28 Informele JBZ-Raad d.d. 6-7 maart 2025 (vreemdelingen- en asielbeleid)

Voorzitter: Aukje de Vries

Informele JBZ-Raad d.d. 6-7 maart 2025 (vreemdelingen- en asielbeleid)

Aan de orde is het tweeminutendebat Informele JBZ-Raad d.d. 6-7 maart 2025 (32317, nr. 933) (vreemdelingen- en asielbeleid).

De voorzitter:

Ik heropen deze vergadering. Aan de orde is het tweeminutendebat Informele JBZ-Raad 6-7 maart over vreemdelingen- en asielbeleid. Ik geef als eerste het woord aan mevrouw Podt namens D66.

Mevrouw Podt (D66):

Dank u wel, voorzitter. Ik heb twee moties en een vraag.

De eerste motie luidt als volgt.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat wordt gewerkt aan verschillende migratiepartnerschappen, zowel op Europees als op nationaal niveau;

overwegende dat partnerschappen met de EU over het algemeen meer slagkracht en daarmee betere resultaten hebben dan bilaterale afspraken;

verzoekt de regering om prioriteit te geven aan partnerschappen op Europees niveau en in het geval van bilaterale partnerschappen altijd uitbreiding naar Europese partnerschappen na te streven,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Podt.

Zij krijgt nr. 940 (32317).

Mevrouw Podt (D66):

De tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat UNHCR op aandringen van de Tunesische autoriteiten is gestopt met het registreren van nieuwe migranten in Tunesië en daardoor al lange tijd geen zicht heeft op het aantal migranten dat zich in het land bevindt;

overwegende dat dit risico's met zich meebrengt met betrekking tot het monitoren van mensenrechten, aangezien er onvoldoende zicht is op deze groep;

overwegende dat ook de mogelijkheid tot terugkeer van migranten wordt bemoeilijkt als onvoldoende zicht is op wie zich in Tunesië bevindt;

verzoekt het kabinet zowel bilateraal als in EU-verband actief aan te dringen op hervatting van de registratie van vluchtelingen door de UNHCR en voldoende financiële ondersteuning om deze taak uit te voeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Podt.

Zij krijgt nr. 941 (32317).

Mevrouw Podt (D66):

Ten slotte mijn korte vraag. Is het wetsvoorstel over het Migratiepact, vraag ik aan de minister, al naar de Raad van State gestuurd? Zo nee, wanneer verwacht de minister dat te gaan doen?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is het woord aan mevrouw Van Zanten van de BBB.

Mevrouw Van Zanten (BBB):

Voorzitter. Tussen 9 december en 9 maart jongstleden controleerde de marechaussee bijna 42.000 mensen bij de Nederlandse grenzen. In dezelfde periode vorig jaar ging het zonder die extra grenscontroles om 38.600 gecheckte personen. Nu werden 250 personen, onrechtmatig verblijvende vreemdelingen, geweigerd versus 150 een jaar eerder. BBB vindt deze cijfers eerlijk gezegd wat teleurstellend. Daarom de volgende vragen. Wat vindt de minister zelf van de resultaten van de extra grenscontroles? Is de minister van plan de grenscontroles te verlengen? En hoe gaat zij er dan voor zorgen dat ze in het vervolg succesvoller zullen zijn?

Ik heb nog één motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland op 9 december binnengrenscontroles heeft ingevoerd, mede naar aanleiding van vergelijkbare maatregelen in andere Europese landen;

constaterende dat deze controles zijn uitgevoerd met een beperkte extra capaciteit van circa 50 mensen;

overwegende dat uit de evaluatiecijfers blijkt dat tussen 9 december en 9 maart slechts een beperkte toename is gerealiseerd in het aantal gecontroleerde personen en geweigerde onrechtmatig verblijvende vreemdelingen;

overwegende dat dit roept om een kritische beoordeling van de effectiviteit en proportionaliteit van de binnengrenscontroles;

verzoekt de regering om naar aanleiding van de evaluatie met een verbeterplan te komen alvorens de binnengrenscontroles te verlengen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Zanten.

