kiemen van jeneverbessen op de lemige bodems. De uitbreidingsopgave in deze gebieden is nodig om de te verwachten landelijke areaalverliezen op te vangen. In enkele gebieden geldt een behoudopgave op het aspect kwaliteit. In Holtingerveld (029), Boetelerveld (041), Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136) komen slechts kleine oppervlakten van het habitattype voor, terwijl de kwaliteit al voldoende goed is en kwaliteitsverbetering niet mogelijk wordt geacht.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7150:

    H7140A – Overgangs- en trilvenen, trilvenen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    Bijna drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”n. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Bijna alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke opgave. In de gebieden Alde Feanen (013), Vecht- en Beneden-Reggegebied (039), Dinkelland (049), IJsselmeer (072) en Regte Heide & Riels Laag (134) wordt van de landelijke doelstelling afgeweken en zijn er behoudsdoelstellingen geformuleerd, omdat er in deze gebieden slechts geringe oppervlakten van dit subtype aanwezig zijn en er weinig zicht is op herstel.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7150 en H91E0C:

    H7230 – Kalkmoerassen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype kalkmoerassen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het habitattype is in de loop van de 20e eeuw sterk achteruit gegaan. Vrijwel alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling om dit sterk onder druk staande habitattype te herstellen. In gebieden met een behoudsdoelstelling is de kwaliteit voldoende en zijn de uitbreidingsmogelijkheden beperkt.

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan44. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

    H9160A – Eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    063

    Bekendelle

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt voornamelijk voor in kleine bosjes in Oost-Nederland. Door het verspreide en versnipperde voorkomen van dit subtype is slechts circa 20% van de landelijke oppervlakte van dit subtype opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke dekking van het habitattype als geheel (subtypen A en B gecombineerd) is aanzienlijk groter (80%), omdat bij de selectie vooral is gelet op het voorkomen in Zuid-Limburg dat nu apart wordt onderscheiden als subtype B.

    De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke opgave worden nagestreefd. In enkele gebieden wijkt de doelstelling, op het aspect oppervlakte, af van de landelijke doelstelling. In deze gebieden is de ruimte waar dit habitattype voor zou kunnen komen reeds volledig benut. Ook wordt in enkele gebieden behoud van de kwaliteit beoogd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. Eén van de redenen hiervoor is dat de kwaliteit in het gebied reeds goed is waardoor een behoudsdoelstelling voldoende is, bijvoorbeeld in de gebieden Landgoederen Oldenzaal (050) en Leudal (147); een andere reden is dat er weinig potentie is voor kwaliteitsverbetering, zoals in Dinkelland (049).

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan45. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

    H91E0A – *Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud 2

    verbetering

    A3 3

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (H91E0B) is toegestaan.

    X Noot
    3

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    Ongeveer drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan46.

    De landelijke opgave voor het aspect kwaliteit kan niet in alle gebieden worden nagestreefd. In onder andere Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien het geringe belang van deze gebieden voor het type, een behoudsdoelstelling geformuleerd. Een andere reden voor het afwijken van de landelijke doelstelling is dat er al een goede kwaliteit aanwezig is, bijvoorbeeld in Oude Maas (108), waar behoud van de kwaliteit derhalve voldoende is.

    H91E0B – *Vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C 2

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

De landelijke staat van instandhouding van het subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het habitattype is momenteel uiterst zeldzaam langs de rivieren. In de twee gebieden met de beste potenties wordt herstel van dit subtype nagestreefd. In Dinkelland (049) is behoud van de oppervlakte voldoende, omdat er weinig ruimte is voor uitbreiding. In Uiterwaarden Zwarte water en Vecht (036) en Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien de beperkte potenties voor uitbreiding van de oppervlakte en de reeds goede kwaliteit, een behoudsdoelstelling geformuleerd.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1163:

    H1096 – Beekprik

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort beekprik is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de gebieden Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), Meinweg (149) en het Roerdal (150) wijken (deels) af van de landelijke doelstelling. Het huidige voorkomen van de soort en het leefgebied in Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux leveren reeds voldoende bijdrage aan de landelijke doelstelling. In Meinweg is slechts zeer beperkte potentie voor een hersteldoelstelling aanwezig.

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de bittervoorn is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Landgoederen Oldenzaal (050) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-050)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H9120:

    H4010

    Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

     

    Verkorte naam Vochtige heiden

    betreft het subtype:

    H4010A

    Vochtige heiden (hogere zandgronden)

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt voor de instandhoudingsdoelstelling voor H9120:

    H4010

    Vochtige heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt op twee locaties voor in deelgebied Boerskotten. Het type is ontstaan als gevolg van natuurontwikkeling in de jaren rond 2000, nadat de voormalige vochtige heidevelden met bos beplant of ontgonnen waren. Behoud is voldoende omdat de mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op voor op de noordflank van de Tankenberg. Het type is vrij recent ontstaan vanuit een kapvlakte en zal naar verwachting nog in kwaliteit toenemen.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige heiden (H4010), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H9120:

    H4010A – Vochtige heiden, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt wijdverspreid voor in Nederland. Meer dan twee derde van de landelijke oppervlakte van dit subtype is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan47. Mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte liggen onder andere op de Veluwe (057) en in de gebieden op het Drents plateau, waar dit subtype over grote oppervlakten voorkomt. Verder is de uitbreidingsopgave neergelegd in de gebieden waar de beste potenties zijn: waar voldoende ruimte en mogelijkheden zijn voor uitbreiding. Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is: bijvoorbeeld waar herstel van sterk vergraste vormen van dit subtype mogelijk is. Een speciale herstelopgave voor de kwaliteit van dit subtype ligt in de beekdalen waar het habitattype onderdeel uitmaakt van de gradiënt van hogere zandgronden naar de beek (bijvoorbeeld Wijnjeterper Schar (016), Stelkampsveld (060) en Meinweg (149)). In de meeste gebieden waar, in tegenstelling tot deze landelijke doelstelling, behoud van de kwaliteit wordt nagestreefd komt het subtype slechts in beperkte mate voor. De potenties ter verbetering van de kwaliteit zijn in deze gebieden veelal gering.

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Lonnekermeer (051) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-051)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7150:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H7150:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor op enkele percelen met zomereiken uit 1895, in het zuidwesten van het gebied. Behoud is voldoende omdat de mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vierde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7150:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan48. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Buurserzand & Haaksbergerveen (053) als Natura 2000-gebied (besluit van 28 mei 2013, PDN/2013-053)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2310 en H3130:

    H2330

    Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

     

    Verkorte naam Zandverstuivingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H4010:

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H5130 en H7110:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

    H6410

    Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

     

    Verkorte naam Blauwgraslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7120 en H7230:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7230 en H91D0:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1145:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2310 en H3130:

    H2330

    Zandverstuivingen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een deels matige en deels goede vegetatiekwaliteit en met een beperkte oppervlakte, verspreid voor in deelgebied Buurserzand. Van actieve verstuiving is geen sprake meer en daar zijn ook weinig potenties meer voor.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H4010:

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid en met een behoorlijk grote oppervlakte voor in deelgebied Steenhaar en in het uiterste noorden van het gebied. De kwaliteit is soms goed, maar meestal matig. Er zijn mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering, in aansluiting op het verbeterdoel voor zwakgebufferde vennen (H3130).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H5130 en H7110:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een geringe oppervlakte en een goede kwaliteit voor in het Buurserzand, waar het onderdeel uitmaakt van een complexe gradiënt van vochtige heide, schraallanden en vennen. Behoud is voldoende, gezien de huidige kwaliteit en de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding.

    H6410

    Blauwgraslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor met een vrij beperkte oppervlakte. Op de grens van de deelgebieden Steenhaar en Buurserzand heeft het habitattype deels een goede kwaliteit (in de bij H6230 genoemde gradiënt) en deels een matige kwaliteit. In deelgebied Groene Plas en Horsterveen (aan de noordwestrand van het hoogveengebied) heeft het habitattype een matige kwaliteit; verbetering van kwaliteit is noodzakelijk om met name op deze locatie de verslechterde situatie te herstellen. Behoud van de oppervlakte is voldoende, gezien de beperkte mogelijkheden voor uitbreiding.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7120 en H7230:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor in het heidelandschap van alle noordelijke deelgebieden. Een aanzienlijk deel betreft relatief stabiele locaties (naast meer tijdelijke locaties die onstaan door plaggen), daarom is behoud voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7230 en H91D0:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt vooral in het noorden van het gebied voor (ten zuidwesten van Steenhaar en aan de noordkant van Steenhaar); het betreft hier oude eikenopstanden. Daarnaast komt het lokaal voor in het zuiden (op een zandrug in het Niekerkerveen); het betreft hier jonger bos, maar wel op een oude bosgroeiplaats. Behoud is voldoende omdat de mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1145:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel komt verspreid in het gebied voor: zowel in de deelgebieden Steenhaar, Buurserzand en Harrevelderschans als in het Haaksbergerveen. Vanwege de beoogde kwaliteitsverbetering van zwakgebufferde vennen (H3130) mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zandverstuivingen (H2330), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype blauwgraslanden (H6410), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een elfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2310 en H3130:

    H2330 – Zandverstuivingen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van het habitattype zandverstuivingen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype zandverstuivingen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De afwisseling van zandverstuivingen met stuifzandheiden met struikhei (H2310) is voor een groot aantal dieren, in het bijzonder vogels, belangrijk. Om deze reden zijn in veel heidegebieden van de hogere zandgronden deze twee habitattypen gecombineerd als doel. Het grootste deel van de gebiedsdoelstellingen sluit aan op de landelijke doelstelling. In de meeste gebieden waar een behoudsdoelstelling is neergelegd komt het habitattype slechts over een kleine oppervlakte voor en/of lijken de potenties voor herstel gering.

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H5130 en H7110:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

    H6410 – Blauwgraslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Het habitattype blauwgraslanden komt in verspreid liggende gebieden in kleine oppervlakten voor. Van de circa 180 ha blauwgrasland in Nederland is ongeveer twee derde opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype blauwgraslanden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”49. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor het merendeel van de gebieden geldt dat de doelen aansluiten bij de landelijke doelstelling van uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit van het habitattype. In een aantal gevallen is hiervan afgeweken en is er gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de oppervlakte of de kwaliteit. De belangrijkste reden met betrekking tot de oppervlakte is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. In het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) bijvoorbeeld wordt gezien de geïsoleerde ligging van het gebied geen potentieel herstel van de kwaliteit verwacht. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7120 en H7230:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft50. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7230 en H91D0:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan51. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1145:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Witte Veen (054) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-054)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H7110:

    H5130

    Juniperus communis-formaties in heide of kalkgrasland

     

    Verkorte naam Jeneverbesstruwelen

    H6410

    Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

     

    Verkorte naam Blauwgraslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7110 en H91D0:

    H7120

    Aangetast hoogveen waar natuurlijke regeneratie nog mogelijk is

     

    Verkorte naam Herstellende hoogvenen

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H91D0:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft het subtype:

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    De noordoostkant van het gebied bestaat grotendeels uit het habitattype herstellende hoogvenen (H7120). In het omringende heide- en boslandschap komen de volgende habitattypen voor: zure vennen (H3160), zwakgebufferde vennen (H3130), vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A), droge heiden (H4030), blauwgraslanden (H6410), jeneverbesstruwelen (H7150), actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) en hoogveenbossen (H91D0). In de beekdalen van de Hegebeek en de Buurserbeek komt het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidend bossen (H91E0C) voor.

    De kamsalamander (H1166) komt vooral voor in het noordelijk deel van het Witte Veen, maar is tevens in het zuidelijke deel van het gebied waargenomen.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H7110:

    H5130

    Jeneverbesstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte voor in het uiterste zuiden van het gebied, vlakbij de Buurserbeek. Het struweel heeft te lijden van vergrassing en bosopslag, dus kwaliteitsverbetering is noodzakelijk.

    H6410

    Blauwgraslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in de vorm van een veldrushooiland, met een beperkte oppervlakte voor in het Bramerveld, aan de westrand van het gebied. Het is ontstaan door natuurontwikkeling. Omdat het onduidelijk is of er potenties zijn voor verdere uitbreiding en kwaliteitsverbetering, is vooralsnog gekozen voor behoud.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7110 en H91D0:

    H7120

    Herstellende hoogvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype beslaat een groot deel van de noordoostkant van het gebied. Het is het restant van een eertijd groter, grensoverschrijdend komhoogveen. De vegetatie bestaat grotendeels uit dopheibegroeiingen en berkenbroekbos, afgewisseld met verlandingsvegetatie. De veenmosbedekking is, als gevolg van verdroging, teruggedrongen tot vrij kleine locaties. Door verbetering van de waterhuishouding kan de kwaliteit toenemen.

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in afwisseling met vochtige heide (H4010A), verspreid voor in het westelijke heidelandschap (overgang van het Witte Veen naar het Bramerveld) en in het uiterste zuiden van het gebied. Gezien de standplaats is behoud voldoende.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H91D0:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) komt voor langs de Hegebeek en de Buurserbeek, op kleine locaties temidden van drogere bostypen. Behoud is voldoende omdat de mogelijkheden voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype jeneverbesstruwelen (H5130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype blauwgraslanden (H6410), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijn (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype actieve hoogvenen (H7110). In aanvulling op het ontwerpbesluit is een doelstelling opgenomen voor het subtype heideveentjes (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit subtype in het gebied voorkomt (in het heidelandschap, net buiten het hoogveenlandschap). Het complementaire doel voor het habitattype actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A), zoals opgenomen in het ontwerpbesluit (2008), is vervallen.

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype herstellende hoogvenen (H7120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde en zevende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H7110B:

    H5130 – Jeneverbesstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (B = 2-15%, C < 2%), omdat de gebieden onderling niet goed kunnen worden vergeleken, aangezien de oppervlakten op verschillende wijzen zijn berekend (al dan niet inclusief open delen). De aard van de vegetaties verschilt sterk van gebied tot gebied: van verspreide bomen tot dichte struwelen.

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte jeneverbesstruwelen is gelegen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Hoewel de oppervlakte van jeneverbesstruwelen sinds 1950 stabiel is gebleven, is de kwaliteit afgenomen. Door successie en vergrassing is de soortensamenstelling verarmd. Het merendeel van de jeneverbessen staat in oudere struwelen met een vrij eentonige soortensamenstelling. Natuurlijke verjonging vindt zelden plaats, waardoor een scheve leeftijdsopbouw is ontstaan. De landelijke doelstelling is dan ook gericht op behoud van de oppervlakte en verbetering van de kwaliteit. Het merendeel van de gebiedsdoelstellingen sluit hierop aan. In Borkeld (044) en Springendal & Dal van Mosbeek (045) zijn goede kansen voor uitbreiding van het habitattype. Dit zijn de enige twee gebieden in Nederland waar potentie is voor het kiemen van jeneverbessen op de lemige bodems. De uitbreidingsopgave in deze gebieden is nodig om de te verwachten landelijke areaalverliezen op te vangen. In enkele gebieden geldt een behoudopgave op het aspect kwaliteit. In Holtingerveld (029), Boetelerveld (041), Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136) komen slechts kleine oppervlakten van het habitattype voor, terwijl de kwaliteit al voldoende goed is en kwaliteitsverbetering niet mogelijk wordt geacht.

    H6410 – Blauwgraslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Het habitattype blauwgraslanden komt in verspreid liggende gebieden in kleine oppervlakten voor. Van de circa 180 ha blauwgrasland in Nederland is ongeveer twee derde opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype blauwgraslanden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”52. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor het merendeel van de gebieden geldt dat de doelen aansluiten bij de landelijke doelstelling van uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit van het habitattype. In een aantal gevallen is hiervan afgeweken en is er gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de oppervlakte of de kwaliteit. De belangrijkste reden met betrekking tot de oppervlakte is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. In het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) bijvoorbeeld wordt gezien de geïsoleerde ligging van het gebied geen potentieel herstel van de kwaliteit verwacht. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7110B en H91D0:

    H7120 – Herstellende hoogvenen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    023

    Fochteloërveen

    uitbreiding 1

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud1

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud1

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud1

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud1

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud1

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud1

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    140

    Groote Peel

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A), is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype herstellende hoogvenen is voor ongeveer 90% binnen het Natura 2000-netwerk opgenomen. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”53. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling met uitzondering van Fochteloërveen (023). In dit gebied resulteert de beoogde verbetering van de kwaliteit van het habitattype tevens in uitbreiding van de oppervlakte aan de randen van de hoogveenkern. Het nastreven van kwaliteitsverbetering is ook gericht op verder herstel van het habitattype actieve hoogvenen, hoogveenlandschap (H7110A). Op termijn mag de oppervlakte herstellende hoogvenen dan ook afnemen ten gunste van actieve hoogvenen (H7110).

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft54. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H91D0:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In het antwoord op de eerstgenoemde zienswijze vervalt de volgende tekst:

    Overigens is de doelstelling voor het habitattype herstellende hoogvenen (H7120) komen te vervallen, zie voor een toelichting bijlage B.1. De overige doelstellingen blijven gehandhaafd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Veluwe (057) als Natura 2000-gebied (besluit van 11 juni 2014, PDN/2014-057; gewijzigd op 29 september 2016, DN&B/2016-057)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H9190 en H91E0:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H9190 en H91E0:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit voor op een eilandje in het Bleeke Meer, bij Uddel. Behoud is voldoende omdat er vooralsnog geen mogelijkheden lijken te zijn voor kwaliteitsverbetering en ontwikkeling op andere locaties in strijd zou komen met het uitbreidingsdoel voor andere habitattypen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H9190 en H91E0C:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Landgoederen Brummen (058) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-058)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H4010:

    H3160

    Dystrofe natuurlijke poelen en meren

     

    Verkorte naam Zure vennen

    H3260

    Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitantis en het Callitricho-Batrachion

     

    Verkorte naam Beken en rivieren met waterplanten

    betreft het subtype:

    H3260A

    Beken en rivieren met waterplanten (waterranonkels)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H1831

    Drijvende waterweegbree (Luronium natans)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea vervalt de volgende tekst:

    De drijvende waterweegbree (H1831) komt voor in een zwakgebufferd ven in het noorden van het deelgebied Empesche en Tondensche Heide.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H4010:

    H3160

    Zure vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype bestaat uit een natte laagte in de uiterste noordwesthoek van het gebied; het heeft een goede kwaliteit, waardoor behoud voldoende is.

    H3260

    Beken en rivieren met waterplanten

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en behoud kwaliteit beken en rivieren met waterplanten, waterranonkels (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype beken en rivieren met waterplanten, waterranonkels (subtype A) komt voor in de Oekensche Beek bij Huis Voorstonden. De oppervlakte is beperkt, maar de kwaliteit is goed. Er zijn mogelijkheden voor uitbreiding van het habitattype op verschillende plekken in het gebied.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor de habitatsoort H1831 vervalt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zure vennen (H3160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beken en rivieren met waterplanten (H3260), waterranonkels (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een derde alinea wordt toegevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied niet aangewezen voor de habitatsoort drijvende waterweegbree (H1831), omdat uit onderzoek blijkt dat deze soort niet met een bestendige populatie van voldoende omvang in het gebied voorkomt. De aanwijzing van de drijvende waterweegbree is gebaseerd op een melding uit 2003, nadat kort daarvoor een poel was aangelegd. Nadien zijn in 2008 en 2009 slechts enkele individuen waargenomen, maar dit is te weinig om van een bestendige populatie van meer dan verwaarloosbare omvang te spreken. In 2011, 2015 en 2017 is gericht naar de soort gezocht, maar hij is niet meer aangetroffen; op de locatie is geen geschikt leefgebied (meer) aanwezig.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3130 en H4010A:

    H3160 – Zure vennen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud 1

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen zwakgebufferde vennen (H3130) of actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Ruim de helft van het Nederlandse voorkomen van het habitattype zure vennen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor enkele gebieden, zoals Dwingelderveld (030) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136), is een uitbreidingsdoelstelling geformuleerd, omdat het huidige beheer reeds gericht is op het ontwikkelen van zure vennen. In het bijzonder wordt uitbreiding van de oppervlakte van vormen met drijvende egelskop en veenbloembies nagestreefd (onder meer Dwingelderveld). Een deel van de zure vennen kan zich door verlanding ontwikkelen naar het habitattype actieve hoogvenen, heideveentjes (H7110B). In een aantal gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. In de gebieden Sallandse Heuvelrug (042), Witte Veen (054), Landgoederen Brummen (058), Strabrechtse Heide & Beuven (137) en Brunssummerheide (155) zijn de vennen reeds goed ontwikkeld. Behoud is derhalve voldoende. In het gebied Lonnekermeer (051) wordt behoud van de kwaliteit beoogd, omdat het slechts een zeer kleine oppervlakte betreft en er geen potentie is om de kwaliteit ervan te verbeteren.

    H3260A – Beken en rivieren met waterplanten, waterranonkels

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    B

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Klassen zijn slechts globaal geduid (B = 2-15%, C < 2%), omdat betrouwbare cijfers die op vergelijkbare wijze zijn bepaald, niet beschikbaar zijn. Bovendien varieert het voorkomen van jaar tot jaar. Klasse B is vermeld voor gebieden met een grote (potentieel geschikte) beeklengte en/of belangrijke voorkomens.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype beken en rivieren met waterplanten, waterranonkels (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In de gebieden Landgoederen Brummen (058), Swalmdal (148) en Roerdal (150) wordt op het aspect kwaliteit van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat de kwaliteit van het habitattype in deze gebieden reeds goed is. In Swalmdal is ook op het aspect oppervlakte een behoudsdoelstelling gesteld, omdat het habitattype in dit gebied reeds over het gehele beektraject voorkomt. Behoud is derhalve voldoende.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor de habitatsoort H1831 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Stelkampsveld (060) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-060)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • In de 1e subparagraaf wordt de volgende tekst ingevoegd tussen H7230 en H91E0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd:

    4.2.2 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    Het gebied is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied een wezenlijke functie in de levenscyclus vervult. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau. Wijzigingen ten opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en/of het ontwerpbesluit (2009) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting.

    H1166

    Kamsalamander (Triturus cristatus)

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • In de 3e paragraaf wordt de volgende tekst ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7230 en H91E0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor op een oude bosgroeiplaats in de zuidoosthoek van het gebied (de eikenopstand zelf is niet zo oud). Behoud is voldoende, gezien de bestaande kwaliteit.

  • Een 4e paragraaf wordt ingevoegd:

    5.4 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    H1166

    Kamsalamander

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De kamsalamander is waargenomen op verschillende locaties in het gebied. Daarbij is voortplanting aangetoond. Vanwege de beoogde uitbreiding en kwaliteitsverbetering van zwakgebufferde vennen (H3130), die op deze locaties het leefgebied vormen, mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vijfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kamsalamander (H1166), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3 (Toewijzing instandhoudingsdoelstellingen (hoofdstuk 5)) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • In de 1e paragraaf wordt de volgende alinea ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7230 en H91E0C:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan55. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd:

    B.4.2 Habitatrichtlijn: soorten

    H1166 – Kamsalamander

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    verbetering

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de kamsalamander is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende kwantitatieve verspreidingsgegevens om de relatieve bijdrage per gebied te kunnen bepalen. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het leefgebied en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het leefgebied ten behoeve van uitbreiding van de populatie nagestreefd (onder andere in Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027)). In sommige gebieden is het leefgebied al op orde en gedijt ook een behoorlijke populatie zoals in Willinks Weust (062) en is behoud derhalve voldoende. Tenslotte is in de Limburgse gebieden Bemelerberg & Schiepersberg (156) en Geuldal (157) voor behoud gekozen vanwege mogelijke beperkingen voor de instandhoudingsdoelstellingen van de geelbuikvuurpad (H1193).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Korenburgerveen (061) als Natura 2000-gebied (besluit van 12 december 2014, PDN/2014-061)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1166:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel heeft zich in 2003 in het Korenburgerveen ge(her)vestigd en wordt sindsdien verspreid in het gebied in klein aantal waargenomen. Omdat het gebied vooral wordt gekarakteriseerd door zuur, voedselarm water, zal de betekenis voor deze soort niet groot kunnen zijn. Een behoudsdoelstelling is dan ook voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Willinks Weust (062) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-062)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H5130:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H9160:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft het subtype:

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H5130:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte voor in het zuidwesten van het gebied (Heitje Adamskamp). Behoud is voldoende, gezien de huidige kwaliteit en omdat op deze locatie de prioriteit ligt bij het aangrenzende heischrale grasland (H6230).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H9160:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) komt in het centrum van het gebied voor, langs de Vossenveldse beek, in afwisseling met andere boshabitattypen (H9120 en H9160A). De kwaliteit is al voor een deel goed; er zijn echter potenties om de kwaliteit te verbeteren, in aansluiting op de doelstelling voor H9160A.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H5130:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H9160A:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Binnenveld (065) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 aprril 2014, PDN/2014-065)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1393:

    H1145

    Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1393:

    H1145

    Grote modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De grote modderkruiper komt voor in slootjes in de deelgebieden De Hel en De Blauwe Hel. Omdat trilvenen (H7140A) daar prioriteit hebben, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling, zodat het beheer van de slootjes vooral gericht kan worden op de uitbreiding van de trilvenen.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grote modderkruiper (H1145), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1393:

    H1145 – Grote modderkruiper

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de grote modderkruiper is beoordeeld als “matig ongunstig”. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Wel is duidelijk dat het leefgebied is gekrompen. De landelijke doelstelling is gericht op het plaatselijk verbeteren van het leefgebied voor uitbreiding van de populatie. De toepassing van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de gedragscode voor waterschappen kunnen tevens een positieve bijdrage leveren aan een verbetering van het leefgebied van de soort. Hersteldoelstellingen zijn neergelegd in die gebieden waar de soort onder druk staat en/of er goede mogelijkheden zijn voor het uitbreiden en verbeteren van het leefgebied ten behoeve van het uitbreiden van de populatie.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de als negende genoemde zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit. Uit het gebied waren in 2014 geen gedocumenteerde waarnemingen (recente waarnemingen of waarnemingen ten tijde van de aanmelding) bekend. Door vangsten in 2017 bleek echter dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van De Bruuk (069) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-069)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H6410:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6410:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft het subtype:

    H7140A

    Overgangs- en trilvenen (trilvenen)

    H7230

    Alkalisch laagveen

     

    Verkorte naam Kalkmoerassen

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft het subtype:

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Aan de tweede alinea wordt de volgende tekst toegevoegd:

    Ook trilvenen (H7140A) maken onderdeel uit van het schraallandcomplex, naast enkele habitattypen met een veel kleinere oppervlakte (H6230 en H7230). Langs de Leigraaf komen beekbegeleidende bossen (H91E0C) voor.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in de vochtige vorm en met een kleine oppervlakte, voor temidden van blauwgraslanden (H6410). Het behoort van oudsher tot de verschillende typen schraalland in dit gebied, maar in de periode waarin de verdroging het sterkst was, nam de oppervlakte toe ten koste van de blauwgraslanden. Doordat de verdroging is teruggedrongen, is de oppervlakte weer afgenomen. Gezien de prioriteiten voor het gebied, is behoud (eventueel door ontwikkeling op een andere locatie in het gebied1) voldoende.

    X Noot
    1

    Mocht blijken dat behoud van H6230 in de huidige omvang onmogelijk is bij de gestelde prioriteiten voor het gebied, dan moet worden bezien of een wijzigingsbesluit noodzakelijk is.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt met matige kwaliteit en een beperkte oppervlakte aan de noordoostkant van het gebied voor, temidden van struweel en bos.

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) komt, met een vrij beperkte oppervlakte, verspreid in het gebied voor, ten dele samen met blauwgraslanden (H6410). Het betreft in alle gevallen de Associatie van Moerasstruisgras en Zompzegge, die in kwelgebieden tot de trilvenen wordt gerekend. Er zijn weinig mogelijkheden voor uitbreiding (zonder in conflict te komen met andere habitattypen) en de kwaliteit is voldoende.

    H7230

    Kalkmoerassen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte in de zuidwesthoek van het gebied voor, in de vorm van een vegetatie met armbloemige waterbies. Er zijn geen aanwijzingen dat er potenties zijn voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) komt, met een beperkte oppervlakte, in het gebied voor langs de Leigraaf, in de vorm van matig ontwikkeld elzenbroekbos. Verbetering van de kwaliteit is mogelijk, vanwege de doelstellingen voor onder andere de aangrenzende blauwgraslanden (H6410).

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype overgangs- en trilvenen (H7140), trilvenen (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007; zij het als complementair doel) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kalkmoerassen (H7230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H7140A – Overgangs- en trilvenen, trilvenen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    Bijna drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”n. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Bijna alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke opgave. In de gebieden Alde Feanen (013), Vecht- en Beneden-Reggegebied (039), Dinkelland (049), IJsselmeer (072) en Regte Heide & Riels Laag (134) wordt van de landelijke doelstelling afgeweken en zijn er behoudsdoelstellingen geformuleerd, omdat er in deze gebieden slechts geringe oppervlakten van dit subtype aanwezig zijn en er weinig zicht is op herstel.

    H7230 – Kalkmoerassen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype kalkmoerassen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het habitattype is in de loop van de 20e eeuw sterk achteruit gegaan. Vrijwel alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling om dit sterk onder druk staande habitattype te herstellen. In gebieden met een behoudsdoelstelling is de kwaliteit voldoende en zijn de uitbreidingsmogelijkheden beperkt.

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In paragraaf 3.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In het antwoord op de als derde genoemde zienswijze vervalt de volgende tekst:

    Het habitattype heischrale graslanden (H6230) maakt overigens geen deel van de instandhoudingsdoelstelling omdat het bij nader inzien niet blijkt voor te komen (zie bijlage B.1).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-070)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H6430:

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6430 en H7230:

    H6510

    Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

     

    Verkorte naam Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    betreft de subtypen:

    H6510A

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver)

    H6510B

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (grote vossenstaart)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1166:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H6430:

    H3150

    Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met goede kwaliteit op één kleine locatie voor, langs de Linge bij Vogelswerf (in het zuiden van het gebied). Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6430 en H7230:

    H6510

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) en glanshaver- en vossenstaarthooilanden, grote vossenstaart (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) komt verspreid over de meeste deelgebieden voor, zowel op dijktaluds als in graslandpercelen, zowel binnen- als buitendijks. De kwaliteit is goed, maar niet bijzonder. Het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, grote vossenstaart (subtype B) komt, met matige kwaliteit, alleen binnendijks voor in deelgebied Diefdijk-Zuid; het betreft een relatief grote oppervlakte van de vorm met velddravik. Behoud is voldoende, omdat er geen aanwijzingen zijn dat er substantiële mogelijkheden voor uitbreiding of verbetering zijn.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2011 in het gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. De waarnemingen beperken zich nog tot het westelijk deel van de Linge. Er is voldoende geschikt leefgebied aanwezig om de populatie verder te laten uitbreiden.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden (H6510), glanshaver (subtype A) en grote vossenstaart (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vierde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A:

    H3150 – Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit x

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden wordt binnen de Natura 2000-gebieden beschermd (gebaseerd op een schatting van de oppervlakten van zowel begroeide als onbegroeide waterdelen van eutrofe meren en plassen). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In verscheidene gebieden wordt afgeweken van de landelijke doelstelling. In andere gebieden wordt er van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat er nagenoeg geen mogelijkheid (ruimte) is om het habitattype uit te breiden en/of de potentie om de kwaliteit ervan te verbeteren gering is, bijvoorbeeld in Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Alde Feanen (013) en Botshol (083). In het Naardermeer (094) is door recent herstel een aanzienlijk areaal van het habitattype aanwezig. Behoud is derhalve voldoende.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H7230:

    H6510A – Glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Van het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) bevindt ruim een derde van het landelijk areaal zich in Natura 2000-gebieden. Goede kwaliteit en vlakdekkende vegetaties zijn vooral aanwezig in de uiterwaarden, die voor een belangrijk deel in het Natura 2000-netwerk zijn opgenomen. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In het gebied Uiterwaarden Neder-Rijn (066) wordt op het aspect kwaliteit van de landelijke doelstelling afgeweken. In dit gebied is de kwaliteit reeds goed en behoud is daarom voldoende. De doelstelling van de Biesbosch (112) wijkt op het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling. In de Biesbosch komt het habitattype reeds over een aanzienlijke oppervlakte voor, behoud is hier derhalve voldoende. In de gebieden Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070), Bosthol (083) en Bunder- en Elslooërbos (153) zijn er te weinig mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

    H6510B – Glanshaver- en vossenstaarthooilanden, grote vossenstaart

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    Meer dan 75% van de landelijke oppervlakte van het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, grote vossenstaart (subtype B) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke doelstelling. De doelstellingen van de gebieden Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht (036) en Biesbosch (112) wijken op het aspect kwaliteit af van de landelijke doelstelling, omdat het habitattype in deze gebieden reeds in bijzondere kwaliteit voorkomt. Behoud van de huidige kwaliteit is derhalve voldoende. In het gebieden Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) zijn er te weinig mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem (071) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-071; gewijzigd op 11 juni 2014, PDN/2014-071)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6120 en H6510:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

  • De tekst betreffende H91E0 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1166:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6120 en H6510:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt verspreid voor in deelgebied Loevestein, zowel met een matige als met een goede kwaliteit.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91E0 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) en behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen komt alleen voor in deelgebied Loevestein. Het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) komt vooral buitendijks voor, het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) vooral binnendijks. Voor zover bekend is de kwaliteit (grotendeels) matig. Voor subtype A bestaan buitendijks, in de stroomluwe delen, kleinschalige mogelijkheden voor verbetering van de kwaliteit. Het gebied heeft geen duidelijke potentie voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering van subtype C.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling na H1166:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2006 in het gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. De waarnemingen beperken zich nog tot het westelijk deel van deelgebied Loevestein. Er is voldoende geschikt leefgebied aanwezig om de populatie verder te laten uitbreiden.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een derde en vierde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6120 en H6510A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0A:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van IJsselmeer (072) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-072; gewijzigd op 30 juli 2012, PDN/2012-072, en op 14 februari 2013, PDN/2013-011)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H3150:

    H1330

    Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

     

    Verkorte naam Schorren en zilte graslanden

    betreft het subtype:

    H1330B

    Schorren en zilte graslanden (binnendijks)

    H3140

    Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

     

    Verkorte naam Kranswierwateren

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H3150:

    H1330

    Schorren en zilte graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit schorren en zilte graslanden, binnendijks (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype komt binnendijks voor op enkele kleine plekken in de Polder Het Workumer Nieuwland. Het resterende vegetatietype is afhankelijk van de in het verleden ontstane zilte omstandigheden. Behoud van het type is afhankelijk van het voortbestaan van die omstandigheden; het is duidelijk dat het niet mogelijk is om zoute kwel verder te bevorderen, omdat de Zuiderzeeinmiddels is veranderd in het IJselmeer.

    H3140

    Kranswierwateren

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype is met een goede kwaliteit over een grote oppervlakte in het waterdeel van het Habitatrichtlijngebied aanwezig. Behoud is voldoende, omdat uitbreiding ten koste zou kunnen gaan van het behoud van H3150, waar de kranswiervegetatie samen mee voorkomt.

