Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | nr. 84, item 13 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | nr. 84, item 13 |
Initiatiefwetsvoorstel-Sneller/Bushoff Vervroegd stemmen in het stemlokaal
Aan de orde is de behandeling van:
- het Voorstel van wet van de leden Sneller en Bushoff tot wijziging van de Kieswet in verband met de permanente invoering van de mogelijkheid voor kiezers om gedurende twee dagen voorafgaand aan de dag van de stemming vervroegd te stemmen in het stemlokaal (Wet vervroegd stemmen in het stemlokaal) ( 36047 ).
De voorzitter:
Aan de orde is het voorstel van wet van de leden Sneller en Bushoff tot wijziging van de Kieswet in verband met de permanente invoering van de mogelijkheid voor kiezers om gedurende twee dagen voorafgaand aan de dag van de stemming vervroegd te stemmen in het stemlokaal (36047).
Dit is altijd een bijzonder moment, want het zijn natuurlijk onze eigen collega's die hier een wet komen verdedigen. Ik heet de initiatiefnemers dan ook van harte welkom in vak-K. Voor de een is het alweer het zevende initiatief dat hij indient, heb ik mij laten vertellen. Voor de ander is het de eerste keer. Dat is natuurlijk een extra bijzonder moment. Voor de leden: ik laat het even aan u om te raden wie van de twee bij welke introductie hoort.
Deze leden worden in vak-K ondersteund door Ton Langenhuijzen — hij is beleidsmedewerker bij de PvdA-fractie; van harte welkom — Levi Bakker, juridisch adviseur bij D66 en Annelie Ferment, wetgevingsjurist bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Tevens heet ik welkom in vak-K de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Zij zal bij de behandeling van dit wetsvoorstel optreden als adviseur van de Kamer.
Tot slot welkom aan allen die dit debat volgen op de tribune of op afstand. Ik zie dat een aantal mensen al de hele avond bij ons zijn. Welkom nog. En uiteraard ook welkom aan de leden. We hebben een mooie, volle sprekerslijst. Het is ook goed om even te vermelden dat het bij een initiatiefwetsvoorstel vaak zo is dat we alleen de eerste termijn doen op de eerste dag en dat we daarna in overleg met de initiatiefnemers kijken voor het vervolg en daar een geschikte datum voor plannen.
De algemene beraadslaging wordt geopend.
De voorzitter:
Zoals ik al zei, we hebben een mooie, volle sprekerslijst. Dat is altijd fijn bij wetgeving. De eerste spreker van de zijde van de Kamer is mevrouw Dekker-Abdulaziz namens D66.
Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):
Dank, voorzitter. Allereerst wil ik de leden Sneller en Bushoff van harte feliciteren met de plenaire behandeling van deze initiatiefwet. Voor Kamerleden is het niet altijd even makkelijk om naast het reguliere parlementaire werk tijd vrij te maken voor het schrijven van een initiatiefwet of -nota. Verder wil ik naast mijn collega-Kamerleden ook hun ondersteuning die ook aanwezig is in vak-K complimenteren met deze mijlpaal.
Voorzitter. Na de felicitaties ga ik van start met mijn inbreng. Ik zal beginnen met de achtergrond en het doel van dit wetsvoorstel. In Nederland hebben wij bij twee verkiezingen mogen experimenteren met vervroegd stemmen. Daarmee is het voor ons nog relatief nieuw, maar in andere landen is dat zeker niet het geval. Zo is vervroegd stemmen al mogelijk voor alle kiesgerechtigden in Denemarken, Finland, Letland en ... Sorry, ik heb hier twee keer Finland staan. In andere landen is het voor een selecte groep personen mogelijk om vervroegd hun stem uit te brengen.
Voorzitter. Zoals de initiatiefnemers en de Kiesraad betogen, heeft vervroegd stemmen de potentie om de opkomst te bevorderen. De Kiesraad geeft aan dat uit de literatuur blijkt dat vervroegd stemmen een positief effect heeft op de opkomst op het platteland en ook onder ouderen. Verder geeft de Kiesraad ook aan dat er steeds meer gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om vervroegd te stemmen wanneer het is geïmplementeerd. Kennelijk voorziet dit in een bepaalde behoefte.
Voorzitter. Dankzij de motie van het lid Sneller die het kabinet opriep om vervroegd stemmen mogelijk te maken voor de Tweede Kamerverkiezingen in 2021, maakt het vervroegd stemmen zijn primeur in Nederland. Dit bood een unieke kans om hiermee te experimenteren in alle ruim 300 gemeenten in Nederland. In eerste instantie was vervroegd stemmen vooral bedoeld om de gezondheidsrisico's op de verkiezingsdag te verminderen en om met name de kwetsbare burgers in onze samenleving te beschermen door hen de gelegenheid te bieden om zelf en eerder hun stem uit te brengen.
Uit de evaluatie van de Tweede Kamerverkiezing is de mogelijkheid om vervroegd te stemmen goed geëvalueerd. Uit verschillende evaluaties kwam naar voren dat ruim een vijfde van de ondervraagden ook in de opkomst graag gebruik zou willen maken van de mogelijkheid om hun stem uit te brengen. Het verruimen van het aantal dagen versterkt de democratische beleving, want mensen kunnen zélf hun stem uitbrengen.
Daarnaast heeft het wetsvoorstel nog een andere belangrijke wijziging, namelijk het verminderen van het aantal volmachten van twee naar een. In 2010 heeft de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, de OVSE, al een signaal afgegeven dat Nederland risico's loopt met de hoeveelheid volmachten die men kan aanvragen. Uit eerdere evaluatierapporten blijkt dat family voting voorkomt in Nederland. Dit fenomeen beperkt de democratische beleving, en met name bij vrouwen en ouderen, om het stemrecht uit te oefenen. De verruiming van het aantal dagen dat de stemlokalen open zijn en de vermindering van het aantal volmachten kunnen dus niet los van elkaar gezien worden.
Voorzitter. In het verlengde van dit wetsvoorstel kijkt mijn fractie uit naar de Wet aanscherping strafbaarstelling ronselen. Al een aantal jaren krijgen wij van onze rijksgenoten uit Caribisch-Nederland het signaal hoe volmachten worden geronseld en wat voor effect dat heeft op kleine gemeenten zoals Bonaire en Sint-Eustatius. Mijn vraag voor de minister is dan ook wanneer deze wetswijziging naar de Kamer wordt gestuurd.
Voorzitter. Tegelijkertijd wil ik benadrukken dat D66 geen voorstander is van het volledig afschaffen van volmachten, zolang hiervoor nog geen goed alternatief kan worden geboden. Iedere burger moet, het liefst direct maar anders indirect, de mogelijkheid hebben om zijn stem uit te brengen.
Voorzitter. Het zal u dan ook niet verbazen dat mijn fractie voor dit wetsvoorstel zal stemmen. De D66-fractie heeft echter nog wel een aantal vragen, die zij wil voorleggen aan de initiatiefnemers en de minister van BZK.
Voorzitter. Gemeenten organiseren al jaar en dag verkiezingen en hebben naar aanleiding van de PS-verkiezingen hun zorgen geuit over het huidige verkiezingsproces. Dat zijn signalen die D66 serieus neemt. We zien graag dat de minister dit in gezamenlijkheid met de gemeenten spoedig oplost. In het najaar wordt de evaluatie van de PS-verkiezingen naar de Kamer gestuurd en volgt het commissiedebat met de minister over de verkiezingen. Ik wil echter alvast aan de minister vragen om hierop te reflecteren in haar beantwoording. Het liefst ziet D66 dat de mogelijkheid tot vervroegd stemmen al bij de eerstvolgende verkiezingen realiteit is. Maar bovenal willen wij dat de gemeenten goed toegerust zijn om de uitvoering zo goed als mogelijk te laten verlopen. D66 hoort graag van de minister hoe zij van plan is de gemeenten zo goed mogelijk te ondersteunen in de uitvoering van het verkiezingsproces.
Voorzitter, tot slot. Onze democratische rechtsstaat is geen vanzelfsprekendheid. Het feit dat wij hier eerlijke en vrije verkiezingen kunnen organiseren, is een groot goed. Democratische vernieuwing zorgt ervoor dat wij blijven investeren in onze rechtsstaat en daar hangt een prijskaartje aan. D66 vindt dat voor een aanzienlijke verbetering van de kwaliteit van onze rechtsstaat de portemonnee ook getrokken mag worden.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Dekker-Abdulaziz, voor uw inbreng namens D66. Dan zijn we nog even contact aan het maken met de heer Van Haga omdat hij op de lijst stond als volgende spreker. Maar ik wil tot die tijd de volgende spreker vragen voor haar inbreng en dat is mevrouw Leijten namens de SP.