Zij krijgt nr. 942 (32317).

Dank u wel. Dan is het woord aan mevrouw Rajkowski van de VVD.

Mevrouw Rajkowski (VVD):

Dank, voorzitter. Eerst een motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat Portugal als eerste land ter wereld heeft overwogen om klimaatvluchtelingen te erkennen;

constaterende dat de interpretatie van het begrip "internationale bescherming" door andere EU-lidstaten verregaande gevolgen kan hebben voor de hoeveelheid migranten die jaarlijks naar Nederland kan komen;

constaterende dat het erkennen van klimaatvluchtelingen door Portugal een negatieve impact kan hebben op het nu al te hoge migratiesaldo van Nederland;

verzoekt de minister om met andere Europese lidstaten afspraken te maken over de interpretatie van het begrip "internationale bescherming" zoals genoemd in de Europese Kwalificatierichtlijn en er hierbij op aan te dringen dat deze definitie niet door individuele lidstaten wordt verruimd,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Rajkowski.

Zij krijgt nr. 943 (32317).

Mevrouw Rajkowski (VVD):

Voorzitter. "Asielzoekers kunnen straks naar een veilig land buiten de Europese Unie voor procedure en opvang." Dat bericht Eurocommissaris Magnus Brunner. De VVD pleit hier ook al enige tijd voor. Wat ons betreft gaat dit dan ook snel geregeld worden. Kan de minister toezeggen de Kamer hierover te informeren?

De voorzitter:

Dank u wel. Dan gaan we over naar de heer Boomsma van NSC.

De heer Boomsma (NSC):

Dank u wel, voorzitter. Nederland moet drastisch ingrijpen om asielmigratie te beperken. Nieuw Sociaal Contract zal blijven benadrukken dat dat alleen kan door goede samenwerking en betere wetgeving in Europa. We zien nu dat Duitsland heeft aangegeven asielzoekers te gaan terugsturen aan de grens. Ik kan volgen waarom ze dat willen, maar dat leidt nu al wel tot conflicten met bepaalde buurlanden, waaronder Luxemburg en Polen. Ik heb net gelezen in een rapport van Schengen dat alleen al de politie van Hannover 368 mensen heeft teruggestuurd aan de Nederlandse grens. Wat is daar precies aan de hand? Bij hoeveel van die mensen gaat het dan om asielzoekers die worden teruggestuurd en die dan in de Nederlandse procedure moeten komen?

In de commissie hebben we het er ook over gehad dat het onacceptabel is dat wij asielzoekers uit België moeten terugnemen en dat wij die niet meer terug kunnen sturen. Dat is ook volledig in strijd met de Europese regels. Ik denk dat het goed is om samen op te trekken en goed samen te werken met onze buurlanden. Daarom deze motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland asielzoekers die in België asiel hebben aangevraagd in sommige gevallen niet terug kan sturen, omdat zij daar mogelijk geen opvang zouden krijgen;

overwegende dat Duitsland heeft aangegeven asielzoekers terug te sturen aan de grens, terwijl conform de Dublinregels asielaanvragen eerst gecontroleerd moeten worden;

overwegende dat de politie in Hannover al 386 mensen aan de Duitse grens heeft teruggestuurd naar Nederland;

overwegende dat het wenselijk is dat buurlanden gezamenlijk optrekken en niet hun asielverplichtingen op elkaar afwentelen;

verzoekt de regering om in overleg te treden met onze buurlanden België en Duitsland om tot een gezamenlijke aanpak en strategie te komen omtrent opvang en beleid aan de grens, de handhaving van de Dublinregels en de voorbereiding op het Migratiepact, en de samenwerking te zoeken om samen met andere gelijkgestemde EU-lidstaten te streven naar effectiever beleid om tot beperking van migratie te komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Boomsma.

Zij krijgt nr. 944 (32317).

Dank u wel. Dan gaan we over naar de volgende spreker. Dat is mevrouw Vondeling van de PVV. O nee. Of ja, u wilde wel twee minuten, toch? Ja.

