25 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda van de Kamer het debat met de parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening over haar rapport "Blind voor mens en recht" (35867, nr. 6) en daarbij vrije spreektijden te hanteren.

Ik stel voor toestemming te verlenen aan de vaste commissie voor Defensie voor het houden van een notaoverleg met stenografisch verslag inzake de vervanging van onderzeeboten op maandag 3 juni 2024 van 13.00 tot 18.00 uur.

Ik deel aan de Kamer mee dat voor de volgende debatten de termijn voor toekenning is verlengd.

  • -het debat over Amerikaanse multinationals die de Nederlandse bijheffing op minimumbelasting ontwijken;

  • -het debat over de tarieven van huisartsen;

  • -het debat over klimaatactivisten die stelselmatig vrijuit gaan;

  • -het dertigledendebat over de gevolgen van private equity in de zorg.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het tweeminutendebat Pensioenonderwerpen (CD d.d. 04/04), met als eerste spreker het lid Joseph van de fractie van Nieuw Sociaal Contract;

  • -het tweeminutendebat Internationale fiscaliteit (CD d.d. 04/04), met als eerste spreker het lid Van Eijk van de fractie van de VVD;

  • -het tweeminutendebat Mondiale gezondheidsstrategie (CD d.d. 04/04), met als eerste spreker het lid Dobbe van de fractie van de SP;

  • -het tweeminutendebat Woningbouwopgave en koopsector (CD d.d. 21/03 en 04/04), met als eerste spreker het lid Welzijn van de fractie van Nieuw Sociaal Contract;

  • -het tweeminutendebat Voortgang en evaluatie missies (CD d.d. 26/03), met als eerste spreker het lid Dobbe van de fractie van de SP;

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu graag het woord aan de heer Sneller van de fractie van D66.

De heer Sneller (D66):

Dank, voorzitter. Ik heb een wat ongebruikelijk verzoek met een even ongebruikelijke aanleiding. Tijdens het commissiedebat Personen- en familierecht van vorige week werd door de aanvrager van het tweeminutendebat, de NSC-fractie, een motie aangekondigd om een wetsvoorstel in te trekken dat door de Kamer controversieel is verklaard. Volgens mij moeten we wetgeving hier zorgvuldig behandelen en hebben we dat ook afgesproken. Dit is het tegenovergestelde. Maar om nog enig recht te doen aan de behandeling van het wetsvoorstel zou ik u willen verzoeken om in ieder geval de spreektijden tijdens het tweeminutendebat te verdubbelen.

De voorzitter:

Dat kan niet. In het Reglement van Orde, artikel 7.31, staat gewoon dat elke spreker in een tweeminutendebat twee minuten spreektijd heeft.

De heer Sneller (D66):

En in artikel 16.3 van het Reglement van Orde staat dat wij daarvan af kunnen wijken.

De voorzitter:

En wanneer kunnen we daarvan afwijken?

De heer Sneller (D66):

Als deze mensen in de Kamer het met mij eens zijn. Ik leg het verzoek dus aan hen voor.

De voorzitter:

Er moet dus sprake zijn van unanimiteit. Dat betekent dat alle 150 leden …

De heer Sneller (D66):

Dit voelt wel een beetje als een overhoring, voorzitter.

De voorzitter:

U schermt zo met al die artikelen!

De heer Sneller (D66):

Ik begon daar niet mee, hè.

De voorzitter:

Daar heeft u gelijk in. Het is allemaal mijn schuld. Maar ik wil er toch een heel principieel staatsrechtelijk debat van maken, vrees ik. En de regeling van werkzaamheden is nog maar net begonnen.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Voorzitter, alle steun. Het lijkt mij heel goed om het hier inhoudelijk over te kunnen hebben. Op dit moment wordt dat eigenlijk geblokkeerd. Het zou fijn zijn als er kan worden afgeweken van de mores.

De voorzitter:

Nou, niet alleen van de mores.