Mevrouw Leijten (SP):
Voorzitter. Gek genoeg gaan er veel dagen in dit Nederlandse parlement voorbij waarin we niet spreken over de democratie. Ik ben de indieners van dit wetsvoorstel heel erg dankbaar dat we dat vandaag wel kunnen doen. We zijn namelijk allemaal onderdeel van de democratie, van het kloppende hart dat we met elkaar vormen. We worden ooit een keer gekozen. Dit gaat over hoe we worden gekozen: of de stemgang eerlijk is en of genoeg mensen gaan kiezen. Wij zeggen altijd: "Democratie is niet voor bange mensen. Je moet durven staan waar je voor staat. Je moet open het debat aangaan. Als iets goed of slecht is, moet je dat kunnen zeggen met humor, maar ook zeker met kritiek en zelfkritiek." Ik vind het gewoon geweldig dat we het vandaag kunnen hebben over het verkiezingsproces. Want het lijkt supersaai, maar het is superbelangrijk. Het is heel praktisch, maar ook heel fundamenteel. Dank aan de indieners dat we het erover hebben.
Voorzitter. Onderhoud van ons stem- en verkiezingsproces is superbelangrijk. Collega Dekker-Abdulaziz van D66 had het er al over: het ronselen van stemmen is strafbaar. Weten we dat op een goede manier in kaart, in beeld, te krijgen? Daar zijn wij meerdere keren voor op de vingers getikt. Maar er zijn echt wel mensen veroordeeld voor het ronselen van stemmen. Een van de dingen waarmee je het beter zou kunnen maken om het toepassen van het ronselen van stemmen in ieder geval uit te sluiten, is dat je nog maar één volmacht mee kunt nemen. Maar ik zou de indieners graag willen vragen: waarom eigenlijk? Waarom volmachten? Wat is daar nou eigenlijk de geschiedenis van? Als je het helemaal uit zou denken — de democratie is niet voor bange mensen en wij willen iedereen in staat stellen om te stemmen — waarom zou je dan eigenlijk uit moeten gaan … Als je het helemaal opnieuw zou ontwerpen — denk aan de historische context en noem allemaal maar op — waarom hebben we dan eigenlijk volmachten? Ja, je kunt in het ziekenhuis liggen en ziek zijn. Maar zouden we dat niet kunnen aanpassen zodat er een mogelijkheid is dat daar toch gestemd kan worden? Wellicht kun je het op een andere manier aanpassen. Het is interessant en heel goed dat dit een van de doelen is van het wetsvoorstel. Maar zijn er voor deze inperking … Nee, niet voor deze inperking, maar is er überhaupt niet een heel ander systeem te bedenken voor volmachten? We hebben bijvoorbeeld briefstemmen gehad. Dat is ook een vorm geweest. Zou je niet moeten zeggen: wij willen geen volmachten meer; dat worden briefstemmen? In ieder geval is het altijd met een ingevulde stempas. Maar goed, misschien heb je dan wel dezelfde problemen. Ik wil niet te veel klinken als een frivool, hardop denkend Kamerlid, maar toch.
Voorzitter. In dit wetsvoorstel zit ook nog een ander element, namelijk dat we drie dagen gaan stemmen. Daarover zijn een hoop dingen te zeggen, zoals wij bij de schriftelijke behandeling al opmerkten. Praktische dingen zoals "wat kost dat?" en "hebben we genoeg mensen?", maar ook fundamentele punten. Welke garantie hebben wij dat mensen die nu niet gaan stemmen, die nu niet gebruikmaken van hun democratische recht — en eigenlijk ook plicht — om deel te nemen aan de vormgeving van de toekomst van hun land, wel zullen gaan stemmen als je de stembussen drie dagen opent? Welke bewijzen zijn er daar nou voor? Er zijn dan weliswaar meer mogelijkheden om te gaan, maar er zijn ook meer mogelijkheden om je te vergissen. Er zijn meer mogelijkheden om te denken: ik ga morgen wel, ik ga morgen … o jee, toch vergeten! Dat kan ook. Ik zou niemand aanraden om zo onzorgvuldig om te gaan met je stemrecht, maar wellicht gebeurt dat in de drukte van alledag. Ik vraag de indieners of we niet zouden moeten kijken naar langer stemmen op één dag. Zouden we niet überhaupt moeten organiseren dat wij een cultuur hebben waarin we van verkiezingen een feestdag maken? Zouden we er niet een vrije dag van moeten maken, een dag waarop we bij wijze van spreken in optocht met elkaar gaan stemmen, waarbij je wordt opgehaald als je zelf niet kan? Zouden we er niet een feestje van moeten maken, waarna je niet wordt aangesproken met "heb jij nog niet gestemd?" maar met "heb jij dat feestje gemist?"
Toen ik dit aan het voorbereiden was, moest ik denken aan de cultuur die we de laatste tijd hebben voor het herdenken van onze vrijheid op 5 mei. Die is echt wel anders geweest. Dit is echt een lange tijd niet een groots gevierde feestdag geweest in ons land. Die dag was voor overlevenden en nabestaanden bedoeld. Die dag was dus een beetje bevlekt, maar doordat we 5 mei zijn gaan vieren, zijn jonge mensen dat ook gaan doen. En laten we eerlijk wezen: dat komt zeker ook door de festivals. Maar als ik nu bijvoorbeeld kijk naar de dodenherdenking, waar ik mijn hele leven al naartoe ga … Toen ik daar als meisje van 8 was met de basisschool, waren er enkele mensen, maar nu staat het er bomvol met mensen van alle leeftijden en alle afkomsten. Iedereen is er. Dat hebben we voor mekaar gekregen door met elkaar te zeggen: het is belangrijk. Wat vinden de indieners daar nou van? Zullen we van de verkiezingen voortaan een feestje maken? We kunnen beginnen met het veranderen van de titel van het wetsvoorstel, dus niet "vervroegd stemmen" maar "verkiezingen een feestje". Ik denk dat dit echt een van de ideeën is om meer mensen naar de stembus te krijgen, want als je dan niet gaat stemmen, dan mis je iets!
Denken wij als SP dat drie dagen slim is? Daar zijn we nog niet van overtuigd. Dat heeft ook te maken met de stemcultuur die we nu hebben met bijvoorbeeld verkiezingsdebatten die er nog zijn de avond ervoor. Sluit je die dan helemaal uit? Daar hebben we de indieners ook naar gevraagd. Dit lossen we hiermee niet op. Doe je geen exitpolls meer? Hoe verhoudt het zich dan bijvoorbeeld met allerlei andere zaken die we hebben met betrekking tot sponsoring of spotjes? Het is nu gebruik dat je geen campagne voert in de buurt van een stembureau dat open is. Ik was bij de vorige verkiezingen in Heerlen, een hele mooie plaats in het zuiden van Nederland. Daar was toevallig een samenloop met een bijeenkomst van mij en een open stembureau. We hebben die bijeenkomst natuurlijk verplaatst omdat we dit zagen. Maar hebben we die cultuur wel op orde? Zijn die waarborgen er wel? Dat hebben wij natuurlijk gevraagd. Daar zouden wij meer op inzetten om de opkomst te verhogen.
Voorzitter. Ik wil afsluiten met het volgende. We hebben het hier vaak over mensen die afgehaakt gemaakt zijn door de politiek, omdat we het niet vaak genoeg hebben over wat mensen nodig hebben en omdat we zaken niet oplossen. Gisteravond is er nog een groot debat over geweest. Het valt mij bij die debatten altijd op dat we het hebben over de zorgelijke opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen, de Provinciale Statenverkiezingen en de Europese verkiezen, maar dat iedereen wel zegt: nou, over de landelijke verkiezingen zijn we eigenlijk supertevreden. Daarover zou ik aan de indieners willen vragen waarom men eigenlijk supertevreden is over de opkomst, als een op de vijf personen niet gaat stemmen. Een op de vijf personen zegt dus: ik spreek mij niet uit over de toekomst van ons gezamenlijke land. Eigenlijk moet dat voor een democraat een nederlaag zijn.
Voorzitter, dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Leijten, voor uw inbreng namens de SP. Dan geef ik nu het woord aan de volgende spreker. Dat is mevrouw Bromet namens GroenLinks.
Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Voorzitter. Ook mijn complimenten voor de indieners van dit wetsvoorstel en natuurlijk ook voor de medewerkers daarachter. Het is altijd mooi om te zien dat de collega's actief het medewetgeverschap van de Kamer oppakken en een initiatiefwet indienen.
Voorzitter. Het voorliggende wetsvoorstel regelt dat we in de toekomst, net als tijdens de verkiezingen in coronatijd, niet alleen op de verkiezingswoensdag kunnen stemmen, maar dat kiezers ook de mogelijkheid krijgen om op de maandag en dinsdag daarvoor te gaan stemmen. Op deze manier worden de verkiezingen toegankelijker, omdat kiezers dan meer tijd hebben om hun stem uit te brengen. GroenLinks juicht dit toe.
Een ander onderdeel van het wetsvoorstel is dat het uitbrengen van volmachten wordt tegengegaan door het aantal volmachten voortaan te beperken tot één per kiezer. Ook dit vindt GroenLinks een goed idee, omdat misbruik van de volmachtregeling hierdoor wordt beperkt. Met dit onderdeel sluit het wetsvoorstel aan bij de adviezen van de staatscommissie-Remkes, de Kiesraad en de OVSE.