Het zou fijn zijn als iedereen niet meer op basis van de actualiteit moties gaat indienen, maar het wel houdt bij het onderwerp waar het debat over heeft plaatsgevonden.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Uitgeprocedeerde vreemdelingen moeten heel snel ons land uit. Nu gebeurt dit nog veel te weinig. Andere landen werken niet mee en nemen amper asielzoekers terug. Maar afgewezen asielzoekers worden in Nederland ook massaal geholpen onder te duiken. De PVV wil dat personen die het uitzetbeleid doelbewust saboteren, worden aangepakt. Daarom een motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om meewerken aan het onderduiken van illegalen strafbaar te stellen en op korte termijn een voorstel daartoe naar de Kamer te sturen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Vondeling.

Zij krijgt nr. 945 (32317).

Dank u wel. Dan gaan we daarmee … Ja, mevrouw Podt, u mag een vraag stellen, als u maar niet het debat uit het schriftelijk overleg overdoet.

Mevrouw Podt (D66):

Ik ben gewoon benieuwd hoe mevrouw Vondeling dat dan voor zich ziet. Er worden namelijk mensen opgevangen in kerken en in huizen. Ik kan er op zich nog best wel een aardig eind in meegaan dat je vindt dat mensen terug moeten. Maar hoe stelt mevrouw Vondeling zich dat dan voor? Wil ze dan dat we kerken en huizen gaan binnenvallen? Ik ben benieuwd.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Ik stel me in ieder geval voor dat mensen die doelbewust het uitzetbeleid saboteren, worden aangepakt. Dat is gewoon niet normaal. Het gaat om afgewezen vreemdelingen, die vaak meerdere keren van de rechter te horen hebben gekregen dat zij Nederland moeten verlaten. Die moeten Nederland ook verlaten. Als andere personen helpen om dat te frustreren, moet dat worden aangepakt. Ik leg bij het kabinet neer of zij met een voorstel kunnen komen, dus die uitwerking wacht ik ook af. Ik wil in ieder geval dat het wordt aangepakt.

De voorzitter:

Ja, u mag, mevrouw Podt, als u het heel kort houdt. De heer Ceder heeft zich niet ingeschreven voor het debat, dus ik sta hem geen interruptie toe. Wel? Nee, volgens mijn lijstje is hij niet ingeschreven. Mevrouw Podt, tot slot, kort nog een punt.

Mevrouw Podt (D66):

Ik denk dat ik moet constateren dat mevrouw Vondeling andermaal gratis iets roept. Mijn vraag was hoe ze dat voor zich ziet. Je kunt allerlei dingen roepen en vinden dat er iets moet gebeuren, maar de consequentie daarvan is dat je dan ook iets moet gaan doen. Dan moet je kerken en huizen gaan binnenvallen. Dat mag mevrouw Vondeling vinden, maar dan moet ze dat wel zeggen.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Ik leg het bij het kabinet neer. Ik vind gewoon dat er iets moet gebeuren. Kennelijk vindt mevrouw Podt van D66 dat het maar normaal is dat het uitzetbeleid wordt gesaboteerd. Wij vinden van niet. Ik vraag het kabinet dus om met een voorstel te komen om dat te regelen.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn we gekomen aan het einde van de termijn van de kant van de Kamer. Ik schors tot 17.25 uur.

De vergadering wordt van 17.16 uur tot 17.25 uur geschorst.

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering. Aan de orde is het tweeminutendebat Vreemdelingen- en asielbeleid. Het woord is aan de minister voor de appreciatie van de moties en voor de beantwoording van de vragen die nog gesteld zijn door de Kamerleden.

Minister Faber:

Dank u wel, voorzitter. Ik zal eerst appreciaties geven van de moties. Dan kom ik daarna nog even terug op de vragen die gesteld zijn

Als eerste kom ik bij de motie van mevrouw Podt op stuk nr. 940. Zij verzocht de regering om prioriteit te geven aan de partnerschappen op Europees niveau en in het geval van bilaterale partnerschappen altijd uitbreiding naar Europese partnerschappen na te streven. Ik zie zeker het belang van de partnerschappen. Daar werk ik ook hard aan, ook samen met mijn collega Klever, met wie ik goed samenwerk. Natuurlijk zet ik in op samenwerking, ook op Europees niveau, maar ik houd nou eenmaal van parallelle processen. Ik kijk dus wat het beste werkt. Dat kan zijn in Europees verband. Het kan ook op nationaal niveau zijn of bilateraal. Die ruimte wil ik houden, dus ik ontraad deze motie.