  • In de toelichting op de instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H3150 vervalt de laatste volzin.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330), binnendijks (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kranswierwateren (H3140), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3150:

    H1330B – Schorren en zilte graslanden, binnendijks

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    121

    Yerseke & Kapelse Moer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Van het habitattype schorren en zilte graslanden, binnendijks (H1330B) is bijna driekwart van de landelijke oppervlakte opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling wijkt af op het aspect kwaliteit, omdat de matig ongunstige staat van instandhouding van de kwaliteit het gevolg is van de ongunstige situatie in het Noord-Hollandse veenweidegebied (Polder Westzaan (091)). Door vermindering van zoute kwel staan de betreffende zilte vegetaties daar sterk onder druk. Daarom is alleen in Polder Westzaan een hersteldoelstelling neergelegd. In de Oosterschelde (118) ligt een opgave voor uitbreiding van de oppervlakte, omdat de oppervlakte aan kwelders in dit gebied sterk afwijkt van de natuurlijke situatie.

    H3140 – Kranswierwateren

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve

    bijdrage

    Besluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    B2

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    B2

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het overgrote deel van de landelijke oppervlakte van het habitattype kranswierwateren is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De twee gebieden met verreweg de grootste oppervlakten uitgestrekte kranswiervelden zijn de Natura 2000-gebieden Markermeer & IJmeer (073) en Veluwerandmeren (076). De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan56. Echter, niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan bij de landelijke doelstelling. In de gebieden IJsselmeer (072), Markermeer & IJmeer (073), Zwarte Meer (074), Veluwerandmeren (076), Botshol (083), Naardermeer (094) en Meijendel & Berkheide (097) zijn zodanige oppervlaktes, van goede kwaliteit, van dit habitattype aanwezig, dat behoud voldoende is. In de gebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092), Langstraat (130) en Sarsven en De Banen (146) is de kwaliteit van het habitattype reeds goed. Daarom is er hier op het aspect kwaliteit een behoudsdoelstelling geformuleerd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Markermeer & IJmeer (073) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-073; gewijzigd op 14 februari 2013, PDN/2013-011)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H3140:

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1163:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H3140:

    H3150

    Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, binnen het Habitatrichtlijngebied, alleen voor in het zuidelijke deel van het IJmeer. Het gaat om begroeiingen met doorgroeid fonteinkruid. De kwaliteit is goed en behoud van de nu al vrij grote oppervlakte is voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1163:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    In beide delen van het Habitatrichtlijngebied (de zuidelijke Gouwzee en het zuidelijke deel van het IJmeer) komt de kleine modderkruiper voor, waarschijnlijk met een vrij kleine populatie.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een derde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3140:

    H3150 – Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit x

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden wordt binnen de Natura 2000-gebieden beschermd (gebaseerd op een schatting van de oppervlakten van zowel begroeide als onbegroeide waterdelen van eutrofe meren en plassen). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In verscheidene gebieden wordt afgeweken van de landelijke doelstelling. In andere gebieden wordt er van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat er nagenoeg geen mogelijkheid (ruimte) is om het habitattype uit te breiden en/of de potentie om de kwaliteit ervan te verbeteren gering is, bijvoorbeeld in Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Alde Feanen (013) en Botshol (083). In het Naardermeer (094) is door recent herstel een aanzienlijk areaal van het habitattype aanwezig. Behoud is derhalve voldoende.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1163:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Zwarte Meer (074) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-074)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H3150:

    H3140

    Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

     

    Verkorte naam Kranswierwateren

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de verwijdering van subtype A en de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1145:

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype kranswierwateren (H3140) komt over een grote oppervlakte voor. Ook meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150) is over een relatief grote oppervlakte aanwezig, onder andere ten noorden van het Zwanendiep. Maar vooral in de ondiepere delen langs de Overijsselse kust van het Zwarte Meer ten westen van het Ganzendiep komen fonteinkruidvelden voor. Het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (H6430B) is aanwezig in de oeverlanden. Kleine oppervlakten kievitsbloemhooilanden, behorend tot het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, grote vossenstaart (H6510B) zijn momenteel aanwezig op de zuidoevers van het Zwarte meer in de Polder de Grote Buitenlanden.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H3150:

    H3140

    Kranswierwateren

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype is met een goede kwaliteit over een grote oppervlakte in het waterdeel van het gebied aanwezig. Behoud is voldoende, omdat een verdere uitbreiding ten koste zou kunnen gaan van de uitbreidingsdoelstelling voor H3150, waar de kranswiervegetatie samen mee voorkomt.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de verwijdering van subtype A en de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is in ieder geval met matige kwaliteit aanwezig in de oeverlanden aan de noordoostzijde van het gebied. In het verleden is ook de goede kwaliteit aangetroffen in de vorm van de Rivierkruiskruid-associatie; de naamgevende soort komt nog verspreid in het gebied voor, dus mogelijk ook de bijbehorende vegetatie. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1145:

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt voor in alle oeverlanden van het Zwarte Meer, in de daar aanwezige brede watergangen. De soort is pas kort voor de aanwijzing gevonden en kennelijk voordien over het hoofd gezien. Het leefgebied is heel geschikt, want er zijn zeer veel zwanenmossels aanwezig, waar de bittervoorn voor zijn voortplanting van afhankelijk is.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kranswierwateren (H3140), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In afwijking van het ontwerpbesluit (2007) is de doelstelling voor subtype A (moerasspirea) van het habitattype ruigten en zomen (H6430) vervangen door die voor subtype B (harig wilgenroosje), omdat uit onderzoek blijkt dat subtype A niet in het gebied voorkomt, maar subtype B wel (de verwisseling blijkt te hebben plaatsgevonden bij het opstellen van het ontwerpbesluit).

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • Conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar in afwijking van het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3150:

    H3140 – Kranswierwateren

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve

    bijdrage

    Besluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    B2

    wijzigingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    B2

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het overgrote deel van de landelijke oppervlakte van het habitattype kranswierwateren is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De twee gebieden met verreweg de grootste oppervlakten uitgestrekte kranswiervelden zijn de Natura 2000-gebieden Markermeer & IJmeer (073) en Veluwerandmeren (076). De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan57. Echter, niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan bij de landelijke doelstelling. In de gebieden IJsselmeer (072), Markermeer & IJmeer (073), Zwarte Meer (074), Veluwerandmeren (076), Botshol (083), Naardermeer (094) en Meijendel & Berkheide (097) zijn zodanige oppervlaktes, van goede kwaliteit, van dit habitattype aanwezig, dat behoud voldoende is. In de gebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092), Langstraat (130) en Sarsven en De Banen (146) is de kwaliteit van het habitattype reeds goed. Daarom is er hier op het aspect kwaliteit een behoudsdoelstelling geformuleerd.

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H6430, subtype A, vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H6510B:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1145:

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de bittervoorn is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de derde zienswijze (betreffende de bittervoorn) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat bij de reguliere monitoring in dit gebied geen bittervoorns waren gevangen. Uit nader onderzoek is echter gebleken dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Veluwerandmeren (076) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-076; gewijzigd op 30 maart 2017, DN&B/2017-076)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H3150:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H3150:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype komt, met matige kwaliteit, verspreid voor in de oeverlanden, in beperkte mate als subtype moerasspirea, maar vaker in de vorm van subtype harig wilgenroosje. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3150:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Uiterwaarden Lek (082) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-082)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6510:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft het subtype:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea vervalt de volgende tekst:

    Ruigten en zomen, harig wilgenroosje (H6430B) komen plaatselijk voor als zomen van wilgenbosjes.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6510:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) komt, met een wisselende kwaliteit en een beperkte oppervlakte, voor in de deelgebieden Willige Langerak en De Horde. Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • Conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar in afwijking van het ontwerpbesluit (2008) is het gebied niet aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt.

  • Een derde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), zachthoutooibossen (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H6430, subtype B, vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6510A:

    H91E0A – *Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud 2

    verbetering

    A3 3

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (H91E0B) is toegestaan.

    X Noot
    3

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    Ongeveer drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan58.

    De landelijke opgave voor het aspect kwaliteit kan niet in alle gebieden worden nagestreefd. In onder andere Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien het geringe belang van deze gebieden voor het type, een behoudsdoelstelling geformuleerd. Een andere reden voor het afwijken van de landelijke doelstelling is dat er al een goede kwaliteit aanwezig is, bijvoorbeeld in Oude Maas (108), waar behoud van de kwaliteit derhalve voldoende is.

In bijlage C (Motivering van het besluit op basis van de binnengekomen zienswijzen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de paragraaf Recreatie en toerisme (en visserij), onderdeel van paragraaf 4.1, vervalt de zinsnede:

    ruigten en zomen, harig wilgenroosje (H6430B) en

  • Het antwoord op de achtste zienswijze in paragraaf 4.2 wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is niet overgenomen. Het habitattype blijkt bij nader inzien niet in het gebied voor te komen en de instandhoudingsdoelstelling is dan ook vervallen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Botshol (083) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-083)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6430 en H7140:

    H6510

    Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

     

    Verkorte naam Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    betreft het subtype:

    H6510A

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6430 en H7140:

    H6510

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) komt voor op Fort Waver in een schrale, soortenrijke vorm. Het kon binnen dit laagveenmoeras ontstaan door aanvoer van zand. Gezien de huidige kwaliteit en de uitzonderlijke standplaats is behoud voldoende.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden (H6510), glanshaver (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H7140B:

    H6510A – Glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Van het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) bevindt ruim een derde van het landelijk areaal zich in Natura 2000-gebieden. Goede kwaliteit en vlakdekkende vegetaties zijn vooral aanwezig in de uiterwaarden, die voor een belangrijk deel in het Natura 2000-netwerk zijn opgenomen. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In het gebied Uiterwaarden Neder-Rijn (066) wordt op het aspect kwaliteit van de landelijke doelstelling afgeweken. In dit gebied is de kwaliteit reeds goed en behoud is daarom voldoende. De doelstelling van de Biesbosch (112) wijkt op het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling. In de Biesbosch komt het habitattype reeds over een aanzienlijke oppervlakte voor, behoud is hier derhalve voldoende. In de gebieden Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070), Bosthol (083) en Bunder- en Elslooërbos (153) zijn er te weinig mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Den Helder – Callantsoog (084) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-084)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

  • De tekst betreffende H2130 wordt vanwege de toevoeging van subtype A als volgt gewijzigd:

    H2130

    *Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

     

    Verkorte naam Grijze duinen

    betreft de subtypen:

    H2130A

    *Grijze duinen (kalkrijk)

    H2130B

    *Grijze duinen (kalkarm)

    H2130C

    *Grijze duinen (heischraal)

  • De tekst betreffende H2140 wordt vanwege de toevoeging van subtype A als volgt gewijzigd:

    H2140

    *Vastgelegde ontkalkte duinen met Empetrum nigrum

     

    Verkorte naam Duinheiden met kraaihei

    betreft de subtypen:

    H2140A

    *Duinheiden met kraaihei (vochtig)

    H2140B

    *Duinheiden met kraaihei (droog)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2140 en H2160:

    H2150

    *Atlantische vastgelegde ontkalkte duinen (Calluno-Ulicetea)

     

    Verkorte naam Duinheiden met struikhei

  • De tekst betreffende H2180 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H2180

    Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

     

    Verkorte naam Duinbossen

    betreft de subtypen:

    H2180A

    Duinbossen (droog)

    H2180B

    Duinbossen (vochtig)

    H2180C

    Duinbossen (binnenduinrand)

  • De tekst betreffende H2190 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H2190

    Vochtige duinvalleien

     

    Verkorte naam Vochtige duinvalleien

    betreft de subtypen:

    H2190A

    Vochtige duinvalleien (open water)

    H2190B

    Vochtige duinvalleien (kalkrijk)

    H2190C

    Vochtige duinvalleien (ontkalkt)

    H2190D

    Vochtige duinvalleien (hoge moerasplanten)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2190 en H6410:

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6410:

    H7210

    *Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

     

    Verkorte naam Galigaanmoerassen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt vrijwel langs de gehele kustlijn voor. Het breidt zich enerzijds zeewaarts uit, anderzijds gaat het door successie over in witte duinen (H2120).

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2130 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype A):

    H2130

    *Grijze duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit grijze duinen, kalkrijk (subtype A), grijze duinen, kalkarm (subtype B) en grijze duinen, heischraal (subtype C).

    Toelichting

    Dit is één van de weinige Natura 2000-gebieden waar het habitattype grijze duinen nog over een grote oppervlakte in goed ontwikkelde vorm aanwezig is, met lokale variaties in vegetatietypen (duinroosvalleien, schapengras- en buntgrasbegroeiingen). Het gaat in dit gebied vooral om subtype kalkarm (subtype B). Subtype kalkrijk (subtype A) komt lokaal voor in deelgebied Luttickduin. Omdat het subtype heischraal (subtype C), dat alleen bij Abbestede voorkomt, landelijk zeer zeldzaam is, is speciale aandacht vereist voor behoud van de oppervlakte en kwaliteit van dit subtype.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2140 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype A):

    H2140

    *Duinheiden met kraaihei

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit duinen met kraaiheide, vochtig (subtype A) en duinen met kraaiheide, droog (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype duinheiden met kraaihei, droog (subtype B) is momenteel in goede kwaliteit en over voldoende oppervlakte aanwezig en is landelijk niet bedreigd. Subtype vochtig (subtype A) komt slechts over een kleine oppervlakte voor bij het Botgat.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2140 en H2160:

    H2150

    *Duinheiden met struikhei

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt vooral voor in het noorden van het gebied (Grafelijkheidsduinen en omgeving) en daarnaast in mindere mate in deelgebied Luttickduin.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2180 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H2180

    Duinbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit duinbossen, droog (subtype A), duinbossen, vochtig (subtype B) en duinbossen, binnenduinrand (subtype C).

    Toelichting

    De drie subtypen van het habitattype duinbossen komen met name voor in deelgebied Kooibosch/Luttickduin. De oppervlakte is vrij beperkt en de kwaliteit is wisselend (en er is weinig potentie voor verbetering van de kwaliteit).

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2190 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H2190

    Vochtige duinvalleien

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige duinvalleien, open water (subtype A), vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B), vochtige duinvalleien, ontkalkt (subtype C) en vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D).

    Toelichting

    De oppervlakte vochtige duinvalleien is niet zo groot in dit gebied. Aanwezigheid van verschillende subtypen is van belang als stapsteen voor planten en dieren tussen de waddeneilanden en de Hollandse duinen. Subtype A komt, met een matige kwaliteit, alleen voor bij het Luttickduin. Subtypen B, C en D hebben over het algemeen een goede kwaliteit en komen vooral voor in het noorden van het gebied (Grafelijkheidsduinen en omgeving) en bij het Botgat, subtype D ook in deelgebied Kooibosch/Luttickduin. Lokaal bestaat de potentie voor uitbreiding en verbetering van dit habitattype.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2190 en H6410:

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwalteit voor op één locatie in deelgebied Kooibosch. De potenties voor uitbreiding en verbetering zijn gering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6410:

    H7210

    *Galigaanmoerassen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwalteit voor op één locatie in deelgebied Kooibosch. De potenties voor verbetering zijn gering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype kalkrijk (H2130A) van het habitattype grijze duinen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast de subtypen kalkarm (subtype B) en heischraal (subtype C) waar reeds doelstellingen voor zijn opgenomen.

  • De tweede alinea vervalt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duinheiden met struikhei (H2150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007), is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duinbossen (H2180), vochtig (subtype B). Echter, in aanvulling op het ontwerpbesluit (2007), zijn ook doelstellingen opgenomen voor de subtypen droog (subtype A) en binnenduinrand (subtype C). Uit onderzoek blijkt dat dit type, met alle drie de subtypen, in het gebied voorkomt.

  • De vierde alinea vervalt.

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een achtste alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype galigaanmoerassen (H7210), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2120 en H2130B:

    H2130A – *Grijze duinen, kalkrijk

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). Het zwaartepunt van grijze duinen, kalkrijk (subtype A) ligt in de duinen tussen Bergen en Den Haag. De landelijke staat van instandhouding voor subtype A is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke doelstelling is voor gebieden met een relatief geringe bijdrage aan deze landelijke doelstelling (onder andere Duinen Ameland (005), Duinen Schiermonnikoog (006), Solleveld & Kapittelduinen (099), Zwin & Kievittepolder (123)) gekozen voor een behoudsdoelstelling. Ook voor het gebied Coepelduynen (096) geldt een behoudopgave, omdat het habitattype daar nog in goed ontwikkelde vorm voorkomt en er geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Door de ligging van het habitattype ten opzichte van de kustlijn treedt hier onvoldoende overstuiving door zand op, noodzakelijk voor het duurzaam voortbestaan van het habitattype, om kwaliteitsverbetering of uitbreiding van de oppervlakte te kunnen realiseren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2130C en H2140B:

    H2140A – *Duinheiden met kraaihei, vochtig

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud 2

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud 3

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Dit betreft de relatieve bijdrage van het habitattype als geheel. Het was niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kruipwilgstruwelen (H2170) of vochtige duinvalleien (H2190) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van het habitattype vochtige duinvalleien (H2190) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinheiden met kraaihei, vochtig (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan.

    In de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Duinen Vlieland (003), Duinen Den Helder-Callantsoog (084) en Zwanenwater & Pettemerduinen (085) wordt, in afwijking van het landelijk doel, behoud van de kwaliteit nagestreefd, omdat het habitattype hier momenteel reeds in goede kwaliteit aanwezig is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2140B en H2160:

    H2150 – *Duinheiden met struikhei

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype duinheiden met struikhei is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke doelstelling is voor het gebied Solleveld & Kapittelduinen (099) gekozen voor verbetering van de kwaliteit, omdat de kwaliteit in dit gebied de laatste jaren enigszins achteruit is gegaan en er kansen voor verbetering zijn.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2180A en H2180C:

    H2180B – Duinbossen, vochtig

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit... 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud 3

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud3

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    ... maar lokaal uitbreiding oppervlakte.

    X Noot
    2

    In eerdere aanwijzingsbesluiten was het niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden. Op basis van de huidige kennis wordt de relatieve bijdrage per subtype weergegeven. Dit betekent dat enkele relatieve bijdragen kunnen afwijken ten opzichte van eerdere aanwijzingsbesluiten.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen grijze duinen (H2130) of vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinbossen, vochtig (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De lokale opgave voor uitbreiding oppervlakte is op de Waddeneilanden neergelegd, omdat de oppervlakte van dit subtype daar klein is. De kwaliteitsdoelstellingen van Duinen Den Helder-Callantsoog (084), Schoorlse Duinen (086) en Zwin & Kievittepolder (123) wijken af van het landelijk doel, omdat hier weinig potentie voor kwaliteitsverbetering is. Ook in de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085) en Voornes Duin (100) wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot het landelijk doel, omdat hier reeds een goed ontwikkelde oppervlakte van het habitattype duinbossen, vochtig (subtype B) aanwezig is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2190A en H2190C:

    H2190B – Vochtige duinvalleien, kalkrijk

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Wanneer er geen potentiële herstelmogelijkheden aanwezig zijn binnen de begrenzing van het gebied door bijvoorbeeld de mate van dynamiek, zoals in Waddenzee (001), Noordzeekustzone (007) en Grevelingen (115) is er een behoudsdoelstelling geformuleerd. Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Dit is niet mogelijk op plaatsen waar conflict zou ontstaan met de veiligheid van het achterliggende land en ook niet waar de duinen te smal zijn voor grootschalige verstuivingen, zoals Manteling van Walcheren (117) en Zwin & Kievittepolder (123).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2190D en H6410:

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6410:

    H7210 – *Galigaanmoerassen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype galigaanmoerassen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha galigaanmoerassen in Nederland is bijna de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke kwaliteitsdoelstelling sluit hierop aan. Ondanks dat ook de staat van instandhouding op het aspect oppervlakte matig ongunstig is, geldt voor de oppervlakte landelijk een behoudsdoelstelling. De reden hiervoor is dat het landschapsecologisch nauwelijks uitvoerbaar is om de aanwezige oppervlakten uit te breiden. Slechts in enkele gebieden zijn goede potenties voor uitbreiding van de oppervlakte. In deze gebieden wordt deze mogelijkheid benut en wijkt de doelstelling dan ook af van het landelijk doel. Dit betreft de gebieden Weerribben (034), De Wieden (035) en Oostelijke Vechtplassen (095), waar uitbreiding van de oppervlakte beoogd wordt om het habitattype duurzaam te behouden en de kwaliteit te verbeteren. Ook in het gebied Botshol (083) liggen mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte, waarmee het habitattype ook bij verdere verlanding behouden kan worden.

    Ook het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype biedt niet in alle gebieden evenveel potentie. Het meest kansrijk is de kwaliteitsverbetering in het Natura 2000-landschap Meren en Moerassen in combinatie met het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (H7140A). De verbeteropgave is daarom onder andere neergelegd in de gebieden Weerribben, De Wieden en Oostelijke Vechtplassen. Ook in de gebieden Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138) zijn goede kansen voor kwaliteitsverbetering. In de overige gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (onder andere Duinen en Lage Land Texel (002), Rottige Meenthe & Brandemeer (018) en Zwanenwater & Pettemerduinen (085)) en de geringe potentie voor kwaliteitsverbetering (onder andere Alde Feanen (013), Noordhollands Duinreservaat (087) en Korenburgerveen (061)).

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de tweede zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is overgenomen. De subtypen droog (subtype A) en binnenduinrand (subtype C) komen in het gebied voor en zijn toegevoegd aan het aanwijzingsbesluit. In paragraaf 4.4 van de Nota van toelichting is een globale beschrijving van de voorkomens van de habitattypen vermeld.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Zwanenwater & Pettemerduinen (085) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-085)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2150 en H2170:

    H2160

    Duinen met Hippophaë rhamnoides

     

    Verkorte naam Duindoornstruwelen

  • De tekst betreffende H2180 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H2180

    Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

     

    Verkorte naam Duinbossen

    betreft de subtypen:

    H2180A

    Duinbossen (droog)

    H2180B

    Duinbossen (vochtig)

    H2180C

    Duinbossen (binnenduinrand)

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande 2e subparagraaf:

    4.2.2 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    Het gebied is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied een wezenlijke functie in de levenscyclus vervult. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau. Wijzigingen ten opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting.

    H1903

    Groenknolorchis (Liparis loeselii)

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • In de 3e paragraaf wordt de volgende tekst ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2150 en H2170:

    H2160

    Duindoornstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een beperkte oppervlakte, verspreid voor in de Pettemerduinen.

  • In de 3e paragraaf wordt de instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2180 vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H2180

    Duinbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit duinbossen, droog (subtype A), duinbossen, vochtig (subtype B) en duinbossen, binnenduinrand (subtype C).

    Toelichting

    Duinbossen, droog (subtype A) en duinbossen, binnenduinrand (subtype C) komen over een beperkte oppervlakte voor, en duinbossen, vochtig (subtype B) over een vrij grote oppervlakte. De kwaliteit is goed. Voldoende oppervlakte en goede kwaliteit zijn aanleiding tot de doelstelling behoud van de oppervlakte en behoud van de kwaliteit.

  • Een 4e paragraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande paragrafen 5.4 en 5.5:

    5.4 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    H1903

    Groenknolorchis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De groenknolorchis heeft zich, na meer dan een eeuw afwezigheid, in 2008 gehervestigd in het deelgebied Zwanenwater. Sinsdien heeft de soort zich naar verschillende locaties uitgebreid. Omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor verdere uitbreiding, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duindoornstruwelen (H2160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Aan de vijfde alinea wordt de volgende tekst toegevoegd:

Subtype binnenduinrand (subtype C) komt voor ten noorden van Petten.

  • Een tiende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort groenknolorchis (H1903), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4 (Toewijzing instandhoudingsdoelstellingen (hoofdstuk 5)) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • In de 1e paragraaf wordt de volgende alinea ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2150 en H2170:

    H2160 – Duindoornstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit... 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud1

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud1

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud1

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud1

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    ... van goed ontwikkelde vormen in de gebieden waar het type een belangrijke positie in het duinlandschap inneemt. Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen witte duinen (H2120), grijze duinen (*H2130) of vochtige duinvalleien (H2190), mits de totale oppervlakte van goed ontwikkelde vormen [in het betreffende gebied] niet afneemt. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype duindoornstruwelen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Aan een groot deel van de gebieden is een “ten gunste formulering” toegevoegd. Afhankelijk van het voorkomen in deze gebieden zullen één of meerdere van de begunstigde habitattypen in de “ten gunste formulering” van de betreffende gebieden zijn opgenomen.

  • In de 1e paragraaf wordt de volgende alinea ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2180B en H2190A:

    H2180C – Duinbossen, binnenduinrand

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud2

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    In eerdere aanwijzingsbesluiten was het niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden. Op basis van de huidige kennis wordt de relatieve bijdrage per subtype weergegeven. Dit betekent dat enkele relatieve bijdragen kunnen afwijken ten opzichte van eerdere aanwijzingsbesluiten.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen grijze duinen (H2130) of vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinbossen, binnenduinrand (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan59. Kwaliteitsverbetering wordt nagestreefd in de gebieden waar de beste mogelijkheden liggen voor kwaliteitsverbetering en/of die een belangrijke bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling. Vanwege de relatief kleine oppervlakte van dit habitattype op de Waddeneilanden is in het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) een doel gesteld voor uitbreiding van de oppervlakte.

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd:

    B.4.2 Habitatrichtlijn: soorten

    H1903 – Groenknolorchis

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit biotoop ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort groenknolorchis is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”60. De landelijke opgave sluit hierop aan. De kansen voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebieden echter beperkt; er is daarom veelal voor een behoudopgave gekozen. In de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Duinen Vlieland (003), Duinen Terschelling (004), Duinen Schiermonnikoog (006) en Weerribben (034) is voor een behoudopgave gekozen, omdat de biotoop hier in voldoende mate en kwaliteit voorkomt. De behoudopgave in Waddenzee (001) en Noordzeekustzone (007) sluit hierop aan, omdat het dezelfde populaties betreft als die op de genoemde eilanden. In de Deltagebieden (Grevelingen (115) en Westerschelde & Saeftinghe (122)), hangen de ontwikkelingen van de populatie samen met de fluctuerende waterstanden en natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) worden de mogelijkheden voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085), Naardermeer (094), Oostelijke Vechtplassen (095) en Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) gaat het om kleine populaties, waarvoor momenteel geen tot weinig uitbreidingsmogelijkheden worden gezien.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Noordhollands Duinreservaat (087) als Natura 2000-gebied (besluit van 30 juni 2017, N&B/2017-087)

In hoofdstuk 1 (Inleiding) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste volzin van de tweede alinea vervalt.

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7210:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid over het gebied, maar vrij lokaal, in de zeereep voor.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7210:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) komt, met een kleine oppervlakte en (vanwege de aanwezigheid van pijpbloem) een goede kwaliteit, voor in de binnenduinrand bij Wimmenum. Er zijn geen aanwijzingen dat er potenties zijn voor uitbreiding.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), droge bosranden (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat tijdens de beroepsprocedure is gebleken dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt. Deze aanvulling is reeds bij voorlopige voorziening op 14 december 2016 door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State aan de instandhoudingsdoelstellingen toegevoegd en vervolgens in het hernieuwde besluit overgenomen.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7210:

    H6430C – Ruigten en zomen, droge bosranden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    160

    Savelsbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als ”matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke opgave. De kwaliteit van het habitattype is in de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Noordhollands Duinreservaat (087), Zeldersche Driessen (143), Maasduinen (145), Kunderberg (158) en Maas bij Eijsden (167) goed waardoor behoud van de huidige kwaliteit voldoende is.

In bijlage C (Motivering van het besluit op basis van de binnengekomen zienswijzen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Deze motivering gaat in op de zienswijzen die zijn ingediend naar aanleiding van het ontwerpbesluit van 2006. Deze motivering betreft vrijwel steeds aspecten waarover reeds op 22 juni 2015 een besluit is genomen. Daarom worden ze nu ongewijzigd herhaald. Alleen ten aanzien van de toegevoegde waarden is de motivering gewijzigd. Daarnaast is de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming in de beantwoording verwerkt.

  • Het antwoord op de vierde zienswijze in paragraaf 4.2 wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft tot aanpassing van het besluit geleid. De motivering van toegevoegde en verwijderde waarden ten opzichte van de aanmelding (Habitatrichtlijngebieden) en ontwerpbesluiten zijn nader gemotiveerd in bijlage B.1 van de Nota van toelichting. Meer specifiek voor dit gebied geldt dat uit recente inventarisaties blijkt dat de in de zienswijze genoemde vier habitattypen in het gebied voorkomen. Zie paragraaf 4.4 van de Nota van toelichting voor een globale beschrijving van het voorkomen van de aangewezen habitattypen.

  • Het antwoord op de vijfde zienswijze in paragraaf 4.2 wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat gedacht werd dat embryonale duinen alleen op het strand, buiten de begrenzing, voorkomen. Uit de daarna gemaakte habitatkaart is echter gebleken dat dit habitattype ook binnen de begrenzing voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Kennemerland-Zuid (088) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-088; gewijzigd op 16 oktober 2014, PDN/2014-088)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H2190:

    H7210

    *Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

     

    Verkorte naam Galigaanmoerassen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1014 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H2190:

    H7210

    *Galigaanmoerassen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit voor in het Langevelderduin (in het zuiden van het gebied). Behoud is voldoende, omdat er weinig potentie is voor kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1014 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt zeer lokaal in de binnenduinrand voor, aan de rand van de waterrijke buitenplaats Elswout. De kleine populatie is onderdeel van een een populatie die vooral in de aangrenzende polder voorkomt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duinheiden met galigaanmoerassen (H7210), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2190D:

    H7210 – *Galigaanmoerassen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype galigaanmoerassen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha galigaanmoerassen in Nederland is bijna de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke kwaliteitsdoelstelling sluit hierop aan. Ondanks dat ook de staat van instandhouding op het aspect oppervlakte matig ongunstig is, geldt voor de oppervlakte landelijk een behoudsdoelstelling. De reden hiervoor is dat het landschapsecologisch nauwelijks uitvoerbaar is om de aanwezige oppervlakten uit te breiden. Slechts in enkele gebieden zijn goede potenties voor uitbreiding van de oppervlakte. In deze gebieden wordt deze mogelijkheid benut en wijkt de doelstelling dan ook af van het landelijk doel. Dit betreft de gebieden Weerribben (034), De Wieden (035) en Oostelijke Vechtplassen (095), waar uitbreiding van de oppervlakte beoogd wordt om het habitattype duurzaam te behouden en de kwaliteit te verbeteren. Ook in het gebied Botshol (083) liggen mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte, waarmee het habitattype ook bij verdere verlanding behouden kan worden.

    Ook het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype biedt niet in alle gebieden evenveel potentie. Het meest kansrijk is de kwaliteitsverbetering in het Natura 2000-landschap Meren en Moerassen in combinatie met het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (H7140A). De verbeteropgave is daarom onder andere neergelegd in de gebieden Weerribben, De Wieden en Oostelijke Vechtplassen. Ook in de gebieden Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138) zijn goede kansen voor kwaliteitsverbetering. In de overige gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (onder andere Duinen en Lage Land Texel (002), Rottige Meenthe & Brandemeer (018) en Zwanenwater & Pettemerduinen (085)) en de geringe potentie voor kwaliteitsverbetering (onder andere Alde Feanen (013), Noordhollands Duinreservaat (087) en Korenburgerveen (061)).

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1014 en H1318:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Naardermeer (094) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-094)

In paragraaf 3.4 (Toelichting bij de kaart en uitgesloten delen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste volzin van de laatste alinea wordt vervangen door de volgende tekst61:

    Langs hoofdspoorwegen geldt artikel 21 van het Besluit hoofdspoorweginfrastructuur (voorheen: artikel 20 van de Spoorwegwet), met dien verstande dat gronden buiten de teen van het talud behoren tot wat in dat besluit wordt genoemd: "de daarnaast [dat is: naast de hoofdspoorweg] gelegen gronden"; deze gronden zijn dus niet geëxclaveerd, maar beschermd vanwege de daar (actueel dan wel potentieel) voorkomende habitattypen en soorten waarvoor het gebied is aangewezen.

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H3140:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7140:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H3140:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, samen met blauwgraslanden (H6410), met een beperkte oppervlakte en kwaliteit voor in het Laegieskamp, waar het is ontstaan als gevolg van natuurontwikkeling. Behoud is voldoende, omdat het type alleen in dit deelgebied kan voorkomen en er weinig mogelijkheid is voor kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7140:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt met matige kwaliteit en kleine oppervlakte voor langs de spoorlijn. Ook het subtype harig wilgenroosje (subtype B) komt daar voor, maar heeft zich daarnaast sterk uitgebreid in het natuurontwikkelingsgebied aan de westkant van het Naardermeer (eveneens met matige kwaliteit). Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit van subtype B voldoende.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3140:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan62. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7140A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Coepelduynen (096) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-096)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2160 en H2190:

    H2180

    Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

     

    Verkorte naam Duinbossen

    betreft het subtype:

    H2180C

    Duinbossen (binnenduinrand)

  • De tekst betreffende H2190 wordt vanwege de toevoeging van subtype D als volgt gewijzigd:

    H2190

    Vochtige duinvalleien

     

    Verkorte naam Vochtige duinvalleien

    betreft de subtypen:

    H2190B

    Vochtige duinvalleien (kalkrijk)

    H2190D

    Vochtige duinvalleien (hoge moerasplanten)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt langs vrijwel de gehele kustlijn voor in de zeereep. Het breidt zich enerzijds zeewaarts uit, anderzijds gaat het door successie over in witte duinen (H2120).

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2160 en H2190:

    H2180

    Duinbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit duinbossen, binnenduinrand (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype duinbossen (binnenduinrand) komt vooral aan de noordoostkant van het gebied voor en in mindere mate aan de zuidkant. De kwaliteit is deels goed, deels matig. Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2190 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype D):

    H2190

    Vochtige duinvalleien

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B) en vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B) en hoge moerasplanten (subtype D) is over een beperkte oppervlakte redelijk ontwikkeld aanwezig. Er zijn potenties voor het verbeteren van de kwaliteit van het habitattype in het gebied; hiervoor worden reeds inspanningen geleverd. Voor de oppervlakte van het habitattype in dit gebied zijn de mogelijkheden volledig benut.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duinbossen (H2180), binnenduinrand (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In afwijking van het ontwerpbesluit (2007) wordt het gebied aangewezen voor de subtypen kalkrijk (subtype B) en hoge moerasplanten (subtype D) van het habitattype vochtige duinvalleien (H2190), en niet voor het subtype open water (subtype A). In het gebied is geen permanent open water van enige omvang aanwezig. Subtype B en D zijn in de Guytendel aanwezig.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2160 en H2190B:

    H2180C – Duinbossen, binnenduinrand

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud2

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    In eerdere aanwijzingsbesluiten was het niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden. Op basis van de huidige kennis wordt de relatieve bijdrage per subtype weergegeven. Dit betekent dat enkele relatieve bijdragen kunnen afwijken ten opzichte van eerdere aanwijzingsbesluiten.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen grijze duinen (H2130) of vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinbossen, binnenduinrand (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan63. Kwaliteitsverbetering wordt nagestreefd in de gebieden waar de beste mogelijkheden liggen voor kwaliteitsverbetering en/of die een belangrijke bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling. Vanwege de relatief kleine oppervlakte van dit habitattype op de Waddeneilanden is in het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) een doel gesteld voor uitbreiding van de oppervlakte.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2190B:

    H2190D – Vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige duinvalleien, kalkrijk (H2190B), is toegestaan.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D) is voor de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan voor het aspect oppervlakte; voor het aspect kwaliteit wijkt de landelijke doelstelling echter af. Hiervoor is gekozen vanwege het zeer grote relatieve belang dat Nederland heeft voor het habitattype en bovendien om het hydrologische herstel, dat reeds is ingezet voor het habitattype, optimaal te benutten. Wanneer er geen potentiële herstelmogelijkheden aanwezig zijn binnen de begrenzing van het gebied, zoals in Duinen Terschelling (004), is er een behoudsdoelstelling neergelegd.

    Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Dit is niet mogelijk op plaatsen waar conflict zou ontstaan met de veiligheid van het achterliggende land en ook niet waar de duinen te smal zijn voor grootschalige verstuivingen, zoals Manteling van Walcheren (117) en Zwin & Kievittepolder (123).

In paragraaf 3.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    Deze zienswijze hebben aanvankelijk niet geleid tot aanpasing van het besluit, omdat gedacht werd dat embryonale duinen alleen op het strand, buiten de begrenzing, voorkomen. Uit de daarna gemaakte habitatkaart is echter gebleken dat dit habitattype ook binnen de begrenzing voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Meijendel & Berkheide (097) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-097; gewijzigd op 3 juli 2014, PDN/2014-097)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

  • De tekst betreffende H2190 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H2190

    Vochtige duinvalleien

     

    Verkorte naam Vochtige duinvalleien

    betreft de subtypen:

    H2190A

    Vochtige duinvalleien (open water)

    H2190B

    Vochtige duinvalleien (kalkrijk)

    H2190C

    Vochtige duinvalleien (kalkarm)

    H2190D

    Vochtige duinvalleien (hoge moerasplanten)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H2190:

    H3140

    Kalkhoudende oligo-mesotrofe wateren met benthische Chara spp. vegetaties

     

    Verkorte naam Kranswierwateren

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1014 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1166

    Kamsalamander (Triturus cristatus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt langs vrijwel de gehele kustlijn voor in de zeereep. Het breidt zich enerzijds zeewaarts uit, anderzijds gaat het door successie over in witte duinen (H2120).

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2190 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H2190

    Vochtige duinvalleien

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige duinvalleien, open water (subtype A), vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B), vochtige duinvalleien, kalkarm (subtype C) en vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D).

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een vrij grote oppervlakte, verspreid in het gebied voor. Alleen het subtype C (kalkarm) komt slechts met een kleine oppervlakte voor (en alleen in Meijendel). In dit gebied zijn door waterwinning de valleien over grote delen van het gebied te nat (door hoge waterstanden in infiltratieplassen) en/of dichtgegroeid. Er zijn reeds verscheidene inspanningen verricht om het habitattype vochtige duinvalleien te herstellen. De duinregerenatie-projecten leveren een belangrijke bijdrage aan het behalen van de instandhoudingsdoelstellingen. De uitbreiding en kwaliteitsverbetering van subtype C zal geleidelijk plaatsvinden als gevolg van ontkalking van het substraat, wat een natuurlijke ontwikkeling is.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H2190:

    H3140

    Kranswierwateren

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in infiltratieplassen in Berkheide, met een waterhuishouding die afwijkt van die in vochtige duinvalleien (H2190). Het periodiek handhaven van de pioniersituatie is noodzakelijk voor het behoud van het type, wat overeenkomt met de huidige vorm van regulier/groot onderhoud. Behoud is voldoende omdat het habitattype al relatief veel voorkomt in het gebied en de kwaliteit goed is.

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit op twee locaties in Meijendel voor (langs de randen van Bierlap).

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1014 en H1318:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt zeer lokaal in de binnenduinrand voor, in het natuurontwikkelingsgebied Hertenkamp bij Wassenaar. De kleine populatie is onderdeel van een populatie die vooral buiten het gebied voorkomt.

    H1166

    Kamsalamander

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kamsalamander wordt al decennialang waargenomen in het gebied. Binnen het verspreidingsgebied betreft het een zeer geïsoleerde populatie. Daarom is eerder het vermoeden geuit dat de soort is uitgezet, maar het kan ook om een relictpopulatie gaan. De soort komt binnen het deelgebied Meijendel verspreid voor. Omdat het leefgebied goed is en de populatie van voldoende grootte, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype kalkarm (H2190C) van het habitattype vochtige duinvalleien, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast de subtypen open water (subtype A), kalkrijk (subtype B) en hoge moerasplanten (subtype D) waar reeds doelstellingen voor zijn opgenomen.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kranswierwateren (H3140), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde en zevende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kamsalamander (H1166), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2190B en H2190D:

    H2190C – Vochtige duinvalleien, ontkalkt

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, ontkalkt (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijk doelstelling sluit hierop aan. Er geldt een behoudsdoelstelling als in het gebied zeer beperkte of geen herstelmogelijkheden zijn, zoals in Duinen Schiermonnikoog (006). Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Een dergelijke ontwikkeling wordt nagestreefd op plaatsen waar dit niet in conflict is met de veiligheid van het achterliggend land.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2190D:

    H3140 – Kranswierwateren

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve

    bijdrage

    Besluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    B2

    wijzigingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    B2

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het overgrote deel van de landelijke oppervlakte van het habitattype kranswierwateren is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De twee gebieden met verreweg de grootste oppervlakten uitgestrekte kranswiervelden zijn de Natura 2000-gebieden Markermeer & IJmeer (073) en Veluwerandmeren (076). De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan64. Echter, niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan bij de landelijke doelstelling. In de gebieden IJsselmeer (072), Markermeer & IJmeer (073), Zwarte Meer (074), Veluwerandmeren (076), Botshol (083), Naardermeer (094) en Meijendel & Berkheide (097) zijn zodanige oppervlaktes, van goede kwaliteit, van dit habitattype aanwezig, dat behoud voldoende is. In de gebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092), Langstraat (130) en Sarsven en De Banen (146) is de kwaliteit van het habitattype reeds goed. Daarom is er hier op het aspect kwaliteit een behoudsdoelstelling geformuleerd.

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1014 en H1318:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1166 – Kamsalamander

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    verbetering

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de kamsalamander is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende kwantitatieve verspreidingsgegevens om de relatieve bijdrage per gebied te kunnen bepalen. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het leefgebied en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het leefgebied ten behoeve van uitbreiding van de populatie nagestreefd (onder andere in Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027)). In sommige gebieden is het leefgebied al op orde en gedijt ook een behoorlijke populatie zoals in Willinks Weust (062) en is behoud derhalve voldoende. Tenslotte is in de Limburgse gebieden Bemelerberg & Schiepersberg (156) en Geuldal (157) voor behoud gekozen vanwege mogelijke beperkingen voor de instandhoudingsdoelstellingen van de geelbuikvuurpad (H1193).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Voornes Duin (100) als Natura 2000-gebied (besluit van 19 februari 2008, DRZO/2008-100; gewijzigd op 17 februari 2010, PDN2009-100)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H2130 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H2130

    *Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

     

    Verkorte naam Grijze duinen

    betreft de subtypen:

    H2130A

    *Grijze duinen (kalkrijk)

    H2130B

    *Grijze duinen (kalkarm)

    H2130C

    *Grijze duinen (heischraal)

  • De tekst betreffende H2190 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H2190

    Vochtige duinvalleien

     

    Verkorte naam Vochtige duinvalleien

    betreft de subtypen:

    H2190A

    Vochtige duinvalleien (open water)

    H2190B

    Vochtige duinvalleien (kalkrijk)

    H2190C

    Vochtige duinvalleien (ontkalkt)

    H2190D

    Vochtige duinvalleien (hoge moerasplanten)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H2190:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

    H7210

    *Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

     

    Verkorte naam Galigaanmoerassen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2130 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H2130

    *Grijze duinen

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit Grijze duinen, kalkrijk (subtype A), Grijze duinen, kalkarm (subtype B) en Grijze duinen, heischraal (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype Grijze duinen komt, verspreid in het gebied, vooral voor als subtype kalkrijk (subtype A) en in veel mindere mate als subtype heischraal (subtype C). Het subtype kalkarm (subtype B) komt slechts op één locatie (bij Weever's Duin) voor. Oppervlakte-uitbreiding en kwaliteitsherstel van het habitattype Grijze duinen is gewenst gezien de landelijk zeer ongunstige staat van instandhouding en de grote verantwoordelijkheid van Nederland voor dit habitattype in Europa. Het beste kan dit gebeuren vanuit gedegradeerd duingrasland of ten koste van struweel. Behoud van de goede voorbeelden is om dezelfde reden van groot belang. De uitbreiding en kwaliteitsverbetering van subtype B zal geleidelijk plaatsvinden als gevolg van ontkalking van het substraat, wat een natuurlijke ontwikkeling is.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2190 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H2190

    Vochtige duinvalleien

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit Vochtige duinvalleien, open water (subtype A), Vochtige duinvalleien, ontkalkt (subtype C) en Vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D) en uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit Vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B).

    Toelichting

    Het gebied herbergt de beste voorbeelden van Vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B) in Zuidwest-Nederland. Vanwege de grote oppervlakte en de bijzondere kwaliteit levert het gebied van oudsher een zeer grote bijdrage aan het landelijke doel voor dit subtype. Er heeft de afgelopen jaren echter (door onder andere verbossing) wel een duidelijke afname plaatsgevonden van oppervlakte en kwaliteit. Daarom is het belangrijk dat verbetering van kwaliteit plaatsvindt vanuit verruigde delen van het habitattype. Uitbreiding oppervlakte van dit subtype mag, indien nodig, ten koste gaan van Duinbossen (H2180). Vochtige duinvalleien, ontkalkt (subtype C) komt alleen voor in de duinen van Oostvoorne en op het Groene Strand (langs het Oostvoornse Meer), met een kleine oppervlakte. Behoud van dit subtype is voldoende, gezien de beperkte potenties en de prioriteit die bij subtype B ligt. De grotere plassen en duinmeren behoren, voor zover ze met waterplanten begroeid zijn, tot Vochtige duinvalleien, open water (subtype A). Deze zijn ten dele – als gevolg van vogelkolonies – geëutrofieerd, maar gezien de opgave voor watervogels wordt geen kwaliteitsverbetering nagestreefd. Kleinere duinplassen met Vochtige duinvalleien, open water (subtype A) zijn op veel plaatsen goed ontwikkeld. Daarlangs komt op verspreide locaties ook het subtype Vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D) voor, onder meer langs het Quackjeswater.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H2190:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) komt met een kleine oppervlakte voor in deelgebied Groene Strand (langs het Oostvoornse Meer). Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit van subtype B voldoende.

    H7210

    *Galigaanmoerassen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte voor aan de rand van het Waterbosch, waar recent bos is verwijderd ten behoeve van het herstellen van duinvalleien. Behoud is voldoende omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 1 van Bijlage B worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype kalkarm (H2130B) van het habitattype grijze duinen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast de subtypen kalkrijk (subtype A) en heischraal (subtype C) waar reeds doelstellingen voor zijn opgenomen.

  • De derde alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit is ook een doelstelling opgenomen voor de subtypen ontkalkt (H2190C) en hoge moerasplanten (H2190D) van het habitattype vochtige duinvalleien, omdat uit onderzoek blijkt dat ook deze subtypen in het gebied voorkomen, naast de subtypen open water (subtype A) en kalkrijk (subtype B) waar reeds doelstellingen voor zijn opgenomen.

  • Een vijfde en zesde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), harig wilgenroosje (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype galigaanmoerassen (H7210), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In paragraaf 4.1 van bijlage B worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2130A en H2130C:

    H2130B – *Grijze duinen, kalkarm

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype grijze duinen, kalkarm (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen voor de gebieden Duinen Goeree & Kwade Hoek (101) en Duinen Den Helder – Callantsoog (084) wijken af van de landelijke doelstelling, omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is en er geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte. Vanwege de dynamische omstandigheden in de Waddenzee (001) is uitbreiding van de oppervlakte in dit gebied niet mogelijk. Hier wordt dan ook alleen ingezet op verbetering van de kwaliteit. Ook in de gebieden Kennemerland-Zuid (088) en Solleveld & Kapittelduinen (099) wordt alleen ingezet op verbetering van de kwaliteit. In Kennemerland-Zuid biedt de overwegend kalkrijke bodem hier geen mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte. Voor het gebied Solleveld & Kapittelduinen is gekozen voor een behoudsdoelstelling voor het aspect oppervlakte, vanwege de relatief geringe bijdrage aan de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2190B en H2190D:

    H2190C – Vochtige duinvalleien, ontkalkt

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, ontkalkt (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijk doelstelling sluit hierop aan. Er geldt een behoudsdoelstelling als in het gebied zeer beperkte of geen herstelmogelijkheden zijn, zoals in Duinen Schiermonnikoog (006). Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Een dergelijke ontwikkeling wordt nagestreefd op plaatsen waar dit niet in conflict is met de veiligheid van het achterliggend land.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2190D:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

    H7210 – *Galigaanmoerassen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype galigaanmoerassen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha galigaanmoerassen in Nederland is bijna de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke kwaliteitsdoelstelling sluit hierop aan. Ondanks dat ook de staat van instandhouding op het aspect oppervlakte matig ongunstig is, geldt voor de oppervlakte landelijk een behoudsdoelstelling. De reden hiervoor is dat het landschapsecologisch nauwelijks uitvoerbaar is om de aanwezige oppervlakten uit te breiden. Slechts in enkele gebieden zijn goede potenties voor uitbreiding van de oppervlakte. In deze gebieden wordt deze mogelijkheid benut en wijkt de doelstelling dan ook af van het landelijk doel. Dit betreft de gebieden Weerribben (034), De Wieden (035) en Oostelijke Vechtplassen (095), waar uitbreiding van de oppervlakte beoogd wordt om het habitattype duurzaam te behouden en de kwaliteit te verbeteren. Ook in het gebied Botshol (083) liggen mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte, waarmee het habitattype ook bij verdere verlanding behouden kan worden.

    Ook het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype biedt niet in alle gebieden evenveel potentie. Het meest kansrijk is de kwaliteitsverbetering in het Natura 2000-landschap Meren en Moerassen in combinatie met het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (H7140A). De verbeteropgave is daarom onder andere neergelegd in de gebieden Weerribben, De Wieden en Oostelijke Vechtplassen. Ook in de gebieden Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138) zijn goede kansen voor kwaliteitsverbetering. In de overige gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (onder andere Duinen en Lage Land Texel (002), Rottige Meenthe & Brandemeer (018) en Zwanenwater & Pettemerduinen (085)) en de geringe potentie voor kwaliteitsverbetering (onder andere Alde Feanen (013), Noordhollands Duinreservaat (087) en Korenburgerveen (061)).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Duinen Goeree & Kwade Hoek (101) als Natura 2000-gebied (besluit van 19 februari 2008, DRZO/2008-101; gewijzigd op 17 februari 2010, PDN2009-100)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1140:

    H1110

    Permanent met zeewater van geringe diepte overstroomde zandbanken

     

    Verkorte naam Permanent overstroomde zandbanken

    betreft het subtype:

    H1110B

    Permanent overstroomde zandbanken (Noordzee-kustzone)

  • De tekst betreffende H1140 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H1140

    Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten (º)

     

    Verkorte naam Slik- en zandplaten

    betreft de subtypen:

    H1140A

    Slik- en zandplaten (getijdengebied)

    H1140B

    Slik- en zandplaten (Noordzee-kustzone)

  • De volgende tekst vervalt:

    H1320

    Schorren met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)

     

    Verkorte naam Slijkgrasvelden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2160 en H2190:

    H2170

    Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

     

    Verkorte naam Kruipwilgstruwelen

    H2180

    Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

     

    Verkorte naam Duinbossen

    betreft het subtype:

    H2180C

    Duinbossen (binnenduinrand)

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de verwijdering van subtype C als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1340:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

    H1365

    Gewone zeehond (Phoca vitulina)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1140:

    H1110

    Permanent overstroomde zandbanken

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit Permanent overstroomde zandbanken, Noordzee-kustzone (subtype B)

    Toelichting

    Het habitattype Permanent overstroomde zandbanken, Noordzee-kustzone (subtype B) komt voor in de overgangszone van de Kwade Hoek naar het Natura 2000-gebied Voordelta. Omdat de afgrenzing tussen beide gebieden geen ecologische betekenis heeft, moet behoud van het habitattype in samenhang worden gezien met het behoud in de Voordelta. Daarbij is het de verwachting dat de kust binnen het gebied Duinen Goeree & Kwade Hoek, als gevolg van natuurlijke ontwikkelingen, verder zal verzanden. Dat betekent dat ook het subtype getijdengebied (subtype A) kan ontstaan en/of een verschuiving naar Slik- en zandplaten (H1140) zal plaatsvinden, wat niet bezwaarlijk is.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H1140 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H1140

    Slik- en zandplaten

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit Slik- en zandplaten, getijdengebied (subtype A) en Slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype komt voor op de Kwade Hoek (in aansluiting op het gebied Voordelta), vooral in de vorm van subtype Noordzee-kustzone (subtype B), maar – in de overgangszone naar de schorren – ook in de vorm van subtype getijdengebied (subtype A). Er zijn geen aanwijzingen voor negatieve kwaliteitsbeïnvloeding door menselijke activiteiten. Het doel voor kwaliteit is daarom, in tegenstelling tot de landelijke verbeteropgave, op behoud gezet.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H1320 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2160 en H2190:

    H2170

    Kruipwilgstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte voor op enkele locaties aan de zuidwestkant van Kwade Hoek.

    H2180

    Duinbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit Duinbossen, binnenduinrand (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype Duinbossen, binnenduinrand (subtype C) komt verspreid voor in het gebied, met een vrij beperkte oppervlakte en een matige kwaliteit. Behoud is voldoende, omdat de potenties voor kwaliteitsverbetering in dit gebied relatief beperkt zijn.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de verwijdering van subtype C):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit Ruigten en zomen, Harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Ruigten en zomen, Harig wilgenroosje (subtype B) betreft een sterk bedreigde en in het duingebied zeldzame brakke variant van het habitattype Ruigten en zomen, gekenmerkt door heemst en echt lepelblad. Door de grote dynamiek bestaan in de Kwade Hoek goede mogelijkheden voor duurzaam behoud van het habitattype. Andere voorbeelden van dit habitattype met heemst in Zuidwest-Nederland zijn verdwenen of als gevolg van verzoeting veel moeilijker duurzaam te behouden.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1340:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    Het deelgebied Kwade Hoek fungeert als foerageer- en rustgebied voor een relatief klein deel van de Noordzeepopulatie.

    H1365

    Gewone zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    Het deelgebied Kwade Hoek fungeert als foerageer- en rustgebied voor een relatief klein deel van de landelijke populatie, waarvan de meeste individuen in de Waddenzee leven. De landelijke doelstelling voor het uitbreiden van de populatie betreft vooral de deelpopulatie in het Deltagebied, maar de daarmee samenhangende doelstelling voor het verbeteren van de kwaliteit van het leefgebied heeft alleen betrekking op de voortplantingsfunctie en die is niet van toepassing op dit gebied.

In paragraaf 1van Bijlage B worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit is het gebied ook aangewezen voor het habitattype H1110 Permanent overstroomde zandbanken, getijdengebied (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit is het gebied niet aangewezen voor het habitattype Slijkgrasvelden (H1320), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt.

  • De derde alinea vervalt.

  • Een vijfde, zesde, zevende, achtste en negende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit is het gebied ook aangewezen voor het habitattype H2170 Kruipwilgstruwelen, omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype H2180 Duinbossen, binnenduinrand (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In afwijking van het ontwerpbesluit is geen doelstelling opgenomen voor subtype C (droge bosranden) van het habitattype Ruigten en zomen (H6430), omdat uit onderzoek blijkt dat dit subtype niet in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort Grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort Gewone zeehond (H1365), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In paragraaf 4.1 van bijlage B worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1140A:

    H1110B – Permanent overstroomde zandbanken, Noordzee-kustzone

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    De Habitatrichtlijn heeft tot doel om landelijk een gunstige staat van instandhouding te bereiken voor elk habitattype van bijlage I, inclusief de ruimtelijke diversiteit en spreiding van het habitattype. De ruimtelijke variatie en spreiding van habitattype H1110 heeft in Nederland uitwerking gekregen in de subtyperingen van het habitattype. De landelijke staat van instandhouding van habitattype H1110B is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. In het Natura 2000 doelendocument (2006)65 is de landelijke doelstelling “behoud verspreiding, behoud oppervlakte en behoud kwaliteit” opgenomen. Deze landelijke doelstelling is voor het aspect kwaliteit gewijzigd in een verbeteropgave vanwege de landelijk voor dit aspect als “matig ongunstig” beoordeelde staat van instandhouding en het in internationaal verband “zeer grote” relatieve belang van dit habitattype. In het gebied Noordzeekustzone (007)66 is daarom verbetering van de kwaliteit van habitattype H1110B tot doel gesteld. Dit gebied beslaat meer dan de helft van het aangewezen areaal van dit habitattype. Gericht op het voorkomen van de achteruitgang is voor de gebieden Duinen Goeree & Kwade Hoek (101), Voordelta (113), Vlakte van de Raan (163) en Westerschelde & Saefthinge (122) behoud tot doel gesteld. Met deze benadering wordt een landelijk gunstige staat van instandhouding van het habitattype nagestreefd op een haalbare en betaalbare manier. Nu geldt dat voor alle subtyperingen van habitattype H1110 voor het gebied met de grootste relatieve bijdrage een verbeteropgave voor de kwaliteit van het habitattype wordt gehanteerd. Dit is afdoende voor het in gunstige staat van instandhouding brengen van het habitattype, inclusief de ruimtelijke diversiteit.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1140A en H1310A:

    H1140B – Slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Vrijwel het gehele landelijke areaal van dit subtype ligt in Natura 2000-gebieden. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone (subtype B) is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit op deze beoordeling aan. Beide gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling.

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H1320 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2160 en H2190A:

    H2170 – Kruipwilgstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud 2

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Lokaal uitbreiding oppervlakte van goed ontwikkelde vormen en lokaal verbetering kwaliteit.

    X Noot
    2

    De oppervlakte mag afnemen ten gunste van het habitattype vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype kruipwilgstruwelen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling. De lokale uitbreiding- en verbeteringdoelstelling ligt in het gebied Duinen Den Helder – Callantsoog (084). Het habitattype komt hier in geringe mate voor in matige tot goede kwaliteit en het gebied heeft goede potentie voor herstel.

    H2180C – Duinbossen, binnenduinrand

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud2

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    In eerdere aanwijzingsbesluiten was het niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden. Op basis van de huidige kennis wordt de relatieve bijdrage per subtype weergegeven. Dit betekent dat enkele relatieve bijdragen kunnen afwijken ten opzichte van eerdere aanwijzingsbesluiten.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen grijze duinen (H2130) of vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinbossen, binnenduinrand (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan67. Kwaliteitsverbetering wordt nagestreefd in de gebieden waar de beste mogelijkheden liggen voor kwaliteitsverbetering en/of die een belangrijke bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling. Vanwege de relatief kleine oppervlakte van dit habitattype op de Waddeneilanden is in het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) een doel gesteld voor uitbreiding van de oppervlakte.

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H6430, subtype C, vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

In paragraaf 4.2 van bijlage B wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1340:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

    H1365 – Gewone zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    A3

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De gewone zeehond verkeert landelijk in een gunstige staat van instandhouding. De landelijke doelstelling wijkt hiervan af, ten behoeve van herstel van de populatie na recente afname (door virussen), vooral in het Deltagebied. De landelijke doelstelling is: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie68. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend. Uitbreiding van de populatie dient vooral in de Delta gestimuleerd te worden69.

    De gebiedsdoelstellingen van Waddenzee (001), Noordzeekustzone (007), Vlakte van de Raan (163), Doggersbank (164) en Klaverbank (165) wijken af van de landelijke doelstelling. Er wordt behoud als doel gesteld. Het overgrote deel van de populatie bevindt zich in de Waddenzee. In de Waddenzee zijn de ligplaatsen goed beschermd, vooral tijdens zoog- en paringstijd. Met behoud van het huidige leefgebied wordt in dit gebied uitbreiding van de populatie ten doel gesteld. De populatie neemt de laatste decennia gestaag toe en het verspreidingsgebied is stabiel. De gestage groei van de populatie zal de komende jaren naar verwachting doorzetten, mits virussen uitblijven. Ook in de Noordzeekustzone, welke met name een foerageerfunctie voor de populatie uit de Waddenzee kent, gaat het goed met de soort.

    Op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van Vlakte van de Raan, Doggersbank en Klaverbank voor de gewone zeehond kan niet worden gesteld dat deze gebieden van essentieel belang zijn voor de soort. Voor deze gebieden geldt dat deze wat de ecologische functies betreft niet zijn te onderscheiden van de rest het leefgebied van de gewone zeehond binnen de Nederlandse exclusieve economische zone. In deze gebieden zijn geen droogvallende platen aanwezig waardoor ze geen rust- of voortplantingsfunctie hebben voor de soort. De Vlakte van de Raan dient mogelijk wel als foerageergebied voor de dieren die elders in het Deltagebied van rustgebieden gebruik maken of door het gebied trekken.

    Zuid-West Nederland herbergt geen levensvatbare populatie. De oorzaak hiervan is een te laag geboortecijfer in het Deltagebied, waardoor de kleine populatie zichzelf niet in stand kan houden. In het Deltagebied wordt gestreefd naar een regionale populatie van ten minste 200 exemplaren, waarbij de Voordelta (113) de grootste bijdrage levert. Om dit doel te bereiken zal in de gebieden Voordelta, Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) het areaal aan onverstoord gebied moeten toenemen zodat deze gebieden meer geschikt worden voor voortplanting. Voor de voortplanting zijn ongestoorde, permanent of bijna altijd droogvallende platen noodzakelijk.

    In Duinen Goeree & Kwade Hoek (101) en Grevelingen (115) is behoud van de kwaliteit van het leefgebied en behoud van de populatie voldoende, omdat deze gebieden alleen van belang zijn als foerageer- en rustgebied en als zodanig al goed functioneren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 november 2013, PDN/2013-103)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430B

    Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1149 en H1318:

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt verspreid in het gebied voor op enkele percelen, voornamelijk rond de Noordeinderplas. De vegetatie is mede van belang voor enkele vogelsoorten en de noordse woelmuis (H1340). Het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) komt met een beperkte oppervlakte en een matige kwaliteit voor in het uiterste noorden van het gebied en bij Zuidhoek. Omdat het gebied niet tot de belangrijkste gebieden behoort en evenmin potenties heeft voor de brakke variant, is behoud van de huidige oppervlakte en kwaliteit van subtype B voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1149 en H1318:

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad is verspreid door het gebied waargenomen, zowel langs de grotere plassen als in smallere wateren. Waarschijnlijk is de populatie groter dan de (vrij beperkte) waarnemingen suggereren.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A) en harig wilgenroosje (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H1740A:

    H6430B – Ruigten en zomen, harig wilgenroosje

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    uitbreiding

    behoud

    B

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    uitbreiding

    behoud

    A

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit geldt voor de brakke varianten.

    X Noot
    2

    De weergegeven relatieve bijdragen betreffen een voorlopige inschatting, omdat er nog onduidelijkheid is over de landelijke oppervlakte van dit subtype. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) omdat kwantitatieve gegevens over het voorkomen van deze zoomvegetaties beperkt beschikbaar zijn. Oppervlakten zijn moeilijk te bepalen omdat het meestal slechts smalle stroken of kleine plekken betreft.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, harig wilgenroosje (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. De doelstelling voor uitbreiding van de oppervlakte wordt enkel nagestreefd in de belangrijkste gebieden voor dit habitattype, zoals Oude Maas (108), Haringvliet (109) en Biesbosch (112).

    De landelijke doelstelling voor verbetering van de kwaliteit is alleen neergelegd in gebieden die potentie bieden voor verbetering van de kwaliteit van de brakke variant van dit habitattype.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1149 en H1318:

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud 3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”70 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Zouweboezem (105) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-105)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H6430:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H6430:

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) en vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor rond de eendenkooi aan de noordkant van het gebied. Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bestaat uit wilgengriend, vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) uit opgaand bos. De kwaliteit is niet hoog, maar er zijn weinig mogelijkheden voor verbetering. Uitbreiding heeft in dit gebied geen prioriteit.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige alluviale bossen (H91E0), zachthoutooibossen (subtype A) en beekbegeleidende bossen (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A:

    H91E0A – *Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud 2

    verbetering

    A3 3

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (H91E0B) is toegestaan.

    X Noot
    3

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    Ongeveer drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan71.

    De landelijke opgave voor het aspect kwaliteit kan niet in alle gebieden worden nagestreefd. In onder andere Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien het geringe belang van deze gebieden voor het type, een behoudsdoelstelling geformuleerd. Een andere reden voor het afwijken van de landelijke doelstelling is dat er al een goede kwaliteit aanwezig is, bijvoorbeeld in Oude Maas (108), waar behoud van de kwaliteit derhalve voldoende is.

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Haringvliet (109) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-109)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1163 en H1340:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea vervalt de volgende tekst:

    De bittervoorn (H1134) komt binnen de begrenzing in diverse polders ten noorden van het Haringvliet voor en potenties zijn aanwezig in de polderwateren van het eiland Tiengemeten.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor de habitatsoort H1134 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1163 en H1340:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2004 in het Haringvliet gevestigd als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. De omvang en de kwaliteit van het leefgebied zijn goed; behoud van de inmiddels gegroeide populatie is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied niet aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat deze soort niet met een bestendige populatie van voldoende omvang in het gebied voorkomt. Vanaf het jaar 2000 (dus nog voor de aanmelding) is de soort niet meer in het gebied aangetroffen, ondanks dat in 2016 nog gericht naar de soort is gezocht.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 vervalt.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1163 en H1340:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

In paragraaf 4.2 van bijlage C worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Het antwoord op de negende zienswijze (betreffende het dekkingspercentage van de bittervoorn) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft niet geleid tot aanpassing van het besluit. Uit nader onderzoek is echter gebleken dat deze soort niet met een bestendige populatie van voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het verwijderen van de instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

  • Het antwoord op de tiende zienswijze (betreffende de instandhoudingsdoelstelling voor de bittervoorn) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit. Zie echter het antwoord op de vorige zienswijze.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Hollands Diep (111) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-111)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1106 en H1337:

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

    H1145

    Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1106 en H1337:

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt lokaal en waarschijnlijk met een vrij kleine populatie voor op de Essche Plaat.

    H1145

    Grote modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De grote modderkruiper komt voor op de Essche Plaat. Gezien de verspreiding in dit deelgebied is het duidelijk dat het een duurzame en belangrijke populatie is, die kennelijk tot vlak voor de aanwijzing van het gebied over het hoofd is gezien. Uitbreidingsmogelijkheden liggen niet voor de hand, gezien de geïsoleerde ligging van het (overigens kwalitatief goede) leefgebied.

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt voor op en rond de Essche Plaat. Het betreft waarschijnlijk een vrij kleine populatie, die kennelijk tot vlak voor de aanwijzing van het gebied over het hoofd is gezien.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Tussen de achtste en de negende alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grote modderkruiper (H1145), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1106 en H1337:

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de bittervoorn is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H1145 – Grote modderkruiper

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de grote modderkruiper is beoordeeld als “matig ongunstig”. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Wel is duidelijk dat het leefgebied is gekrompen. De landelijke doelstelling is gericht op het plaatselijk verbeteren van het leefgebied voor uitbreiding van de populatie. De toepassing van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de gedragscode voor waterschappen kunnen tevens een positieve bijdrage leveren aan een verbetering van het leefgebied van de soort. Hersteldoelstellingen zijn neergelegd in die gebieden waar de soort onder druk staat en/of er goede mogelijkheden zijn voor het uitbreiden en verbeteren van het leefgebied ten behoeve van het uitbreiden van de populatie.

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Biesbosch (112) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-112)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1387:

    H4056

    Platte schijfhoren (Anisus vorticulus)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstellingen voor H1387:

    H4056

    Platte schijfhoren

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De platte schijfhoren komt verspreid in het gebied voor in de drie deelgebieden: Sliedrechtse Biesbosch, Dordtse Biesbosch (Tongplaat/Zuidplaatje) en Brabantse Biesbosch (Noorderplaat). Het leefgebied bestaat uit relatief beschutte wateren.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een tweede alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort platte schijfhoren (H4056), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1149:

    H4056 – Platte schijfhoren

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de platte schijfhoren is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke opgave is op “behoud” gesteld. Op langere termijn is meer inzicht nodig in verspreiding, populatiedynamiek en ecologie van de soort om adequate bescherming mogelijk te maken. Daarom zijn, in afwachting van meer informatie, alle gebiedsdoelen op behoud gezet. Mogelijkerwijs zullen instandhoudingsmaatregelen voor andere waarden (zoals het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150)) ook bijdragen aan verbetering van het leefgebied van deze aquatische soort.

    De belangrijkste voorkomens, afgemeten aan het aantal bezette kilometerhokken, bevinden zich in de Natura 2000-gebieden De Wieden (035), Naardermeer (094), Oostelijke Vechtplassen (095), Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) en de Weerribben (034).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Voordelta (113) als Natura 2000-gebied (besluit van 19 februari 2008, DRZO/2008-113; gewijzigd op 17 februari 2010, PDN2009-100, en op 25 november 2013, PDN/2013-113/2)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H2110:

    H2120

    Wandelende duinen op de strandwal met Ammophila arenaria (“witte duinen”)

     

    Verkorte naam Witte duinen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1103 en H1364:

    H1351

    Bruinvis (Phocoena phocoena)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H2110:

    H2120

    Witte duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met goede kwaliteit voor aan de zeezijde van Neeltje Jans en ten zuiden van de Maasvlakte. Het betreft dus relatief jonge duinbegroeiingen, ontstaan door opstuiving van zand na de aanleg van deze gebieden.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1103 en H1364:

    H1351

    Bruinvis

    Doel

    Behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie.

    Toelichting

    De bruinvis wordt in de gehele Voordelta met relatief hoge aantallen waargenomen. De populatie maakt deel uit van die in de gehele Noordzee. Het behoud van de omvang van het leefgebied en de populatie in de Voordelta maakt dan ook deel uit van een generieke bescherming op internationaal niveau. De verbetering van de kwaliteit van het leefgebied sluit aan op de gelijkluidende doelstelling in het naastgelegen gebied Vlakte van de Raan.

In paragraaf 1van Bijlage B worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype witte duinen (H2120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bruinvis (H1351), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In paragraaf 4.1 van bijlage B wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2110:

    H2120 – Witte duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud 2

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Verbetering kwaliteit wordt vooral nagestreefd in de duinen van de vastelandskust en het Deltagebied.