Voorzitter. Mijn fractie heeft nog enkele vragen aan de initiatiefnemers en ook aan de minister. Dit wetsvoorstel bouwt zoals gezegd voort op de tijdelijke wettelijke mogelijkheid om vervroegd te stemmen tijdens de coronaperiode. Kunnen de initiatiefnemers ingaan op de precieze inhoudelijke verschillen tussen de tijdelijke wet en de wet die zij nu voorstellen? De initiatiefnemers kiezen er in hun wetsvoorstel voor om, anders dan in het advies van de Kiesraad stond, op de dagen van het vervroegd stemmen dezelfde openingstijden te hanteren, terwijl de verwachting is dat er op deze dagen minder mensen gaan stemmen. Kunnen zij aangeven waarom zij op dit punt een andere overweging hebben dan de Kiesraad? De Kiesraad heeft aangegeven te verwachten dat als het vervroegd stemmen wordt ingevoerd, dit een positief effect heeft op de opkomst. Maar het is dan wel belangrijk dat de communicatie zo wordt ingericht dat de kiezers goed op de hoogte zijn van de mogelijkheid om vervroegd te stemmen en ook weten waar dit mogelijk is. Ik krijg graag een reactie hierop van zowel de initiatiefnemers als de minister.
Een ander belangrijk element om het vervroegd stemmen een positief effect te laten hebben op de opkomst, is dat er voldoende stembureaus zijn in iedere gemeente. Graag hoor ik van zowel de initiatiefnemers als de minister wat volgens hen de goede verdeelsleutel dan wel staffel is voor het aantal stembureaus in gemeentes om ervoor te zorgen dat vervroegd stemmen ook voor zo veel mogelijk mensen een serieuze optie is.
Voorzitter. Vervroegd stemmen is wat GroenLinks betreft een goede mogelijkheid om meer kiezers in de gelegenheid te stellen om hun stem uit te brengen. Het is dan wel van belang dat vervroegd stemmen geen negatieve invloed heeft op de verkiezingen op de verkiezingsdag zelf. GroenLinks vindt het daarom wenselijk dat er geen exitpolls zijn voordat de stemlokalen zijn gesloten op woensdagavond om 21.00 uur. Tijdens het vervroegd stemmen gedurende de coronaperiode heeft de toenmalige minister hierover afspraken gemaakt met de peilingbureaus. Is de minister bereid om dit opnieuw te doen wanneer dit wetsvoorstel zou worden aangenomen? Graag een reactie van de minister.
Voorzitter. Zoals ik aan het begin van mijn inbreng al aangaf, staat GroenLinks positief tegenover dit wetsvoorstel. Ik ben uiteraard wel benieuwd naar de antwoorden van de initiatiefnemers en van de minister. Ik wens hen ook alvast veel succes in hun eigen termijn.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Bromet, voor uw inbreng namens GroenLinks.
De volgende spreekster van de zijde van de Kamer is mevrouw Inge van Dijk namens het CDA.
Mevrouw Inge van Dijk (CDA):
Dank je wel, voorzitter. Voor heel veel mensen is het niet vanzelfsprekend om te gaan stemmen. Dat blijkt uit de opkomst. Dat is zorgelijk, omdat de Kamer, de gemeenteraad, het bestuur van het waterschap en de Provinciale Staten de kiezers vertegenwoordigen. Daar horen ook mensen bij die wel kiezer zijn, maar niet gaan stemmen. De belangrijkste manier om dat te kunnen doen, is ervoor zorgen dat ze zich gaan uitspreken tijdens verkiezingen en de stap naar het stemhokje wel gaan zetten. De vraag waarom mensen niet gaan stemmen, kent meerdere sporen. Een van die sporen is een laag vertrouwen in de overheid en in ons als volksvertegenwoordigers. Inwoners hebben het gevoel dat stemmen geen zin heeft. Ze hebben het gevoel dat wij er niet voor ze zijn en niet naar ze willen luisteren. Daarover praten we regelmatig. Dat soort gesprekken moeten we ook blijven voeren. Het is nog belangrijker om beter te worden in doen wat we beloven, maar dat is een ander debat, dat overigens ook erg belangrijk is.
Vandaag gaat het over het spoor: stemmen op praktisch niveau laagdrempeliger maken. Ik wil de initiatiefnemers en de ondersteuning ook erg bedanken voor het indienen van het wetsvoorstel vervroegd stemmen in het stemlokaal, zodat we hierover met elkaar, in dit debat, van gedachten kunnen wisselen. Het voorstel van de initiatiefnemers is om twee dagen voorafgaand aan de verkiezingen te kunnen gaan stemmen. Als CDA-fractie zijn we er eerlijk gezegd nog niet over uit of we het voorstel zoals het er nu ligt zullen steunen. Daarvoor is dit debat nuttig en zinvol.
Voorzitter. Een aantal vragen. De initiatiefnemers zeggen: als je het vervroegd stemmen wil invoeren, moet je dat nu doen. Lokale overheden hebben ervaring opgedaan en we hebben de eerste lessen hieruit kunnen trekken. Een van die lessen is dat het organiseren van vervroegd stemmen voor gemeenten niet altijd even gemakkelijk was. Het vraagt meer menskracht van zowel gemeenten als onze vrijwilligers. De VNG geeft aan dat de extra inspanning niet in verhouding staat tot wat het oplevert. Als we eerlijk zijn en naar ervaringen hier en in het buitenland kijken, is het nog niet zo vanzelfsprekend dat het iets oplevert. Ik wil daar niet schouderophalend overheen stappen. Het is voor gemeenten weer een taak erbij. Dat is een taak die ze overigens weer netjes gaan uitvoeren als we dat van ze gaan vragen. Hoe kijken de initiatiefnemers naar dit vraagstuk?
Voorzitter. Geen extra taken zonder extra knaken voor gemeentes, oftewel: hoe is de financiële dekking geregeld? Ook de VNG heeft daarover zorgen geuit. Een tijd geleden is er in de Kamer een motie aangenomen die het kabinet oproept om artikel 2 van de Financiële-verhoudingswet beter na te gaan leven. Die is overigens breed gesteund door de Kamer. Laten we dat dan zelf als Kamer ook netjes doen richting onze decentrale overheden. Graag een reactie van de initiatiefnemers hierop.
Voorzitter. Dan het punt over het beperken van de volmacht tot één persoon. Ik snap dat de relatie gelegd wordt met een verruimde mogelijkheid om te gaan stemmen, maar onze fractie heeft er moeite mee dat een kind niet voor beide ouders kan gaan stemmen als dat nodig is. Het komt voor in de praktijk dat je als ouder of hulpbehoevend stel maar één kind en een klein sociaal netwerk hebt. Dan beperken we mensen dus in het kunnen gaan stemmen. Wat ons betreft moeten kinderen wel kunnen blijven stemmen voor ouders als dat voor hen echt de enige uitkomst is. Zijn de initiatiefnemers het met mij eens? We zullen op dit punt zo nodig een amendement indienen om te regelen dat deze mogelijkheid in ieder geval wel blijft bestaan.
Ten slotte het punt over campagne voeren en het beïnvloeden van kiezers tijdens het stemproces. Toen ik voor de eerste keer meedeed aan de gemeenteraadsverkiezingen, had een meisje op onze lijst haar haren knal-CDA-groen geverfd voor de campagne. Haar werd gevraagd: zet alsjeblieft iets op je hoofd in het stemlokaal. Het zou kiezers namelijk kunnen beïnvloeden. En nu zouden we drie dagen risico willen gaan lopen. Hoe zien initiatiefnemers dit voor zich? Moeten hier aanvullende zaken voor geregeld worden in de Kieswet, vraag ik me af. Graag een reactie van de initiatiefnemers.
Dank je wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Inge van Dijk, voor uw inbreng namens het CDA. Ik heb nog even het beeld van groen haar in mijn hoofd, maar dat terzijde. De volgende spreker van de zijde van de Kamer is mevrouw Van der Graaf namens de ChristenUnie.
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter, voor het woord. Allereerst de hartelijke felicitaties aan collega's Sneller, Bushoff en Kathmann als indieners van het wetsvoorstel en ook aan de ondersteuners die aanwezig zijn in vak-K. Veel dank voor het werk dat jullie hebben verricht om dit wetsvoorstel voor te bereiden en aan ons voor te leggen. Het vraagt heel wat om zo'n wet hier in de Kamer te brengen. Wij vinden het mooi dat we het hier hebben over de wijziging van de Kieswet. Ik maak heel graag gebruik van de gelegenheid om daar namens de ChristenUnie het woord over te voeren. Want de Kieswet is een hele bijzondere wet. Daarin wordt soms op een heel gedetailleerd niveau vastgelegd hoe wij verkiezingen organiseren, hoe stembiljetten worden verpakt en wie wat wanneer moet ondertekenen. Termijnen worden tot op het uur nauwkeurig voorgeschreven. Het is een prachtige wet om eens kennis van te nemen, zeg ik tegen eenieder die dat nog niet heeft gedaan. Die wet is met zorg tot stand gekomen.