Dan had mevrouw Podt ook de motie op stuk nr. 941. Zij verzocht het kabinet om zowel bilateraal als in EU-verband actief aan te dringen op hervatting van de registratie van vluchtelingen door de UNHCR en voldoende financiële ondersteuning om deze taak uit te voeren. Wat u vraagt, doen we al. Dat is staand beleid. De motie is dus overbodig.

Dan kom ik bij de motie op stuk nr. 942 van mevrouw Van Zanten.

De voorzitter:

Voordat u verdergaat, zeg ik dat ik per motie één verhelderende vraag toesta.

Mevrouw Podt (D66):

De vraag is dan wel de volgende. De minister zegt: dit doe ik al. Ik ben dan wel benieuwd wat de resultaten daarvan zijn, want dit is in ieder geval niet uit het debat gekomen. Daar hebben we het tijdens het debat ook gewoon over gehad. Dat is toen niet benoemd. Ik ben dan wel benieuwd wat de minister precies aan het doen is.

Minister Faber:

Ik zal mevrouw Podt daar later schriftelijk over informeren om haar op de hoogte te houden.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan de motie op stuk nr. 942.

Minister Faber:

De motie op stuk nr. 942 is van mevrouw Van Zanten. Zij verzocht de regering om de effectiviteit van de uitgevoerde grenscontroles te evalueren en met een verbeterplan te komen voordat de binnengrenscontroles worden verlengd. Het kabinet heeft reeds besloten om de binnengrenscontroles te verlengen tot 9 december 2025. Uw Kamer is op 25 april geïnformeerd over dit besluit en over de onderbouwing. In de komende periode zal de Koninklijke Marechaussee de binnengrenscontrole blijven uitvoeren binnen de bestaande capaciteit. Ik heb ook al eerder toegezegd de Kamer hierover te informeren, dus ik ontraad deze motie.

Dan heb ik …

De voorzitter:

Voordat u verdergaat, is er één korte vraag van mevrouw Van Zanten.

Mevrouw Van Zanten (BBB):

Mijn vraag was naar aanleiding van de evaluatie. We hebben gezien dat het in verhouding nog niet zo het gewenste resultaat oplevert. Het lijkt mij dus logisch dat als je een evaluatie houdt, je gaat kijken waar het plan kan worden verbeterd. Mijn verzoek aan de regering is om te kijken waar dit plan kan worden verbeterd en om dat mee te nemen in het vervolgproces van grenscontroles.

Minister Faber:

Ik kan mevrouw Van Zanten geruststellen. Natuurlijk kijken wij altijd of we zaken kunnen verbeteren. Toen we net waren gestart met deze controles, zagen we dat bepaalde cijfers achterbleven. Toen heeft de KMar ook zelf geanalyseerd hoe dat kwam en hebben ze ook al direct in de praktijk een verbeterslag uitgevoerd. Dat heeft dus voortdurend onze aandacht.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 942 blijft ontraden. Dan de motie op stuk nr. 943.

Minister Faber:

Yes. De motie op stuk nr. 943 is van mevrouw Rajkowski en gaat over klimaatvluchtelingen. Mevrouw Rajkowski verzoekt de minister om met andere Europese lidstaten afspraken te maken over de interpretatie van het begrip "internationale bescherming" zoals genoemd in de Europese Kwalificatierichtlijn en er hierbij op aan te dringen dat deze definities niet door individuele lidstaten worden verruimd. In de Kwalificatieverordening, onderdeel van het pact, hebben we afspraken gemaakt over de definities van "vluchtelingschap" en "subsidiaire bescherming". Die zijn leidend. Duidelijk is dat klimaatvluchtelingen niet onder die definities vallen. Ik ontraad dan ook deze motie.

Meneer Boomsma — dat is de motie op stuk nr. 944 — had de vraag om in overleg te treden met onze buurlanden België en Duitsland betreffende een gezamenlijke aanpak omtrent opvang en beleid aan de grens: handhaven Dublinregels, voorbereiden Migratiepact, samenwerking zoeken met andere gelijkgestemde EU-landen en streven naar effectiever beleid om tot beperking van migratie te komen. Ik sta al in goed contact met Duitsland en België over samenwerking op het migratiedomein, inclusief beleid aan de grens. Twee weken geleden sprak ik nog mijn Duitse collega hierover. Op korte termijn zal ik ook een bezoek aan Berlijn brengen om de zaken nog verder door te spreken. Ook met België is er goed en regelmatig contact. Nederland zoekt ook de samenwerking op met gelijkgezinde lidstaten. Dat doen we consequent, ook op het gebied van de grens, het pact, terugkeer en innovatieve partnerschappen. Dat zal ik ook blijven doen. Ik vind de motie overbodig.

De voorzitter:

De heer Boomsma, voor een korte vraag.

De heer Boomsma (NSC):

Ik las dus dat 386 mensen bij de Nederlands-Duitse grens zijn teruggestuurd door Duitsland. Deze motie gaat er natuurlijk ook om dat wij last hebben van beslissingen van België en mogelijk ook Duitsland. Kan de minister aangeven hoe het zit met de mensen die nu aan de Duitse grens worden teruggestuurd of niet worden toegelaten uit Nederland? Komen die hier dan weer in de asielprocedure?

Minister Faber:

Dat ligt er natuurlijk aan op grond waarvan ze zijn teruggestuurd. Het kan zo zijn dat ze de asielprocedure ingaan. Dat ligt eraan of ze asiel aanvragen. Dat hangt er natuurlijk van af wat zij daar doen. Het is natuurlijk wel zo dat het gegeven dat Duitsland nu strak op zijn grenzen zit, ook een beschermende factor heeft, want Duitsland heeft met meerdere landen een grens. Als ze daar dus strikt op handhaven, is Duitsland natuurlijk ook een beschermende factor voor Nederland. Dat kunt u ook zien als een soort schild dat om Nederland heen ligt. Je hebt natuurlijk nog wel de Belgische kant, maar we voeren ook intensieve gesprekken om dat strak te zetten.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan blijft de motie op stuk nr. 944 overbodig. Dan de motie op stuk nr. 945.

Minister Faber:

De motie op stuk nr. 945 was van mevrouw Vondeling. Ik snap helemaal de gedachte achter de motie. Mensensmokkel en mensenhandel alsook het laten werken van illegale vreemdelingen is al strafbaar. Illegaal verblijf is op zich niet strafbaar. Daarom kan volgens het strafrecht hulp bij onderduiken ook niet strafbaar zijn. Om terugkeer echt te stimuleren werkt het kabinet aan het strafbaar stellen van het niet meewerken aan terugkeer. In het hoofdlijnenakkoord is niet het strafbaar stellen van illegaliteit afgesproken. Medewerking daaraan is in dezen dan ook niet strafbaar. We kunnen deze zaken natuurlijk wel voorleggen aan het kabinet. Dat wil ik wel doen, maar dan zou u de motie moeten aanhouden. Of: dan is het advies om deze motie aan te houden.

Dan waren er nog wat vragen.

De voorzitter:

Ik kijk even of mevrouw Vondeling bereid is om de motie aan te houden. Ja.

Op verzoek van mevrouw Vondeling stel ik voor haar motie (32317, nr. 945) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

Minister Faber:

Mevrouw Podt had de vraag of het wetsvoorstel voor de implementatie van het Asiel- en Migratiepact al naar de Raad van State is gestuurd. Het wetsvoorstel is nog niet ter advisering voorgelegd aan de Raad van State. De inzet is om het voor het zomerreces aan de Raad van State toe te sturen.