    X Noot
    2

    Achteruitgang van het oppervlakte ten gunste van het habitattype grijze duinen (H2130) is toegestaan.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype witte duinen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstelling van verbetering kwaliteit wordt nagestreefd door het optimaliseren van verstuiving. In de gebieden waar deze ontwikkeling conflicteert met de veiligheid van het achterliggende land, is geen verbeterdoelstelling neergelegd (bijvoorbeeld Duinen Goeree & Kwade Hoek (101)). In het Waddengebied komt het habitattype reeds over een groot oppervlakte en in goede kwaliteit voor. Ook voor deze gebieden is een behoudopgave geformuleerd. In Westerschelde & Saeftinghe is een behoudopgave geformuleerd omdat daar weinig mogelijkheden zijn voor verbetering van de kwaliteit. Voor de gebieden langs de (Noord-)Hollandse kust (Schoorlse Duinen (086), Noordhollands Duinreservaat (087) en Kennemerland-Zuid (088)) is, in tegenstelling tot het landelijk doel, gekozen voor de doelstelling uitbreiding oppervlakte. Vanwege de grote breedte van het duingebied is uitbreiding van witte duinen in deze gebieden goed mogelijk. Dit is vooral van belang voor de uitbreidingsopgave van het prioritaire habitattype grijze duinen (H2130).

In paragraaf 4.2 van bijlage B wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1103 en H1364:

    H1351 – Bruinvis

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    verbetering

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit1

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit2

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 4 oktober 2012, nr.20040.

    X Noot
    2

    Wijzigingsbesluit Vlakte van de Raan, Staatscourant 20 maart 2013, nr.7442.

    De landelijke staat van instandhouding van de bruinvis is beoordeeld als “matig ongunstig”72. De landelijke doelstelling sluit wat het aspect leefgebied betreft daarop aan: “behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie” (zie de toelichting in de tweede alinea). Het aspect populatie wordt, ondanks een geschat aantal bruinvissen dat hoger is dan de referentiewaarde, gewaardeerd met een matig ongunstige staat van instandhouding omdat de populatie een onevenwichtige leeftijdsopbouw lijkt te hebben73. De oorzaken van de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding kunnen op basis van de beschikbare informatie niet worden gekoppeld aan de afzonderlijke gebieden omdat de populatie in de Nederlandse Noordzee deel uitmaakt van een veel grotere populatie van de zuidelijke Noordzee. De doelstelling voor de gebieden Noordzeekustzone (007), Voordelta (113) en Vlakte van de Raan (163) sluiten aan bij de landelijke doelstelling. Voor de gebieden Doggersbank (164) en Klaverbank (165) is behoud tot doel gesteld om verdere achteruitgang te voorkomen. Met deze benadering wordt een landelijk gunstige staat van instandhouding van het leefgebied nagestreefd op een haalbare en betaalbare manier.

    In de gebieden Waddenzee (001), Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) is gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan reeds voldoende goed is. De oorzaken van de matig ongunstige staat van instandhouding (zoals genoemd in het profiel voor deze soort) zijn niet van toepassing in deze gebieden.

In paragraaf 5.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de veertiende zienswijze (betreffende de bruinvis) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat bruinvissen in het gebied slechts incidenteel zouden worden waargenomen. Uit nader onderzoek (met verduidelijkte criteria ten aanzien van bestendig gebruik en minimale populatieomvang) is echter gebleken dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Grevelingen (115) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-115)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tekst betreffende H2130 wordt vanwege de toevoeging van subtype A en de verwijdering van subtype B als volgt gewijzigd:

    H2130

    *Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

     

    Verkorte naam Grijze duinen

    betreft het subtype:

    H2130A

    *Grijze duinen (kalkrijk)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1340 en H1903:

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

    H1365

    Gewone zeehond (Phoca vitulina)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea wordt de vierde volzin (betreffende H2130B) vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype grijze duinen, kalkrijk (H2130A), komt met een vrij groot oppervlak voor op Hompelvoet.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2130 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype A en de verwijdering van subtype B):

    H2130

    *Grijze duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit grijze duinen, kalkrijk (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype grijze duinen, kalkrijk (subtype A) komt met goede kwaliteit voor. Het betreft jonge begroeiingen die in circa 30 jaar onder invloed van begrazing zijn ontstaan op het eiland Hompelvoet. Behoud van de oppervlakte is, gezien de historische ontstaanswijze, voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1340 en H1903:

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De Grevelingen fungeert als foerageer- en rustgebied voor een relatief klein deel van de Noordzeepopulatie.

    H1365

    Gewone zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De Grevelingen fungeert als foerageer- en rustgebied voor een relatief klein deel van de landelijke populatie, waarvan de meeste individuen in de Waddenzee leven. De landelijke doelstelling voor het uitbreiden van de populatie betreft vooral de deelpopulatie in het Deltagebied, maar de daarmee samenhangende doelstelling voor het verbeteren van de kwaliteit van het leefgebied heeft alleen betrekking op de voortplantingsfunctie en die is niet van toepassing op de Grevelingen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype grijze duinen (H2130). Echter: in afwijking van het ontwerpbesluit (2008) is de doelstelling voor subtype B (kalkarm) vervangen door die voor subtype A (kalkrijk), omdat uit onderzoek blijkt dat subtype B niet in het gebied voorkomt, maar subtype A wel74.

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gewone zeehond (H1365), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1330B en H2130B:

    H2130A – *Grijze duinen, kalkrijk

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). Het zwaartepunt van grijze duinen, kalkrijk (subtype A) ligt in de duinen tussen Bergen en Den Haag. De landelijke staat van instandhouding voor subtype A is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke doelstelling is voor gebieden met een relatief geringe bijdrage aan deze landelijke doelstelling (onder andere Duinen Ameland (005), Duinen Schiermonnikoog (006), Solleveld & Kapittelduinen (099), Zwin & Kievittepolder (123)) gekozen voor een behoudsdoelstelling. Ook voor het gebied Coepelduynen (096) geldt een behoudopgave, omdat het habitattype daar nog in goed ontwikkelde vorm voorkomt en er geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Door de ligging van het habitattype ten opzichte van de kustlijn treedt hier onvoldoende overstuiving door zand op, noodzakelijk voor het duurzaam voortbestaan van het habitattype, om kwaliteitsverbetering of uitbreiding van de oppervlakte te kunnen realiseren.

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H2130, subtype B, vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1340 en H1903:

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

    H1365 – Gewone zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    A3

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    De gewone zeehond verkeert landelijk in een gunstige staat van instandhouding. De landelijke doelstelling wijkt hiervan af, ten behoeve van herstel van de populatie na recente afname (door virussen), vooral in het Deltagebied. De landelijke doelstelling is: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie75. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend. Uitbreiding van de populatie dient vooral in de Delta gestimuleerd te worden76.

    De gebiedsdoelstellingen van Waddenzee (001), Noordzeekustzone (007), Vlakte van de Raan (163), Doggersbank (164) en Klaverbank (165) wijken af van de landelijke doelstelling. Er wordt behoud als doel gesteld. Het overgrote deel van de populatie bevindt zich in de Waddenzee. In de Waddenzee zijn de ligplaatsen goed beschermd, vooral tijdens zoog- en paringstijd. Met behoud van het huidige leefgebied wordt in dit gebied uitbreiding van de populatie ten doel gesteld. De populatie neemt de laatste decennia gestaag toe en het verspreidingsgebied is stabiel. De gestage groei van de populatie zal de komende jaren naar verwachting doorzetten, mits virussen uitblijven. Ook in de Noordzeekustzone, welke met name een foerageerfunctie voor de populatie uit de Waddenzee kent, gaat het goed met de soort.

    Op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van Vlakte van de Raan, Doggersbank en Klaverbank voor de gewone zeehond kan niet worden gesteld dat deze gebieden van essentieel belang zijn voor de soort. Voor deze gebieden geldt dat deze wat de ecologische functies betreft niet zijn te onderscheiden van de rest het leefgebied van de gewone zeehond binnen de Nederlandse exclusieve economische zone. In deze gebieden zijn geen droogvallende platen aanwezig waardoor ze geen rust- of voortplantingsfunctie hebben voor de soort. De Vlakte van de Raan dient mogelijk wel als foerageergebied voor de dieren die elders in het Deltagebied van rustgebieden gebruik maken of door het gebied trekken.

    Zuid-West Nederland herbergt geen levensvatbare populatie. De oorzaak hiervan is een te laag geboortecijfer in het Deltagebied, waardoor de kleine populatie zichzelf niet in stand kan houden. In het Deltagebied wordt gestreefd naar een regionale populatie van ten minste 200 exemplaren, waarbij de Voordelta (113) de grootste bijdrage levert. Om dit doel te bereiken zal in de gebieden Voordelta, Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) het areaal aan onverstoord gebied moeten toenemen zodat deze gebieden meer geschikt worden voor voortplanting. Voor de voortplanting zijn ongestoorde, permanent of bijna altijd droogvallende platen noodzakelijk.

    In Duinen Goeree & Kwade Hoek (101) en Grevelingen (115) is behoud van de kwaliteit van het leefgebied en behoud van de populatie voldoende, omdat deze gebieden alleen van belang zijn als foerageer- en rustgebied en als zodanig al goed functioneren.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de vierde zienswijze (betreffende H2130B) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk slechts gedeeltelijk geleid tot aanpassing van het besluit, namelijk voor zover het de toelichting op het doel bij grijze duinen betreft. Uit nader onderzoek is echter gebleken dat de betreffende graslanden op Hompelvoet niet behoren tot subtype B, maar tot subtype A, wat heeft geleid tot het formuleren van een gewijzigde instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

In paragraaf 5 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De derde alinea van de paragraaf Relatie met stikstof wordt vervangen door de volgende tekst:

    In het Natura 2000-gebied Grevelingen is het habitattype grijze duinen, kalkrijk (H2130A) het meest gevoelig voor stikstof68.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Kop van Schouwen (116) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-116)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2110:

    H1330

    Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

     

    Verkorte naam Schorren en zilte graslanden

    betreft het subtype:

    H1330A

    Schorren en zilte graslanden (buitendijks)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2110:

    H1330

    Schorren en zilte graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A) komt lokaal, met een kleine oppervlakte en een goede kwaliteit, voor aan de noordkant van het gebied. Het betreft een overgangszone van de duinen naar het strand. Behoud van oppervlakte en kwaliteit heeft betrekking op het langjarig gemiddelde, waarbij het type zich door dynamische processen lokaal kan ontwikkelen, maar lokaal ook (tijdelijk) kan verdwijnen door afsnoering van de zee met verzoeting als gevolg.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330), buitendijks (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2110:

    H1330A – Schorren en zilte graslanden, buitendijks

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    verbetering

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle kweldergebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype schorren en zilte graslanden, buitendijks (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Waddenzee (001) en Westerschelde & Saeftinghe (122) herbergen tezamen meer dan 80% van de landelijke oppervlakte en kunnen daarmee ook de grootste bijdrage leveren aan de herstelopgave. In de andere gebieden is het habitattype reeds in goede kwaliteit aanwezig (dus behoud is voldoende) of is herstel waarschijnlijk niet mogelijk gegeven de getijdendemping ten gevolge van de aanleg van de stormvloedkering (Oosterschelde (118)). In Zwin & Kievittepolder (123) daarentegen wordt verbetering kwaliteit, door toename aan dynamiek als gevolg van de uitbreiding van het gebied, wel mogelijk geacht. In het westelijke deel van de Westerschelde wijkt de oppervlakte kwelders sterk af van de natuurlijke situatie. Hier vindt nog steeds afbraak van schorren plaats. Daarom wordt hier uitbreiding van de oppervlakte nagestreefd. Met deze gebiedsdoelstellingen wordt de landelijke doelstelling voldoende afgedekt.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Manteling van Walcheren (117) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-117)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H2120:

    H1330

    Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae)

     

    Verkorte naam Schorren en zilte graslanden

    betreft het subtype:

    H1330B

    Schorren en zilte graslanden (binnendijks)

    H2110

    Embryonale wandelende duinen

     

    Verkorte naam Embryonale duinen

  • De tekst betreffende H2130 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H2130

    *Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

     

    Verkorte naam Grijze duinen

    betreft de subtypen:

    H2130A

    *Grijze duinen (kalkrijk)

    H2130B

    *Grijze duinen (kalkarm)

    H2130C

    *Grijze duinen (heischraal)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2160 en H2180:

    H2170

    Duinen met Salix repens ssp. argentea (Salicion arenariae)

     

    Verkorte naam Kruipwilgstruwelen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H2120:

    H1330

    Schorren en zilte graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit schorren en zilte graslanden, binnendijks (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype schorren en zilte graslanden, binnendijks (subtype B) komt met een beperkte oppervlakte en een goede kwaliteit voor in het noordoosten van het gebied (bij Fort Den Haak en langs het Veerse Meer).

    H2110

    Embryonale duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor in een smalle zone op de overgang van de duinen naar het strand.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2130 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H2130

    *Grijze duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit grijze duinen, kalkrijk (subtype A) en grijze duinen, heischraal (subtype C) en uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit grijze duinen, kalkarm (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype grijze duinen komt vooral voor als subtype kalkarm (subtype B), waarbinnen soms ook kleine oppervlakten tot subtype heischraal (subtype C) behoren. Grijze duinen, kalkrijk (subtype A) komt verspreid in de westelijke helft van het gebied voor. Samen omvatten ze een groot deel van het gebied. De gestelde doelen hangen samen met de landelijk zeer ongunstige staat van instandhouding en de grote verantwoordelijkheid van Nederland voor deze habitattypen in Europa. Gezien de zeldzaamheid, is behoud van de goede voorbeelden van de verschillende subtypen van groot belang.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2160 en H2180:

    H2170

    Kruipwilgstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in deelgebied Oranjezon voor, zowel in enkele duinvalleien als in de binnenduinrand (Beekshoekpolder).

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype schorren en zilte graslanden (H1330), binnendijks (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype embryonale duinen (H2110), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De tweede alinea vervalt.

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kruipwilgstruwelen (H2170), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2120:

    H1330B – Schorren en zilte graslanden, binnendijks

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    121

    Yerseke & Kapelse Moer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    124

    Groote Gat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Van het habitattype schorren en zilte graslanden, binnendijks (H1330B) is bijna driekwart van de landelijke oppervlakte opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling wijkt af op het aspect kwaliteit, omdat de matig ongunstige staat van instandhouding van de kwaliteit het gevolg is van de ongunstige situatie in het Noord-Hollandse veenweidegebied (Polder Westzaan (091)). Door vermindering van zoute kwel staan de betreffende zilte vegetaties daar sterk onder druk. Daarom is alleen in Polder Westzaan een hersteldoelstelling neergelegd. In de Oosterschelde (118) ligt een opgave voor uitbreiding van de oppervlakte, omdat de oppervlakte aan kwelders in dit gebied sterk afwijkt van de natuurlijke situatie.

    H2110 – Embryonale duinen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het grootste deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype embryonale duinen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoelen in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duinen (086) wijkt af van het landelijk doel op het aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam en door recente inrichtingsmaatregelen is er een situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkheden voor het habitattype in dit gebied. Met een uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te maken van de ecologische potenties van het gebied.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2130B en H2160:

    H2130C – *Grijze duinen, heischraal

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit x

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype grijze duinen, heischraal (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstelling voor het gebied Duinen Den Helder – Callantsoog (084) wijkt af van de landelijke doelstelling, omdat het habitattype in dit gebied reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is en er geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van het oppervlakte. In het gebied Duinen Goeree & Kwade hoek (101) is het habitattype reeds over voldoende oppervlakte aanwezig en zijn er geen potenties voor verdere uitbreiding. Er is wel een verbeteropgave voor de kwaliteit van het habitattype in dit gebied.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2160 en H2180A:

    H2170 – Kruipwilgstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud 2

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Lokaal uitbreiding oppervlakte van goed ontwikkelde vormen en lokaal verbetering kwaliteit.

    X Noot
    2

    De oppervlakte mag afnemen ten gunste van het habitattype vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype kruipwilgstruwelen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling. De lokale uitbreiding- en verbeteringdoelstelling ligt in het gebied Duinen Den Helder – Callantsoog (084). Het habitattype komt hier in geringe mate voor in matige tot goede kwaliteit en het gebied heeft goede potentie voor herstel.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de tweede zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze is aanvankelijk niet overgenomen, omdat werd verondersteld dat het habitattype alleen in het aangrenzende gebied Voordelta zou voorkomen. Uit een nadien gemaakte habitattypenkaart is echter gebleken dat het habitattype weliswaar buiten de kaartgrens voorkomt, maar binnen de (doorslaggevende) tekstueel aangegeven grens die wordt bepaald door de ligging van de duinvoet, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Oosterschelde (118) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-118)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1330 en H7140:

    H2130

    *Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

     

    Verkorte naam Grijze duinen

    betreft het subtype:

    H2130A

    *Grijze duinen (kalkrijk)

    H2160

    Duinen met Hippophaë rhamnoides

     

    Verkorte naam Duindoornstruwelen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H7140:

    H7210

    *Kalkhoudende moerassen met Cladium mariscus en soorten van het Caricion davallianae

     

    Verkorte naam Galigaanmoerassen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1340:

    H1103

    Fint (Alosa fallax)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1340 en H1365:

    H1351

    Bruinvis (Phocoena phocoena)

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1330 en H7140:

    H2130

    *Grijze duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit grijze duinen, kalkrijk (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype grijze duinen, kalkrijk (subtype A) komt op een beperkte oppervlakte en met een voldoende kwaliteit voor op de Westnol (inlaag Keihoogte), op Noord-Beveland. Behoud van het type is afhankelijk van het voortbestaan van in het verleden ontstane omstandigheden. Omdat het duingrasland inmiddels geïsoleerd is geraakt van andere duingebieden, is uitbreiding niet meer op natuurlijke wijze mogelijk.

    H2160

    Duindoornstruwelen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met name voor in de Westenschouwse Inlaag.

    H7210

    *Galigaanmoerassen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een redelijke oppervlakte voor op een binnendijkse locatie bij Het Sas, op Zuid-Beveland. Gezien de geringe potentie voor kwaliteitsverbetering, is behoud van de kwaliteit voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstellingen voor H1145:

    H1103

    Fint

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    Hoewel de fint een trekvis is, kan hij ook voorkomen in gebieden die niet op de trekroute liggen, zoals de Oosterschelde. Het gebied fungeert alleen als foerageergebied; paai en opgroeien van larven vinden niet plaats, omdat er geen verbinding met een rivier is. De landelijke verbeteringdoelstelling is van toepassing op gebieden met een trekfunctie, en dus niet op dit gebied.

    H1351

    Bruinvis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie.

    Toelichting

    De bruinvis wordt in een groot deel van de Oosterschelde met vrij hoge aantallen waargenomen. De populatie maakt deel uit van die in de gehele Noordzee. Het behoud van de omvang van het leefgebied en de populatie in de Oosterschelde maakt dan ook deel uit van een generieke bescherming op internationaal niveau. Er is in dit gebied gekozen voor behoud van de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan al voldoende is.

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De Oosterschelde fungeert als foerageer- en rustgebied voor een relatief klein deel van de Noordzeepopulatie.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype grijze duinen (H2130), kalkrijk (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duindoornstruwelen (H2160), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype galigaanmoerassen (H7210), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde, zevende en achtste alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort fint (H1103), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bruinvis (H1351), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1330B en H7140B:

    H2130A – *Grijze duinen, kalkrijk

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). Het zwaartepunt van grijze duinen, kalkrijk (subtype A) ligt in de duinen tussen Bergen en Den Haag. De landelijke staat van instandhouding voor subtype A is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke doelstelling is voor gebieden met een relatief geringe bijdrage aan deze landelijke doelstelling (onder andere Duinen Ameland (005), Duinen Schiermonnikoog (006), Solleveld & Kapittelduinen (099), Zwin & Kievittepolder (123)) gekozen voor een behoudsdoelstelling. Ook voor het gebied Coepelduynen (096) geldt een behoudopgave, omdat het habitattype daar nog in goed ontwikkelde vorm voorkomt en er geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Door de ligging van het habitattype ten opzichte van de kustlijn treedt hier onvoldoende overstuiving door zand op, noodzakelijk voor het duurzaam voortbestaan van het habitattype, om kwaliteitsverbetering of uitbreiding van de oppervlakte te kunnen realiseren.

    H2160 – Duindoornstruwelen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit... 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud1

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud1

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud1

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud1

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud1

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    ... van goed ontwikkelde vormen in de gebieden waar het type een belangrijke positie in het duinlandschap inneemt. Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen witte duinen (H2120), grijze duinen (*H2130) of vochtige duinvalleien (H2190), mits de totale oppervlakte van goed ontwikkelde vormen [in het betreffende gebied] niet afneemt. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype duindoornstruwelen is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling. Aan een groot deel van de gebieden is een “ten gunste formulering” toegevoegd. Afhankelijk van het voorkomen in deze gebieden zullen één of meerdere van de begunstigde habitattypen in de “ten gunste formulering” van de betreffende gebieden zijn opgenomen.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7140B:

    H7210 – *Galigaanmoerassen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype galigaanmoerassen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha galigaanmoerassen in Nederland is bijna de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke kwaliteitsdoelstelling sluit hierop aan. Ondanks dat ook de staat van instandhouding op het aspect oppervlakte matig ongunstig is, geldt voor de oppervlakte landelijk een behoudsdoelstelling. De reden hiervoor is dat het landschapsecologisch nauwelijks uitvoerbaar is om de aanwezige oppervlakten uit te breiden. Slechts in enkele gebieden zijn goede potenties voor uitbreiding van de oppervlakte. In deze gebieden wordt deze mogelijkheid benut en wijkt de doelstelling dan ook af van het landelijk doel. Dit betreft de gebieden Weerribben (034), De Wieden (035) en Oostelijke Vechtplassen (095), waar uitbreiding van de oppervlakte beoogd wordt om het habitattype duurzaam te behouden en de kwaliteit te verbeteren. Ook in het gebied Botshol (083) liggen mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte, waarmee het habitattype ook bij verdere verlanding behouden kan worden.

    Ook het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype biedt niet in alle gebieden evenveel potentie. Het meest kansrijk is de kwaliteitsverbetering in het Natura 2000-landschap Meren en Moerassen in combinatie met het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (H7140A). De verbeteropgave is daarom onder andere neergelegd in de gebieden Weerribben, De Wieden en Oostelijke Vechtplassen. Ook in de gebieden Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138) zijn goede kansen voor kwaliteitsverbetering. In de overige gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (onder andere Duinen en Lage Land Texel (002), Rottige Meenthe & Brandemeer (018) en Zwanenwater & Pettemerduinen (085)) en de geringe potentie voor kwaliteitsverbetering (onder andere Alde Feanen (013), Noordhollands Duinreservaat (087) en Korenburgerveen (061)).

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1340:

    H1103 – Fint

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    A

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    A

    aanwijzingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    A

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    B

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Voor trekvissen kan de som van de relatieve bijdragen boven de 100% uitkomen, omdat voor deze soorten alle gebieden in een trekroute van even groot belang zijn. Klassen zijn slechts globaal geduid (A > 15%, B = 2-15% en C < 2%) vanwege beperkte monitoringsgegevens.

    De landelijke staat van instandhouding van de fint is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “zeer ongunstig”. Op het aspect populatie, net als op het aspect kwaliteit leefgebied, sluit de landelijke doelstelling hierop aan. De landelijke doelstelling is aangepast van “behoud kwaliteit leefgebied” naar “verbetering kwaliteit leefgebied” zodat het doel op dit aspect aansluit bij de landelijke staat van instandhouding. Voor het aspect omvang leefgebied is, landelijk en in alle gebieden, een behoudopgave geformuleerd, omdat de zeer ongunstige staat van instandhouding op het aspect leefgebied veroorzaakt wordt door verminderde migratiemogelijkheden. Verbetering van de migratiemogelijkhedentussen de paaigebieden en de zee zal de populatie van deze anadrome vissoort in achterliggende gebieden naar verwachting uitbreiden. Het doel “verbetering kwaliteit leefgebied” heeft dan ook alleen betrekking op het gebied Haringvliet (109). In de Oosterschelde (118) is ook voor de populatie een behoudsdoel gesteld, omdat er in dit gebied alleen wordt gefoerageerd.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1340 en H1365:

    H1351 – Bruinvis

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    verbetering

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit1

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit2

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 4 oktober 2012, nr.20040.

    X Noot
    2

    Wijzigingsbesluit Vlakte van de Raan, Staatscourant 20 maart 2013, nr.7442.

    De landelijke staat van instandhouding van de bruinvis is beoordeeld als “matig ongunstig”77. De landelijke doelstelling sluit wat het aspect leefgebied betreft daarop aan: “behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie” (zie de toelichting in de tweede alinea). Het aspect populatie wordt, ondanks een geschat aantal bruinvissen dat hoger is dan de referentiewaarde, gewaardeerd met een matig ongunstige staat van instandhouding omdat de populatie een onevenwichtige leeftijdsopbouw lijkt te hebben78. De oorzaken van de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding kunnen op basis van de beschikbare informatie niet worden gekoppeld aan de afzonderlijke gebieden omdat de populatie in de Nederlandse Noordzee deel uitmaakt van een veel grotere populatie van de zuidelijke Noordzee.

    Op basis van beschikbare informatie met betrekking tot de specifieke ecologische functie voor de bruinvis kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Noordzee anderzijds. Bescherming van de sterk mobiele soort in een specifiek gebied is daarom niet geëigend, maar moet aansluiten bij de relevante ecologische schaal van het voorkomen van de populatie bruinvissen (het zuidelijke deel van de Noordzee). Hiervoor is een generieke, Noordzee-brede aanpak nodig. Het Bruinvisbeschermingsplan79 gaat daarom uit van het beginsel dat generieke bescherming meer geëigend is dan bescherming in een specifiek gebied.

    De doelstelling voor de gebieden Noordzeekustzone (007), Voordelta (113) en Vlakte van de Raan (163) sluiten aan bij de landelijke doelstelling. Voor de gebieden Doggersbank (164) en Klaverbank (165) is behoud tot doel gesteld om verdere achteruitgang te voorkomen. In de gebieden Waddenzee (001), Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) is gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan reeds voldoende goed is. De oorzaken van de matig ongunstige staat van instandhouding (zoals genoemd in het profiel voor deze soort) zijn niet van toepassing in deze gebieden.

    Met deze benadering, waarbij een generieke, Noordzee-brede aanpak voor de bescherming van de bruinvis (ook buiten Natura 2000-gebieden) is aangevuld met een verbeterdoel in een deel van de gebieden, wordt een landelijk gunstige staat van instandhouding van het leefgebied nagestreefd op een haalbare en betaalbare manier.

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de zestiende zienswijze (betreffende de bruinvis) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat voor de toevoeging van waarden het jaar van aanmelding als peildatum werd gehanteerd en er pas vanaf 2005 (en dus nog niet in 2003) sprake was van een bestendige populatie. Uit latere jurisprudentie80 is echter gebleken dat het moment van aanwijzen als peildatum gehanteerd moet worden, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Westerschelde & Saeftinghe (122) als Natura 2000-gebied (besluit van 18 december 2009, PDN/2009-122; gewijzigd op 27 september 2012, PDN/2012-122)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1130 en H1310:

    H1140

    Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

     

    Verkorte naam Slik- en zandplaten

    betreft het subtype:

    H1140B

    Slik- en zandplaten (Noordzeekustzone)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H2120 en H2160:

    H2130

    *Vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (“grijze duinen”)

     

    Verkorte naam Grijze duinen

    betreft het subtype:

    H2130A

    *Grijze duinen (kalkrijk)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1103 en H1365:

    H1351

    Bruinvis (Phocoena phocoena)

    H1364

    Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1130 en H1310:

    H1140

    Slik- en zandplaten

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit slik- en zandplaten, Noordzeekustzone (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype slik- en zandplaten, Noordzeekustzone (subtype B) komt voor in het westelijk deel van het Natura 2000-gebied, ten westen van de lijn Vlissingen-Breskens, aansluitend op de permanent overstroomde zandbanken (H1110B) bij Vlissingen en vooral bij de Verdronken Zwarte Polder.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H2120 en H2160:

    H2130

    *Grijze duinen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit grijze duinen, kalkrijk (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype grijze duinen, kalkrijk (subtype A) komt op een beperkte oppervlakte maar met goede kwaliteit voor op de Kaloot. Gezien de geïsoleerd liggende locatie, waardoor uitbreiding niet op natuurlijke wijze mogelijk is, is behoud van de oppervlakte voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstellingen tussen H1103 en H1365:

    H1351

    Bruinvis

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie.

    Toelichting

    De bruinvis wordt in de gehele Westerschelde (met name in de monding) met vrij hoge aantallen waargenomen. De populatie maakt deel uit van die in de gehele Noordzee. Het behoud van de omvang van het leefgebied en de populatie in de Westerschelde maakt dan ook deel uit van een generieke bescherming op internationaal niveau. Er is in dit gebied gekozen voor behoud van de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan al voldoende is.

    H1364

    Grijze zeehond

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De Westerschelde fungeert als foerageer- en rustgebied voor een relatief klein deel van de Noordzeepopulatie.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Een tweede, derde, vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype slik- en zandplaten (H1140), Noordzeekustzone (subtype B), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype grijze duinen (H2130), kalkrijk (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bruinvis (H1351), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grijze zeehond (H1364), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1130 en H1310A:

    H1140B – Slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Vrijwel het gehele landelijke areaal van dit subtype ligt in Natura 2000-gebieden. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone (subtype B) is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit op deze beoordeling aan. Beide gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H2120 en H2160:

    H2130A – *Grijze duinen, kalkrijk

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). Het zwaartepunt van grijze duinen, kalkrijk (subtype A) ligt in de duinen tussen Bergen en Den Haag. De landelijke staat van instandhouding voor subtype A is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In afwijking van de landelijke doelstelling is voor gebieden met een relatief geringe bijdrage aan deze landelijke doelstelling (onder andere Duinen Ameland (005), Duinen Schiermonnikoog (006), Solleveld & Kapittelduinen (099), Zwin & Kievittepolder (123)) gekozen voor een behoudsdoelstelling. Ook voor het gebied Coepelduynen (096) geldt een behoudopgave, omdat het habitattype daar nog in goed ontwikkelde vorm voorkomt en er geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Ook de doelstelling van het gebied Grevelingen (115) wijkt af van de landelijke doelstelling. Door de ligging van het habitattype ten opzichte van de kustlijn treedt hier onvoldoende overstuiving door zand op, noodzakelijk voor het duurzaam voortbestaan van het habitattype, om kwaliteitsverbetering of uitbreiding van de oppervlakte te kunnen realiseren.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1103 en H1365:

    H1351 – Bruinvis

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    verbetering

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit1

    113

    Voordelta

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    verbetering

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit2

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 4 oktober 2012, nr.20040.

    X Noot
    2

    Wijzigingsbesluit Vlakte van de Raan, Staatscourant 20 maart 2013, nr.7442.

    De landelijke staat van instandhouding van de bruinvis is beoordeeld als “matig ongunstig”81. De landelijke doelstelling sluit wat het aspect leefgebied betreft daarop aan: “behoud omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie” (zie de toelichting in de tweede alinea). Het aspect populatie wordt, ondanks een geschat aantal bruinvissen dat hoger is dan de referentiewaarde, gewaardeerd met een matig ongunstige staat van instandhouding omdat de populatie een onevenwichtige leeftijdsopbouw lijkt te hebben82. De oorzaken van de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding kunnen op basis van de beschikbare informatie niet worden gekoppeld aan de afzonderlijke gebieden omdat de populatie in de Nederlandse Noordzee deel uitmaakt van een veel grotere populatie van de zuidelijke Noordzee.

    Op basis van beschikbare informatie met betrekking tot de specifieke ecologische functie voor de bruinvis kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Noordzee anderzijds. Bescherming van de sterk mobiele soort in een specifiek gebied is daarom niet geëigend, maar moet aansluiten bij de relevante ecologische schaal van het voorkomen van de populatie bruinvissen (het zuidelijke deel van de Noordzee). Hiervoor is een generieke, Noordzee-brede aanpak nodig. Het Bruinvisbeschermingsplan83 gaat daarom uit van het beginsel dat generieke bescherming meer geëigend is dan bescherming in een specifiek gebied.

    De doelstelling voor de gebieden Noordzeekustzone (007), Voordelta (113) en Vlakte van de Raan (163) sluiten aan bij de landelijke doelstelling. Voor de gebieden Doggersbank (164) en Klaverbank (165) is behoud tot doel gesteld om verdere achteruitgang te voorkomen. In de gebieden Waddenzee (001), Oosterschelde (118) en Westerschelde & Saeftinghe (122) is gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de kwaliteit van het leefgebied omdat de kwaliteit daarvan reeds voldoende goed is. De oorzaken van de matig ongunstige staat van instandhouding (zoals genoemd in het profiel voor deze soort) zijn niet van toepassing in deze gebieden.

    Met deze benadering, waarbij een generieke, Noordzee-brede aanpak voor de bescherming van de bruinvis (ook buiten Natura 2000-gebieden) is aangevuld met een verbeterdoel in een deel van de gebieden, wordt een landelijk gunstige staat van instandhouding van het leefgebied nagestreefd op een haalbare en betaalbare manier.

    H1364 – Grijze zeehond

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    behoud

    B1-B2

    wijzigingsbesluit 1

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    118

    Oosterschelde

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    163

    Vlakte van de Raan

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    164

    Doggersbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    165

    Klaverbank

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Wijzigingsbesluit Noordzeekustzone, Staatscourant 18 oktober 2012, nr.21274.

    De landelijke staat van instandhouding van de grijze zeehond is op het aspect populatie beoordeeld als “gunstig”. Op het aspect leefgebied is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”.

    De landelijke doelstelling sluit wat betreft het aspect populatie op de staat van instandhouding aan.

    Grijze zeehonden moeten voor het werpen en zogen van jongen, zandbanken opzoeken die bij extreme weersomstandigheden (zoals zware winterstormen) overspoeld worden. Hierdoor treedt frequent sterfte van jongen op. Het is onduidelijk of het huidige leefgebied geschikt genoeg is voor een duurzame populatie zonder immigratie. Recent neemt het aantal in de Nederlandse kustwateren geboren pups toe en neemt de immigratie vanuit het Verenigd Koninkrijk af. Dat wordt gezien als een indicatie dat het probleem van voldoende permanent droge en onverstoorde ligplaatsen voor het werpen en zogen van jongen minder groot lijkt te zijn dan eerder werd verondersteld. Ter voorkoming van achteruitgang is daarom voor het aspect kwaliteit van het leefgebied een behoudopgave gekozen tot doel gesteld. De gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In die Natura 2000-gebieden waar droogvallende zandplaten en of embryonale duinen (rust- en voortplantingsgebied) aanwezig zijn, kunnen gebiedsspecifieke maatregelen gericht op de verstoring een bijdrage leveren aan de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling. Voor mariene gebieden waar deze ligplaatsen niet zijn, zijn generieke maatregelen met betrekking tot verstorende activiteiten meer geëigend (zie de toelichting in de tweede alinea).

    De Waddenzee (001) en de Noordzeekustzone (007) zijn de belangrijkste gebieden voor de grijze zeehond in Nederland. Naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State is met een wijzigingsbesluit (18 oktober 2012) meer inzichtelijk gemaakt hoe de gunstige staat van instandhouding voor de grijze zeehond kan worden bereikt en op welke gronden in het gebied Noordzeekustzone voor de grijze zeehond kan worden volstaan met een behouddoelstelling. De Noordzeekustzone heeft, met name in de winter, een belangrijke foerageerfunctie. Gelet op de recente toename van de soort, wordt een behoudsdoelstelling voorlopig voldoende geacht.