Ik zie dat ook terug in het wetsvoorstel dat vandaag voorligt. Laat ik het zo zeggen: het is een voorstel waar je eigenlijk heel erg graag voor wilt zijn. Dat is ook de positieve grondhouding die de ChristenUnie heeft. Het wordt voor mensen eenvoudiger om te stemmen. Het wordt toegankelijker. Tegelijkertijd worden er ook maatregelen getroffen om misbruik van volmachten tegen te gaan. Toch hebben wij ook nog wel vragen, want we zien dat er veel uitvoeringsaspecten zijn waarnaar gekeken moet worden. Het is ons ook opgevallen dat daar in eerste instantie adviezen over zijn uitgebracht door partijen en dat het lijkt alsof die partijen, waaronder gemeenten, daar nu anders tegen aankijken. Ik zou dus heel graag een reactie willen vragen aan de initiatiefnemers. Hebben zij daarover gesproken met de VNG? Want de VNG schrijft in haar laatste brief: "Breek een lans voor mensen die verkiezingen organiseren." Ik vraag dus aandacht voor de zorgen die de VNG naar voren brengt, maar ook een reactie daarop van de initiatiefnemers. We kunnen daar niet zomaar aan voorbijgaan.
Voorzitter. De initiatiefnemers zeggen het treffend in hun beantwoording: er is in 2021 bij Tweede Kamerverkiezingen en in 2022 bij de gemeenteraadsverkiezingen grootschalig geëxperimenteerd met vervroegd stemmen. Maar dit waren ook wel heel bijzondere jaren, vanwege de coronamaatregelen. Zo werd in 2021 nadrukkelijk opgeroepen om op de maandag en dinsdag juist kwetsbare mensen in de gelegenheid te stellen om hun stem uit te brengen. Ook in 2022 speelde corona nog wel degelijk een rol ten tijde van de verkiezingen. 20% van de kiezers maakte vorig jaar gebruik van de mogelijkheid om vervroegd te stemmen. Daarmee voorzag die in een behoefte. Een op de tien vroegstemmers was niet zelf gaan stemmen als dat enkel op de woensdag had gekund. Alleen al vanwege dat gegeven zou het de moeite waard kunnen zijn om met elkaar echt serieus te overwegen om de optie van vervroegd stemmen permanent in te voeren.
Overigens waren coronagerelateerde redenen voor bijna de helft van de vroegstemmers de reden om eerder te gaan stemmen. Mijn fractie kan dus een eind meekomen met de gedachtegang van de indieners, maar is wel benieuwd of de indieners kunnen ingaan op de vraag of er nu voldoende geëxperimenteerd is, want deze bijzondere corona-omstandigheden waren er bij beide verkiezingen. Dat vraag ik ook in de wetenschap dat de Raad van State heeft geadviseerd eerst een experimenteerwet in te dienen. Daarop dus graag nog een nadere reflectie van de indieners.
Het tweede aandachtspunt zit op de uitvoering. Die is in de eerste plaats financieel, maar ziet tegelijkertijd ook op organisatiekracht. Extra dagen stembureaus inrichten, stemmen bewaren en vrijwilligers regelen kosten organisatiekracht en geld. Hoe is daarin voorzien in het voorstel en de dekking daarvan? Ik denk dat dit ook het hoofdpunt is in de kritiek die de VNG nu naar ons heeft gestuurd. De VNG gaf dus eerder aan voorstander te zijn van het permanent invoeren. Daar is wel wat gebeurd. Nogmaals vraag ik daar een reflectie op van de indieners, en op dat punt misschien ook van de minister.
Bij de aandachtspunten over de uitvoering speelt die werving van de vrijwilligers een rol. Dat bleek bij de afgelopen verkiezingen lastig, mogelijk ook omdat oudere vrijwilligers zich vanuit het gezondheidsoogpunt niet altijd veilig voelden om in het stemlokaal aanwezig te zijn of om stemmen te tellen na afloop. Welk effect verwachten de indieners dat dit heeft gehad op het aantal beschikbare vrijwilligers? In hoeverre kunnen ze daar iets over zeggen? Verwachten zij dat het benodigde aantal vrijwilligers met de bestaande middelen en instrumenten wél kan worden gehaald? Mijn fractie wil er namelijk voor waken dat er hele grote verschillen ontstaan en dat een grotere gemeente, die bijvoorbeeld veel ambtelijke capaciteit kan vrijmaken voor vrijwilligers, op veel locaties vervroegd stemmen mogelijk maakt en dat een kleinere gemeente dat niet kan bolwerken. Dat kan leiden tot verschillen in de mogelijkheden voor de stembusgang. Dat sluit ook aan op de vragen die ik samen met de heer Bushoff heb gesteld over de verschillen tussen en binnen gemeenten over het aantal beschikbare stembureaus. Ik zou daarom graag horen hoe de indieners tegen dat element aankijken, maar ook hoe de minister daartegen aankijkt, juist ook omdat de indieners ervoor hebben gekozen dit per AMvB te regelen, dus nader uit te werken.
Mijn fractie heeft eerder in de schriftelijke inbreng de suggestie gedaan om het voor gemeenten mogelijk te maken om te differentiëren. Bijvoorbeeld: in gemeenten met kleine kernen, veel kleine kernen, zou op maandag in de ene kern het stembureau open kunnen zijn, op dinsdag in een tweede kern en op woensdag in beide kernen. Hoe groter de gemeente, hoe meer je daarin kunt differentiëren. Maar goed, het is nog niet een concreet voorstel dat ik zou willen neerleggen, maar ik zou wel graag nog een nadere reflectie daarop willen van de initiatiefnemers. En klopt het dat het wetsvoorstel momenteel nog niet in die mogelijkheid voorziet? Vinden de initiatiefnemers dat wel of niet wenselijk?
Dan nog twee vragen over de dagen zelf, allereerst over de samenloop van het voorstel met artikel Z 12 van de Kieswet. Dat artikel ziet erop toe dat voorkomen wordt dat verrichtingen rondom verkiezingen op weekenddagen en zon- en feestdagen vielen. Indien dat het geval is, geldt de daaropvolgende dag. Kunnen de initiatiefnemers aangeven hoe dat artikel zich verhoudt tot het voorstel? Betekent dit inderdaad dat verkiezingen niet gaan plaatsvinden in weken waarin het op maandag tweede paasdag is of op dinsdag Bevrijdingsdag? Wellicht kan de minister daar ook nog op terugkomen in de beantwoording.
Tot slot een vraag over de Europese verkiezingen. Ziet mijn fractie het goed dat het voorstel niet ziet op de Europese verkiezingen? Zou er nog een nadere reflectie kunnen worden gegeven op artikel 10 van de Europese Kiesakte? Biedt die hier nou wel of geen ruimte voor?
Voorzitter. Dan de volmachtsstemmen. Het voorstel is om deze te beperken tot één volmachtsstem. De ChristenUnie is voorstander van dit onderdeel van de wet. Onder meer de OVSE en de Kiesraad hebben al verscheidene malen opgeroepen om het stemmen bij volmacht te beperken. Dit beperken draagt bij aan het voorkomen van het ronselen van stemmen en leidt tot een betere borging van het principe one man, one vote. De Kiesraad adviseert ook de delictsomschrijving van het ronselen van stemmen nader te specificeren. Dat sluit ook aan bij de suggestie van de Raad van State om de strafmaat voor ronselen opnieuw te bezien om zo de uitsluiting van het kiesrecht op basis van artikel 54 van de Grondwet mogelijk te maken. Kan de minister aangeven hoe het staat met dat traject?
Mijn tweede vraag aan de minister ziet op de BES-eilanden. Vanuit Bonaire is in 2018 door de eilandsraad verzocht het stemmen bij volmacht af te schaffen. Anders dan in Europees Nederland was er daar tot 2010 ook geen traditie in. Kan de minister, misschien naar aanleiding van de aangekondigde wet over het ronselen van stemmen, ook met de eilanden in gesprek gaan om te bezien hoe breed deze wens leeft en welke mogelijkheden daarvoor zijn?
Dan nog een vraag aan de minister over het stemmen voor mensen met een beperking. Daarvoor ligt een voorstel bij de Raad van State. Naar dat voorstel wordt door een kleine groep mensen echt uitgezien, omdat het gaat over hun stemrecht. De ChristenUnie hoopt dat de minister de urgentie deelt om dat voorstel ook heel snel naar de Kamer te geleiden. Wij vragen haar dus naar het moment waarop ze dat kan doen.
Voorzitter. Ik sluit af met nog twee dingen. Ik deel namelijk met mevrouw Leijten de wens om van de verkiezingsdag een vorm van een feestdag — dat zou ook mooi zijn — te maken of zoiets en op die dag de democratie te kunnen vieren. Het is een bijzonder voorrecht dat wij leven in een land waarin we vrije verkiezingen hebben. Dus maak van die verkiezingsdag iets bijzonders. Ik ben benieuwd hoe de indieners en de minister daarnaar kijken.
De volgende vraag houdt ons ook wel bezig. We hebben als fractie de indruk dat de mogelijkheid om stemverlof te krijgen — dat is verlof van je werkgever om te kunnen stemmen — niet altijd zo bekend is. Kan daaraan ook meer bekendheid gegeven worden?