Mevrouw Mutluer (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Wij vonden het bizar en gek dat via een dergelijk voorstel een wet waarvan wij de behandeling in eerste termijn al hebben gehad, wordt ingetrokken. Wij steunen het voorstel. Ik wil ook nog aangeven dat als wij en een aantal andere collega's hadden geweten dat dit tijdens een commissiedebat zou worden ingebracht, wij aan dat debat zouden hebben meegedaan. Ik doe daarom het verzoek dat Kamerleden zich alsnog kunnen melden voor het tweeminutendebat.

De heer Van Kent (SP):

De SP steunt het voorstel. Aanvullend daarop doe ik het verzoek om ook ruimhartig interrupties toe te staan.

De voorzitter:

Het wordt nu helemaal bal, geloof ik.

De heer Sneller (D66):

Dat had ik niet bedacht.

De voorzitter:

Meneer Sneller, u bent wel begonnen.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Het is een zeer vreemde gang van zaken, dus alle steun voor dit verzoek.

De heer Ellian (VVD):

Voorzitter. Ik heb ook mijn bedenkingen bij de motie en we moeten wetgeving inderdaad zorgvuldig behandelen. Maar een tweeminutendebat heet niet voor niets een tweeminutendebat. Ik houd dus graag vast aan het Reglement van Orde. Geen steun dus voor het verzoek van D66.

Mevrouw Van Vroonhoven (NSC):

Ja, exact. De NSC-fractie zit er precies hetzelfde in.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun voor het verzoek.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Een tweeminutendebat met vier minuten spreektijd en heel ruimhartige interrupties waar bovendien iedereen aan mee kan doen, is geen tweeminutendebat meer. Als de heer Sneller nou een plenair debat zou aanvragen over dit onderwerp, zou het een ander verhaal zijn, maar geen steun voor dit verzoek.

De heer El Abassi (DENK):

Een tweeminutendebat is een tweeminutendebat, maar uitzonderingen zijn mogelijk. Ik steun dit verzoek.

Mevrouw Helder (BBB):

Uit collegialiteit zou ik er niet voor willen liggen, maar het gaat straks een debat worden over een wetsvoorstel. Zo gaan we het dus niet steunen.

De voorzitter:

Geen steun.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Geen steun.

De voorzitter:

Het gaat niet door, meneer Sneller. Het spijt me. De voorzitter was er ook niet voor. Dan de heer Stultiens van GroenLinks-PvdA.

De heer Stultiens (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel. Drie jaar geleden waarschuwde onze fractie voor gaten in de dividendbelasting en zaterdag lazen we in de NRC dat dit helaas klopt. De rijkste vrouw van Nederland ontwijkt belasting via de dividendbelasting. Wij willen graag een debat met de staatssecretaris om deze gaten zo snel mogelijk te kunnen dichten. Het debat mag voor de zomer plaatsvinden, zodat we nog even tijd hebben om te wachten op de reactie en de opties die het kabinet naar de Kamer stuurt. Ik hoop op de steun van onze collega's.

De voorzitter:

Heel goed. We gaan kijken of daar een meerderheid voor bestaat.

Mevrouw Van Eijk (VVD):

We hebben hier afgelopen donderdag over gedebatteerd. De staatssecretaris heeft een toezegging gedaan. We wachten die informatie af. Voor nu geen steun.

De heer Dijk (SP):

Voorzitter. GroenLinks-PvdA zegt ook dat we die informatie moeten afwachten en dat we dan meteen een debat moeten doen. Dus steun.

De heer Idsinga (NSC):

Een hartstikke belangrijk onderwerp, waarvoor dank. Eerst even dat onderzoek van de staatssecretaris en dan kijken we verder, dus voor nu geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

De heer Sneller (D66):

Ik sluit mij aan bij de heer Idsinga, maar dit is een schandelijke constructie.

De heer Vermeer (BBB):

Voor nu geen steun.

De heer Vlottes (PVV):

Eerst het onderzoek afwachten. Voor nu geen steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Wij steunen het verzoek.

De heer Dassen (Volt):

Steun voor het verzoek.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter, geen steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

De heer Stultiens (GroenLinks-PvdA):

Dan zet ik het graag op de lijst met dertigledendebatten. Als de brief er is, doen we een nieuwe poging voor een meerderheidsdebat. Dank u wel.

De voorzitter:

Veel succes daarbij alvast.