    Voor de gebieden in de Nederlandse exclusieve economische zone, Doggersbank (164) en Klaverbank (165), moet het volgende opgemerkt worden: op basis van beschikbare informatie over de ecologische functie van deze gebieden voor de grijze zeehond kan geen onderscheid gemaakt worden ten aanzien van het belang van de afzonderlijke gebieden enerzijds en de rest van de Nederlandse exclusieve economische zone anderzijds. Hetzelfde geldt voor de Vlakte van de Raan (163), dat mogelijk als foerageergebied dient voor dieren die zich in de nabije omgeving voortplanten of door het gebied trekken.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de vierde zienswijze (betreffende H1140) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat werd verondersteld dat droogvallende slik- en zandplaten alleen voorkomen ten oosten van de lijn Vlissingen-Breskens en dus onderdeel uitmaken van het habitattype estuaria (H1130). Uit nader onderzoek is echter gebleken dat droogvallende slik- en zandplaten ook (in beperkte mate) voorkomen ten westen van de lijn Vlissingen-Breskens, wat heeft geleid tot het formuleren van een (afzonderlijke) instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit. In het Natura 2000-gebiedendocument (2006) is overigens abusievelijk een voorstel tot verwijderen van het habitattype uit de database vermeld (het habitattype was niet aangemeld en kon dus ook niet verwijderd worden). De kernopgaven per gebied zijn opgenomen in het Natura 2000 doelendocument (2006) en geven richting aan de uitwerking van de doelen in de beheerplannen. Ze worden niet in de besluiten opgenomen (zie ook paragraaf 4.1 van bijlage C). Bij het opstellen van de beheerplannen is men vrij om binnen de kaders van het aanwijzingsbesluit aanvullende prioriteiten te stellen.

  • Het antwoord op de viertiende zienswijze (betreffende de bruinvis) wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat de Westerschelde niet van specifiek belang zou zijn voor de soort en omdat werd verondersteld dat er geen sprake was van een bestendige populatie. Uit nader onderzoek (met verduidelijkte criteria ten aanzien van bestendig gebruik en minimale populatieomvang) is echter gebleken dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Zwin & Kievittepolder (123) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-123; gewijzigd op 16 juni 2014, PDN/2014-123, en gewijzigd op 18 december 2014)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H1140 wordt vanwege de toevoeging van subtype B als volgt gewijzigd:

    H1140

    Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten

     

    Verkorte naam Slik- en zandplaten

    betreft de subtypen:

    H1140A

    Slik- en zandplaten (getijdengebied)

    H1140B

    Slik- en zandplaten (Noordzee-kustzone)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H2160:

    H2180

    Beboste duinen van het Atlantische, continentale en boreale gebied

     

    Verkorte naam Duinbossen

    betreft de subtypen:

    H2180B

    Duinbossen (vochtig)

    H2180C

    Duinbossen (binnenduinrand)

    H2190

    Vochtige duinvalleien

     

    Verkorte naam Vochtige duinvalleien

    betreft de subtypen:

    H2190A

    Vochtige duinvalleien (open water)

    H2190B

    Vochtige duinvalleien (kalkrijk)

    H2190D

    Vochtige duinvalleien (hoge moerasplanten)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H1140 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype B):

    H1140

    Slik- en zandplaten

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit slik- en zandplaten, getijdengebied (subtype A) en behoud oppervlakte en kwaliteit slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone (subtype B).

    Toelichting

    Het habitattype slik- en zandplaten vormt een grensoverschrijdend habitattype met het Vlaamse deel van dit gebied. De Zwingeul, die komend vanuit zee tot ver in het gebied door dringt, maakt deel uit van dit habitattype. De zuidkant daarvan behoort tot subtype getijdengebied (subtype A); de noordkant behoort, samen met het droogvallende strand, tot subtype Noordzee-kustzone (subtype B). Voorkomen, ligging en areaal van dit habitattype kunnen, in samenhang met de habitattypen zilte pionierbegroeiingen (H1310A), slijkgrasvelden (H1320) en schorren en zilte graslanden (H1330A), jaarlijks sterk wisselen ten gevolge van erosie- en sedimentatieprocessen. Verbetering van kwaliteit wordt in de zone met subtype A mogelijk geacht door het toestaan van meer dynamiek, zoals voorzien in het kader van het in voorbereiding zijnde grensoverschrijdend project “Duurzaam behoud en uitbreiding van het Zwin als natuurlijk intergetijdengebied”.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H2160:

    H2180

    Duinbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit duinbossen, vochtig (subtype B) en duinbossen, binnenduinrand (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte en een matige kwaliteit voor in de Kievittepolder. Het betreft een elzenbosje dat behoort tot subtype vochtig (subtype B) en verschillende bosjes die behoren tot subtype binnenduinrand (subtype C). Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

    H2190

    Vochtige duinvalleien

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige duinvalleien, open water (subtype A), vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B) en vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige duinvalleien komt, met een beperkte oppervlakte, verspreid voor in de Kievittepolder. De subtypen open water (subtype A) en kalkrijk (subtype B) hebben een goede kwaliteit en het subtype hoge moerasplanten (subtype D) een matige kwaliteit. Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2008), is het gebied ook aangewezen voor het habitattype slik- en zandplaten (H1140), getijdengebied (subtype A). Echter, in aanvulling op het ontwerpbesluit (2008), is ook een doelstelling opgenomen voor subtype Noordzeekustzone (subtype B). Uit onderzoek blijkt dat dit type, met beide subtypen, in het gebied voorkomt.

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype duinbossen (H2180), vochtig (subtype B) en binnenduinrand (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige duinvalleien (H2190), open water (subtype A), kalkrijk (subtype B) en hoge moerasplanten (subtype D), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1140A en H1310A:

    H1140B – Slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    113

    Voordelta

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Vrijwel het gehele landelijke areaal van dit subtype ligt in Natura 2000-gebieden. De landelijke staat van instandhouding voor het habitattype slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone (subtype B) is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit op deze beoordeling aan. De gebiedsdoelen zijn in overeenstemming met de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H2160:

    H2180B – Duinbossen, vochtig

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit... 1

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 2

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud 3

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud3

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    ... maar lokaal uitbreiding oppervlakte.

    X Noot
    2

    In eerdere aanwijzingsbesluiten was het niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden. Op basis van de huidige kennis wordt de relatieve bijdrage per subtype weergegeven. Dit betekent dat enkele relatieve bijdragen kunnen afwijken ten opzichte van eerdere aanwijzingsbesluiten.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen grijze duinen (H2130) of vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinbossen, vochtig (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De lokale opgave voor uitbreiding oppervlakte is op de Waddeneilanden neergelegd, omdat de oppervlakte van dit subtype daar klein is. De kwaliteitsdoelstellingen van Duinen Den Helder-Callantsoog (084), Schoorlse Duinen (086) en Zwin & Kievittepolder (123) wijken af van het landelijk doel, omdat hier weinig potentie voor kwaliteitsverbetering is. Ook in de gebieden Zwanenwater & Pettemerduinen (085) en Voornes Duin (100) wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd in tegenstelling tot het landelijk doel, omdat hier reeds een goed ontwikkelde oppervlakte van het habitattype duinbossen, vochtig (subtype B) aanwezig is.

    H2180C – Duinbossen, binnenduinrand

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    098

    Westduinpark & Wapendal

    behoud2

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    behoud2

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud2

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    In eerdere aanwijzingsbesluiten was het niet mogelijk om de actuele voorkomens van de afzonderlijke subtypen in kwantitatieve zin te duiden. Op basis van de huidige kennis wordt de relatieve bijdrage per subtype weergegeven. Dit betekent dat enkele relatieve bijdragen kunnen afwijken ten opzichte van eerdere aanwijzingsbesluiten.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattypen grijze duinen (H2130) of vochtige duinvalleien (H2190). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype duinbossen, binnenduinrand (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan84. Kwaliteitsverbetering wordt nagestreefd in de gebieden waar de beste mogelijkheden liggen voor kwaliteitsverbetering en/of die een belangrijke bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling. Vanwege de relatief kleine oppervlakte van dit habitattype op de Waddeneilanden is in het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) een doel gesteld voor uitbreiding van de oppervlakte.

    H2190A – Vochtige duinvalleien, open water

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    086

    Schoorlse Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, open water (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan voor het aspect kwaliteit. Echter op het aspect oppervlakte wijkt het landelijk doel af, omdat Nederland een relatief zeer groot belang heeft voor het habitattype. Er geldt een behoudsdoelstelling als er in het gebied geen herstelmogelijkheden zijn, zoals in Duinen Vlieland (003). Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Dit is niet mogelijk op plaatsen waar conflict zou ontstaan met de veiligheid van het achterliggende land en ook niet waar de duinen te smal zijn voor grootschalige verstuivingen, zoals Manteling van Walcheren (117) en Zwin & Kievittepolder (123).

    H2190B – Vochtige duinvalleien, kalkrijk

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    001

    Waddenzee

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    007

    Noordzeekustzone

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    100

    Voornes Duin

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    115

    Grevelingen

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    122

    Westerschelde & Saeftinghe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, kalkrijk (subtype B) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Wanneer er geen potentiële herstelmogelijkheden aanwezig zijn binnen de begrenzing van het gebied door bijvoorbeeld de mate van dynamiek, zoals in Waddenzee (001), Noordzeekustzone (007) en Grevelingen (115) is er een behoudsdoelstelling geformuleerd. Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Dit is niet mogelijk op plaatsen waar conflict zou ontstaan met de veiligheid van het achterliggende land en ook niet waar de duinen te smal zijn voor grootschalige verstuivingen, zoals Manteling van Walcheren (117) en Zwin & Kievittepolder (123).

    H2190D – Vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    003

    Duinen Vlieland

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    096

    Coepelduynen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    099

    Solleveld & Kapittelduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    100

    Voornes Duin

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    101

    Duinen Goeree & Kwade Hoek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit x

    117

    Manteling van Walcheren

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    123

    Zwin & Kievittepolder

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige duinvalleien, kalkrijk (H2190B), is toegestaan.

    Vrijwel alle duingebieden langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betekent dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binnen het landelijke Natura 2000-netwerk (>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (subtype D) is voor de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan voor het aspect oppervlakte; voor het aspect kwaliteit wijkt de landelijke doelstelling echter af. Hiervoor is gekozen vanwege het zeer grote relatieve belang dat Nederland heeft voor het habitattype en bovendien om het hydrologische herstel, dat reeds is ingezet voor het habitattype, optimaal te benutten. Wanneer er geen potentiële herstelmogelijkheden aanwezig zijn binnen de begrenzing van het gebied, zoals in Duinen Terschelling (004), is er een behoudsdoelstelling neergelegd.

    Alle verbeterdoelstellingen sluiten aan op reeds ingezet hydrologisch herstel (Waddeneilanden en Hollandse kust) en regeneratie van duinvalleien in duingebieden die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge stadia en de rijke variatie aan vochtige duinvalleien, is vergroting van dynamiek door wind en zee noodzakelijk in een deel van de gebieden. Dit is niet mogelijk op plaatsen waar conflict zou ontstaan met de veiligheid van het achterliggende land en ook niet waar de duinen te smal zijn voor grootschalige verstuivingen, zoals Manteling van Walcheren (117) en Zwin & Kievittepolder (123).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Brabantse Wal (128) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-128; gewijzigd op 16 oktober 2014, PDN/2014-112)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H4030:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H4030:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor op de oever van een ven in deelgebied Kortenhoeff en verder op een aantal afgeplagde terreinen in dat deelgebied en weerszijden van het Kleine Meer. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering op relatief stabiele (natuurlijke) locaties.

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte en matige kwaliteit voor op een oude bosgroeiplaats bij de Bieduinenhof. Er is zijn mogelijkheden voor (enige) kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H4030:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft85. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan86. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Langstraat (130) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-130)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H3140:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3140 en H6410:

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    H4010

    Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

     

    Verkorte naam Vochtige heiden

    betreft het subtype:

    H4010A

    Vochtige heiden (hogere zandgronden)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H7140:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7140 en H7230:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype kranswierwateren (H3140) komt verspreid in het gebied voor ten westen van de Tolweg en in het deelgebied de Dullaard, in sloten die worden gevoed met helder kwelwater. In De Dullaard komt lokaal ook het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150) voor. Blauwgraslanden (H6410) komen onder andere voor ten westen van de Tolweg en ten westen van de Meerdijksche Driessen. Het habitattype kalkmoerassen (H7230) komt voor in het Labbegat, alwaar onder andere ook zwakgebufferde vennen (H3130) aanwezig zijn. Het habitattype overgangs- en trilvenenkomt met subtype trilvenen (H7140A) voor ten noorden van het Zuiderafwateringskanaal en met subtype veenmosrietlanden (H7140B) in Den Dulver. De grote modderkruiper (H1145) en de kleine modderkruiper (H1149) komen wijdverspreid voor in de sloten in het gebied.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H3140:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in deelgebied Labbegat voor, in de vorm van vegetaties met veelstengelige waterbies in laaggelegen percelen, grotendeels met een goede kwaliteit. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3140 en H6410:

    H3150

    Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een goede kwaliteit voor in een petgat in deelgebied De Dullaard. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteistverbetering.

    H4010

    Vochtige heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt in deelgebied Labbegat op een vrij beperkte oppervlakte voor en is ontstaan nadat hier herstelmaatregelen hebben plaatsgevonden. Het is mogelijk dat een deel van de oppervlakte door successie overgaat in een ander habitattype, maar dat past binnen het behoud van het langjarige gemiddelde, omdat er ook sprake is geweest van toename en het behoud gericht is op de duurzame locaties.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H7140:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt in deelgebied Labbegat op een kleine oppervlakte voor; vanwege de aanwezigheid van gele zegge, die ook voorkomt in het nabijgelegen H7230, is de kwaliteit ten dele goed.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7140 en H7230:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op een vrij beperkte oppervlakte in deelgebied Labbegat voor en is ontstaan nadat hier herstelmaatregelen hebben plaatsgevonden. Het is mogelijk dat een deel van de oppervlakte door successie overgaat in een ander habitattype, maar dat past binnen het behoud van het langjarige gemiddelde, omdat er ook sprake is geweest van toename en het behoud gericht is op de (relatief) duurzame locaties.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste en de tweede alinea vervallen.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige heiden (H4010), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de derde en de vierde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150) omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3140:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan87. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3140 en H6410:

    H3150 – Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit x

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden wordt binnen de Natura 2000-gebieden beschermd (gebaseerd op een schatting van de oppervlakten van zowel begroeide als onbegroeide waterdelen van eutrofe meren en plassen). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In verscheidene gebieden wordt afgeweken van de landelijke doelstelling. In andere gebieden wordt er van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat er nagenoeg geen mogelijkheid (ruimte) is om het habitattype uit te breiden en/of de potentie om de kwaliteit ervan te verbeteren gering is, bijvoorbeeld in Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Alde Feanen (013) en Botshol (083). In het Naardermeer (094) is door recent herstel een aanzienlijk areaal van het habitattype aanwezig. Behoud is derhalve voldoende.

    H4010A – Vochtige heiden, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt wijdverspreid voor in Nederland. Meer dan twee derde van de landelijke oppervlakte van dit subtype is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan88. Mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte liggen onder andere op de Veluwe (057) en in de gebieden op het Drents plateau, waar dit subtype over grote oppervlakten voorkomt. Verder is de uitbreidingsopgave neergelegd in de gebieden waar de beste potenties zijn: waar voldoende ruimte en mogelijkheden zijn voor uitbreiding. Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is: bijvoorbeeld waar herstel van sterk vergraste vormen van dit subtype mogelijk is. Een speciale herstelopgave voor de kwaliteit van dit subtype ligt in de beekdalen waar het habitattype onderdeel uitmaakt van de gradiënt van hogere zandgronden naar de beek (bijvoorbeeld Wijnjeterper Schar (016), Stelkampsveld (060) en Meinweg (149)). In de meeste gebieden waar, in tegenstelling tot deze landelijke doelstelling, behoud van de kwaliteit wordt nagestreefd komt het subtype slechts in beperkte mate voor. De potenties ter verbetering van de kwaliteit zijn in deze gebieden veelal gering.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H7140A:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7140B en H7230:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft89. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-131; gewijzigd op 16 oktober 2014, PDN/2014-131)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H6410:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6410 en H9160:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H6410:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte op verschillende locaties voor in de Loonse en Drunense Duinen. Het gaat om restanten van de buiten het stuifzandlandschap gelegen Drunense Heide en Helvoirtsche Heide. Uitbreiding en kwaliteitsverbetering kan plaatsvinden door de voorgenomen verwijdering van heidebebossingen en door vermindering van de vergrassing op bestaande locaties.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6410 en H9160:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met wisselende kwaliteit, verspreid voor in de deelgebieden De Brand en Nieuwe, Oude en Hoornmanker Tiend. Het gaat om bos op oude bosgroeiplaatsen (soms betreft het tevens een oude bosopstand). Er zijn mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3130 en H6410:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6410 en H9160A:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan90. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek (132) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-132; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3140 en H6410:

    H3150

    Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition

     

    Verkorte naam Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    H6230

    *Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa)

     

    Verkorte naam Heischrale graslanden

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1061 en H1145:

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1149 en H1831:

    H1166

    Kamsalamander (Triturus cristatus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3140 en H6410:

    H3150

    Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit voor in het Bossche Broek. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

    H6230

    *Heischrale graslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een vrij beperkte oppervlakte en een matige kwaliteit voor in de deelgebieden Moerputten en Bossche Broek. Behoud is voldoende omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1061 en H1145:

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt, met een vrij grote populatie, verspreid voor in sloten in de deelgebieden Vlijmens Ven en Moerputten.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1149 en H1831:

    H1166

    Kamsalamander

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kamsalamander is op een aantal locaties in deelgebied Moerputten waargenomen. Daarbij is voortplanting aangetoond. Omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor uitbreiding, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden (H3150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype heischrale graslanden (H6230), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kamsalamander (H1166), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3140 en H6410:

    H3150 – Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit x

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype meren met krabbenscheer en fonteinkruiden wordt binnen de Natura 2000-gebieden beschermd (gebaseerd op een schatting van de oppervlakten van zowel begroeide als onbegroeide waterdelen van eutrofe meren en plassen). De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In verscheidene gebieden wordt afgeweken van de landelijke doelstelling. In andere gebieden wordt er van de landelijke doelstelling afgeweken, omdat er nagenoeg geen mogelijkheid (ruimte) is om het habitattype uit te breiden en/of de potentie om de kwaliteit ervan te verbeteren gering is, bijvoorbeeld in Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (010), Alde Feanen (013) en Botshol (083). In het Naardermeer (094) is door recent herstel een aanzienlijk areaal van het habitattype aanwezig. Behoud is derhalve voldoende.

    H6230 – *Heischrale graslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    004

    Duinen Terschelling

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    005

    Duinen Ameland

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    B1

    ontwerp-wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    026

    Drouwenenzand

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    033

    Bargerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    064

    Wooldse Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder-Callantsoog

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype heischrale graslanden heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Van de circa 100 ha heischrale graslanden in Nederland is ongeveer de helft opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In enkele gebieden wijkt de doelstelling betreffende de oppervlakte af van het landelijk doel en wordt behoud nagestreefd. De belangrijkste reden hiervoor is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn, onder andere in Dinkelland (049). Het landelijke doel ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype. In enkele andere gebieden wordt behoud van de kwaliteit nagestreefd, in tegenstelling tot het landelijk doel. Mogelijke redenen hiervoor zijn de aanwezigheid van reeds goede kwaliteit (Bargerveen (033)) en geringe mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering (Dinkelland (049)).

In bijlage B.3.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1061 en H1145:

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

De landelijke staat van instandhouding van de bittervoorn is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1149 en H1831:

    H1166 – Kamsalamander

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    verbetering

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de kamsalamander is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende kwantitatieve verspreidingsgegevens om de relatieve bijdrage per gebied te kunnen bepalen. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het leefgebied en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het leefgebied ten behoeve van uitbreiding van de populatie nagestreefd (onder andere in Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027)). In sommige gebieden is het leefgebied al op orde en gedijt ook een behoorlijke populatie zoals in Willinks Weust (062) en is behoud derhalve voldoende. Tenslotte is in de Limburgse gebieden Bemelerberg & Schiepersberg (156) en Geuldal (157) voor behoud gekozen vanwege mogelijke beperkingen voor de instandhoudingsdoelstellingen van de geelbuikvuurpad (H1193).

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Het antwoord op de laatste zienswijze wordt vervangen door de volgende tekst:

    De zienswijze heeft aanvankelijk niet geleid tot aanpassing van het besluit, omdat er geen gedocumenteerde waarnemingen van de bittervoorn bekend waren ten tijde van de aanmelding van het gebied. Uit onderzoek is echter gebleken dat er wel degelijk een bestendige populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt, wat heeft geleid tot het formuleren van een instandhoudingsdoelstelling in een wijzigingsbesluit.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-133)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7210 en H9190:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H9190 en H91E0:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1082:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1149 en H1166:

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7210 en H9190:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met wisselende kwaliteit, met name voor op de wat hoger gelegen delen in deelgebied Smalbroeken (Kampina) en lokaal in deelgebied Oisterwijkse Vennen. Het gaat om bos op oude bosgroeiplaatsen (de bosopstanden zelf zijn jonger). Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering in de vrij kleine, verspreid liggende locaties beperkt zijn.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H9190 en H91E0:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in beperkte mate en met zowel goede als matige kwaliteit, voor op enkele locaties in deelgebied Kampina (bij de Moddervelden, het Belversven en in Smalbroeken). Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding (zonder dat dat ten koste zou gaan van uitbreidingsdoelstellingen voor vennen en heide) en kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1082:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel heeft zich in 2006 in het gebied ge(her)vestigd en wordt sindsdien verspreid in deelgebied Kampina (inclusief het Winkelsven, het Klokketorenven en langs de Heiloop) waargenomen. Vanwege de beoogde uitbreiding en kwaliteitsverbetering van zwakgebufferde vennen (H3130) mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1149 en H1166:

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad komt voor in de Beerze en in de Heiloop in het deelgebied Smalbroeken. De populatie is waarschijnlijk niet groot.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Tussen de zesde en de zevende alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Een elfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7210 en H9190:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan91. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H9190 en H91E0C:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1082:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1149 en H1166:

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud 3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”92 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Regte Heide & Riels Laag (134) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-134)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H2310

    Psammofiele heide met Calluna en Genista

     

    Verkorte naam Stuifzandheiden met struikhei

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H7150:

    H6410

    Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

     

    Verkorte naam Blauwgraslanden

    H7140

    Overgangs- en trilveen

     

    Verkorte naam Overgangs- en trilvenen

    betreft het subtype:

    H7140A

    Overgangs- en trilvenen (trilvenen)

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Veel vennen op de Regte Heide behoren tot het habitattype zure vennen (H3160). Het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130) is, buiten de heide, vooral aanwezig in gegraven laagten in het beekdal van de Lei. De heide in het gebied bestaat voornamelijk uit een afwisseling van vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) en droge heiden (H4030). Pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150) komen voornamelijk voor op plagplekken in de heide en rondom zure vennen (H3160). In Riels Laag heeft veel natuurontwikkeling plaatsgevonden; in dit deelgebied komen blauwgraslanden (H6410) en overgangs- en trilvenen, trilvenen (H7140A). Direct langs de Lei, in het uiterste zuidwesten van het gebied, komt het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (H91E0C) voor.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2310 vervalt.

  • De toelichting op de instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H4030 wordt vervangen (noodzakelijk door de verwijdering van H2310):

Toelichting Het habitattype komt vrij veel voor in deelgebied Regte Heide. Omdat een deel is vergrast, wordt verbetering van de kwaliteit nagestreefd.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H7150:

    H6410

    Blauwgraslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een vrij beperkte oppervlakte en met een deels goede, deels matige kwaliteit, voor bij Papenmoeren en aan de rand van het Riels Laag, in het beekdal van de Lei. Gezien het feit dat onbekend is of er mogelijkheden zijn voor verdere uitbreiding en kwaliteitsverbetering, is voorzichtigheidshalve gekozen voor een behoudsdoel.

    H7140

    Overgangs- en trilvenen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor aan de randen van het Riels Laag. De kwaliteit is op zich goed, maar nog eenzijdig ontwikkeld. Gezien het feit dat onbekend is of er mogelijkheden zijn voor verdere uitbreiding en kwaliteitsverbetering, is voorzichtigheidshalve gekozen voor een behoudsdoel.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied niet aangewezen voor het habitattype stuifzandheiden met struikhei (H2310), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt. De locaties waar de kwalificerende plantengemeenschappen voorkomen, zijn bij nader inzien niet gelegen op vaaggronden die ontstaan zijn als gevolg van holocene zandverstuivingen.

  • De tweede alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007), is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030). De droge heidevegetaties zijn eerder gerekend tot het habitattype stuifzandheiden met struikhei (H2310), maar dat habitattype blijkt niet in het gebied voor te komen (zie de eerste alinea).

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype blauwgraslanden (H6410), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype overgangs- en trilvenen (H7140), trilvenen (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H2310 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H7150:

    H6410 – Blauwgraslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Het habitattype blauwgraslanden komt in verspreid liggende gebieden in kleine oppervlakten voor. Van de circa 180 ha blauwgrasland in Nederland is ongeveer twee derde opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype blauwgraslanden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”93. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor het merendeel van de gebieden geldt dat de doelen aansluiten bij de landelijke doelstelling van uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit van het habitattype. In een aantal gevallen is hiervan afgeweken en is er gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de oppervlakte of de kwaliteit. De belangrijkste reden met betrekking tot de oppervlakte is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. In het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) bijvoorbeeld wordt gezien de geïsoleerde ligging van het gebied geen potentieel herstel van de kwaliteit verwacht. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype.

    H7140A – Overgangs- en trilvenen, trilvenen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    Bijna drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype overgangs- en trilvenen, trilvenen (subtype A) is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”n. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Bijna alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke opgave. In de gebieden Alde Feanen (013), Vecht- en Beneden-Reggegebied (039), Dinkelland (049), IJsselmeer (072) en Regte Heide & Riels Laag (134) wordt van de landelijke doelstelling afgeweken en zijn er behoudsdoelstellingen geformuleerd, omdat er in deze gebieden slechts geringe oppervlakten van dit subtype aanwezig zijn en er weinig zicht is op herstel.

In bijlage C (Motivering van het besluit op basis van de binnengekomen zienswijzen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de paragraaf Contour “haalbaar en betaalbaar”, onderdeel van paragraaf 4, wordt de laatste volzin vervangen door de volgende tekst:

    Dit geldt bijvoorbeeld voor de habitattypen vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) en droge heiden (H4030). Voor deze habitattypen zijn de ecologische omstandigheden nog niet op orde.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Kempenland-West (135) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-135)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7150 en H91E0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

    H9160

    Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

     

    Verkorte naam Eiken-haagbeukenbossen

    betreft het subtype:

    H9160A

    Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden)

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H91E0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met wisselende kwaliteit, verspreid voor langs de Reusel en lokaal langs de Groote Beerze. Het gaat om bos op oude bosgroeiplaatsen (en ten dele ook om oude bosopstanden). Met name in de grotere locaties zijn er mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering.

    H9160

    Eiken-haagbeukenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt voor op twee locaties langs de Reusel, in afwisseling met H9120 en H91E0C. De mogelijkheden voor uitbreiding lijken beperkt, maar de verwachting is dat er wel kwaliteitsverbetering mogelijk is, in samenhang met het verbeterdoel voor H91E0C.

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte, maar wel met drie verschillende subassociaties, voor op de flanken van het beekdal van de Groote Beerze, ter hoogte van Grijze Steen. Het gaat om bos op oude bosgroeiplaatsen (de bosopstanden zelf zijn jonger). Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt op vrij veel locaties voor: verspreid langs vennen op de Mispeleindsche Heide, in Het Goor en langs de Groote Beerze (ter hoogte van Grijze Steen). In alle deelgebieden betreft het zowel goede als matige kwaliteit. Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype eiken-haagbeukenbossen (H9160), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7150 en H91E0C:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan94. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

    H9160A – Eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    063

    Bekendelle

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt voornamelijk voor in kleine bosjes in Oost-Nederland. Door het verspreide en versnipperde voorkomen van dit subtype is slechts circa 20% van de landelijke oppervlakte van dit subtype opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke dekking van het habitattype als geheel (subtypen A en B gecombineerd) is aanzienlijk groter (80%), omdat bij de selectie vooral is gelet op het voorkomen in Zuid-Limburg dat nu apart wordt onderscheiden als subtype B.

    De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke opgave worden nagestreefd. In enkele gebieden wijkt de doelstelling, op het aspect oppervlakte, af van de landelijke doelstelling. In deze gebieden is de ruimte waar dit habitattype voor zou kunnen komen reeds volledig benut. Ook wordt in enkele gebieden behoud van de kwaliteit beoogd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. Eén van de redenen hiervoor is dat de kwaliteit in het gebied reeds goed is waardoor een behoudsdoelstelling voldoende is, bijvoorbeeld in de gebieden Landgoederen Oldenzaal (050) en Leudal (147); een andere reden is dat er weinig potentie is voor kwaliteitsverbetering, zoals in Dinkelland (049).

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan95. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-136; gewijzigd op 28 mei 2015, PDN/2015-004)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1134 en H1166:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1134 en H1166:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt verspreid in het gebied voor: in de Run, de Keersop, de Dommel en de Tongelreep. De vangsten suggereren dat het een vrij grote populatie betreft.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 en H1166:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Strabrechtse Heide & Beuven (137) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-137)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H91E0:

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1831:

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H91E0:

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor in een groot deel van het heidelandschap. Het grote aantal locaties en de relatief grote totale oppervlakte, zoals gekarteerd op het moment van aanwijzen, zijn waarschijnlijk vooral ontstaan door veel plaggen in relatief korte tijd. De behoudsdoelstelling betreft echter het (lagere) langjarige gemiddelde, dat bepaald wordt door enerzijds een tijdelijke uitbreiding als gevolg van plaggen en anderzijds successie naar vochtige heiden (H4010A).

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid en met een matige tot goede kwaliteit voor, met name aan de noordwestkant van het gebied (op de overgang van het heidelandschap naar het beekdal van de Kleine Dommel). De mogelijkheden voor uitbreiding lijken beperkt, maar de verwachting is dat er wel kwaliteitsverbetering mogelijk is, in samenhang met de verbeterdoelen voor verschillende andere habitattypen van vochtige standplaatsen.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1831:

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt in de Kleine Dommel voor, aan de westgrens van het gebied. De vrij grote populatie is onderdeel van de populatie die ook (buiten het gebied) stroomopwaarts en stroomafwaarts in deze beek voorkomt.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een derde, vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H91E0C:

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft96. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1831:

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

In paragraaf 4.2 van bijlage C wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In het antwoord op de derde zienswijze vervalt de volgende tekst:

    Strabrechtse Heide & Beuven is niet aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Weerter- en Budelerbergen & Ringselven (138) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-138)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3130 en H7210:

    H4010

    Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

     

    Verkorte naam Vochtige heiden

    betreft het subtype:

    H4010A

    Vochtige heiden (hogere zandgronden)

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

    H6410

    Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

     

    Verkorte naam Blauwgraslanden

    H7150

    Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion

     

    Verkorte naam Pioniervegetaties met snavelbiezen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7210 en H91D0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1149:

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

  • De volgende tekst vervalt:

    H1166

    Kamsalamander (Triturus cristatus)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1166:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

Paragraaf 4.4 wordt vervangen:

4.4 Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied

De begrenzing van het Habitatrichtlijngebied Weerter- en Budelerbergen & Ringselven is in het bijzonder bepaald aan de hand van de ligging van habitattypen en leefgebieden van de soorten waarvoor het gebied is aangewezen (zie verder paragraaf 3.2). De verspreiding van de betreffende habitattypen en soorten binnen het gebied wordt in deze paragraaf globaal beschreven ter onderbouwing van de gevolgde begrenzing. Het is niet bedoeld als een uitputtende beschrijving.

Het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130) komt op een aantal plekken in het Ringselven voor, maar ook in enkele laagten direct ten zuiden van de Zuid-Willemsvaart en in enkele herstelde vennen in het Weerterbos. De habitattypen vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) en droge heiden (H4030) komen verspreid in het gebied voor. Langs de oevers van het Ringselven en De Hoort is een aanzienlijke oppervlakte galigaanmoerassen (H7210) aanwezig. Daarnaast komt dit habitattype voor in het noorden van de Kruispeel. Beuken-eikenbossen met hulst (H9120) en hoogveenbossen (H91D0) komen op diverse locaties in het Weerterbos voor. In de Kruispeel komen hoogveenbossen aan beide zijden van de Tungelroysche beek voor. De bittervoorn (H1134) en de kleine modderkruiper (H1149) komen voor in het Ringselven en in de daarmee in verbinding staande bovenloop van de Tungelroysebeek.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3130 en H7210:

    H4010

    Vochtige heiden

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt verspreid binnen het Habitatrichtlijngebied voor. Door recent uitgevoerde omvangrijke inrichtingsmaatregelen in deelgebied Weerterbosch-Hugterbroek zal de oppervlakte aanzienlijk toenemen. Er zijn goede mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering op de bestaande locaties.

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid binnen het Habitatrichtlijngebied voor. Door recent uitgevoerde omvangrijke inrichtingsmaatregelen in deelgebied Weerterbosch-Hugterbroek zal de oppervlakte toenemen. Er zijn goede mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering op de bestaande locaties.

    H6410

    Blauwgraslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt in de vorm van veldrusschraalland met een kleine oppervlakte voor in het Hugterbroek en in het Maarhezerveld. Behoud is voldoende, gezien de beperkte potenties voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

    H7150

    Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor in de deelgebieden Weerterbosch en Kruispeel. Uitbreiding vindt plaats door inrichting of plaggen, maar anderzijds vindt ook successie plaats naar vochtige heide (H4010A). In venoevers heeft het een meer stabiel karakter. De doelstelling is daarom behoud van het langjarige gemiddelde.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7210 en H91D0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in een vrij groot gedeelte van het Weerterbosch voor. Het betreft bos op oude bosgroeiplaatsen; de bosopstanden zelf zijn minder oud. De verwachting is dat de kwaliteit zal toenemen als het bos ouder wordt.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1149:

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt, met een vrij grote populatie, voor in het Ringselven en in de daarmee in verbinding staande bovenloop van de Tungelroysche beek. Het Ringselven is een groot, visrijk ven met natuurlijke oevers en heeft dus voldoende geschikt habitat.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor de habitatsoort H1166 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2010 in het gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. Hij komt in en rond het Ringselven voor. De omvang en de kwaliteit van het leefgebied zijn goed; behoud van de inmiddels gegroeide populatie is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype vochtige heiden (H4010), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype blauwgraslanden (H6410), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen (H7150), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • Conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied Ringselven en Kruispeel (2003), maar in afwijking van het ontwerpbesluit (2007), is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134) omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied niet aangewezen voor de habitatsoort kamsalamander (H1166), omdat uit onderzoek blijkt dat deze soort niet met een bestendige populatie van voldoende omvang in het gebied voorkomt. De aanwijzing van de kamsalamander is vermoedelijk gebaseerd op een melding uit 1992. Daarna zijn er – ondanks de aanwezigheid van geschikt leefgebied – nooit meer waarnemingen gedaan in het Habitatrichtlijngebied, wel in het Vogelrichtlijngebied. De afwezigheid van de soort in het Habitatrichtlijngebied is bevestigd middels eDNA-onderzoek97.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3130 en H7210:

    H4010A – Vochtige heiden, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (subtype A) komt wijdverspreid voor in Nederland. Meer dan twee derde van de landelijke oppervlakte van dit subtype is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan98. Mogelijkheden voor uitbreiding van de oppervlakte liggen onder andere op de Veluwe (057) en in de gebieden op het Drents plateau, waar dit subtype over grote oppervlakten voorkomt. Verder is de uitbreidingsopgave neergelegd in de gebieden waar de beste potenties zijn: waar voldoende ruimte en mogelijkheden zijn voor uitbreiding. Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is: bijvoorbeeld waar herstel van sterk vergraste vormen van dit subtype mogelijk is. Een speciale herstelopgave voor de kwaliteit van dit subtype ligt in de beekdalen waar het habitattype onderdeel uitmaakt van de gradiënt van hogere zandgronden naar de beek (bijvoorbeeld Wijnjeterper Schar (016), Stelkampsveld (060) en Meinweg (149)). In de meeste gebieden waar, in tegenstelling tot deze landelijke doelstelling, behoud van de kwaliteit wordt nagestreefd komt het subtype slechts in beperkte mate voor. De potenties ter verbetering van de kwaliteit zijn in deze gebieden veelal gering.