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Van der Graaf, voor uw inbreng namens de ChristenUnie. Dan is het woord nu aan de heer Martin Bosma van de PVV.
De heer Martin Bosma (PVV):
Voorzitter. Ik had me al ingeschreven met de kortste spreektijd van iedereen, maar ik ga het waarschijnlijk nog korter maken. Het is een vrij simpel en overzichtelijk voorstel. Des te beter zou ik zeggen. Je kunt vijf, zes of zeven redenen verzinnen waarom het goed is en ook vijf, zes of zeven redenen waarom het niet goed is. Die redenen zijn al een beetje genoemd door de collega's en wellicht gaan ze dat na mij nog een paar keer doen. Felicitaties aan de beide indieners. Geweldig dat u dit gedaan heeft. Dat is altijd een compliment waard. Het brengt wel de vraag met zich mee waar mevrouw Kathmann is. Maar goed, er gebeurt van alles bij de PvdA, dus laten we daar vanavond geen punt van maken. Mensen komen en verdwijnen. Het zij zo.
Voor de democratie is het natuurlijk simpel: alleen het allerbeste telt. Of om Tina Turner maar even te citeren: "simply the best". God hebbe haar ziel, zou ik zeggen. Ik ben er nog niet van overtuigd dat dit een goed voorstel is, maar ik zeg eerlijk dat ik een zwevende kiezer ben. De Raad van State en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten vragen zich hardop af wat nou eigenlijk het voordeel voor de opkomst is. Gaat die nou echt dramatisch hoger zijn? Ik betwijfel dat. Als de supermarkt niet om 18.00 uur maar om 20.00 uur sluit, betekent dat niet dat er 20% meer omzet gedraaid wordt, maar dat de mensen gewoon later naar de supermarkt gaan. Geldt dat ook niet voor stemmen? Ik laat me graag overtuigen.
Dan kom ik op de kosten, de uitvoeringslasten, waarover de VNG spreekt. Het gaat veel meer kosten. Als de opbrengst hetzelfde is, waarom moeten we het dan doen? Er wordt ook gewezen op frauderisico's. En er is natuurlijk het probleem van de vrijwilligers. Er worden nu namelijk al hele gemeentehuizen leeggegooid om mensen daar vrijwillig te laten zijn op die dag. Als dat drie dagen moet gebeuren, levert dat helemaal een probleem op.
Mevrouw Leijten zegt: het moet een feestje zijn. Ja, maar feestjes moeten niet eeuwig duren. En als je een feestje niet laat knallen, maar het gaat uitsmeren over drie dagen, mist het een beetje z'n climax. Het is de dag waar iedereen naar toeleeft, en waarop 's avonds om 21.00 uur de stembureaus dichtgaan en dat was het dan. Als het drie dagen duurt, verliest het iets van zijn urgentie. Ik kan dat niet in cijfers gieten, maar is dat een gevoel dat de indieners wellicht met mij delen? Het is ook wel grappig dat het paarse kabinet één succesvolle staatsrechtelijke verbetering heeft doorgevoerd, namelijk het langer openlaten van de stembureaus. Het is grappig dat we nu iets in dezelfde lijn hebben, maar dat het nu zelfs gaat om drie dagen. Verder zijn alle punten genoemd.
Het gaat niet over de Europese verkiezingen. Daar is helemaal een probleem met de opkomst. Daarvoor komen de mensen helemaal niet. Zou dat probleem opgelost kunnen worden, vraag ik aan de indieners, door die verkiezingen gewoon te schrappen? Dat hoor ik graag van ze.
Veel succes met de beantwoording, wanneer dan ook.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Bosma. U zat boven op het nieuws, heb ik begrepen. Het was inderdaad "God hebbe haar ziel" in dit geval. Dan geef ik het woord nu aan de heer Chris Simons van de VVD.
De heer Chris Simons (VVD):
Dank u, voorzitter. Vanavond spreken we over het initiatiefvoorstel vervroegd stemmen. Ik wil allereerst de initiatiefnemers en de ondersteuning van harte danken voor dit initiatief en voor al het werk dat daarvoor verricht is. Ik dank natuurlijk ook mevrouw Kathmann en ik wens de heer Bushoff succes bij deze eerste keer.
Voorzitter. Laat ik ermee beginnen dat de VVD een toegankelijk en zo makkelijk mogelijk stemproces zeer belangrijk vindt. De minister heeft om hier verbetering in aan te brengen de Verkiezingsagenda 2030 opgesteld met allerlei voorstellen en ideeën die nu in de kraamkamer zitten om daar uitvoering aan te geven. Een van die punten is dit vervroegd stemmen. De initiatiefnemers beogen hiermee eigenlijk een versnelde invoering hiervan. De initiatiefnemers geven het voorstel van vervroegd stemmen een toegevoegde waarde qua opkomst en qua organisatie. Toch zijn er kritische kanttekeningen, onder andere en voornamelijk van de Raad van State, maar ook laatst van de VNG over het effect van de opkomstpercentages en hoe dit opweegt tegen het extra werk dat gemeenten moeten uitvoeren. Graag zou ik de initiatiefnemers willen vragen hoe zij tegen deze kanttekeningen aankijken.
Voorzitter. Met de genoemde kanttekeningen ben ik daarnaast benieuwd of het niet toch verstandig is om eerst met een experimentwet te werken, waarbij we kijken of deze positieve verandering met betrekking tot het stemmen niet de coronapandemie als oorzaak had.
Voorzitter. Verder adviseert de Kiesraad om maar op één dag vervroegd te stemmen in plaats van de door de initiatiefnemers voorgestelde twee extra dagen. Hoe kijken de indieners aan tegen dit advies? Hoe bezien zij het stemmen in relatie tot het aantal volmachten? Ook de VVD is voorstander van het terugbrengen van het aantal volmachten, maar we zien dat er door organisaties zoals de Oogvereniging toch een aantal kritische kanttekeningen zijn ingebracht. Zij vinden dat hier toch wel belemmeringen aan zitten. Zou het dan niet verstandig zijn om onder andere het braillestemmen mede op te nemen in dit voorstel?
Daarnaast is er de vraag, die al eerder gesteld werd, hoe om te gaan met peilingen en debatten zoals dat in de coronapandemie geregeld was.
Voorzitter. Het voorstel van de initiatiefnemers is om per AMvB teregelen hoeveel stembureaus per gemeente beschikbaar moeten zijn. De VVD is van mening dat de gemeenten dit prima zelf kunnen inschatten en dat zij het beste zicht hebben op hoeveel stembureaus er nodig zijn. Waarom is er gekozen om dit centraal te willen regelen en dit niet aan de gemeenten over te laten? En hoe kijkt de minister hiertegen aan, met name ook gelet op de autonomie?
Afrondend, voorzitter. Het initiatiefvoorstel kost de gemeenten geld. Het is goed dat de initiatiefnemers aangeven dat dat gecompenseerd moet worden. Ik ben echter wel benieuwd hoe zij dit willen bekostigen. Deze vraag wil ik tevens aan de minister stellen.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Simons, voor uw bijdrage namens de VVD. Dan is het woord nu aan de heer Bisschop namens de SGP.
De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, dank u wel. Laat ik eens met een optimistisch geluid beginnen. We doen vaak tobberig over teruglopende verkiezingspercentages enzovoorts. Maar realiseren we ons dat Nederlanders eigenlijk een heel stemlustig volkje zijn? Kijk naar de nationale verkiezingen in EU-landen. Daar is de gemiddelde opkomst sinds 1999 geleidelijk gedaald van 77% naar 65%. En dan de opkomst bij de verkiezingen voor het Europees Parlement: als de helft van het aantal stemgerechtigden in Nederland zou moeten opkomen, zouden die verkiezingen in veel gevallen ongeldig zijn, zal ik maar zeggen. Maar het gaat nu even over nationale verkiezingen. In de EU-landen is die opkomst dalend, maar in Nederland bleef het opkomstpercentage sinds 1970 vrij stabiel rond de 80%; het schommelt wel. Het gaat nu dus even om de Tweede Kamerverkiezingen, want bij de andere verkiezingen is het soms aanzienlijk lager. Het laagste opkomstpercentage bij verkiezingen voor de Tweede Kamer was in die periode 73%, in 1998. Dat klinkt wat anders dan de sombere cijfers over een dalend opkomstpercentage.
Tegen die achtergrond lijkt het ook wat minder noodzakelijk en minder urgent om extra maatregen voor het verhogen van de opkomst te nemen. Toch wil ik namens de SGP graag onze waardering uitspreken voor het feit dat de initiatiefnemers het initiatief hebben genomen om hier een voorstel neer te leggen en daarin keuzes te maken, vanuit de gedeelde wens en ambitie om voortdurend zorg te blijven besteden aan het opkomstpercentage en het democratische proces. Ik wil daarvoor graag mijn waardering uitspreken en betrek daar graag ook de ondersteuning in, want als je dat als Kamerlid allemaal zelf en alleen moet doen, kun je het gewoon vergeten, zo weet ik maar al te goed. Onze waardering dus.