De heer Dijk van de SP.

De heer Dijk (SP):

Dank u wel, voorzitter. De tendens dat de rijkste Nederlanders en de armste Nederlanders elkaar niet of nauwelijks meer ontmoeten, is een trend die al een tijdje gaande is. Daar is een uitgebreid onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau naar geweest. Onlangs hebben we ook de verschillende programmadirecteuren en burgemeesters van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid op bezoek gehad. Meerdere partijen waren hierbij ook aanwezig. Het lijkt me ontzettend goed om hier een breder debat met elkaar over te voeren. Dat is in dit verband met de minister van Sociale Zaken, maar ik kan me ook voorstellen dat daar andere ministers bij willen zijn, want het gaat om een iets breder vlak dan alleen maar Sociale Zaken.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Een maatschappelijk thema. Een goede aanvraag. Steun voor het verzoek.

De heer Vermeer (BBB):

Voorzitter, mensen kwamen vroeger binnen een zuil voor elkaar op en nu komen ze elkaar niet eens tegen, dus van harte steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter, steun. Maar het lijkt ons niet zo heel zinnig als bijvoorbeeld de minister van BZK en andere ministers er niet bij zijn. Ik zou daar graag naar willen kijken, maar wel steun voor het verzoek.

De heer Van der Lee (GroenLinks-PvdA):

Steun namens GroenLinks-Partij van de Arbeid.

Mevrouw Paulusma (D66):

Steun.

De heer Heinen (VVD):

Geen steun.

De heer Ergin (DENK):

Steun.

De heer Idsinga (NSC):

Ik zou dat bijvoorbeeld bij de Voorjaarsnota willen betrekken.

De voorzitter:

Dat is geen steun, neem ik aan.

De heer Idsinga (NSC):

Geen steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De voorzitter:

Geen meerderheid.

De heer Dijk (SP):

Niet?

De voorzitter:

Néé.

De heer Dijk (SP):

Nou, dan wil ik er toch graag een dertigledendebat van maken.

De voorzitter:

Wij zetten u op de lijst.

De heer Dijk (SP):

Ik kan blijven staan, want de volgende is ook van mij, natuurlijk.

De voorzitter:

Ja, de volgende is ook van u. Er is een herkansing. Er is altijd een herkansing.

De heer Dijk (SP):

Ik wist het niet helemaal zeker.

Voorzitter. Ik vraag een debat aan met de minister van Financiën, omdat het bericht van De Nederlandsche Bank, die eerder voorspelde dat de loonprijsspiraal funest zou zijn, helemaal niet waar blijkt te zijn. Dat horen we nu ook vanuit De Nederlandsche Bank. Het lijkt me goed om met elkaar een debat over te voeren over de vraag waar die inflatie dan wel vandaan komt in plaats van uit de loonprijsspiraal.

De voorzitter:

Prima. We gaan kijken of hier een meerderheid voor is.

De heer Van der Lee (GroenLinks-PvdA):

Op zich sympathiek, hoor, maar we hebben heel vaak een Ecofin-debat. Daar praten we iedere keer over de koers van de Europese Centrale Bank en de nationale centrale banken, die trouwens ook autonoom zijn. Ik stel voor dat we dit soort dingen daar bespreken en niet apart in een plenair debat.

De heer Idsinga (NSC):

Ja, betrek dit bij een ander debat, bijvoorbeeld bij de Voorjaarsnota.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun voor het verzoek.

De heer Heinen (VVD):

Voorzitter. Dit kan betrokken worden bij de debatten over Ecofin. We hebben ook nog een debat over macro-economie en over de Voorjaarsnota. Er is genoeg plek om het hierover te hebben, dus geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

De heer Dassen (Volt):

Dat kan bij de Ecofin, dus geen steun.

De heer Sneller (D66):

Geen steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Geen steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De heer Vermeer (BBB):

Geen steun.

De heer Madlener (PVV):

Geen steun.

De voorzitter:

Nou …

De heer Dijk (SP):

Dat is helder, hè.

De voorzitter:

Ja, 2-0.