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

    H6410 – Blauwgraslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Het habitattype blauwgraslanden komt in verspreid liggende gebieden in kleine oppervlakten voor. Van de circa 180 ha blauwgrasland in Nederland is ongeveer twee derde opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype blauwgraslanden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”99. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor het merendeel van de gebieden geldt dat de doelen aansluiten bij de landelijke doelstelling van uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit van het habitattype. In een aantal gevallen is hiervan afgeweken en is er gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de oppervlakte of de kwaliteit. De belangrijkste reden met betrekking tot de oppervlakte is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. In het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) bijvoorbeeld wordt gezien de geïsoleerde ligging van het gebied geen potentieel herstel van de kwaliteit verwacht. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype.

    H7150 – Pioniervegetaties met snavelbiezen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    B1

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype pioniervegetaties met snavelbiezen is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. Landelijk wordt zowel uitbreiding van de oppervlakte als verbetering van de kwaliteit nagestreefd. Uitbreiding van de oppervlakte is als landelijk doel gesteld omdat de gunstige staat van instandhouding slechts een tijdelijke situatie betreft100. Deze situatie is te danken aan recent op vele plekken uitgevoerde plagwerkzaamheden ten behoeve van herstel van het habitattype vochtige heiden, hogere zandgronden (H4010A) waarvoor Nederland een grote verantwoordelijkheid heeft. De oppervlakte van pioniervegetaties met snavelbiezen heeft zich plaatselijk kunnen uitbreiden door plagwerkzaamheden. Dit heeft de achteruitgang op de plaatsen waar het habitattype van nature voorkomt gemaskeerd. Uitbreiding van de oppervlakte is gericht op herstel van natuurlijke pioniervegetaties met snavelbiezen als duurzaam onderdeel van het (natte) heidelandschap. Deze herstelopgave geldt alleen voor gebieden waar het type van nature aanwezig is en waar goede mogelijkheden voor herstel aanwezig zijn, onder andere de gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027) en Dwingelderveld (030). In de overige gebieden, waar het habitattype voorkomt op plagplekken in vochtige heiden (H4010), wordt volstaan met behoud.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7210 en H91D0:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan101. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

In bijlage B.4.2 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1149:

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor de habitatsoort H1166 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Deurnsche Peel & Mariapeel (139) als Natura 2000-gebied (besluit van 10 september 2009, PDN/2009-139)

In paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande 2e subparagraaf:

    4.2.2 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    Het gebied is aangewezen voor de volgende soorten opgenomen in bijlage II van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied een wezenlijke functie in de levenscyclus vervult. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau. Wijzigingen ten opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting.

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

In hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 4e paragraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande paragrafen 5.4 en 5.5:

    5.4 Habitatrichtlijn: soorten (bijlage II)

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt (binnen het gebied) verspreid over de gehele lengte van het Kanaal van Deurne voor; ook zijn enkele waarnemingen bekend uit aangrenzende sloten.

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt (binnen het gebied) verspreid over de gehele lengte van het Kanaal van Deurne voor en (mogelijk alleen lokaal) ook in de Helenavaart.

In bijlage B.1 (zoals gewijzigd op 28 mei 2015) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4 (Toewijzing instandhoudingsdoelstellingen (hoofdstuk 5)) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een 2e subparagraaf wordt ingevoegd, onder vernummering van de bestaande subparagrafen B.4.2 en B.4.3:

    B.4.2 Habitatrichtlijn: soorten

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de bittervoorn is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Oeffelter Meent (141) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-141)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1166:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2012 in het gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. Omdat het gebied klein is en de prioriteiten bij de graslandtypen liggen, is een behoudsopgave voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een tweede alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Sint Jansberg (142) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-142)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H9120 en H91E0:

    H9160

    Sub-Atlantische en midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion betuli

     

    Verkorte naam Eiken-haagbeukenbossen

    betreft het subtype:

    H9160A

    Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden)

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H9120 en H91E0:

    H9160

    Eiken-haagbeukenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt, met een beperkte oppervlakte, voor aan de voet van de Sint Jansberg en het aangrenzende deel van het Molenbeekdal. Er lijken geen mogelijkheden te zijn voor uitbreiding, maar de verwachting is wel dat er in verdroogde delen kwaliteitsverbetering zal optreden als gevolg van herstel van kwel.

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een beperkte oppervlakte, in de Geuldert en langs De Diepen (onderaan de Sint Jansberg) voor. Het bos heeft een matige kwaliteit; naar verwachting zal het bos profiteren van verbetering van de waterhuishouding. Er is geen potentie voor uitbreiding.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vierde en vijfde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype eiken-haagbeukenbossen (H9160), hogere zandgronden (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H9120 en H91E0C:

    H9160A – Eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    063

    Bekendelle

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    doel toegevoegd

    147

    Leudal

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt voornamelijk voor in kleine bosjes in Oost-Nederland. Door het verspreide en versnipperde voorkomen van dit subtype is slechts circa 20% van de landelijke oppervlakte van dit subtype opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke dekking van het habitattype als geheel (subtypen A en B gecombineerd) is aanzienlijk groter (80%), omdat bij de selectie vooral is gelet op het voorkomen in Zuid-Limburg dat nu apart wordt onderscheiden als subtype B.

    De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke opgave worden nagestreefd. In enkele gebieden wijkt de doelstelling, op het aspect oppervlakte, af van de landelijke doelstelling. In deze gebieden is de ruimte waar dit habitattype voor zou kunnen komen reeds volledig benut. Ook wordt in enkele gebieden behoud van de kwaliteit beoogd in tegenstelling tot de landelijke doelstelling. Eén van de redenen hiervoor is dat de kwaliteit in het gebied reeds goed is waardoor een behoudsdoelstelling voldoende is, bijvoorbeeld in de gebieden Landgoederen Oldenzaal (050) en Leudal (147); een andere reden is dat er weinig potentie is voor kwaliteitsverbetering, zoals in Dinkelland (049).

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Boschhuizerbergen (144) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-144)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H5130:

    H91D0

    *Veenbossen

     

    Verkorte naam Hoogveenbossen

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H5130:

    H91D0

    *Hoogveenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een matige kwaliteit, voor op laaggelegen locaties in het noordoosten van het gebied. Behoud is voldoende, gezien de sterk afwijkende standplaats ten opzichte van de andere habitattypen.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype hoogveenbossen (H91D0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H5130:

    H91D0 – *Hoogveenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse veld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ongeveer twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype hoogveenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het habitattype en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het habitattype nagestreefd. In de overige gebieden wordt volstaan met behoud van het habitattype. Bijvoorbeeld in het gebied Maasduinen (145) is het areaal waar het habitattype hoogveenbossen voor kan komen al volledig benut, waardoor er geen mogelijkheden voor uitbreiding zijn. Ook in het gebied Rottige Meenthe & Brandemeer (018) wordt behoud van het habitattype beoogd. Hier is, gezien de hydrologie, geringe potentie voor het habitattype. In Nieuwkoopse Plassen & De Haeck (103) komt het habitattype verspreid voor met een relatief grote totaaloppervlakte. Uitbreiding zou ten koste gaan van het karakter van het gebied. In de laagveengebieden Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (092) en Oostelijke Vechtplassen (095) zijn kleine oppervlakten hoogveenbossen aanwezig, evenals in de Limburgse gebieden Meinweg (149) en Roerdal (150). Er is weinig potentie voor ontwikkeling van het habitattype in deze gebieden. In enkele van deze gebieden is echter wel potentie voor kwaliteitsverbetering. In de gebieden met hoogveenkernen komen hoogveenbossen voor rondom de hoogveenkern op de zandbodem (onder andere in de gebieden Witterveld (024), Witte Veen (054), Wooldse Veen (064)). Aangezien de prioriteit in deze gebieden bij de ontwikkeling van hoogveen ligt en de potenties ter verbetering van de kwaliteit en/of uitbreiding van de oppervlakte beperkt zijn, wordt hier slechts in beperkte mate gestreefd naar uitbreiding en/of kwaliteitsverbetering.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Maasduinen (145) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-145)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6120 en H7110:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7150 en H91D0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H91E0:

    H91F0

    Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustifolia langs de grote rivieren (Ulmenion minoris)

     

    Verkorte naam Droge hardhoutooibossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1337:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis)

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

    H1166

    Kamsalamander (Triturus cristatus)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6120 en H7110:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C). Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype stroomdalgraslanden (H6120) is toegestaan.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor ten noorden van Arcen, in de Heereweerd, waarbij ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) direct langs de Maas voorkomt (met een matige kwaliteit) en ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) langs de bosrand van de Stalberg (met een goede kwaliteit). Het habitattype stroomdalgraslanden (H6120) komt in dezelfde zone voor als H6430. Voor het behoud van dit prioritaire en zeldzame type kan het noodzakelijk zijn om herstelwerkzaamheden uit te voeren; dit mag, indien noodzakelijk, ten koste gaan van H6430.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H91D0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en een soortenarme vegetatie voor bij Bleijenbeek. Het gaat om een beukenbos uit 1890 dat voorkomt op een oude bosgroeiplaats. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor kwaliteitsverbetering.

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid, maar lokaal, in het gebied voor. Het betreft minimaal honderdjarige eikenbossen, voor een klein deel ook gelegen op oude bosgroeiplaatsen. Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H91E0:

    H91F0

    Droge hardhoutooibossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt als een zeer smalle, maar soortenrijke zone voor op de overgang van de Stalberg naar de Heereweerd, ten noorden van Arcen. Het behoort tot de best ontwikkelde voorbeelden van dit type langs de Maas. Behoud is voldoende, omdat er geen potentie is voor uitbreiding (want dat zou ten koste zou gaan van H6120 en H6430C) en omdat de kwaliteit al goed is.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1337:

    H1042

    Gevlekte witsnuitlibel

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De gevlekte witsnuitlibel komt met name voor in de omgeving van Afferden, op De Hamert en bij de Ravenvennen. De waargenomen aantallen zijn, zeker voor een gebied buiten de laagveenregio, vrij hoog. Vanwege de beoogde uitbreiding en kwaliteitsverbetering van met name zwakgebufferde vennen (H3130) mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt voor in de Eckeltsche beek (bij Afferden), het Geldernsch-Nierskanaal en lokaal ten zuiden van Arcen. De vangsten duiden op een vrij omvangrijke populatie.

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad komt voor in de Eckeltsche beek (bij Afferden), het Geldernsch-Nierskanaal en lokaal ten zuiden van Arcen. De vangsten duiden op een vrij omvangrijke populatie.

    H1166

    Kamsalamander

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De kamsalamander is waargenomen op verschillende locaties in het gebied (Bergerheide, De Hamert en Lommerheide/Ravenvennen). Daarbij is voortplanting aangetoond. Vanwege de beoogde uitbreiding en kwaliteitsverbetering van met name zwakgebufferde vennen (H3130) mag worden verwacht dat het leefgebied van hogere kwaliteit zal worden en zich zal uitbreiden, waardoor de populatie zal groeien.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A) en droge bosranden (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge hardhoutooibossen (H91F0), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gevlekte witsnuitlibel (H1042), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

  • Een achtste, negende en tiende alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kamsalamander (H1166), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6120 en H7110:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H6430C – Ruigten en zomen, droge bosranden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    160

    Savelsbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120)

    Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als ”matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke opgave. De kwaliteit van het habitattype is in de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Noordhollands Duinreservaat (087), Zeldersche Driessen (143), Maasduinen (145), Kunderberg (158) en Maas bij Eijsden (167) goed waardoor behoud van de huidige kwaliteit voldoende is.

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7150 en H91D0:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan102. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan103. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0C:

    H91F0 – Droge hardhoutooibossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    A3

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Ongeveer driekwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge hardhoutooibossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoelstellingen van de twee belangrijkste gebieden sluiten aan op de landelijke doelstelling. In Zeldersche Driessen (143) en Maasduinen (145) bestaat geen ruimte voor uitbreiding en in Vecht- en Beneden-Reggegebied (039) zijn ook de potenties voor kwaliteitsverbetering gering.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1337:

    H1042 – Gevlekte witsnuitlibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    034

    Weerribben

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B2

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gevlekte witsnuitlibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Vrijwel alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke doelstelling. In het Noordhollands Duinresrvaat (087) is de kwaliteit van het leefgebied echter al goed. In het Holtingerveld (029) en het Lonnekermeer (051) is het perspectief voor de soort reeds goed en de mogelijkheden voor herstel van het leefgebied zijn beperkt. In het Fochteloërveen (023), het Drentsche Aa-gebied (025), het Korenburgerveen (061) komt de soort in een niet-optimaal leefgebied voor en daarom is in deze gebieden voor een behoudsdoelstelling gekozen.

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud 3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”104 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

    H1166 – Kamsalamander

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    042

    Sallandse Heuvelrug

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    wijzigingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    123

    Zwin & Kievittepolder

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    verbetering

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de kamsalamander is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende kwantitatieve verspreidingsgegevens om de relatieve bijdrage per gebied te kunnen bepalen. In de gebieden met de grootste ecologische potentie voor herstel van het leefgebied en/of waar de grootste bijdrage aan de landelijke doelstelling gerealiseerd kan worden, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit van het leefgebied ten behoeve van uitbreiding van de populatie nagestreefd (onder andere in Drents-Friese Wold & Leggelderveld (027)). In sommige gebieden is het leefgebied al op orde en gedijt ook een behoorlijke populatie zoals in Willinks Weust (062) en is behoud derhalve voldoende. Tenslotte is in de Limburgse gebieden Bemelerberg & Schiepersberg (156) en Geuldal (157) voor behoud gekozen vanwege mogelijke beperkingen voor de instandhoudingsdoelstellingen van de geelbuikvuurpad (H1193).

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Leudal (145) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-147)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3260 en H9160:

    H6410

    Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

     

    Verkorte naam Blauwgraslanden

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H9160 en H91E0:

    H9190

    Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

     

    Verkorte naam Oude eikenbossen

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1337:

    H1134

    Bittervoorn (Rhodeus amarus)

    H1149

    Kleine modderkruiper (Cobitis taenia)

    H1163

    Rivierdonderpad (Cottus gobio)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3260 en H9160:

    H6410

    Blauwgraslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, in de vorm van een veldrushooiland, met een kleine oppervlakte voor aan de westkant van het dal van de Leubeek. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid in het gebied, op de beekdalflanken, voor (met name aan de oostkant). Het betreft bos op oude bosgroeiplaatsen; de bosopstanden zelf zijn minder oud. De verwachting is dat de kwaliteit zal toenemen als het bos ouder wordt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H9160 en H91E0:

    H9190

    Oude eikenbossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt voor in een smalle zone langs de Zelsterbeek, in het noordwesten van het gebied, en mogelijk ook op enkele andere locaties elders in het gebied. Behoud is voldoende, omdat de beperkte oppervlakte weinig potentie heeft voor uitbreiding of kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1337:

    H1134

    Bittervoorn

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bittervoorn komt verspreid in het gebied voor, zowel in de Leubeek als in de Zelsterbeek.

    H1149

    Kleine modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De kleine modderkruiper komt verspreid in het gebied voor, zowel in de Leubeek als in de Zelsterbeek.

    H1163

    Rivierdonderpad

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De rivierdonderpad komt verspreid in het gebied voor, zowel in de Leubeek als in de Zelsterbeek.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype blauwgraslanden (H6410) omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype oude eikenbossen (H9190), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bittervoorn (H1134), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort kleine modderkruiper (H1149), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort rivierdonderpad (H1163), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3260A en H9160A:

    H6410 – Blauwgraslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    Het habitattype blauwgraslanden komt in verspreid liggende gebieden in kleine oppervlakten voor. Van de circa 180 ha blauwgrasland in Nederland is ongeveer twee derde opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype blauwgraslanden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”105. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor het merendeel van de gebieden geldt dat de doelen aansluiten bij de landelijke doelstelling van uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit van het habitattype. In een aantal gevallen is hiervan afgeweken en is er gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de oppervlakte of de kwaliteit. De belangrijkste reden met betrekking tot de oppervlakte is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. In het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) bijvoorbeeld wordt gezien de geïsoleerde ligging van het gebied geen potentieel herstel van de kwaliteit verwacht. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype.

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan106. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H9160A en H91E0C:

    H9190 – Oude eikenbossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Ruim drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype oude eikenbossen bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype oude eikenbossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan107. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke doelstelling behoud van de kwaliteit en/of oppervlakte beoogd. Een reden hiervoor is dat de kwaliteit reeds goed is (bijvoorbeeld Drentsche Aa-gebied (025)). Een andere reden is dat het habitattype over slechts een geringe oppervlakte voorkomt, waardoor er geen potentie is om de kwaliteit te verbeteren (onder andere het gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131)). Daarnaast geldt behoud van de oppervlakte wanneer uitbreiding ten koste gaat van andere waarden, (onder andere in Holtingerveld (029), waar uitbreiding ten koste zou gaan van het habitattype zandverstuivingen (H2330)).

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1337:

    H1134 – Bittervoorn

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de bittervoorn is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H1149 – Kleine modderkruiper

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    088

    Kennemerland-Zuid

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    089

    Eilandspolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    091

    Polder Westzaan

    behoud 1

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in omvang leefgebied ten gunste van habitattype ruigten en zomen (H6430) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding voor de kleine modderkruiper is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelen sluiten aan op de landelijke opgave. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Gezien de ruime verspreiding en het algemene voorkomen van de soort, voldoet de kwaliteit van het leefgebied op het merendeel van de vindplaatsen. Het streven is om het algemeen voorkomen van de kleine modderkruiper in Nederland te bestendigen. Het is met name van belang om de soort in de kern van zijn verspreidingsgebied in hoge aantallen en wijdverspreid te behouden. Net als de grote modderkruiper kan de kleine modderkruiper daarnaast profiteren van de ingeslagen beleidswegen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het meer ecologisch beheren van wateren door waterschappen.

    H1163 – Rivierdonderpad

    Landelijke doelstelling: behoud/uitbreiding omvang en behoud/verbetering kwaliteit leefgebied

    [ten behoeve van behoud populatie1] 2

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    009

    Groote Wielen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    073

    Markermeer & IJmeer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud 3

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    090

    Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    092

    Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Uit de toelichting in het Natura 2000 doelendocument (2006) blijkt dat de populatiedoelstelling behoud is, hoewel dat niet expliciet is vermeld in de doelstelling zelf.

    X Noot
    2

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied in de grote wateren en uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied in de beken.

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte leefgebied ten gunste van broedvogelsoorten roerdomp (A021) of grote karekiet (A298) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van de rivierdonderpad is op het aspect leefgebied als “matig ongunstig”108 beoordeeld en heeft voornamelijk betrekking op in beken voorkomende rivierdonderpadden, waaronder de “beekdonderpad” (Cottus rhenanus). De staat van instandhouding van de “gewone” rivierdonderpad (Cottus perifretum) die een veel ruimere verspreiding heeft in meren, rivieren en beken, wordt, behalve in beken, vooralsnog als gunstig beoordeeld. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Er zijn onvoldoende inventarisatiegegevens over de landelijke verspreiding van de soort op kilometerhokniveau bekend, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. In de beekdalgebieden is een landelijke hersteldoelstelling neergelegd. Alleen in de gebieden Veluwe (057) en Geuldal (157), waar het leefgebied het meest onder druk staat en er mogelijkheden zijn voor herstel van het leefgebied en van de populatie, is een hersteldoelstelling neergelegd.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Swalmdal (148) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-148)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6120 en H91E0:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1016 en H1163:

    H1037

    Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.3 (Habitatrichtlijn: waarden waarvoor het gebied aan de selectiecriteria voldoet) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tabel wordt vervangen door de volgende tekst:

    Code

    Soort

    Xa

    Yb

    Landelijke populatie c

    % in Swalmdal d

    % in Yde gebied e

    Selectie bij aanmelding

    H1016

    Zeggekorfslak

    5

    5

    Zie bijlage B.2

    ja

    H1037

    Gaffellibel

    5

    2

    Zie bijlage B.2

    A1 (15-30%)

    A1 (15-30%)

    nee

    H1163

    Rivierdonderpad

    5

    5

    Zie bijlage B.2

    ja

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6120 en H91E0:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit lokaal voor in het noordwesten van het gebied. Vergelijkbare vegetaties komen voor als gevolg van achterstallig beheer van hooilanden, maar die behoren niet tot het habitattype.

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor op de flanken van het beekdal, ten zuidoosten van Swalmen. Het betreft bos op oude bosgroeiplaatsen; de bosopstanden zelf zijn minder oud. Behoud is voldoende, omdat de beperkte oppervlakte weinig potentie heeft voor kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H1016 en H1163:

    H1037

    Gaffellibel

    Doel

    Uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.

    Toelichting

    De gaffellibel is tussen 1936 en 2006 niet waargenomen in het Swalmdal. Na de herontdekking is de populatie toegenomen, maar hij is nog kwetsbaar. De soort wordt vrijwel alleen waargenomen ten oosten van Swalmen. Uitbreiding en kwaliteitsverbetering van het leefgebied zijn van groot belang voor de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2007; zij het als complementair doel) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gaffellibel (H1037), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot H1016 en H1163:

    H1037 – Gaffellibel

    Ten tijde van de aanmelding van Habitatrichtlijngebieden (2003) was alleen in het gebied Roerdal (150) een bestendige populatie van de gaffellibel bekend. Inmiddels is er ook een bestendige populatie gevestigd in het gebied Swalmdal (148). Buiten deze twee gebieden zijn nog geen gebieden bekend waar deze soort zich met een bestendige populatie voortplant; wel wordt er in andere gebieden gefoerageerd en soms ook voortgeplant.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6120 en H91E0C:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120).

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan109. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1016 en H1163:

    H1037 – Gaffellibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A3

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gaffellibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”110. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het gebiedsdoel voor het Swalmdal (148) sluit aan op de landelijke doelstelling. In het gebied Roerdal (150) komt de soort echter al verspreid over een groot deel van het gebied voor en zijn de mogelijkheden voor uitbreiding van het leefgebied beperkt. Het doel in de Meinweg (149) wijkt af omdat daar alleen gefoerageerd kan worden.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Meinweg (149) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-149)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H3160:

    H3130

    Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea

     

    Verkorte naam Zwakgebufferde vennen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H4030 en H7110:

    H6410

    Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige, of lemige kleibodem (Molinion caeruleae)

     

    Verkorte naam Blauwgraslanden

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1096:

    H1037

    Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H3160:

    H3130

    Zwakgebufferde vennen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype was een tijdlang afwezig als gevolg van ontginning, verlanding en verbossing. Door herstel van een ven ten zuiden van de Kombergen is het teruggekeerd in de Meinweg, waarna verdere uitbreiding plaatsvond door natuurontwikkeling in het voormalige Melicker Ven. Behoud is voldoende, omdat het type al met een goede kwaliteit voorkomt en de mogelijkheden voor (verdere) uitbreiding beperkt zijn.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H4030 en H7110:

    H6410

    Blauwgraslanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit, voor in het schraallandcomplex Crayhof. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1096:

    H1037

    Gaffellibel

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De gaffellibel wordt vanaf 2007 in de Meinweg waargenomen. Het betreft individuen uit de populatie van het nabijgelegen Roerdal die graag gebruik maken van het kwalitatief hoogwaardige foerageerhabitat in het gebied. Behoud is voldoende, omdat er in het gebied geen voortplanting plaatsvindt.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype zwakgebufferde vennen (H3130), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype blauwgraslanden (H6410) omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zevende alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort gaffellibel (H1037), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.4.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H3160:

    H3130 – Zwakgebufferde vennen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    144

    Boschhuizerbergen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    146

    Sarsven en De Banen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    doel toegevoegd

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype zure vennen (H3160) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    Het habitattype zwakgebufferde vennen heeft een sterk versnipperd voorkomen dat doorgaans over kleine oppervlakten voorkomt. Ongeveer een derde van dit habitattype is opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan111. De uitbreidingsopgave is neergelegd in de gebieden waar de beste mogelijkheden zijn en/of die in de toekomst een grote bijdrage kunnen leveren aan het landelijk doel (bijvoorbeeld Kampina & Oisterwijkse Vennen (133) en Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux (136)). In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld voor de oppervlakte wordt uitbreiding nagenoeg niet mogelijk geacht omdat het habitattype bijvoorbeeld voorkomt in geïsoleerde poelen en er van nature geen nieuwe vennen bij zullen komen (onder andere Dwingelderveld (030), Boetelerveld (041), Dinkelland (049), Veluwe (057), Landgoederen Brummen (058), Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131), Boschhuizerbergen (144)), of omdat het habitattype al over een grote oppervlakte voorkomt (Kempenland-West (135)). Ook de landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit wordt nagestreefd in de gebieden waar de potentie het hoogst is. In de gebieden waar een behoudopgave is gesteld komt het habitattype mogelijk al in voldoende kwaliteit voor (onder andere Veluwe (057)), in een aantal gevallen door recentelijke herstelwerkzaamheden (Regte Heide & Riels Laag (134), Boschhuizerbergen, Sarsven en De Banen (146)). In de Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering nog onzeker. In vennen waar de habitattypen zeer zwakgebufferde vennen (H3110) en zwakgebufferde vennen (H3130) samen voorkomen, dient het beheer vooral gericht te zijn op het meer zeldzame en meer bedreigde habitattype zeer zwakgebufferde vennen (H3110).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H4030 en H7110B:

    H6410 – Blauwgraslanden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    004

    Duinen Terschelling

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    006

    Duinen Schiermonnikoog

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    041

    Boetelerveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    uitbreiding

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    084

    Duinen Den Helder – Callantsoog

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    085

    Zwanenwater & Pettemerduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    116

    Kop van Schouwen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    C

    doel toegevoegd

    Het habitattype blauwgraslanden komt in verspreid liggende gebieden in kleine oppervlakten voor. Van de circa 180 ha blauwgrasland in Nederland is ongeveer twee derde opgenomen in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het habitattype blauwgraslanden is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “zeer ongunstig”112. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Voor het merendeel van de gebieden geldt dat de doelen aansluiten bij de landelijke doelstelling van uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit van het habitattype. In een aantal gevallen is hiervan afgeweken en is er gekozen voor een behoudsdoelstelling voor de oppervlakte of de kwaliteit. De belangrijkste reden met betrekking tot de oppervlakte is dat er buiten het huidig voorkomen in het betreffende gebied niet of nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden aanwezig zijn. De landelijke doelstelling ter verbetering van de kwaliteit van dit habitattype kan ook niet in alle gebieden gerealiseerd worden. In het gebied Duinen Schiermonnikoog (006) bijvoorbeeld wordt gezien de geïsoleerde ligging van het gebied geen potentieel herstel van de kwaliteit verwacht. De meest kansrijke gebieden zijn aangewezen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1096:

    H1037 – Gaffellibel

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A3

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de gaffellibel is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” en “matig ongunstig”113. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het gebiedsdoel voor het Swalmdal (148) sluit aan op de landelijke doelstelling. In het gebied Roerdal (150) komt de soort echter al verspreid over een groot deel van het gebied voor en zijn de mogelijkheden voor uitbreiding van het leefgebied beperkt. Het doel in de Meinweg (149) wijkt af omdat daar alleen gefoerageerd kan worden.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Roerdal (150) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-150)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6510 en H91D0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

  • De tekst betreffende H91E0 wordt vanwege de toevoeging van subtype A als volgt gewijzigd:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H1134 en H1163:

    H1145

    Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H91D0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt, met een beperkte oppervlakte en een goede kwaliteit, voor als een hoge rand langs het elzenbroekbos (H91E0C) ten noordwesten van Sint-Odiliënberg. Het betreft bos op een oude bosgroeiplaats; de bosopstand zelf is minder oud. Behoud is voldoende, omdat de kwaliteit goed is.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91E0 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype A):

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) en vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) komt lokaal, maar op verschillende locaties, voor op de oevers van de Roer. Het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) is op enkele plekken in de vorm van fraai ontwikkelde elzenbroekbossen aanwezig. Verder komt het habitattype verspreid en over geringe oppervlakte voor, deels in goede en deels in matig ontwikkelde vorm. Gezien de huidige kwaliteit, is behoud voldoende.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1337:

    H1145

    Grote modderkruiper

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De grote modderkruiper komt in het Roerdal voor in sloten ten zuidwesten van Herkenbosch en in een afgesloten meander ten noordwesten van Sint Odiliënberg. Omdat onduidelijk is of er potenties zijn voor uitbreiding, is er gekozen voor een behoudsdoelstelling.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de tweede en de derde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2007) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype zachthoutooibossen (H91E0A) van het habitattype vochtige alluviale bossen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

  • Tussen de vijfde en de zesde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort grote modderkruiper (H1145), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6510A en H91D0:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan114. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H91D0 en H91E0C:

    H91E0A – *Vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 1

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    109

    Haringvliet

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud 2

    verbetering

    A3 3

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype vochtige alluviale bossen, essen-iepenbossen (H91E0B) is toegestaan.

    X Noot
    3

    Aanpassing ten opzichte van aanwijzingsbesluit.

    Ongeveer drie kwart van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan115.

    De landelijke opgave voor het aspect kwaliteit kan niet in alle gebieden worden nagestreefd. In onder andere Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070) is, gezien het geringe belang van deze gebieden voor het type, een behoudsdoelstelling geformuleerd. Een andere reden voor het afwijken van de landelijke doelstelling is dat er al een goede kwaliteit aanwezig is, bijvoorbeeld in Oude Maas (108), waar behoud van de kwaliteit derhalve voldoende is.

In bijlage B.4.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H1134 en H1163:

    H1145 – Grote modderkruiper

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied ten behoeve van uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    015

    Van Oordt’s Mersken

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    behoud

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    065

    Binnenveld

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    074

    Zwarte Meer

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    uitbreiding

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de grote modderkruiper is beoordeeld als “matig ongunstig”. Inventarisatiegegevens van de soort zijn slechts in beperkte mate aanwezig, daarom worden er geen relatieve bijdragen per gebied gegeven. Wel is duidelijk dat het leefgebied is gekrompen. De landelijke doelstelling is gericht op het plaatselijk verbeteren van het leefgebied voor uitbreiding van de populatie. De toepassing van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de gedragscode voor waterschappen kunnen tevens een positieve bijdrage leveren aan een verbetering van het leefgebied van de soort. Hersteldoelstellingen zijn neergelegd in die gebieden waar de soort onder druk staat en/of er goede mogelijkheden zijn voor het uitbreiden en verbeteren van het leefgebied ten behoeve van het uitbreiden van de populatie.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Grensmaas (152) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-152)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De tekst betreffende H6430 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft de subtypen:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

  • De tekst betreffende H91E0 wordt vanwege de toevoeging van subtype C als volgt gewijzigd:

    H91E0

    *Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae)

     

    Verkorte naam Vochtige alluviale bossen

    betreft de subtypen:

    H91E0A

    *Vochtige alluviale bossen (zachthoutooibossen)

    H91E0C

    *Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6430 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) en uitbreiding oppervlakte en behoud kwaliteit ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt met een beperkte oppervlakte en een matige kwaliteit voor langs De Brandt. Het subtype droge bosranden (subtype C) komt met een kleine oppervlakte, maar met goede kwaliteit, op slechts één locatie voor, namelijk in deelgebied Molensteen. Onder andere in dit deelgebied zijn er goede potenties voor uitbreiding van het type, omdat het vegetatietype kan ontstaan bij het gevoerde beheer en meerdere zeldzame soorten van droge ruigten reeds in het gebied aanwezig zijn.

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H91E0 wordt vervangen (noodzakelijk door de toevoeging van subtype C):

    H91E0

    *Vochtige alluviale bossen

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) en vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C).

    Toelichting

    Met name in deelgebied Koningssteen komt wilgenbos van het habitattype vochtige alluviale bossen, zachthoutooibossen (subtype A) voor, grotendeels met een matige kwaliteit. Op een eilandje bij Borgharen komt het subtype voor in de vorm van Bijvoet-ooibos. Het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C) is aanwezig in de deelgebieden De Brandt en Koningssteen, deels met matige kwaliteit (jong elzenbos) en deels met goed kwaliteit (Vogelkers-Essenbos). De verwachting is dat de matige vorm van beide subtypen in kwaliteit zal toenemen.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A). Echter, in aanvulling op het ontwerpbesluit (2008), is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype droge bosranden (subtype C). Uit onderzoek blijkt dat dit type, met beide subtypen, in het gebied voorkomt.

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op het ontwerpbesluit (2008) is ook een doelstelling opgenomen voor het subtype beekbegeleidende bossen (subtype C) van het habitattype vochtige alluviale bossen, omdat uit onderzoek blijkt dat ook dit subtype in het gebied voorkomt, naast het subtype zachthoutooibossen (H91E0A) waar reeds een doelstelling voor is opgenomen.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430A en H91E0A:

    H6430C – Ruigten en zomen, droge bosranden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    160

    Savelsbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als ”matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke opgave. De kwaliteit van het habitattype is in de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Noordhollands Duinreservaat (087), Zeldersche Driessen (143), Maasduinen (145), Kunderberg (158) en Maas bij Eijsden (167) goed waardoor behoud van de huidige kwaliteit voldoende is.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H91E0A:

    H91E0C – *Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    028

    Elperstroomgebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud 1

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    055

    Aamsveen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    061

    Korenburgerveen

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud 2

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattypen kalkmoerassen (H7230) of overgangs- en trilvenen (H7140) is toegestaan. Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan. De doelstelling is aangepast van “uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit” naar “behoud omvang en verbetering kwaliteit” omdat in het gebied weinig tot geen mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de oppervlakte.