Mevrouw de voorzitter. Er zijn verschillende manieren om de opkomst bij de verkiezingen te bevorderen. Sommige Amerikaanse staten hebben geregeld dat Election Day een vrije dag is. In Nederland was dat voorstel ook al eens te horen. Mijn concrete vraag aan de initiatiefnemers is welke alternatieven zij hebben overwogen om de opkomst te bevorderen behalve datgene wat in het voorstel is voorgelegd. Ik vraag dat omdat ik me serieus afvraag of we er niet te snel van uitgaan dat een regeling die in de uitzonderlijke coronasituatie redelijk goed gewerkt heeft, een structurele regeling voor gewone situaties moet worden.
Voorzitter. De SGP vindt het een sympathieke gedachte om te kijken of we kiezers extra dagen kunnen bieden, ook als we weten dat slechts een kwart van de kiezers die vervroegd stemden dat deed omdat ze op de reguliere verkiezingsdag weinig of geen tijd hadden. Toch zouden de initiatiefnemers iets meer aandacht mogen besteden aan de weging van de voor- en nadelen. Het evaluatieonderzoek geeft aan dat naar verwachting slechts 4% van de burgers die vervroegd stemden zonder deze extra mogelijkheid niet zou hebben gestemd. De concrete vraag is dan: weegt deze minimale winst op tegen de extra lasten voor de gemeente? Die lasten moeten we niet onderschatten.
Voorzitter. De initiatiefnemers kiezen ervoor om twee dagen extra aan te bieden. Waarom eigenlijk, gewoon in alle openheid? De SGP begrijpt het voorstel wel, maar de onderbouwing van de effectiviteit is nog best lastig. Uit evaluatieonderzoek blijkt dat de opkomst op de tweede dag hoger was dan op de eerste dag. De keuze voor twee dagen was bovendien sterk verbonden aan het spreiden van stemmers in verband met corona, de anderhalve meter afstand en alles wat daarmee samenhangt. Waarom, gewoon in alle openheid, zouden we niet kunnen volstaan met het uitbreiden met één extra verkiezingsdag? We bieden dan nog steeds die verruiming, maar we beperken ook de lasten voor de gemeente.
Voorzitter. De SGP vindt dat de gemeenten in ieder geval een royale financiële vergoeding moeten krijgen voor deze taak. Het stelt daarom ook niet gerust dat de initiatiefnemers bij navraag nog geen financiële reservering konden ontdekken. Kan de minister bevestigen dat gemeenten volgens de wettelijke norm kunnen rekenen op voldoende compensatie?
Dan het laatste puntje, voorzitter. De SGP deelt de inzet om het gebruik van volmachten zo veel mogelijk te beperken. De extra verkiezingsdagen maken de mogelijkheid van een volmacht niet voor iedereen overbodig, omdat sommige burgers nu eenmaal niet naar het stemlokaal kunnen komen. Wordt de wetgeving niet te strikt als een kind bijvoorbeeld niet meer voor beide ouders kan stemmen? Ik sluit mij kortheidshalve aan bij de vragen die collega Van Dijk van het CDA hierover heeft gesteld. Ik voeg daaraan toe: willen de initiatiefnemers overwegen of in ieder geval een uitzondering voor bloedverwanten, bijvoorbeeld in de eerste graad, gemaakt zou kunnen worden? We moeten niet te snel veronderstellen dat kwetsbare burgers meerdere personen kunnen vinden voor een volmacht, zeker niet bij een kwetsbaar belang als het stemgeheim. De SGP pleit ervoor dit punt nog eens zorgvuldig te overwegen om te voorkomen dat burgers onbedoeld in de knel gebracht worden.
Voorzitter. Ik wilde het graag hierbij laten. Dank u zeer.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Bisschop, voor uw bijdrage namens de SGP. Dan is nu het woord aan de heer Van Meijeren namens Forum voor Democratie.
De heer Van Meijeren (FVD):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Het wetsvoorstel van D66 en PvdA dat we vandaag bespreken is naar mijn mening niet zomaar een slecht wetsvoorstel, maar in verschillende opzichten zelfs gevaarlijk te noemen. Het raakt aan de meest fundamentele basis van een parlementaire democratie, namelijk het verloop van vrije en eerlijke verkiezingen. De initiatiefnemers stellen voor om het voortaan de standaard te maken dat kiezers drie dagen lang hun stem kunnen uitbrengen in plaats van slechts op één dag. Daarmee zal het hele verkiezingsproces veel minder transparant en minder goed controleerbaar worden. Een democratie kan niet functioneren zonder transparante en controleerbare verkiezingen. We hebben een deugdelijk ingericht verkiezingsproces nodig dat met voldoende waarborgen is omkleed en waarbij de mogelijkheid bestaat voor alle belanghebbenden, kiezers, politieke partijen, onafhankelijke waarnemers en journalisten om erop toe te zien dat het proces goed wordt gevolgd. Als dat niet kan, dan leidt het er automatisch altijd toe dat er twijfel zal gaan ontstaan over de uitslag van de verkiezingen. Dat is buitengewoon schadelijk voor een democratie, want als er twijfel ontstaat over de uitslag van verkiezingen, dan zal daarmee de geloofwaardigheid van het hele systeem in gevaar komen. Dat zal veel kiezers minder gemotiveerd maken om überhaupt te gaan stemmen. Als je niet meer zeker weet dat jouw stem ertoe doet, dat jouw stem op een goede manier geteld wordt, dan leidt dat ertoe dat het vertrouwen afneemt. Het is evident dat mensen dan ook minder geneigd zijn om te gaan stemmen. Wat ik tot nu toe zeg, is allemaal zo basaal en zo evident dat het ook al sinds de invoering van ons parlementaire stelsel altijd zo gefunctioneerd heeft.
Het proces is kort gezegd altijd als volgt verlopen. 's Ochtends na het openen van het stemlokaal laat de voorzitter aan alle aanwezigen zien dat de stembussen leeg zijn. Hij sluit die stembussen af. Gedurende de hele dag kunnen mensen hun stem uitbrengen. Na het sluiten van het stemlokaal worden die bussen leeggegooid en worden de stemmen direct geteld. De uitslag wordt hardop voorgelezen. Het meest belangrijke en fundamentele aspect is dat van het begin tot het eind, vanaf het moment dat de stemlokalen geopend worden tot het moment dat de laatste stem geteld is en de uitslag is medegedeeld, iedereen toegang heeft tot het stemlokaal om erop toe te zien dat dit allemaal netjes en eerlijk verloopt.
Dit fundamentele uitgangspunt is voor het eerst verlaten bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021, toen dit in één keer een zogenaamde bedreiging voor de volksgezondheid zou zijn. In één keer moest het nodig worden om verspreid over drie dagen te kunnen gaan stemmen, waarbij de stemmen die op maandag en dinsdag worden uitgebracht, na afloop ergens in een box gestopt worden. Die worden in een busje gestopt en vervoerd. Vervolgens worden ze ergens 's nachts bewaard. Pas op de uiteindelijke verkiezingsdag, de woensdag, worden ze allemaal geteld. We moeten er allemaal maar op vertrouwen — we kunnen dit niet meer controleren — dat in dit hele proces, waarbij de stemmen zijn onttrokken aan de controle en het zicht van eenieder die daarop toezicht wenst uit te oefenen, totaal is verlaten ... Dit is niet zonder gevolgen geweest. We hebben gezien dat de Kiesraad door de Radboud Universiteit een onderzoek heeft laten uitvoeren naar het vertrouwen in eerlijke verkiezingen. En wat zien we? Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2017, toen het proces nog transparant en controleerbaar was, had 4,9% van alle Nederlanders geen goed beeld van de verkiezingen. 4,9% dacht dat de verkiezingen oneerlijk waren verlopen. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021, toen er dus gerommeld werd aan die controleerbaarheid en transparantie, dacht 10,1% dat de verkiezingen niet eerlijk waren verlopen. Ruim 10% van de Nederlanders heeft geen vertrouwen meer in het eerlijke verloop van de verkiezingen. De belangrijkste reden die genoemd wordt, is weliswaar dat men zich niet kan voorstellen dat er nog mensen in Nederland zijn die op Rutte en Kaag stemmen, maar daarna wordt direct de twijfel genoemd over wat er gebeurt met al die stemmen die aan het zicht en de controle van de kiezer zijn onttrokken. Uitgerekend dit aspect willen deze initiatiefnemers nu permanent in de wet gaan verankeren. Waarom zou je dat willen? Wat is het probleem met hoe het altijd goed is gegaan?
De toelichting is extreem mager en ondeugdelijk. De initiatiefnemers komen niet veel verder dan de aanname dat hierdoor de opkomst zou worden vergroot. Dat wordt niet onderbouwd. Men verwijst naar een evaluatie van de vorige Kamerverkiezingen waaruit blijkt dat 20% tot 25% van de mensen zou overwegen om op een van de andere dagen te gaan stemmen als dat mogelijk zou zijn. Maar dat is helemaal niet zo vreemd als je mensen op straat de optie geeft en zegt: nu kunnen jullie op één dag stemmen, maar als dat er drie worden, zouden jullie dan overwegen om op een van die andere dagen te stemmen? Ik kan me voorstellen dat heel veel mensen denken: ja, dat zou ik best overwegen. Maar wat niet is aangetoond, is hoeveel mensen die normaal gesproken niet gaan stemmen, wel zouden gaan stemmen als het op een van die andere dagen mogelijk zou zijn. Dan hebben we het natuurlijk over een veel kleiner percentage. Dit is simpelweg niet deugdelijk onderzocht.