De heer De Hoop, GroenLinks-Partij van de Arbeid.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Eigenlijk willen alle fracties in de Tweede Kamer dat er meer en betaalbaar gebouwd wordt, maar er is eigenlijk één grote olifant in de Kamer die te weinig benoemd wordt, en dat betreft de hoge grondprijzen die ontstaan door de macht van speculanten en grondbezitters. Afgelopen week zagen we een bericht in Trouw: 74% winst bij grondspeculanten. En dat terwijl gemeentes armer worden. Ik zou het heel goed vinden als wij in de Kamer een plenair debat houden over grondpolitiek en de grond. Sinds het kabinet-Den Uyl is dat een heel spannend onderwerp geweest. Ik voel weer ruimte ontstaan in deze Kamer. We hadden het laatst al over de Barry Madlenertaks die we daar misschien voor kunnen invoeren. Nee, maar zonder grappen: het lijkt me heel goed als we daar een plenair debat over houden met elkaar.

De heer Madlener (PVV):

Het is inderdaad een goed idee om hierover na te denken. De minister heeft ook toegezegd om voor de zomer een uitgebreide notitie hierover naar de Kamer te sturen. Dan gaan we daarna kijken of er een debat nodig is.

De voorzitter:

Geen steun.

De heer Van Kent (SP):

Steun.

De heer Sneller (D66):

Nu geen steun voor een plenair debat.

De heer Peter de Groot (VVD):

Wat de heer Madlener zegt.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun.

Mevrouw Keijzer (BBB):

Ja, wat de heer Madlener en de heer De Groot zeggen. Geen steun op dit moment.

De heer Idsinga (NSC):

Voor nu geen steun, misschien later.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Ik zou 'm wel graag op de lijst van dertigledendebatten willen hebben.

De voorzitter:

We zetten 'm op de lijst.

De heer Eerdmans, JA21.

De heer Eerdmans (JA21):

Voorzitter, dank. Wij begrijpen dat 70% van de asielzoekers die in 2022 hadden moeten starten met hun integratie, met hun inburgeringstraject, nog niet eens is gestart. Dat betekent dat de integratie amper vordert in ons land. Daarvoor zijn vele redenen aan te wijzen, maar één ding is zeker: het schiet niet op. Wij zouden graag een integratiedebat willen met de minister van Sociale Zaken, maar ook met de staatssecretaris van Asiel, omdat we allemaal weten dat je niet kan inburgeren als de instroom zo hoog blijft als die nu is. Dus het is een gezamenlijke opdracht voor dit kabinet. We zouden daar graag een plenair debat over willen.

Mevrouw Becker (VVD):

Voorzitter. We hebben hier onlangs een debat over gehad met minister Van Gennip. Toch zou ik het verzoek willen steunen, omdat ik de antwoorden van die kant nog niet bevredigend vond over hoe het komt dat de inburgering maar niet op gang komt en heel veel mensen überhaupt geen taalaanbod hebben. Wat mij betreft gaat het kabinet wel over zijn eigen afvaardiging, dus voor mij zou het voldoende zijn om het met haar te hebben. Maar laten we het wel gaan inplannen.

De heer Boon (PVV):

Voorzitter, steun voor het debat. We willen wel voor het debat een brief van de heer Van der Burg hebben over welke maatregelen hij gaat treffen om de instroom te beperken, want dat is het grote probleem. Dus daar willen we het echt over hebben.

De heer Bamenga (D66):

We hebben onlangs een commissiedebat gehad, dus geen steun.

De heer Ergin (DENK):

Voorzitter. We hebben een week geleden nog een commissiedebat gehad. Daarin hebben we dit besproken. Ik zou niet weten waar dit debat aan gaat bijdragen.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

De SGP sluit zich aan bij de woorden van de VVD-collega. Daarom steun voor dit verzoek.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter. We hebben vorige week een inburgeringsdebat gehad. De heer Eerdmans was erbij. We hebben een goed debat gehad. Er komt nog een tweeminutendebat over dat debat, waarin hij ook deze zorgen kan uiten. Dus geen steun.