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (subtype C) bevindt zich binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van het subtype beekbegeleidende bossen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Alleen in gebieden waar potenties zijn, wordt uitbreiding van de oppervlakte en/of verbetering van de kwaliteit nagestreefd, bijvoorbeeld in de gebieden Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen (131) en Leudal (147). In sommige gebieden, zoals Bunder- en Elslooërbos (153), is reeds een zodanige oppervlakte van het habitattype aanwezig waardoor behoud van de oppervlakte voldoende is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Bunder- en Elslooërbos (153) als Natura 2000-gebied (besluit van 23 mei 2013, PDN/2013-153)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6430 en H7220:

    H6510

    Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

     

    Verkorte naam Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    betreft het subtype:

    H6510A

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver)

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7220 en H9160:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1078:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6430 en H7220:

    H6510

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A).

    Toelichting

    Het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) komt met een kleine oppervlakte voor in kasteelpark Elsloo. Behoud is voldoende, omdat de mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering beperkt zijn.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7220 en H9160:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt verspreid voor in het Bunderbos. Het betreft bos op oude bosgroeiplaatsen; de bosopstanden zelf zijn minder oud. Omdat het in afwisseling voorkomt met de eiken-haagbeukenbossen (H9160B), waarvoor een verbeterdoel geldt, is ook voor dit type kwaliteitsverbetering mogelijk.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1078:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2010 in noorden van het gebied gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. Omdat het potentiële leefgebied vrij klein is en de prioriteiten bij de bossen en bronnen liggen, is een behoudsopgave voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden (H6510), glanshaver (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2009) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6430C en H7220:

    H6510A – Glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    082

    Uiterwaarden Lek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    112

    Biesbosch

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    114

    Krammer-Volkerak

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit x

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Van het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (subtype A) bevindt ruim een derde van het landelijk areaal zich in Natura 2000-gebieden. Goede kwaliteit en vlakdekkende vegetaties zijn vooral aanwezig in de uiterwaarden, die voor een belangrijk deel in het Natura 2000-netwerk zijn opgenomen. De landelijke staat van instandhouding van dit subtype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. In het gebied Uiterwaarden Neder-Rijn (066) wordt op het aspect kwaliteit van de landelijke doelstelling afgeweken. In dit gebied is de kwaliteit reeds goed en behoud is daarom voldoende. De doelstelling van de Biesbosch (112) wijkt op het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling. In de Biesbosch komt het habitattype reeds over een aanzienlijke oppervlakte voor, behoud is hier derhalve voldoende. In de gebieden Lingegebied & Diefdijk-Zuid (070), Bosthol (083) en Bunder- en Elslooërbos (153) zijn er te weinig mogelijkheden voor uitbreiding en kwaliteitsverbetering.

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7220 en H9160B:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan116. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1078:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Geleenbeekdal (154) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-154)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H7230:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430A

    Ruigten en zomen (moerasspirea)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H7230:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A). Enige achteruitgang in oppervlakte ten gunste van habitattype kalkmoerassen (H7230) is toegestaan.

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) komt, met een kleine oppervlakte en een matige kwaliteit, op enkele locaties voor. De standplaatscondities waaronder dit habitattype voorkomt, kunnen soms ook potenties hebben voor de ontwikkeling van kalkmoerassen (H7230); omdat herstel van dat zeldzame type prioriteit heeft en er weinig locaties zijn om dat herstel te laten plaatsvinden, kan het noodzakelijk zijn om H6430A iets in oppervlakte te laten afnemen (indien verwijdering van niet-kwalificerende begroeiingen onvoldoende is).

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), moerasspirea (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H7230:

    H6430A – Ruigten en zomen, moerasspirea

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en behoud kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage 1

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    010

    Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    013

    Alde Feanen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    018

    Rottige Meenthe & Brandemeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    034

    Weerribben

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    035

    De Wieden

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    036

    Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

    behoud

    behoud

    B1

    aanwijzingsbesluit

    037

    Olde Maten & Veerslootslanden

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    069

    De Bruuk

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche boezem

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    072

    IJsselmeer

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    076

    Veluwerandmeren

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    083

    Botshol

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    094

    Naardermeer

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    095

    Oostelijke Vechtplassen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    097

    Meijendel & Berkheide

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    103

    Nieuwkoopse Plassen & De Haeck

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    105

    Zouweboezem

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    A2

    aanwijzingsbesluit

    130

    Langstraat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    132

    Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 2

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud 3

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    De relatieve bijdragen betreffen een inschatting, omdat de landelijke oppervlakte van dit subtype slechts globaal bekend is.

    X Noot
    2

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120).

    X Noot
    3

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattype kalkmoerassen (H7230).

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, moerasspirea (subtype A) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De landelijk opgave is gericht op het behoud van de huidige verspreiding van deze ruigten die meestal lintvormige begroeiingen vormen over het gehele rivierengebied. Bijzondere soorten van dit subtype zijn onder meer te verwachten in ruigten en zomen in extensief beheerde beekdalen die incidenteel overstromen met beekwater en in laagveenmoerassen. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Brunssummerheide (155) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-155)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H2330

    Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen

     

    Verkorte naam Zandverstuivingen

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H7150 en H91D0:

    H9120

    Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)

     

    Verkorte naam Beuken-eikenbossen met hulst

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de laatste alinea vervalt de volgende tekst:

Zandverstuivingen (H2330) zijn aanwezig in het zuiden van de Brunssummerheide.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H2330 vervalt.

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H7150 en H91D0:

    H9120

    Beuken-eikenbossen met hulst

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype omvat een deel van de bossen rond de Heihof (in het zuiden van het gebied). Het gaat om (ten dele oude) bosopstanden op oude bosgroeiplaatsen. De kwaliteit is wisselend en er lijken weinig mogelijkheden te zijn voor kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In afwijking van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied niet aangewezen voor het habitattype zandverstuivingen (H2330), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt. De locaties waar de kwalificerende plantengemeenschappen voorkomen, zijn bij nader inzien niet gelegen in een holocene zandverstuiving op fluvioglaciale afzettingen, maar op (uit een bruinkoolgroeve afkomstig) dekzand dat in de jaren 1920 is gestort op het van nature aanwezige Miocene zeezand.

  • Tussen de vierde en de vijfde alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype beuken-eikenbossen met hulst (H9120), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H2330 vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H7150 en H91D0:

    H9120 – Beuken-eikenbossen met hulst

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    021

    Lieftinghsbroek

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    022

    Norgerholt

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    031

    Mantingerbos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit x

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    behoud

    A3

    aanwijzingsbesluit

    058

    Landgoederen Brummen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    063

    Bekendelle

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    129

    Ulvenhoutse Bos

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    142

    Sint Jansberg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    154

    Geleenbeekdal

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    Ruim de helft van de landelijke oppervlakte van het habitattype beuken-eikenbossen met hulst is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De staat van instandhouding van het habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan117. In enkele gebieden wordt in tegenstelling tot de landelijke opgave behoud van de kwaliteit beoogd omdat de kwaliteit reeds goed is: Lieftinghsbroek (021), Mantingerbos (031), Ulvenhoutse Bos (129) en Geleenbeekdal (154). In een aantal andere gebieden is de kwaliteit voldoende en zijn er tevens te weinig potenties om de kwaliteit te verbeteren.

In bijlage C (Motivering van het besluit op basis van de binnengekomen zienswijzen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de derde alinea van de paragraaf Relatie met stikstof, onderdeel van paragraaf 5.1, vervalt de volgende zinsnede:

    zandverstuivingen (H2330),

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Bemelerberg & Schiepersberg (156) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-156)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst vervalt:

    H6510

    Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis)

     

    Verkorte naam Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

    betreft het subtype:

    H6510A

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor H1166:

    H1078

    *Spaanse vlag (Euplagia quadripunctaria)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.3 (Habitatrichtlijn: waarden waarvoor het gebied aan de selectiecriteria voldoet) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tabel wordt vervangen door de volgende tekst:

    Code

    Soort

    Xa

    Yb

    Landelijke populatie c

    % in Bemelerberg & Schiepersberg d

    % in Yde gebied e

    Selectie bij aanmelding

    *H1078

    Spaanse vlag

    10

    5

    Zie bijlage B.2

    nee

    H1193

    Geelbuikvuurpad

    5

    2

    ca. 230

    A3 (50-75%)

    A1 (15-30%)

    ja

    H1318

    Meervleermuis

    5

    5

    ca. 550

    B2 (6-15%)

    B2 (6-15%)

    ja

    H1321

    Ingekorven vleermuis

    5

    4

    ca. 650

    B2 (6-15%)

    B2 (6-15%)

    ja

    H1324

    Vale vleermuis

    5

    4

    ca. 50

    B1 (2-6%)

    B1 (2-6%)

    ja

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen en soorten in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • In de tweede alinea vervalt de volgende tekst:

    Glanshaver- en vossenstaarthooilanden, glanshaver (H6510A) komt onderaan de hellingen van de Bemelerberg voor. Ook op de vlakke delen van de Julianagroeve (gelegen tussen Cadier en Keer en Klein-Welsden) zijn glanshaverhooilanden aanwezig.

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De instandhoudingsdoelstelling voor het habitattype H6510 vervalt.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd voor de instandhoudingsdoelstelling voor H1166:

    H1078

    *Spaanse vlag

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    In het gebied komt een kleine populatie van de Spaanse vlag voor, die onderdeel is van de regionale populatie van deze soort. Waarnemingen komen uit verschillende deelgebieden, maar voortplanting vindt in ieder geval plaats in Groeve 't Rooth.

In bijlage B.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De eerste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    • Conform de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar in afwijking van het ontwerpbesluit (2007) is het gebied niet aangewezen voor het habitattype glanshaver- en vossenstaarthooilanden (H6510), glanshaver (subtype A), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type niet in het gebied voorkomt. De locaties waar de kwalificerende plantengemeenschappen voorkomen, voldoen bij nader inzien niet aan het beperkende criterium "mits een vlakvormig, al dan niet nabeweid, hooiland".

  • Tussen de eerste en de tweede alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort Spaanse vlag (H1078), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot H1193:

H1078 – *Spaanse vlag

Ten tijde van de aanmelding van de Habitatrichtlijngebieden (2003) zijn voor de prioritaire habitatsoort spaanse vlag (H1078) de volgende drie gebieden geselecteerd: Sint Pietersberg & Jekerdal (159), Geuldal (157) en Savelsbos (160). Begin jaren 1990 werd de soort voornamelijk op de Sint Pietersberg aangetroffen, maar de soort heeft zich uit weten te breiden in het zuiden van Limburg. Sint Pietersberg & Jekerdal is nog altijd het belangrijkste gebied voor de soort. Buiten Geuldal en Savelsbos zijn er in ieder geval nog populaties aanwezig binnen de Natura 2000-gebied Bunder- en Elslooërbos (153) en Bemelerberg & Schiepersberg (156).

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De alinea met betrekking tot de verwijderde doelstelling voor het habitatype H6510A vervalt (zowel de tabel als de daaronder vermelde tekst).

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd voor de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1166:

    H1078 – *Spaanse vlag

    Landelijke doelstelling: behoud omvang en kwaliteit leefgebied ten behoeve van behoud populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Besluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    156

    Bemelerberg & Schiepersberg

    behoud

    behoud

    behoud

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    160

    Savelsbos

    behoud

    behoud

    behoud

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de prioritaire habitatsoort spaanse vlag is op het aspect leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Alle gebiedsdoelstellingen sluiten aan op de landelijke doelstelling. Vanwege onduidelijkheid over de populatiegrootte in enkele gebieden en de grootte van de landelijke populatie is het (nog) niet mogelijk de relatieve bijdrage van de afzonderlijke gebieden aan de landelijke populatie weer te geven.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Geuldal (157) als Natura 2000-gebied (besluit van 22 juni 2015, PDN/2015-157)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H3260 en H6110:

    H4030

    Droge Europese heide

     

    Verkorte naam Droge heiden

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1324:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H3260 en H6110:

    H4030

    Droge heiden

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een beperkte oppervlakte voor in het Onderste Bosch. Behoud is voldoende, omdat er weinig mogelijkheden zijn voor uitbreiding en kwaliteitverbetering.

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1324:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2009 in het Geuldal gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie, en komt inmiddels verspreid in het gebied voor. De omvang en de kwaliteit van het leefgebied zijn goed; behoud van de inmiddels gegroeide populatie is voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Voor de eerste alinea wordt de volgende tekst ingevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype droge heiden (H4030), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

  • Een zesde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H3260A en H6110:

    H4030 – Droge heiden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    016

    Wijnjeterper Schar

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    017

    Bakkeveense Duinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    023

    Fochteloërveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    024

    Witterveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    027

    Drents-Friese Wold & Leggelderveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    029

    Holtingerveld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    030

    Dwingelderveld

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    032

    Mantingerzand

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    039

    Vecht- en Beneden-Reggegebied

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    040

    Engbertsdijksvenen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    042

    Sallandse Heuvelrug

    uitbreiding

    verbetering

    B2

    aanwijzingsbesluit

    043

    Wierdense Veld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    044

    Borkeld

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    045

    Springendal & Dal van de Mosbeek

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    046

    Bergvennen & Brecklenkampse Veld

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    047

    Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    048

    Lemselermaten

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    049

    Dinkelland

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    050

    Landgoederen Oldenzaal

    behoud

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    051

    Lonnekermeer

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    053

    Buurserzand & Haaksbergerveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    054

    Witte Veen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    055

    Aamsveen

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    057

    Veluwe

    uitbreiding

    verbetering

    A2

    aanwijzingsbesluit

    060

    Stelkampsveld

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    062

    Willinks Weust

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    128

    Brabantse Wal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    131

    Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    133

    Kampina & Oisterwijkse Vennen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    134

    Regte Heide & Riels Laag

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    135

    Kempenland-West

    behoud

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    136

    Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

    uitbreiding

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    137

    Strabrechtse Heide & Beuven

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    uitbreiding

    verbetering

    C

    wijzigingsbesluit

    139

    Deurnsche Peel & Mariapeel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    140

    Groote Peel

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    145

    Maasduinen

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    149

    Meinweg

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    155

    Brunssummerheide

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    Ruim twee derde van de landelijke oppervlakte van het habitattype droge heiden is opgenomen binnen het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Niet in alle gebieden kan de landelijke doelstelling worden nagestreefd. In een aantal gebieden wijkt de doelstelling voor het aspect oppervlakte af van de landelijke doelstelling omdat bijvoorbeeld de oppervlakten waar het habitattype droge heiden voor kan komen al volledig benut zijn (Holtingerveld (029), Wierdense Veld (043) en Borkeld (044)). De doelstelling voor het aspect kwaliteit wijkt af van de landelijke doelstelling in de gebieden Bergvennen & Brecklenkampse Veld (046) en Dinkelland (049), omdat het habitattype in deze gebieden reeds in goed ontwikkelde vorm aanwezig is. In diverse gebieden wordt zowel behoud van de oppervlakte als behoud van de kwaliteit beoogd. In de gebieden Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek (047), Lemselermaten (048), Stelkampsveld (060), Willinks Weust (062) en Geuldal (157) ligt de focus op andere habitattypen en komt het habitattype slechts over kleine oppervlakten voor. De gebieden Fochteloërveen (023), Witterveld (024), Witte Veen (054) en Aamsveen (055) zijn hoogveengebieden. In deze gebieden wijken de doelstellingen af van de landelijke doelstelling omdat het habitattype droge heiden voorkomt op de zandruggen van de gebieden en hierdoor de mogelijkheden in het hoogveenlandschap volledig zijn benut. Ook in het, overwegend natte, Drentsche Aa-gebied (025) zijn de mogelijkheden voor droge heiden volledig benut. De doelstellingen voor het gebied Wijnjeterper Schar (016) wijken af van de landelijke doelstelling omdat het gebied reeds een goed voorbeeld is betreffende dit habitattype en behoud van de kwaliteit en oppervlakte derhalve voldoende is.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1324:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Kunderberg (158) als Natura 2000-gebied (besluit van 25 april 2013, PDN/2013-158)

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen H6210 en H9160:

    H6430

    Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones

     

    Verkorte naam Ruigten en zomen

    betreft het subtype:

    H6430C

    Ruigten en zomen (droge bosranden)

    H7220

    * Kalktufbronnen met tufsteenformatie (Cratoneurion)

     

    Verkorte naam Kalktufbronnen

In de 1e subparagraaf van paragraaf 4.3 (Habitatrichtlijn: waarden waarvoor het gebied aan de selectiecriteria voldoet) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De tabel wordt vervangen door de volgende tekst:

    Habitattype

    Xa

    Yb

    Landelijke oppervlakte c

    Oppervlakte in Kunderberg d

    Oppervlakte in

    Yde gebied e

    Selectie bij aanmelding

    *H6210

    5

    5

    ca. 30

    A1 (15-30%)

    B1 (2-6%)

    ja

    *H7220

    5

    4

    ca. 200 bronnen

    C (< 2%)

    C (< 2%)

    nee

In paragraaf 4.4 (Verspreiding habitattypen in het Habitatrichtlijngebied) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De laatste alinea wordt vervangen door de volgende tekst:

    Het habitattype kalkgraslanden (H6210) komt verspreid in het gebied voor. De met schapenbeweide vorm bevindt zich met een grote oppervlakte op de noordwesthelling van de Kunderberg. Op de Keverberg, gelegen in het zuidwestelijke deel van het gebied, heeft de door koeien beweide vorm zijn rijkste voorkomen. Ook het habitattype eikenhaagbeukenbossen, heuvelland (H9160B) komt verspreid in het gebied voor, maar vooral op de steile helling van de Putberg, het zuidoostelijke deelgebied. Onderaan die helling bevindt zich ook de kalktufbron (H7220).

In paragraaf 5.3 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd tussen de instandhoudingsdoelstellingen voor H6210 en H9160:

    H6430

    Ruigten en zomen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C).

    Toelichting

    Het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) komt voor langs een kalkgrasland (H6210) op de Keverberg, in de vorm van de zeldzame Kruidvlier-associatie. Behoud is voldoende, omdat de prioriteit op deze locatie bij H6210 ligt en de kwaliteit goed is.

    H7220

    *Kalktufbronnen

    Doel

    Behoud oppervlakte en kwaliteit.

    Toelichting

    Het habitattype komt met een kleine oppervlakte en in een beperkt ontwikkelde vorm voor langs een bronbeekje op de Putberg, temidden van eiken-haagbeukenbos (H9160B). Behoud is voldoende, omdat deze locatie geen potentie heeft voor kwaliteitsverbetering.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een tweede en derde alinea worden toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype ruigten en zomen (H6430), droge bosranden (subtype C), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewezen voor het habitattype kalktufbronnen (H7220), omdat uit onderzoek blijkt dat dit type in het gebied voorkomt.

In bijlage B.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot H6210:

    H7220 – *Kalktufbronnen

    Landelijk aantal ca. 200

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Relatieve bijdrage

    Bronvermelding

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    A4 (>75%)

    Aanwijzingsbesluit 2013

    157

    Geuldal

    B2 (6-15%)

    Provincie Limburg 2011

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    B1 (2-6%)

    Aanwijzingsbesluit 2013

    158

    Kunderberg

    C (< 2%)

    Van Dort 2012 /

    Provincie Limburg 2017

    Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebieden (2003) zijn voor dit prioritaire habitattype, dat alleen in het Natura 2000-landschap Heuvelland voorkomt, twee gebieden geselecteerd: Bunder- en Elslooërbos (153) en Geuldal (157). Hiervan is het eerstgenoemde gebied verreweg het belangrijkste met tientallen kalktufbronnetjes. In het Geuldal komt het habitattype op verschillende plaatsen voor. De gebieden Kunderberg (158) en Noorbeemden & Hoogbos (161) kunnen nog worden toegevoegd aan de belangrijkste gebieden, omdat uit recente informatie is gebleken dat het habitattype hier ook voorkomt. Het laatstgenoemde gebied voldoet tevens aan het criterium grensoverschrijdend gebied. Hiermee vallen vrijwel alle bekende voorkomens, van dit in Nederland zeldzame habitattype, binnen het Natura 2000-netwerk.

In bijlage B.3.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea's worden ingevoegd tussen de alinea's met betrekking tot de doelstellingen voor H6210 en H9160B:

    H6430C – Ruigten en zomen, droge bosranden

    Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    002

    Duinen en Lage Land Texel

    behoud

    behoud

    A1

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    087

    Noordhollands Duinreservaat

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    143

    Zeldersche Driessen

    uitbreiding

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud 1

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    152

    Grensmaas

    uitbreiding

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    160

    Savelsbos

    uitbreiding

    verbetering

    C

    aanwijzingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    uitbreiding

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    X Noot
    1

    Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan ten gunste van behoud oppervlakte van habitattype stroomdalgraslanden (H6120). Nadere toelichting over de “ten gunste formulering” wordt gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006), p. 35/37.

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype ruigten en zomen, droge bosranden (subtype C) is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als ”matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De doelstellingen van de meeste gebieden sluiten aan op de landelijke opgave. De kwaliteit van het habitattype is in de gebieden Duinen en Lage Land Texel (002), Noordhollands Duinreservaat (087), Zeldersche Driessen (143), Maasduinen (145), Kunderberg (158) en Maas bij Eijsden (167) goed waardoor behoud van de huidige kwaliteit voldoende is.

    H7220 – *Kalktufbronnen

    Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte en verbetering kwaliteit

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel oppervlakte

    Doel kwaliteit

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    verbetering

    A4

    aanwijzingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    B2

    aanwijzingsbesluit

    158

    Kunderberg

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    161

    Noorbeemden & Hoogbos

    behoud

    verbetering

    B1

    aanwijzingsbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van het habitattype kalktufbronnen is op de aspecten oppervlakte en kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” en “matig ongunstig”118. De landelijke oppervlaktedoelstelling sluit hierop aan. Ten tijde van het opstellen van de landelijke doelstelling in het Natura 2000 doelendocument (2006) was de staat van instandhouding van kalktufbronnen op het aspect kwaliteit onbekend en is de landelijke doelstelling hierdoor op “behoud kwaliteit” gesteld. In het Natura 2000 profielendocument (2008) is de staat van instandhouding beoordeeld als “matig ongunstig”. In verband met deze beoordeling is de landelijke doelstelling op het aspect kwaliteit aangepast naar “verbetering kwaliteit” en in lijn gebracht met de staat van instandhouding. In de gebieden waar hiervoor potentie is, is verbetering van de kwaliteit ten doel gesteld.

Wijzigingen in de nota van toelichting behorende bij de aanwijzing van Sint Pietersberg & Jekerdal (159) als Natura 2000-gebied (besluit van 4 juli 2013, PDN/2013-159)

In de 2e subparagraaf van paragraaf 4.2 (Natura 2000-waarden waarvoor het gebied is aangewezen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na H1324:

    H1337

    Bever (Castor fiber)

In paragraaf 5.4 van hoofdstuk 5 (Instandhoudingsdoelstellingen) wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende tekst wordt ingevoegd na de instandhoudingsdoelstelling voor H1324:

    H1337

    Bever

    Doel

    Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.

    Toelichting

    De bever heeft zich in 2003 in het Jekerdal gevestigd, als onderdeel van de zich landelijk sterk uitbreidende populatie. Omdat het potentiële leefgebied vrij klein is, is een behoudsopgave voldoende als bijdrage aan de landelijke doelstelling.

In bijlage B.1 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • Een vijfde alinea wordt toegevoegd:

    • In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) en het ontwerpbesluit (2008) is het gebied ook aangewezen voor de habitatsoort bever (H1337), omdat uit onderzoek blijkt dat een populatie van deze soort met voldoende omvang in het gebied voorkomt.

In bijlage B.3.2 wordt de volgende wijziging aangebracht:

  • De volgende alinea wordt ingevoegd na de alinea met betrekking tot de doelstellingen voor H1324:

    H1337 – Bever

    Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang en verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie

    N2k-nr

    Natura 2000-gebied

    Doel omvang

    Doel kwaliteit

    Doel populatie

    Relatieve bijdrage

    Besluit

    025

    Drentsche Aa-gebied

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    038/

    066-068

    Rijntakken

    behoud

    verbetering

    uitbreiding

    A1

    aanwijzingsbesluit

    070

    Lingegebied & Diefdijk-Zuid

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    071

    Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    wijzigingsbesluit

    108

    Oude Maas

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    109

    Haringvliet

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    111

    Hollands Diep

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    aanwijzingsbesluit x

    112

    Biesbosch

    behoud

    behoud

    behoud

    A1

    aanwijzingsbesluit

    138

    Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    141

    Oeffelter Meent

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    145

    Maasduinen

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    147

    Leudal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    148

    Swalmdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    150

    Roerdal

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    C

    aanwijzingsbesluit

    152

    Grensmaas

    behoud

    behoud

    uitbreiding

    B1

    aanwijzingsbesluit

    153

    Bunder- en Elslooërbos

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    157

    Geuldal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    wijzigingsbesluit

    159

    Sint Pietersberg & Jekerdal

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    conform ontwerp-wijzigingsbesluit

    167

    Maas bij Eijsden

    behoud

    behoud

    behoud

    C

    ontwerpbesluit

    De landelijke staat van instandhouding van de bever is op de aspecten populatie en leefgebied beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” en “gunstig”. De landelijke herstelopgave voor het leefgebied wijkt hiervan af. De reden hiervoor is dat, ondanks dat er kwantitatief voldoende geschikt leefgebied voor de soort voorhanden is, de verspreiding van het leefgebied nog niet op orde is omdat er nog onvoldoende verbindingen zijn tussen kerngebieden. De landelijke doelstelling voor herstel van de populatie is gericht op deze verbindingen om hiermee een duurzame populatie van de soort te realiseren die over het gehele rivierengebied verspreid voorkomt. In de meeste gebieden is reeds voldoende geschikt leefgebied aanwezig en zal de populatie naar verwachting uitbreiden bij een behoudopgave voor het leefgebied. In meerdere gebieden is gekozen voor het behoud van de populatie omdat deze gebieden niet van groot belang zijn voor de landelijke doelstelling en behoud van de reeds toegenomen populatie een voldoende bijdrage daaraan is.

BIJLAGE MOTIVERING VAN HET BESLUIT OP BASIS VAN DE BINNENGEKOMEN ZIENSWIJZEN

1 INLEIDING

Op 5 maart 2018 is voor dit wijzigingsbesluit het ontwerp gepubliceerd dat betrekking heeft op de wijziging van instandhoudingsdoelstellingen van circa honderd Habitatrichtlijngebieden.

Dit ontwerp-wijzigingsbesluit heeft in de periode van 9 maart tot en met 19 april 2018 ter inzage gelegen. Dit heeft ertoe geleid dat 82 zienswijzen zijn ingediend, voor een groot deel met een identieke inhoud.

De zienswijzen zijn in deze bijlage (waar mogelijk) samengevat en per thema behandeld, overeenkomstig de indeling die is gehanteerd in Bijlage C van de oorspronkelijke besluiten. De in de zienswijzen gemaakte opmerkingen zijn steeds cursief gezet waarna het antwoord volgt. In één geval wordt vermeld dat de zienswijze aanleiding gaf tot wijziging van het besluit ten opzichte van het ontwerp. In alle andere gevallen is een nadere motivering gegeven. De antwoorden dienen in samenhang te worden gelezen met de Inleiding op deze Nota van toelichting en de wijzigingsteksten per gebied.

2 REACTIES OVER DE PROCEDURE

Enkele insprekers vragen om een toelichting op de reden van het besluit, omdat de tekst in de Staatscourant te summier is.

In de inleiding van de Nota van toelichting is die toelichting reeds opgenomen.

Enkele insprekers zijn overvallen door het ontwerp-wijzigingsbesluit. Ze zijn van mening dat vooraf actief en individueel met de betrokken eigenaren en ondernemers moet worden gecommuniceerd welke wijzigingen worden voorgenomen en waarom, en wat daarvan de verwachte gevolgen zijn.

Juist het publiceren van een ontwerpbesluit is bedoeld om met (onder andere) grondeigenaren en bedrijven te communiceren. Overigens is het voornemen, om dit besluit te gaan nemen, reeds in 2009 bekend gemaakt (onder andere aan de Tweede Kamer). Verwachte gevolgen worden in het kader van het Natura 2000-beheerplan in beeld gebracht.

Enkele insprekers geven aan dat wijziging van aanwijzingsbesluiten zal doorwerken in beheerplannen, waarvoor gebiedsprocessen lopen en reeds afspraken zijn gemaakt, en dat door deze tussentijdse wijziging het draagvlak wordt ondermijnd.

Achteraf gezien, zou het voor de beheerplanprocessen en het draagvlak beter zijn geweest als alle relevante waarden in één keer aangewezen zouden zijn, maar ten tijde van de oorspronkelijke aanwijzingen is geoordeeld dat dat praktisch niet mogelijk was.

Insprekers betwijfelen of er wel een communautaire verplichting bestaat voor het toevoegen van de habitattypen en -soorten en zien dit graag nader toegelicht. Zij achten het onwaarschijnlijk dat bij plaatsing op de communautaire lijst zo veel habitattypen 'over het hoofd' zijn gezien. Andere insprekers zijn van mening dat als peildatum voor het wijzigingsbesluit niet uitgegaan moet worden van de peildata van de aanwijzingen als Natura 2000-gebied, maar van het moment van inwerkingtreding van de Habitatrichtlijn (1992). Gevoelige habitattypen die door het gevoerde beheer later zijn ontwikkeld, zouden niet binnen de reikwijdte van de Habitatrichtlijn vallen.

In de inleiding van de Nota van toelichting is het punt van de verplichting toegelicht. Uit vaste jurisprudentie blijkt dat álle habitattypen en soorten die in meer dan verwaarloosbare mate voorkomen, moeten worden aangewezen. Beroepsgronden die overeenkomen met de mening van de insprekers, zijn meermalen getoetst door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State en altijd ongegrond verklaard. In veel gebieden was geen volledige inventarisatie voorhanden op het moment dat de gebieden werden aangemeld. Daarnaast speelt met name bij de soorten mee dat er sprake bleek te zijn van nieuwvestiging tussen het moment van aanmelden en het moment van aanwijzen (en daarvoor geldt, zo blijkt uit vaste jurisprudentie, de plicht tot actualiseren).

Enkele insprekers wijzen op de brief d.d. 18 december 2015 van de toenmalige Staatssecretaris van Economische Zaken, waarin hij heeft aangegeven dat de huidige systematiek die Nederland hanteert met betrekking tot de aanwijzingsbesluiten en instandhoudingsdoeleinden in overeenstemming is met de eisen uit de Habitatrichtlijn. De insprekers zijn van mening dat hier nu van afgeweken wordt.

In dit wijzigingsbesluit wordt niet van de genoemde brief afgeweken. Het wijzigingsbesluit is tot stand gekomen op basis van betere gegevens en niet op basis van een andere systematiek.

Insprekers zijn van mening dat een deugdelijke ecologische onderbouwing van het wijzigingsbesluit ontbreekt. Een andere inspreker wijst er op dat in het wijzigingsbesluit niet is opgenomen of, en in welke mate, de nieuwe habitat is waargenomen en wanneer deze zich hier heeft ontwikkeld.

De in de inleiding van de Nota van toelichting opgenomen paragraaf 'Onderbouwing van de wijzigingen' bevat de gevraagde deugdelijke ecologische onderbouwing. Zoals bij aanwijzingsbesluiten gebruikelijk, zijn er geen habitat- en soortkarteringen in het besluit zelf opgenomen, maar wordt verwezen naar die (openbare) kaarten en rapporten. Wel is in meer globale termen vermeld waar en in welke mate een bepaalde waarde voorkomt. In alle gevallen hebben de habitattypen en soorten zich gevestigd voorafgaand aan het nemen van de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten.

Insprekers veronderstellen dat habitattypen recent zijn ontstaan door PAS-herstelmaatregelen. De insprekers vinden het in strijd met het doel van de PAS als herstelmaatregelen leiden tot minder mogelijkheden voor economische ontwikkeling. Andere insprekers zijn van mening dat een strenger beschermingsregime dan niet nodig is.

De veronderstelling van de insprekers is niet correct. Met het wijzigingsbesluit worden alleen habitattypen en soorten toegevoegd die ten tijde van de aanwijzing van het gebied al aanwezig waren, dus nog voorafgaand aan het uitvoeren van PAS-herstelmaatregelen.

Enkele insprekers dringen er op aan om wijziging van aanwijzingsbesluiten te beperken.

Nederland wijst met dit wijzigingsbesluit niet méér aan dan waar de Habitatrichtlijn toe verplicht. De wijziging is dus al beperkt.

Insprekers geven aan dat de wijziging in het Natura 2000 gebied Landgoederen Brummen geen relatie legt met de Nationale Klimaatadaptatiestrategie van de rijksoverheid en stellen dat het nieuwe wijzigingsvoorstel leidt tot verdere onduidelijkheden in het gebiedsbeheer en afleidt van de urgentie van het klimaatbestendig inrichten van gebieden. Tevens vragen de insprekers het ontwerp-wijzigingsbesluit in lijn te brengen met het Natuurpact (2013) en daarbij minder nadruk te leggen op biodiversiteit en meer op economie.

Insprekers maken niet duidelijk in welk opzicht de wijziging het klimaatadaptief inrichten van de regio in de weg staat. Realisatie van instandhoudingsdoelstellingen in Natura 2000-gebieden was een randvoorwaarde voor het Natuurpact; meer nadruk leggen op economie is in het concrete geval in strijd met het hierboven geschetste beleidskader voor Natura 2000.

Een inspreker is van mening dat het wijzigingsbesluit vooruitloopt op de algehele evaluatie van de Natura 2000-aanwijzingen en op grenscorrecties tussen Waddenzee en Noordzeekustzone. De inspreker adviseert een en ander voortvarend aan te pakken en een nieuwe integrale tekst uit te brengen, omdat door een opeenstapeling van wijzigingen de onduidelijkheid toeneemt en de kenbaarheid afneemt.

Van vooruitlopen op een evaluatie is geen sprake, omdat de wijzigingen correcties op de aanwijzingsbesluiten betreffen en geen actualisaties of beleidswijzigingen. In de inleiding van de Nota van toelichting is inderdaad aangegeven dat dit wijzigingsbesluit vooruitloopt op een nog te publiceren wijzigingsbesluit ten aanzien van grenswijzigingen bij Natura 2000-gebieden in de kustregio. Het aanwijzen van waarden, waarvan wordt voorzien dat ze door een reeds voorgenomen grenswijziging alsnog weer uit een gebied zouden ‘verdwijnen’, is niet efficiënt; daarom is aan deze werkwijze vastgehouden. De opeenstapeling van wijzigingen kan inderdaad tot onduidelijkheid leiden, omdat het oorspronkelijke besluit altijd gelezen moet worden in combinatie met de verschillende wijzigingsbesluiten. Het publiceren van een geconsolideerde versie van alle gewijzigde aanwijzingsbesluiten zou de gewenste duidelijkheid geven, maar daartoe is nog niet overgegaan.

De provincie Limburg dringt aan op een toekomstige verhoging van de grens tussen het al of niet verwaarloosbaar aanwezig zijn van een habitattype, om kleinschalige en versnipperde aanwijzing te voorkomen.

De definitie van ‘verwaarloosbaar’ ligt vast in het Natura 2000 Profielendocument en is bevestigd in vaste jurisprudentie. Op een eventuele aanpassing kan in dit wijzigingsbesluit niet vooruit worden gelopen. Het advies wordt wel meegenomen in het traject van Actualisatie Natura 2000.