Daarnaast blijkt dat de initiatiefnemers geen enkele aandacht besteden aan de risico's die ik zojuist noemde. Het risico dat dit, de gebreken op het gebied van transparantie en controleerbaarheid, juist bij een heel andere groep de opkomst kan gaan verlagen. Het is totaal niet deugdelijk onderzocht en toch wordt hier even met één druk op de knop, bij wijze van spreken, bepaald om dit gelijk permanent in de wet vast te leggen.
Voorzitter. Ik rond af. Samenvattend willen deze initiatiefnemers een probleem oplossen dat überhaupt niet deugdelijk is onderzocht. Is er eigenlijk wel een probleem? De voorgestelde oplossing wordt niet onderbouwd. Uit niets blijkt dat er ook andere alternatieven zijn overwogen. Als je de opkomst dan al een beetje zou kunnen stimuleren door mensen meer mogelijkheden te geven om te stemmen, kan inderdaad ook gedacht worden aan wat ik andere ambtsgenoten heb horen zeggen: het iets vergroten van de tijdsperiode waarbinnen gestemd kan worden of de verkiezingsdag tot een vrije dag maken. Dan heb je in ieder geval wel de vermeende voordelen, maar niet dat grote nadeel dat de transparantie en controleerbaarheid de nek wordt omgedraaid.
Ik zou de initiatiefnemers naast de gebruikelijke beleefdheid om ze te bedanken voor al hun werk, toch willen verzoeken om hier direct mee te stoppen, dit wetsvoorstel in te trekken en eens heel goed na te denken over waar ze mee bezig zijn. En ik roep ze op zonder deugdelijke onderbouwing vooral af te blijven van ons verkiezingsproces, de meest fundamentele basis van de parlementaire democratie. Dit ondermijnt het vertrouwen in de democratie en dat is een groot gevaar.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Meijeren, voor uw bijdrage. Voordat u vertrekt, u heeft een interruptie van mevrouw Leijten, SP. Mevrouw Leijten, u krijgt het woord.
Mevrouw Leijten (SP):
Je kan niet vaak genoeg over democratie praten in het huis van de volksvertegenwoordigers die via verkiezingen hier mandaat hebben gekregen. Zegt de heer Van Meijeren hier nu eigenlijk dat wij geen mandaat hebben, doordat hij het verkiezingsproces van de vorige verkiezingen zo beschrijft zoals hij doet?
De heer Van Meijeren (FVD):
Er valt heel veel te vertellen over het verloop van de afgelopen verkiezingen. Behalve het proces als zodanig, denk ik ook dat in de aanloop daarnaartoe Nederlanders onvoldoende toegang hebben tot alle informatie die noodzakelijk is om hun stem te kunnen bepalen. Er wordt heel veel desinformatie verspreid vanuit de zijde van de regering waar mensen ook door in verwarring raken.
Daarnaast, om het even op dit onderwerp, het verkiezingsproces te betrekken, kan ik niet bewijzen ... Stel dat er is gefraudeerd. Er zijn hier en daar onregelmatigheden vastgesteld, maar het is natuurlijk heel lastig om goed te kunnen zien wat de aard en de omvang daarvan precies is geweest. Het meest fundamentele is dat wij er dus op moeten vertrouwen dat er niet met de briefstemmen en met de vervroegd uitgebrachte stemmen is gerommeld. Het meest fundamentele is dat ik eigenlijk niet eens hoef te bewijzen dat er is gefraudeerd. Waar het om gaat, is dat wij met voldoende zekerheid moeten kunnen zeggen dat er niet is gefraudeerd. Daarvoor zijn transparante en controleerbare verkiezingen nodig.
De voorzitter:
Een vervolgvraag van mevrouw Leijten.
Mevrouw Leijten (SP):
Ik stel deze vraag om een aantal redenen. De Tweede Kamer heeft de belangrijke controlerende taak naast de Kiesraad voor het vaststellen van de uitkomst en het verloop van het verkiezingsproces. Er is een hoop over te zeggen en er is een hoop over te doen. Ik mocht dat verslag namens de Tweede Kamer uitbrengen als voorzitter van de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven. Bij het uitbrengen van dat verslag heb ik geen bezwaar gehoord van Forum. Dat was wel het juiste moment geweest om aan te geven wat u van het wetsvoorstel vindt. Ik heb dat ook gezegd. Ik heb ook alternatieven aangedragen. Ik had dat wel terecht gevonden als dat het juiste moment was.
De heer Van Meijeren zegt: "Ik heb geen bewijs voor fraude en ik hoef dat ook niet te hebben. In theorie zal het plaatsvinden, dus daarom mag ik het zeggen." Dat mag. Ik wil de vrijheid van de heer Van Meijeren met al wat hij mag zeggen, echt niet ter discussie stellen. Maar als je verkiezingen omschrijft als de allereerste verkiezingen waarbij het kon plaatsvinden, dan denk ik wel dat het secuur is om dan bewijzen te hebben. Ik vind dat de Belastingdienst ook bewijzen moest hebben voor de mensen in het Toeslagenschandaal. De Belastingdienst zei: "U bent schuldig. U bent fraudeur. We pakken u alles af." Net zoals ik vind dat dit niet juist is, vind ik de spiegel daarvan in dit geval ook niet echt juist. De verkiezingen zijn op basis van vertrouwen. Als dat wordt geschaad, is dat zeer ernstig en horen we allemaal aan de lat te staan. Maar hier zeggen dat dit initiatiefvoorstel die basis kent of dat de vorige verkiezingen die basis kennen, vind ik ook kwalijk. Ik wil de discussie stilleggen, maar ik denk wel dat het goed is om het hier uitgebreider over te hebben als het meer opportuun is en als er ook echt bewijzen zijn. Want de suggestie wekken dat iemand iets zou doen of dat verkiezingen niet eerlijk zouden zijn, is ook een vorm van desinformatie.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Leijten. Meneer Van Meijeren, ik geef u nog de gelegenheid om hierop te reflecteren. Ik heb wel het verzoek om het kort te houden, want we hebben ook al een debat gehad over de evaluatie van die afgelopen verkiezingen. Nog los van het moment dat mevrouw Leijten aangaf, zijn er volgens mij andere momenten geweest om dat te evalueren. Maar u krijgt de gelegenheid voor een reactie op het betoog van mevrouw Leijten.
De heer Van Meijeren (FVD):
Mevrouw Leijten gaf aan dat toen zij haar verslag deed, dat hét moment zou zijn om bezwaren of opmerkingen te maken. Daar ben ik het niet mee eens. Wij hebben die gelegenheid gegrepen toen de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 hier werd behandeld. Wij hebben zelfs als enige fractie in de Tweede Kamer hiertegen gestemd. Ik vind het eigenlijk heel kwalijk dat mevrouw Leijten daarna mijn standpunt verkeerd weergeeft. Ze zegt eigenlijk dat ik hier zeg dat er bij de vorige verkiezingen is gefraudeerd, maar dat ik dat niet kan bewijzen en ook niet hoef te kunnen bewijzen. Ik heb het volgende aangegeven. Ik zeg niet dat er is gefraudeerd, dus dat hoef ik ook niet te bewijzen. Ik geef alleen aan dat ik ook niet met zekerheid kan vaststellen dat er wel is gefraudeerd, omdat het proces niet te controleren valt. Dat is nu juist precies mijn hele punt. Mevrouw Leijten zei zelf dat wij de taak hebben om de regering te controleren. Dat wil ik dan graag ook doen, maar die mogelijkheid wordt mij ontzegd. Mij wordt hier gezegd: je moet de regering maar vertrouwen. Want die controle is er niet meer.
De voorzitter:
Tot slot mevrouw Leijten. Ook aan u het verzoek om het kort te houden.
Mevrouw Leijten (SP):
Ja, voorzitter, u heeft ook gelijk. Ik probeer het heel netjes te houden. Als ik dingen verkeerd heb geïnterpreteerd en heb geformuleerd waardoor de heer Van Meijeren zegt dat ik hem dingen in de mond leg, dan vind ik dat vervelend. Ik heb evengoed niet gezegd dat we de regering niet hoeven te controleren op wat dan ook. Laten we dat dan allebei niet doen.
Wat ik wilde aangeven, is dat we als Kamer in zijn geheel een taak hebben bij het vaststellen of de verkiezingen eerlijk en transparant zijn verlopen. We hebben daarover verslag gedaan in deze Tweede Kamer. Dat is absoluut niet het enige moment waarop u uw vinger kunt opsteken; dat kan op heel veel momenten. Op dat moment is het in ieder geval niet gebeurd. Dat is correct volgens mij.