De heer Van Oostenbruggen (NSC):

In aanvulling op de heer Ceder: in juni 2024 krijgen we juist nog een brief van de minister over uw vragen. Dus geen steun.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Op zich is het wel goed om een debat te voeren over de integratie, maar ik krijg nu de indruk dat het toch vooral weer een debat moet worden over de instroom. Dat is wel jammer. In principe wel steun voor het verzoek, maar na de woorden van de PVV zeg ik: laten we dan ook een keer in debat gaan over integratie.

Mevrouw Patijn (GroenLinks-PvdA):

Geen steun. We hebben het debat net gehad.

De heer Dassen (Volt):

Geen steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

Mevrouw Keijzer (BBB):

Alleen steun als zowel de minister van SZW als de staatssecretaris van JenV aanwezig is. Het is namelijk een combinatieprobleem.

De voorzitter:

Wij noteren dat als steun, want dat is een variant waar wij in principe niks mee kunnen.

Mevrouw Keijzer (BBB):

Nou, dan zullen we zien waar ze mee komen en dan kom ik hier misschien terug met een ander voorstel, voorzitter.

De voorzitter:

Daar kunnen we mee leven.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Voorzitter. Het stuit mij tegen de borst dat er hier over mensen wordt gesproken als "instroom". Geen steun voor dit debat.

De heer Van Kent (SP):

Geen steun.

De voorzitter:

Er is een meerderheid.

De heer Eerdmans (JA21):

Oké. Het is een combinatieprobleem; dat ben ik met mevrouw Keijzer eens. In dat kader is die brief van de heer Boon ook zo terecht. De staatssecretaris heeft namelijk drie dagen geleden gezegd: die motie van Eerdmans over dat pakket instroombeperkende maatregelen gaan we als kabinet niet uitvoeren. Dat vond ik ongelofelijk, zeer abrupt en ook onverstandig. Wij vinden dat hij zal moeten reageren op die motie, die hier breed is aangenomen. Dus graag een brief daarover.

De voorzitter:

Die brief komt eraan. Dat gaan we allemaal voor u regelen.

Mevrouw Van Vroonhoven.

Mevrouw Van Vroonhoven (NSC):

Voorzitter. Aanstaande donderdag is er een debat met de minister voor Rechtsbescherming over het tekort aan plekken in de gevangenissen. Wij zouden hier graag nog twee stukken over willen hebben. Allereerst, de tekst van de wijziging van de Rtvi, de regeling waaronder mensen vervroegd in vrijheid worden gesteld. Ten tweede, de adviesaanvraag zoals die is gedaan bij de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming. We zouden deze stukken natuurlijk graag willen ontvangen voor het debat van aanstaande donderdag.

De voorzitter:

Prima. Ik zal dit doorgeleiden. De heer Van Kent.

De heer Van Kent (SP):

Aanvullend daarop. Er zouden ook nog een aantal langetermijnscenario's worden uitgewerkt. Die zouden wij ook graag voor het debat willen ontvangen.

De voorzitter:

Die langetermijnscenario's worden ook toegevoegd.

Mevrouw Van Vroonhoven (NSC):

Dat lijkt me helemaal goed.

De voorzitter:

Dan geef ik graag het woord aan de heer Heutink van de fractie van de PVV.

De heer Heutink (PVV):

Voorzitter. De bestaanszekerheid van de Nederlanders staat fors onder druk. Er kunnen nu al geen huizen worden gebouwd. Bedrijven kunnen ook nu al niet worden aangesloten op het drinkwaternet. De regering blijft volhouden dat er een tekort is aan drinkwater, terwijl er in de realiteit een tekort aan vergunningen is. Nu lezen we dat Vitens een ordinaire belastingverhoging wil introduceren op drinkwater. Zelfs het sproeien van een tuin wordt daarmee extra belast. Dat is volstrekt onacceptabel. Daarom wil ik op korte termijn een debat met de minister van Infrastructuur en Waterstaat om het te hebben over de beschikbaarheid en de betaalbaarheid van drinkwater.