3 REACTIES OVER DE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN

Een inspreker is van mening dat de motivering om voor een behoudsdoelstelling te kiezen, niet overtuigt in de volgende gevallen: Heischrale graslanden (H6230) en Ruigten en zomen (H6430B en -C) in Duinen en Lage Land Texel, Noordse woelmuis (H1340) in Waddenzee en Groenknolorchis (H9103) in Waddenzee en Noordzeekustzone. De inspreker is van mening dat de motivering versterkt moet worden of dat anders voor een uitbreidings- of verbeterdoelstelling moet worden gekozen.

De motivering voor een behoudsdoelstelling wordt voor de genoemde gevallen (samenvattend voor alle gebieden) gegeven onder de relevante tabellen van bijlage B.4.1 en -2, en aanvullend in de instandhoudingsdoelstellingen; deze moeten dus in samenhang worden gelezen. De inspreker maakt niet duidelijk waarom de gegeven motivatie niet zou overtuigen.

Insprekers verzoeken de brede geelrandwaterroofkever aan te wijzen voor het Holtingerveld, waar een duurzame populatie voorkomt. Nederland is verplicht gebieden voor deze soort aan te wijzen, wat tot op heden niet is gebeurd. Insprekers menen dat de soort in het publicatiejaar van het aanwijzingsbesluit (2013) al op de Referentielijst stond en er dus sprake is van een juridisch noodzakelijke correctie van het aanwijzingsbesluit. Aanwijzing is voorts nodig omdat PAS-herstelmaatregelen potentieel schadelijk kunnen zijn voor de soort.

Inderdaad is Nederland verplicht om voor deze soort gebieden aan te wijzen. De Referentielijst speelt een belangrijke rol, voor zowel de lidstaat als de EU, bij het bepalen voor welke habitattypen en soorten er gebieden moeten worden geselecteerd en aangewezen. Anders dan insprekers menen, is deze soort pas op de Referentielijst van april 2014 vermeld voor Nederland (als enige land in de Atlantische regio). Daaraan ging de melding van Nederland in 2007 vooraf dat de soort was herontdekt, waaruit pas eind 2013 de conclusie werd getrokken dat de Referentielijst op dit punt zou moeten worden geactualiseerd, waar Nederland direct mee heeft ingestemd. De verplichting tot aanwijzing ontstond dus pas in 2014. Overigens heeft de Referentielijst geen formele status, omdat hij niet is gebaseerd op Europese regelgeving. Dat neemt niet weg dat een vermelding de noodzakelijke implementatie van de Habitatrichtlijn verheldert. Omdat in dit geval geen sprake is van een correctie, maar van een nieuw feit nadat het aanwijzingsbesluit was vastgesteld, valt aanwijzing van deze soort niet onder de reikwijdte van dit wijzigingsbesluit.

Insprekers hebben bezwaar tegen het toevoegen van habitattype Beken en rivieren met waterplanten (H3260A) in Landgoederen Brummen. Insprekers vinden tevens dat de onderbouwing 'dat er mogelijkheden zijn voor uitbreiding van het habitattype op verschillende plekken in het gebied' een te smalle basis biedt en vragen om de noodzaak en urgentie van uitbreiding helder te motiveren, dan wel de voorgenomen wijziging in te trekken.

Toevoeging is noodzakelijk vanwege het voorkomen van het habitattype (zie hierboven onder 'Reacties over de procedure'). Voor dit habitattype is de landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte en verbetering kwaliteit. In principe wordt in alle gebieden het landelijke doel gevolgd, tenzij er sprake is van onvoldoende potentie dan wel onevenredige gevolgen én de uitbreiding in andere gebieden gerealiseerd kan worden. Dat is de lijn die ook voor de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten is gevolgd. In het concrete geval is uitbreiding in de bestaande beken mogelijk door aanpassing van het beheer, wat geen onevenredige gevolgen heeft.

Een inspreker maakt bezwaar tegen de aanwijzing van Duinheiden met kraaihei, droog (H2140B) in Kennemerland-Zuid, omdat het habitattype niet kenmerkend is voor de kalkrijke duinen, op een kunstmatige plek over een te kleine oppervlakte voorkomt en contraproductief kan zijn voor natuurherstel.

De genoemde redenen zijn deels niet relevant en deels onjuist, maar de zienswijze heeft wel aanleiding gegeven om nader veldonderzoek te doen. Uit dat onderzoek is gebleken dat H2140B op de gekarteerde locatie niet voorkomt. Tevens is gebleken dat de veronderstelde aanwezigheid was gebaseerd op een onjuiste code op een vegetatiekaart (hoogstwaarschijnlijk een typefout, omdat de aangetroffen vegetatie een verwante code heeft). De toevoeging is daarom uit het wijzigingsbesluit verwijderd.

Een inspreker vraagt duidelijkheid over de habitattypenkaart van Meijendel & Berkheide als referentie voor de ‘nulsituatie’. Deze kaart is in 2017 bij het vaststellen van het beheerplan vastgesteld, maar nog niet door de Interbestuurlijke Projectgroep Habitatkartering valide verklaard. De aanwezige waarden waarop het ontwerp-aanwijzingsbesluit is gebaseerd, zijn niet terug te vinden op de beschikbaar gestelde habitattypenkaart uit 2015. De inspreker vraagt meer transparantie over de totstandkoming van de kaart en de aanwezigheid van de in het besluit genoemde habitattypen. Ten aanzien van Embryonale duinen (H2110) is de inspreker van mening dat het type alleen buiten de begrenzing voorkomt. Ten aanzien van Ruigten en zomen, moerasspirea (H6430A) is de inspreker van mening dat het niet kenmerkend is voor het duinecosysteem en dat het gebied voor dit habitattype niet bijdraagt aan de landelijke staat van instandhouding, en daarom niet opgenomen zou moeten worden in het wijzigingsbesluit.

Inderdaad is de toevoeging van habitattypen gebaseerd op een habitattypenkaart die volgens de Interbestuurlijke Projectgroep Habitatkartering nog niet valide is. In zulke gevallen is gekeken of de geconstateerde gebreken ook van invloed zijn op het kunnen opnemen van habitattypen in dit wijzigingsbesluit. Dat bleek niet het geval te zijn. De vier toegevoegde habitat(sub)typen zijn namelijk goed onderbouwd, zo blijkt uit de habitatkaart (versie v20140331) en het bijbehorende rapport Vegetatie- en habitatkartering duinen Meijendel 2011 van Van der Goes & Groot, Alterra en Provincie Zuid-Holland, en niet is gebleken dat de vegetatiecodes onjuist zijn. Er is geen latere versie van de habitatkaart bekend die op deze punten afwijkt van de voor dit wijzigingsbesluit gebruikte versie. De totstandkoming van de habitattypenkaart is in het genoemde rapport beschreven.

Wat betreft de ligging van H2110: uit de habitatkaart blijkt dat het type langs vrijwel de hele kustlijn voorkomt binnen de gepubliceerde buitengrens.

Wat betreft H6430A: het al of niet kenmerkend zijn voor bepaalde landschappen is geen relevant criterium bij het bepalen van de noodzaak voor aanwijzing. Wat de bijdrage aan de landelijke staat van instandhouding is, blijkt uit de tabel in bijlage B.4.1: die bijdrage heeft code C gekregen.

Een inspreker is van mening dat infiltratieplassen in Meijendel & Berkheide geen natuurlijke wateren zijn, maar onderdeel van de drinkwaterwinning, en dat aanwijzen van habitattype Kranswierwateren (H3140) in deze plassen de toekomstige bedrijfsvoering of opheffing hiervan (ten gunste van een prioritair habitattype) kan belemmeren. De inspreker is tevens van mening dat de waterkwaliteit van de infiltratieplassen wordt geborgd via de Kaderrichtlijn Water en dat aanwijzing als habitattype geen toegevoegde waarde heeft.

Dat de infiltratieplassen geen natuurlijke wateren zijn, is volgens de definitie van H3140 geen reden om de aanwezige kranswiervegetaties niet tot het habitattype te rekenen. Het belemmeren van de toekomstige bedrijfsvoering (of juist de opheffing daarvan) is geen legitieme reden om van aanwijzing af te zien, omdat alleen ecologische argumenten relevant zijn. Overigens is in de instandhoudingsdoelstelling vermeld dat de huidige vorm van onderhoud overeenkomt met wat het habitattype nodig heeft om te kunnen voortbestaan. Het borgen van een bepaalde waterkwaliteit is geen doelstelling van de Habitatrichtlijn en kan dus niet in de plaats komen van het beschermen van een habitattype; dat laatste heeft dus wel degelijk een toegevoegde waarde.

Een inspreker is van mening dat in Meijendel & Berkheide de kleine modderkruiper (H1149) en de kamsalamander (H1166) niet kenmerkend zijn voor het duinecosysteem en dat het gebied voor deze soorten niet bijdraagt aan de landelijke staat van instandhouding, en dat deze soorten daarom niet opgenomen zouden moeten worden in het wijzigingsbesluit.

Het al of niet kenmerkend zijn voor bepaalde landschappen is geen relevant criterium bij het bepalen van de noodzaak voor aanwijzing. De bijdrage aan de landelijke staat van instandhouding is weliswaar niet groot, maar omdat het gaat om een meer dan verwaarloosbaar voorkomen, is die bijdrage wel 'beduidend'.

De provincie Noord-Brabant verzoekt de zeggekorfslak aan te wijzen in Biesbosch en Langstraat. Volgens het rapport ‘Inventarisatie van de zeggekorfslak in Noord-Brabant’ (Boesveld & Kalkman 2016) komt de soort in deze gebieden voor, en waarschijnlijk was dat ook al zo op het moment van aanwijzen.

De zeggekorfslak is bijzonder klein, is lastig van verwante soorten te onderscheiden en leeft vaak op zeer kleine, moeilijk toegankelijke locaties. Vanwege deze moeilijkheidsgraad is het aantal onderzoekers en vrijwilligers die gericht naar deze soort zoeken, zeer klein. Bij recente inventarisaties wordt soms een populatie ontdekt. Het is dan altijd de vraag hoelang die populatie er al is: is het een recent ontstane populatie, of is de populatie aan de aandacht ontsnapt? In het geval van de genoemde gebieden hebben de betrokken onderzoekers verklaard dat er meer onderzoek nodig is om met zekerheid te kunnen zeggen dat er niet alleen thans, maar ook al in 2013 sprake was van duurzame populaties. Daarmee vallen deze gevallen onder de uitzondering genoemd in de inleiding van de Nota van toelichting: soorten die pas ná publicatie van het aanwijzingsbesluit in het gebied zijn gevestigd. In het rapport, waarin onderscheid is gemaakt tussen het al of niet gevestigd zijn van een populatie op het moment van publiceren van een aanwijzingsbesluit (De Vlinderstichting, 2017), wordt namelijk pas geconcludeerd tot ‘gevestigd’ indien aannemelijk kan worden gemaakt dat sprake is van ‘bestendig gebruik’. In deze gevallen blijkt dat niet aannemelijk gemaakt te kunnen worden voor de situatie in 2013. De besluiten uit 2013 hoeven dus niet te worden gecorrigeerd.

Een inspreker is van oordeel dat de toevoegingen in de volgende gevallen nader moet worden onderbouwd, omdat de toevoeging niet herleidbaar vanuit de vereisten van de Habitatrichtlijn is onderbouwd. Bovendien zou de peildatum per besluit, habitattype en soort variëren (vaak wordt de datum van aanwijzing genoemd, soms 2004) zonder toelichting op de reden of de verschillen. De gevallen betreffen:

  • 1. Beuken-eikenbossen met hulst (H9120) in Rijntakken: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 2. Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (H91E0C) in Rijntakken: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 3. Embryonale duinen (H2110) in Coepelduynen: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 4. Duinbossen, binnenduinrand (H2180C) in Coepelduynen: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 5. Vochtige duinvalleien, hoge moerasplanten (H2190D) in Coepelduynen: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 6. Embryonale duinen (H2110) in Meijendel & Berkheide: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 7. Vochtige duinvalleien, ontkalkt (H2190C) in Meijendel & Berkheide: de locatie is niet duidelijk aangegeven; aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd. De inspreker vindt het bovendien niet duidelijk waarom voor de doelstelling uitbreiding oppervlak en verbetering kwaliteit is gekozen (en niet voor behoud, zoals bijvoorbeeld in Kennemerland-Zuid).

  • 8. Kranswierwateren (H3140) in Meijendel & Berkheide: het is niet duidelijk is om welk KDW-subtype het gaat; aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 9. Ruigten en zomen, moerasspirea (H6430A) in Meijendel & Berkheide: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 10. Grijze duinen, kalkarm (H2130B) in Voornes Duin: het subtype is niet zichtbaar op de luchtfoto en het blijkt nergens uit dat het er in 2008 was. Tevens is de uitbreidings- en verbeterdoelstelling niet in lijn met de toelichting, waar in staat dat uitbreiding van subtype B ten koste zal gaan van subtype A. Waarom voor uitbreiding is gekozen, is niet duidelijk: de huidige oppervlakte is kleiner dan in Solleveld & Kapittelduinen, terwijl in dát gebied gekozen is voor een behoudsdoelstelling.

  • 11. Vochtige duinvalleien, ontkalkt (H2190C) in Voornes Duin: geen onderbouwing in de toelichting van de instandhoudingsdoelstelling.

  • 12. Ruigten en zomen, harig wilgenroosje (H6430B) in Voornes Duin: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 13. Galigaanmoerassen (H7210) in Voornes Duin: uit de toelichting lijkt het of het habitattype onterecht is toegevoegd, omdat dit type voorkomt waar recent bos is verwijderd ten behoeve van het herstellen van duinvalleien.

  • 14. Permanent overstroomde zandbanken, Noordzee-kustzone (H1110B) in Duinen Goeree & Kwade Hoek: deze toevoeging lijkt in strijd met de begrenzing van het gebied, zoals toegelicht in paragraaf 3.3 en 3.4 van het aanwijzingsbesluit, waar staat dat de zeewaartse grens op de gemiddelde laag-laagwaterlijn ligt, terwijl het habitattype onder L.A.T. ligt. Daarnaast vraagt de inspreker zich af of de in de tekst genoemde verzanding ook is toegestaan als deze een onnatuurlijke oorzaak heeft.

  • 15. Slik- en zandplaten, Noordzee-kustzone (H1140B) in Duinen Goeree & Kwade Hoek: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 16. Kruipwilgstruwelen (H2170) in Duinen Goeree & Kwade Hoek: geen onderbouwing in de toelichting van de instandhoudingsdoelstelling.

  • 17. Duinbossen, binnenduinrand (H2180C) in Duinen Goeree & Kwade Hoek: geen onderbouwing in de toelichting van de instandhoudingsdoelstelling.

  • 18. Ruigten en zomen, harig wilgenroosje (H6430B) in Duinen Goeree & Kwade Hoek: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 19. Ruigten en zomen, harig wilgenroosje (H6430B) in Nieuwkoopse Plassen & De Haeck: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 20. Vochtige alluviale bossen, beekbegeleidende bossen (H91E0C) in Zouweboezem: aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

  • 21. Witte duinen (H2120) in Voordelta: peildatum is 2008, maar volgens het besluit gaat het om relatief jonge duinbegroeiingen (ontstaan door opstuiving van zand na de aanleg van de Maasvlakte en Neeltje Jans).

  • 22. Grijze duinen, kalkrijk (H2130A) in Grevelingen: het is niet duidelijk waar het subtype voorkomt; aanwezigheid ten tijde van de aanwijzing wordt niet gemotiveerd.

De peildatum is gelijk aan het jaar van aanwijzen (wat per gebied verschilt, maar nooit per habitattype of soort binnen een gebied) en is nergens in het besluit 2004. Waarom dit op deze manier verschilt, staat in de paragraaf Peildatum, in de Inleiding van de Nota van toelichting.

Over de 22 gevallen kan in zijn algemeenheid het volgende worden opgemerkt. De motivering dat het habitattype reeds aanwezig was ten tijde van de oorspronkelijke aanwijzing van het gebied (dus: op de peildatum) wordt voor alle gevallen onderbouwd in de paragraaf Onderbouwing van de wijzigingen, in de Inleiding van de Nota van toelichting, waar staat: “De habitattypenkaarten geven de situatie weer ten tijde van het publiceren van het aanwijzingsbesluit (en daarmee dus de situatie op de peildata voor dit wijzigingsbesluit).” Deze kaarten vormen, tenzij anders vermeld, de basis voor dit wijzigingsbesluit; op die kaarten zijn de exacte locaties weergegeven. Daarmee is tegelijk de motivatie van de aanwezigheid gegeven; voor een gedetailleerde onderbouwing wordt verwezen naar het voor deze habitattypenkaarten vervaardigde documentatiemateriaal (dat opvraagbaar is bij de betrokken ministeries en provincies).

Het volgende kan worden opgemerkt over de meer specifieke gevallen:

  • 7. Voor de doelstelling uitbreiding oppervlak en verbetering kwaliteit is bij H2190C in Meijendel & Berkheide gekozen, omdat in beginsel wordt aangesloten bij het landelijke doel, mits er potenties zijn om dit landelijke doel ook in dit gebied toe te passen. Die potenties blijken er te zijn: ze vloeien voort uit het feit dat er regeneratieprojecten zijn uitgevoerd en de doelstelling voorts door een natuurlijke ontwikkeling vanzelf zal worden gerealiseerd.

  • 8. Om welke variant van de kritische depositiewaarde voor stikstof het gaat bij H3140 in Meijendel & Berkheide is geen onderwerp wat thuishoort in een aanwijzingsbesluit.

  • 10. De uitbreidings- en verbeterdoelstelling voor H2130B in Voornes Duin is niet in strijd met de toelichting. Weliswaar zal H2130B toenemen als gevolgen van ontkalking van het substraat, maar dat hoeft niet ten koste te gaan van H2130A. Indien dat wél het geval is, zal H2130A nog extra moeten toenemen, omdat ook voor dat subtype een uitbreidingsdoelstelling geldt. Voor de doelstelling uitbreiding oppervlak is gekozen omdat in beginsel wordt aangesloten bij het landelijke doel, mits er potenties zijn om dit landelijke doel ook in dit gebied toe te passen. Die potenties blijken er dus te zijn.

  • 13. Dat H7210 in Voornes Duin voorkomt op een plek waar recent bos is verwijderd, betekent niet dat het type recent is ontstaan. Het woord 'recent' moet overigens gelezen worden in de context van het besluit uit 2008: kort daarvoor is bos gekapt in de betreffende duinvallei, waardoor H7210 zichtbaar werd. Dat type bestond dus al in 2008, maar was voorafgaand aan de boskap aan het oog onttrokken door omringend bos.

  • 14. De zeewaartse grens van Duinen Goeree & Kwade Hoek ligt in het algemeen op de gemiddelde laag-laagwaterlijn. De tekst beschrijft echter alleen wat het globale uitgangspunt was bij het trekken van de (rechte) grens tussen dit gebied en de Voordelta. De kaart is leidend bij het bepalen van de exacte grens en wat dat vervolgens betekent voor de aanwezige habitattypen. Uit de habitattypenkaart blijkt dat er binnen de begrenzing ook permanent water voorkomt (behorend tot H1110B), aansluitend op het voorkomen daarvan in de Voordelta. Dit wordt bevestigd door luchtfoto's. De in de tekst genoemde mogelijke verzanding is een natuurlijk proces dat in en rond de Voordelta kan optreden. Het is in beginsel niet wenselijk om een grootschalig natuurlijk proces als het verplaatsen van zandbanken, dat kenmerkend is voor de Voordelta en omgeving, tegen te houden. Dat is de reden dat in dit concrete geval het relatief kleine stuk H1110B in samenhang wordt bezien met het naastliggende veel grotere stuk in Voordelta. Daarmee wordt niet gesuggereerd dat verzanding als gevolg van een onnatuurlijke oorzaak acceptabel is.

  • 21. De aanduiding 'relatief jonge duinbegroeiingen' bij de doelstelling voor H2120 in Voordelta moet gelezen worden in de context van het besluit uit 2008. Het type was in 2008 minder lang aanwezig dan in aangrenzende duingebieden, omdat het pas kon ontstaan na opstuiving van zand langs de Maasvlakte en langs Neeltje Jans. De Maasvlakte is echter al in de jaren 1960 aangelegd en het eiland Neeltje Jans is opgeleverd bij de bouw van de Oosterscheldekering in 1986.

4 REACTIES OVER DE RECHTSGEVOLGEN

Meerdere insprekers vragen om een toelichting op de gevolgen van het besluit voor grondeigenaren en op de noodzaak voor extra maatregelen, met name in relatie tot het gebied Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving. Bij het toevoegen van waarden is voorbijgegaan aan economische effecten.

Volgens vaste jurisprudentie is Nederland, op basis van lid 1 van artikel 6 van de Habitatrichtlijn, verplicht om álle habitattypen en soorten die in meer dan verwaarloosbare mate voorkomen, aan te wijzen. Met het wijzigingsbesluit wordt invulling gegeven aan deze verplichting. Sociaal-maatschappelijke en economische redenen mogen alleen een rol spelen bij een verbeter- en/of uitbreidingsdoelstelling. Eventuele maatregelen en gevolgen worden in het kader van de Natura 2000-beheerplannen in beeld gebracht.

Meerdere insprekers vragen hoeveel ontwikkelruimte er is binnen het Programma Aanpak Stikstof en of dat tegen de achtergrond van de destijds gekozen uitgangspunten voor groei en ontwikkeling voldoende is. De insprekers vinden het belangrijk dat een wijziging van de aanwijzingsbesluiten geen negatieve gevolgen heeft voor die ontwikkelruimte. Men verwacht met name dat de impact van de wijziging van het aanwijzingsbesluit van het gebied Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving groot zal zijn.

Een aanwijzingsbesluit is niet de plek om uitspraken te doen over deze gevolgen. Zie verder het antwoord in de eerste alinea van deze vierde paragraaf.

Enkele insprekers veronderstellen dat het gehele gebied Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving als stikstofgevoelig wordt aangemerkt, terwijl uit het ontwerp-wijzigingsbesluit blijkt dat de stikstofgevoelige habitattypen Overgangs- en trilvenen (H7140) en Hoogveenbossen (H91D0) slechts in een deel van het gebied voorkomen en dat de potenties voor uitbreiding van beide typen niet groot zijn. De insprekers geven aan dat dit grote gevolgen zal hebben voor de omliggende agrarische bedrijven en hun ontwikkelruimte in het kader van de PAS.

In het (voormalige) Programma Aanpak Stikstof is een lijst opgenomen van gebieden waar stikstofgevoelige habitats voorkomen waarvan de kritische depositiewaarde wordt overschreden. Toetsing van vergunningaanvragen is echter alleen aan de orde op locaties binnen die gebieden waar daadwerkelijk sprake is van een stikstofprobleem. In het genoemde gebied is dat dus een beperkt gedeelte. Zie overigens ook het antwoord in de eerste en de tweede alinea van deze vierde paragraaf.

Insprekers maken zich zorgen over de externe werking, bijvoorbeeld het risico op vernatting in aangrenzend landbouwgebied. Insprekers vinden dat dit voorkomen moet worden en vragen de bevoegde gezagen om dit te bevestigen.

Zie het antwoord in de eerste alinea van deze vierde paragraaf.

Insprekers zijn van mening dat de belangen van lokale (agrarische) ondernemers niet zijn meegewogen in het ontwerp-wijzigingsbesluit.

Zie het antwoord in de eerste alinea van deze vierde paragraaf.

Insprekers vragen om de consequenties van de aanwijzing van habitattype Beken en rivieren met waterplanten, waterranonkels (H3260A) in Landgoederen Brummen helder uiteen te zetten, omdat onduidelijk is wat de gevolgen zijn. De insprekers zijn van mening dat de wijziging onvoldoende rekening houdt met andere gebruiksfuncties en vinden deze daarom niet acceptabel. De indruk bestaat dat met de voorgestelde wijziging de visie uit 2016 van de Vereniging Natuurmonumenten voor de waterhuishouding van het gebied werkelijkheid wordt, wat tot een onacceptabele aantasting van het gebied zou leiden. Men is van mening dat bewoners en ondernemers niet goed betrokken zijn bij het beheerplanproces.

De wijziging heeft geen relatie met de genoemde visie of het lopende beheerplanproces, omdat voor de realisatie van deze instandhoudingsdoelstelling naar verwachting geen wijziging van de waterhuishouding nodig is (zie daarvoor het antwoord in de paragraaf 'Reacties over de instandhoudingsdoelstellingen'). Zie verder het antwoord in de eerste alinea van deze vierde paragraaf.

5 REACTIES OVER DE RELATIE MET DE BEHEERPLANNEN

Een inspreker is van oordeel dat de consequenties van het wijzigingsbesluit zo snel mogelijk moeten worden doorgevoerd in de betreffende beheerplannen en in het Programma Aanpak Stikstof.

Van dit oordeel wordt kennis genomen. In een aanwijzingsbesluit wordt geen uitspraak gedaan over beheerplannen en toestemmingsverlening voor plannen of projecten.

Insprekers zien graag bevestigd dat het wijzigingsbesluit in geen enkel gebied zal leiden tot aanvullende externe maatregelen.

Kennelijk zijn hierover al uitspraken gedaan door enkele provincies, maar pas in het kader van de Natura 2000-beheerplannen zal blijken of er inderdaad geen aanvullende maatregelen nodig zijn. Een aanwijzingsbesluit is niet de plek om daar uitspraken over te doen.

De provincie Limburg geeft aan dat de extra kosten die voortvloeien uit de toe te voegen habitats redelijkerwijs niet (geheel) gefinancierd kunnen worden uit het budget dat op grond van het Natuurpact ter beschikking is gesteld voor het uitvoeren van de Wet natuurbescherming, omdat er ten tijde van het Natuurpact nog geen zicht was op het inmiddels grote aantal en de aanzienlijke oppervlakte aan toe te voegen habitats.

De betreffende waarden waren reeds aanwezig ten tijde van het sluiten van het Natuurpact. Overigens doet dit wijzigingsbesluit geen uitspraak over de financieringskwesties die verband houden met het aanwijzen van habitats.

6 REACTIES OVER SCHADE

Een inspreker geeft aan dat de bruikbaarheid van gronden steeds verder in het gedrang zal komen; in het wijzigingsbesluit moet daarom een hoofdstuk over compensatie van schade uitgewerkt worden.

Zie hiervoor de reeds in de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten gegeven reactie in de paragraaf ‘Reacties over schade’ (dat is meestal paragraaf 7 in Bijlage C van de Nota van toelichting).


X Noot
1

De tekendatum van deze drie aanwijzingsbesluiten is in eerdere wijzigingsbesluiten ten onrechte vermeld als 25 februari 2009.

X Noot
2

De tekendatum van dit aanwijzingsbesluit is in eerdere wijzigingsbesluiten ten onrechte vermeld als 25 februari 2009.

X Noot
3

De tekendatum van deze drie aanwijzingsbesluiten is in een eerder wijzigingsbesluit ten onrechte vermeld als 16 februari 2010.

X Noot
4

De tekendatum van deze drie aanwijzingsbesluiten is in een eerder wijzigingsbesluit ten onrechte vermeld als 16 februari 2010.

X Noot
5

De tekendatum van deze drie aanwijzingsbesluiten is in een eerder wijzigingsbesluit ten onrechte vermeld als 16 februari 2010.

X Noot
6

De tekendatum van dit aanwijzingsbesluit is in een eerder wijzigingsbesluit ten onrechte vermeld als 16 februari 2010.

X Noot
7

Zie onder andere: Tweede Kamer, vergaderjaar 2015-2016, 32 670, nr 105.

X Noot
8

Zie onder andere de uitspraken over Wooldse Veen (201305337/1/R2; 12 maart 2014), Korenburgerveen (201305336/1/R2; 17 september 2014) en Bergvennen & Brecklenkampse Veld (201306279/2/R2; 1 april 2015).

X Noot
9

Voor de meeste gebieden is dat 8 december 2004.

X Noot
10

'Afwezige waarden', 28 mei 2015, PDN/2015-004.

X Noot
11

Een noodzakelijke wijziging ten opzichte van het ontwerpbesluit Krammer-Volkerak zal worden meegenomen bij het vaststellen van het definitieve besluit voor dat gebied.

X Noot
12

Dit betreft: H1110B en H1140B in Waddenzee (001), H1110A, H1140A, H2120, H2160 en H2170 in Noordzeekustzone (007), H2160 in Haringvliet (109) en H2130A, H2160 en H2190B in Voordelta (113).

X Noot
13

Dit habitattype is in het voorjaar van 2022 voor het eerst herkend als aanwezig binnen de begrenzing van het gebied Veluwe; eerder werd het beschouwd als behorend tot H9120.

X Noot
14

Ook worden gevallen gemeld die wel zijn overwogen op basis van de vemelding op een habitattypenkaart, maar die uiteindelijk niet in het besluit zijn overgenomen. Wijzigingen aangeduid met een nulletje (º) betreffen aanpassingen ten opzichte van het ontwerpbesluit. De genoemde uitzonderingen geven de situatie weer ten tijde van het publiceren van het ontwerpbesluit; inmiddels zijn vrijwel alle discrepanties gecorrigeerd op de habitattypenkaarten.

X Noot
15

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Noordzeekustzone (007) (Stcrt.2012, 200400).

X Noot
16

Natura 2000-profiel Bruinvis (2014): beoordelingsaspect populatie.

X Noot
17

Camphuysen C.J. & M.L. Siemensma (2011). Conservation plan for the Harbour Porpoise Phocoena phocoena in The Netherlands: towards a favourable conservation status. NIOZ Report 2011-07, Royal Netherlands Institute for Sea Research, Texel.

X Noot
18

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
19

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
20

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
21

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
22

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
23

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
24

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
25

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
26

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
27

De locatie in het zuidwesten van het gebied (de zogenoemde pingoruïne), waarvan aanvankelijk gedacht werd dat het geen deel had uitgemaakt van het (eertijds intacte) hoogveenlandschap, blijkt op basis van het rapport 'Kartering van de habitattypen Actieve en Herstellende hoogvenen in Nederland' (Jansen e.a., 2013) toch tot het hoogveenlandschap te moeten worden gerekend. Daarmee vervalt de noodzaak tot het afzonderlijk onderscheiden van een subtype B (heideveentjes).

X Noot
28

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
29

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
30

Destijds bekend als Kampina en Oisterwijkse Bossen en Vennen.

X Noot
31

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
32

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Oude Maas (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
33

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
34

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
35

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
36

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
37

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
38

Het jaartal in het kenmerk is een verschrijving; bedoeld is PDN/2014-045.

X Noot
39

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
40

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Wijnjeterper Schar en Elperstroomgebied (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
41

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
42

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
43

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
44

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
45

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
46

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Oude Maas (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
47

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Wijnjeterper Schar en Elperstroomgebied (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
48

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
49

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
50

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
51

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
52

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
53

De beschreven “staat van instandhouding” wijkt af van de “staat van instandhouding” zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
54

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
55

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
56

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Markermeer & IJmeer en Veluwerandmeren (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
57

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Markermeer & IJmeer en Veluwerandmeren (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
58

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Oude Maas (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
59

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Schoorlse Duinen (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
60

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
61

Deze wijziging is nodig om misverstanden te voorkomen ten aanzien van de bescherming van H6430 en leefgebied van aangewezen vogels, die onder andere langs de spoorlijn voorkomen.

X Noot
62

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
63

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Schoorlse Duinen (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
64

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Markermeer & IJmeer en Veluwerandmeren (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
65

Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 doelendocument. Duidelijkheid bieden, richting geven en ruimte laten. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Den Haag.

X Noot
66

In de tabellen en toelichtende tekst van Bijlage B.2 en B.3 van deze Nota van toelichting wordt steeds gerefereerd aan Natura 2000-gebied Noordzeekustzone (007). In die gevallen dat in de toelichtende tekst alleen “Noordzeekustzone (007)” of “Noordzeekustzone” vermeld wordt, dus zonder aparte vermelding van “Noordzeekustzone II”, betreft het telkens het uitgebreide Natura 2000-gebied.

X Noot
67

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Schoorlse Duinen (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
68

Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta (Stcrt. 2008, 41).

X Noot
69

Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta (Stcrt. 2008, 41), bijlage B.4.2.

X Noot
70

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
71

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Oude Maas (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
72

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Noordzeekustzone (007) (Stcrt.2012, 200400).

X Noot
73

Natura 2000-profiel Bruinvis (2014): beoordelingsaspect populatie.

X Noot
74

De betreffende graslanden op Hompelvoet hebben overigens ook een tijdlang als grijze duinen, heischraal (H2130C) op de habitatkaart gestaan, maar dat bleek ten onrechte te zijn.

X Noot
75

Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta (Stcrt. 2008, 41).

X Noot
76

Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta (Stcrt. 2008, 41), bijlage B.4.2.

X Noot
77

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Noordzeekustzone (007) (Stcrt.2012, 200400).

X Noot
78

Natura 2000-profiel Bruinvis (2014): beoordelingsaspect populatie.

X Noot
79

Camphuysen C.J. & M.L. Siemensma (2011). Conservation plan for the Harbour Porpoise Phocoena phocoena in The Netherlands: towards a favourable conservation status. NIOZ Report 2011-07, Royal Netherlands Institute for Sea Research, Texel.

X Noot
80

Met name de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State betreffende het aanwijzingsbesluit Korenburgerveen (201305336/1/R2; 17 september 2014), waaruit bleek dat habitattype H3130, dat pas na de aanmelding in het gebied was ontstaan, beschermd moest worden.

X Noot
81

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Noordzeekustzone (007) (Stcrt.2012, 200400).

X Noot
82

Natura 2000-profiel Bruinvis (2014): beoordelingsaspect populatie.

X Noot
83

Camphuysen C.J. & M.L. Siemensma (2011). Conservation plan for the Harbour Porpoise Phocoena phocoena in The Netherlands: towards a favourable conservation status. NIOZ Report 2011-07, Royal Netherlands Institute for Sea Research, Texel.

X Noot
84

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Schoorlse Duinen (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
85

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
86

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
87

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
88

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Wijnjeterper Schar en Elperstroomgebied (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
89

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
90

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
91

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
92

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
93

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
94

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
95

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
96

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
97

Lemmers, P. & R. Krekels (2017): Kamsalamander en kleine modderkruiper in Habitatrichtlijngebieden Weerterbos, Ringselven en Kruispeel. Verspreidingsonderzoek middels eDNA. Bureau Natuurbalans – Limes Divergens BV, Nijmegen.

X Noot
98

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluiten Natura 2000-gebieden Wijnjeterper Schar en Elperstroomgebied (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
99

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
100

Dit is voor dit habitattype ook de reden dat de staat van instandhouding wat betreft het aspect toekomstperspectief als “matig ongunstig” is beoordeeld (zie ook Natura 2000 profielendocument (2008)).

X Noot
101

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
102

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
103

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
104

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
105

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
106

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
107

Staat van instandhouding en landelijke doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
108

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
109

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
110

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
111

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
112

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
113

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

X Noot
114

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
115

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Oude Maas (Stcrt. 2011, 4458).

X Noot
116

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
117

Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos (Stcrt. 2010, 2212).

X Noot
118

De beschreven staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegeven in het Natura 2000 doelendocument (2006). Zie het Natura 2000 profielendocument (2008) voor een nadere uitleg.

Naar boven