Dan had mevrouw Rajkowski een vraag over het veiligelandenvoorstel. Ze noemde volgens mij ook Commissaris Brunner, die daarmee kwam. Ik ben heel blij dat het er is. Ik zie ook dat Commissaris Brunner heel duidelijk ziet dat er een nieuwe wind is gaan waaien in Europa. Hij geeft daar ook echt gehoor aan. U vraagt of ik kan toezeggen om de Kamer te informeren over dit voorstel. Natuurlijk zal ik dat doen. U wordt via de gebruikelijke route geïnformeerd, met een BNC-fiche. Het zal voor mij een plezier zijn om u daarover te informeren.

Mevrouw Van Zanten vroeg: wat vindt de minister van de resultaten van de binnengrenscontroles en gaat ze de controles verlengen? Ik heb al eerder gezegd dat dat eigenlijk al gedaan is. De eerste resultaten zijn bemoedigend, hoewel het natuurlijk altijd beter kan. Ik heb ook al gezegd dat de KMar de werkwijze al had bijgesteld. Ik heb de resultaten ook al eerder gedeeld, in maart. De KMar heeft meer personen aan de grens geweigerd tijdens grenscontroles dan tijdens het mobiele toezicht. Ook zijn er meer mensen gecontroleerd. In april heeft het kabinet besloten de controles te verlengen. Dat heb ik u ook al gezegd. Voor de zomer zal ik uw Kamer informeren over de resultaten van de grenscontroles over een periode van zes maanden.

Voorzitter, ik ben erdoor.

De voorzitter:

Dank u wel. Er is nog een korte vraag van mevrouw Rajkowski.

Mevrouw Rajkowski (VVD):

We moesten even zoeken in de verordening, maar als ik even snel kijk, zie ik dat er wel gevolg aan wordt gegeven op het moment dat iemand die internationale status krijgt, maar zie ik niet zo snel staan dat er ook afspraken zijn gemaakt over de definitie daarvan. Dat kan nu of buiten het debat om, maar ik wil even helder hebben waar dat dan staat. Als het al geregeld is, kan ik mijn motie namelijk intrekken. Maar dan wil ik dat wel zeker weten.

Minister Faber:

Was dat de motie inzake klimaatvluchtelingen, over de definitie in de Kwalificatierichtlijn?

Mevrouw Rajkowski (VVD):

Ja.

Minister Faber:

Ik weet uit mijn hoofd even niet waar die staat.

Mevrouw Rajkowski (VVD):

Dat snap ik. Het mag ook buiten de vergadering.

De voorzitter:

Dat is de motie op stuk nr. 943. Wilt u dat inderdaad buiten de vergadering om regelen? Mevrouw Rajkowski kan dan besluiten of ze die motie eventueel wil intrekken.

Minister Faber:

Ja, wij zullen u daarover informeren.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn wij aan het einde gekomen van het tweeminutendebat Informele JBZ-Raad.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Komende dinsdag zal er over de moties gestemd worden.

De heer Boomsma van NSC heeft volgens mij een punt van orde.

De heer Boomsma (NSC):

Ik wil een ordevoorstel doen om de twee tweeminutendebatten die nu volgen, samen te voegen. Daarmee kunnen we namelijk een boel tijd besparen. Het zijn allebei reguliere tweeminutendebatten van de commissie voor Asiel en Migratie. De sprekers zouden daarbij dus vier in plaats van twee minuten spreektijd hebben.

De voorzitter:

Als u zich wel een beetje beperkt met de moties, zal ik iets ruimhartiger zijn dan de toegestane twee minuten. Is daar bezwaar tegen? De volgorde verandert dan natuurlijk wel iets. Ik zou willen voorstellen dat de volgorde van het tweeminutendebat over het commissiedebat van 12 maart leidend is. Ik voeg de heer Dijk — hij is namelijk de enige extra spreker — daaraan toe. Dat betekent dan wel dat de heer Dijk aan het einde van het lijstje komt. Heeft hij daar bezwaar tegen? Nee? Oké. Dan gaan wij dat zo doen.

Naar boven