De voorzitter:

Prima. We gaan kijken of daar een meerderheid voor is.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Op zich wil ik het verzoek wel steunen, maar er is een commissiedebat Water op 25 juni. Dat zeg ik niet om het maar even door te schuiven, maar ik denk dat dat gewoon het eerste moment daarvoor is. Want gezien de volle Kameragenda betwijfel ik of er ruimte is om zo'n debat snel te voeren. Ik geef er nu wel steun aan, maar weet dat dat debat over water er ook is. Dat wilde ik even meegeven.

De voorzitter:

Heel goed.

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):

Niets zo belangrijk als schoon drinkwater, dus ik wil steun verlenen aan dit debat, al is het maar om hier met de heer Heutink over in debat te gaan. Wij denken er namelijk heel anders over.

De heer Bamenga (D66):

Geen steun. Er is een commissiedebat. Daar kan dit terecht.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Het is nauwelijks te geloven. In ons land, in Nederland, waterland, is drinkwater een probleem geworden. Dat is al heel lang zo. Wij begrijpen dat waterleidingbedrijven niet voldoende capaciteit kunnen opbouwen, ook vanwege allerlei regels. Dus van harte steun voor dit debat.

De voorzitter:

Nou, we zijn er.

De heer Olger van Dijk (NSC):

Voorzitter. Het is een belangrijk punt, maar eerst moeten we helder krijgen of dit zomaar kan, of Vitens kan differentiëren in belastingen. Wij willen graag een brief van het kabinet, maar nu nog geen steun voor het debat, want we hebben in juni een debat staan.

De voorzitter:

Geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Een brief is prima. Vervolgens bespreken bij het commissiedebat in juni.

De heer Peter de Groot (VVD):

Zoals mijn voorgangers het zeiden.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Een debat binnenkort, in juni, is snel genoeg.

De heer Dassen (Volt):

Geen steun.

De heer El Abassi (DENK):

Wij steunen dit van harte.

De heer Van Kent (SP):

Dit kan in juni.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Geen steun.

De voorzitter:

Geen steun, meneer Heutink.

De heer Heutink (PVV):

Maar we hebben wel dertig leden, voorzitter, dus ik ga proberen om te kijken of het lukt voor juni. Dat zal spannend worden, maar wellicht lukt het.

De voorzitter:

We zetten u op de lijst.

Het lid Kostić.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Oké. Deze Kamer heeft vorige week de wens uitgesproken om een apart plenair debat te voeren over de toekomstscenario's van Tata, voordat het besluit van het kabinet valt. Dat besluit lijkt nu rond de Voorjaarsnota te vallen. Om mosterd na de maaltijd te voorkomen, heb ik een kort verzoek aan de Kamer, namelijk om het debat op een zo kort mogelijke termijn, maar uiterlijk voor de behandeling van de Voorjaarsnota, in te plannen, zodat we het goed en op tijd kunnen hebben over dit belangrijke onderwerp.

De voorzitter:

Ik kijk of daar een meerderheid voor is.

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):

Dit lijkt mij heel erg logisch, dus steun. Ik snap eigenlijk niet waarom het nog aangevraagd moet worden.

De heer Van Kent (SP):

Een terecht verzoek, dus steun.

De heer Idsinga (NSC):

Ja, steun, maar graag eerst wel nog de technische briefing die was toegezegd.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Ja, dat klopt. Die was toegezegd.

De heer Dassen (Volt):

Van harte steun.

De heer Bamenga (D66):

Steun.

Mevrouw Martens-America (VVD):

Voorzitter. Er staan meerdere debatten, dus op dit moment geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Geen steun. Ik sluit me aan bij de woorden van mevrouw Martens.

Mevrouw Van Meetelen (PVV):

Hetzelfde als de VVD en BBB: geen steun.

De voorzitter:

Geen steun. U heeft geen meerderheid. Dan blijft het gewoon op de lijst staan.

De een-na-laatste spreker is de heer Ceder van de ChristenUnie.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Dank u wel, voorzitter. De afgelopen week zijn er twee belangrijke berichten naar voren gekomen ten aanzien van gespreid betalen. Allereerst was er het bericht dat iDEAL gespreid betalen mogelijk gaat maken, wat een grote gamechanger is en effect kan hebben op het gedrag en het betalingspatroon van mensen, met name jongeren. En vandaag heeft de AFM de noodklok geluid over jongeren die op grootschalige wijze gebruikmaken van buy now, pay later en leeftijdsverificatie ontduiken. Dat leidt tot grote zorgen.