Er zijn best wel wat dingen geconstateerd. We hebben zelfs een hertelling gedaan. Als het dus gaat over de betrouwbaarheid van de verkiezingen en de uitslag, is de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven zich er terdege van bewust dat we daar een grote verantwoordelijkheid voor hebben. Als de heer Van Meijeren die discussie niet wil voeren en die suggestie niet wil doen, dan vind ik het fijn dat ik hier het punt kan maken dat daarover geen verschil van mening is: dat verkiezingen betrouwbaar, open en transparant moeten zijn. En ik denk dat ik het daar dan ook bij laat.
De heer Van Meijeren (FVD):
Daar wil ik toch graag heel even kort op reageren. Als mevrouw Leijten het ermee eens is dat verkiezingen transparant moeten zijn, dan zou ze geen andere keuze hebben dan hiertegen te stemmen, zeker niet als ze ook nog eens bevestigt dat wij de regering moeten controleren. Hoe kunnen wij nou controleren wat er gebeurt met die stemmen die zijn uitgebracht op maandag en dinsdag, en vervolgens in transportboxen worden gegooid, in busjes worden verplaatst, naar opslaglocaties worden gebracht en de volgende dag pas weer ergens tevoorschijn worden getoverd? Ik kan dat niet meer controleren. Dat heb ik mijn hele leven lang kunnen controleren bij alle verkiezingen tot de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen. Deze initiatiefnemers willen dat nu permanent maken. Ik ben niet gekozen om de regering te vertrouwen. Ik zit hier om de regering te controleren.
De voorzitter:
Volgens mij heeft u beiden uw punt gemaakt. U heeft die vragen ook gesteld aan de initiatiefnemers, meneer Van Meijeren, dus volgens mij kunnen die daarop terugkomen. We gaan nu geen debat met elkaar voeren. Dit is een interruptiedebat. De heer Van Meijeren heeft het woord. We gaan niet een debat met elkaar uitlokken.
Ik geef nu het woord aan de volgende spreker, en dat is mevrouw Mutluer. Ik zie dat u wat wilt zeggen, mevrouw Leijten, maar dan moet u een punt van orde maken. We gaan niet opnieuw … Dit zijn interrupties op elkaar en een vraag van de spreker aan u. Zo'n debat gaan we niet voeren. Ik ga nu echt mevrouw Mutluer het woord geven, mevrouw Leijten. Mevrouw Mutluer van de PvdA, u heeft het woord.
Ik wil jullie verzoeken om jullie gesprek ergens anders voort te zetten, mevrouw Leijten en meneer Van Meijeren. U kunt buiten de zaal uw gesprek voortzetten. Ik wil mevrouw Mutluer even de gelegenheid geven om haar inbreng te doen, zonder dat zij gestoord wordt. Mevrouw Mutluer, PvdA.
Mevrouw Mutluer (PvdA):
Dat is het voordeel van als laatste het woord hebben, want dan kan ik dit debat positief afsluiten. Dat verdienen deze initiatiefnemers en hun ondersteuning, die ontzettend veel werk hebben verzet om hier een dergelijk voorstel neer te leggen. Het is een ogenschijnlijk eenvoudig voorstel — ik heb het over het openen van een stembureau op maandag en dinsdag, het vervroegd stemmen dus, en het terugbrengen van het aantal volmachten — maar het is wel een belangrijk voorstel. Uit de vele vragen van de vorige sprekers blijkt wel al dat hier veel meer over te zeggen valt. Ik ga eerlijk gezegd ook even een duit in het zakje doen, maar uiteraard met de positieve insteek waarmee ik mijn inleiding begon.
Voorzitter. De democratie is nooit af, zo maakt het rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau van vandaag helaas pijnlijk duidelijk. Uit dit rapport blijkt dat maar liefst drie op de vijf Nederlanders vinden dat het de verkeerde kant op gaat met het land. Dat grote maatschappelijk onbehagen heeft heel veel oorzaken. Volgens het SCP hoort bij de oplossingen ervoor ook het meer betrekken van burgers bij besluiten, en in mijn beleving ook de mogelijkheid voor burgers om hun stem meer te laten horen. We komen over dit rapport vast later nog te spreken, voor nu stel ik voor mijzelf vast dat versterking van de democratie ontzettend belangrijk is en ook hard nodig. In dat kader vind ik dat het voorliggende voorstel van collega's Sneller en Bushoff daar echt een bijdrage, zij het bescheiden, aan kan leveren, omdat daardoor mensen daadwerkelijk hun stem kunnen laten horen.
Net als mijn collega's heb ik uiteraard wel een aantal vragen, ook aan de minister van Binnenlandse Zaken. Ik denk dat we niet voorbij kunnen gaan aan de bezwaren die door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten zijn geuit, want uiteindelijk moeten zij dit wetsvoorstel uitvoeren. Zij schrijven in hun brief dat zij de verkiezingen als belangrijkste bouwsteen van onze democratie zien, maar dat zij zich toch wel zorgen maken over de lage opkomst bij de verkiezingen. Het is wel gek: eerst was de VNG groot voorstander van de verlengde stembusgang, later, na de gemeenteraadsverkiezingen en de evaluatie daarvan, kwam er een draai. De VNG wijst er nu op dat de opkomst toen te laag was om de extra kosten van het eerder openen van de stembussen te rechtvaardigen. Mijn concrete vraag is: hoe kijken de initiatiefnemers hiertegen aan? Ik denk dat die vraag terecht is.
Ook over de volmachten zijn een aantal op- en aanmerkingen gemaakt. De noodzaak voor volmachten is volgens de initiatiefnemers kleiner als de stembureaus langer open zijn en mensen meer gelegenheid krijgen om zelf te gaan stemmen. Ik zie dat ook wel. Om het frauderisico te verminderen, kan het aantal volmachten teruggebracht worden. Nu wijst wederom de Vereniging van Nederlandse Gemeenten ook op het risico van fouten of fraude met stembiljetten als er op meerdere dagen gestemd kan worden. Ik denk dat het goed is als de initiatiefnemers daar ook even op reageren en deze zorgen tackelen, voor zover dat kan.
Ik heb wel begrip voor de lans die de Vereniging van Nederlandse Gemeenten probeert te breken voor mensen die verkiezingen organiseren. De vrijwilligers op de stembureaus en de medewerkers van de gemeenten zijn nu vaak overbelast tot uitgeput aan toe. Behalve dat dit heel erg slecht is voor de mensen, kan dit ook best wel riskant zijn voor het stemproces en voor het tellen. Ik vraag de initiatiefnemers dus hoe zij dit zien. Wat moet er nou eigenlijk gebeuren om ervoor te zorgen dat er genoeg mensen gevonden worden voor de stembureaus? Wat mij betreft gaan we ook naar de waardering kijken van deze vrijwilligers. Om het even in beeld te brengen: zo'n vrijwilliger krijgt nu ongeveer €100 tot €150 aan vrijwilligersvergoeding en een teller krijgt €40. Daar moeten ze dan ook nog eens inkomstenbelasting over betalen. Ik prijs de mensen die dat werk uit idealisme doen. Het geld is nooit leidend; laten we dat ook vooropstellen. Toch zou ik van de initiatiefnemers, en nog meer van de minister van Binnenlandse Zaken, willen weten of zij het mij eens zijn dat die vergoedingen omhoog moeten, ook om het aantrekkelijker te maken voor meer mensen. Ik wil aan de minister vooral vragen of zij in kaart wil laten brengen wat een reëel bedrag is en wat dat moet gaan kosten.
Over geld gesproken: dit initiatief kost geld. Ik denk dat het goed is om de initiatiefnemers te vragen om op dat financiële aspect in te gaan. Ook wil ik de minister vragen hoe zij ervoor gaat zorgen dat de gemeenten, die nu al niet bepaald ruim gefinancierd worden, daar toch voor gecompenseerd worden.
Tot slot, voorzitter. Ik geloof dat dit voorliggend wetsvoorstel wel eraan gaat bijdragen dat mensen zich meer bij de democratie betrokken gaan voelen. Ik vind dat gewoon heel erg belangrijk. Ik wil de initiatiefnemers heel erg danken voor hun initiatief. Ik denk dat de heer Bosma wel een terecht punt had, toen hij zei: je kan vijf argumenten voor en vijf argumenten tegen dit voorstel verzinnen. Ik geloof dat de partijen die vandaag twijfelen over de streep zullen worden getrokken door de antwoorden die de initiatiefnemers in de tweede termijn zullen gaan geven. Ik geloof dat zij daar echt wel in gaan slagen. Ik wens jullie dan ook heel veel succes toe.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Mutluer, voor uw inbreng namens de PvdA. Dan zijn we hiermee aan het einde gekomen van de eerste termijn van de Kamer.
De algemene beraadslaging wordt geschorst.
De voorzitter:
Ik had al eerder aangekondigd dat we de voortzetting op een later moment zullen doen. Ik dank de leden voor hun aanwezigheid en uiteraard ook voor hun bijdrage. Ik dank de minister. Ik dank natuurlijk ook de initiatiefnemers en in het bijzonder ook de ondersteuning, die ik van harte succes wens bij de beantwoording van deze vragen en de voorbereiding daarvan.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20222023-84-13.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.