Voorzitter. Al een jaar luidt de Kamer de noodklok en geeft zij aan dat het aantal transacties en het gebrek aan toezicht en regelgeving ervoor zorgen dat mensen in de schuldhulpverlening raken. Ook vanuit die sector wordt de noodklok geluid. Daarom wil ik hier graag een debat over, mede naar aanleiding van de ontwikkelingen van afgelopen week. Het is belangrijk dat wij als Kamer, ook naar aanleiding van wat de AFM erover zegt, hier met de minister over in gesprek gaan. Tot nu toe lijkt het, na een aantal moties en debatten met de minister, steeds erger te worden in plaats van dat er verbetering optreedt. Daar krijg ik graag steun voor.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Het zijn zorgelijke ontwikkelingen. Jonge mensen worden verleid om financiële verplichtingen aan te gaan. Het is goed dat de Kamer hierover spreekt, dus van harte steun voor dit verzoek.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter?

De voorzitter:

Nee, nee, nee, nee.

De heer De Kort (VVD):

Ook steun, voorzitter.

Mevrouw Lahlah (GroenLinks-PvdA):

Steun namens ons.

De heer Van Kent (SP):

We dachten eerst dat het misschien in een commissiedebat kon, maar ik wil het verzoek toch steunen, omdat het belangrijk is.

De voorzitter:

U steunt het toch.

De heer El Abassi (DENK):

Steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Ook steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Idsinga (NSC):

Steun.

Mevrouw Vondeling (PVV):

Steun.

De heer Sneller (D66):

Ik dacht: de voorzitter gaat ook zeggen wat hij er zelf van vindt. Maar ik steun het.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Dank u wel, voorzitter. Mag ik opmerken dat ik dit verzoek doe namens de heer Mohandis en de heer De Kort? Volgens mij is dat belangrijk voor de volgorde, dus ik wil dat nog even genoemd hebben.

De voorzitter:

Prima. We gaan het inboeken.

De laatste spreker bij de regeling van werkzaamheden is de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (NSC):

Voorzitter. Het aantal antisemitische incidenten in Nederland neemt toe. Het is niet mogelijk om nog langer van incidenten te spreken. Er is iets structureel enorm mis in de Nederlandse samenleving als een groep Nederlanders zich hier niet meer veilig voelt. Dat betekent dat ik vraag om royale spreektijden voor het debat dat door mevrouw Van der Plas van BBB is aangevraagd. Eerder is het verzoek gedaan om een complete lijst met de incidenten van de afgelopen twee maanden hiernaartoe te sturen, inclusief welke mensen zijn opgepakt en worden aangepakt. Als groepen burgers zich hier niet veilig voelen voor wat er elders gebeurt, zijn we op een enorm glijdende schaal. Ik zou die brief graag eind deze week hier willen hebben.

De voorzitter:

U vraagt om een royale spreektijd. Dat is nu vier minuten.

De heer Omtzigt (NSC):

Zes.

De voorzitter:

Zullen we dat gewoon doen? Prima. Dan zal ik het verzoek doorgeleiden.

De heer Omtzigt (NSC):

Het gaat om ingediende schriftelijke vragen. Het is al een keer bij de regeling gevraagd, dus het kan echt deze week hiernaartoe komen.

De voorzitter:

Ja, prima. Heel goed. Tot zover de regeling van werkzaamheden. Mevrouw Van der Plas nog even?

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ja, voorzitter. Ik weet niet in hoeverre nu ook beslist is dat het zes is.

De voorzitter:

Ja, dat heb ik bij dezen gedaan.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dat is gedaan? Oké.

De voorzitter:

U wilt nog even een beetje napraten.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Nou, het is niet zo'n gezellig onderwerp. Ik had gevraagd of het in ieder geval voor het meireces gepland kon worden. Is er al enig zicht op of dat gaat lukken?

De voorzitter:

We zijn er ver mee.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Goed zo, dank u wel.

De voorzitter:

Tot zover de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven