Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | nr. 22, item 4 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | nr. 22, item 4 |
Vragen van het lid Marijnissen aan de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen over het bericht "Betalingsproblemen stapelen zich op: opvallend veel 35-minners zeggen moeilijk rond te komen".
De voorzitter:
Ik heet de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen van harte welkom en ik nodig mevrouw Marijnissen van de SP uit om haar mondelinge vraag te stellen over het bericht "Betalingsproblemen stapelen zich op: opvallend veel 35-minners zeggen moeilijk rond te komen". Eén moment; we wachten even tot de minister haar plaats heeft kunnen innemen. Het woord is aan mevrouw Marijnissen van de SP.
Mevrouw Marijnissen (SP):
Dank, voorzitter. Nederland heeft een minister voor armoede. Laat dat even op je inwerken: we zijn een van de rijkste landen ter wereld en toch hebben we een minister voor armoede. Op zich is dat natuurlijk iets om je ontzettend voor te schamen, maar tegelijkertijd is het keihard nodig. Dat bevestigde een onderzoeksrapport van het Nibud afgelopen weekend maar weer: vier op de tien Nederlanders hebben op dit moment moeite om rond te komen. Daarom is mijn vraag aan de minister voor armoede: schaamt zij zich daar niet voor in zo'n rijk land als Nederland? Vindt zij ook niet dat dat onacceptabel zou moeten zijn? Wat is zij van plan om dit jaar nog te doen voor mensen om de kosten te verlagen?
Minister Schouten:
Voorzitter. We weten dat het voor veel mensen moeilijke tijden zijn en voor sommige mensen heel erg moeilijke tijden. Die verhalen hoor ik elke dag. Ik spreek veel mensen die in de problemen zitten en dat raakt mij elke dag. Dat is ook de reden waarom het kabinet veel maatregelen heeft genomen om ervoor te zorgen dat we die mensen iets tegemoet kunnen komen. Ik wil hier realistisch in zijn. Het is niet zo dat het pakket voor alle mensen zal betekenen dat ze meteen uit de problemen zijn, maar het is wel een pakket waarmee we de eerste nood lenigen.
Laat ik even op een rijtje zetten wat we al gedaan hebben en wat we nog gaan doen. De afgelopen periode hebben we ervoor gezorgd dat er een energietoeslag is voor mensen. Ook hebben we de energiebelasting verlaagd; we hebben de btw op energie verlaagd. We hebben allemaal gezien dat dat niet voldoende is. Daarom heeft het kabinet besloten om er een groot pakket van 12 miljard naast te zetten. Daarmee zorgen we ervoor dat de energietoeslag voor een deel nog dit jaar kan worden uitgekeerd en ook volgend jaar. De huurtoeslag, de zorgtoeslag en het kindgebonden budget, die in december al worden uitbetaald, zullen hoger zijn, juist om die groepen tegemoet te komen. We verhogen bijvoorbeeld ook het wettelijk minimumloon. Het is belangrijk juist voor mensen die een wat minder betaalde baan hebben dat hun salaris omhooggaat.
Ik was afgelopen zaterdag bij het Nibud, toen zij het rapport presenteerden. Daarin zagen we dat het vooral jongeren raakt: zij hebben wel een baan, maar verdienen nog weinig en hebben tegelijkertijd wel te maken met hoge lasten. Dan is het belangrijk dat bijvoorbeeld de huurtoeslag toeneemt; dat is al iets. Ook het energieprijsplafond helpt de vaste lasten te drukken. Tegelijkertijd zorgen we ervoor dat het wettelijk minimumloon en daaraan gekoppelde uitkeringen omhooggaan. Dan doe je zowel aan de inkomstenkant als aan de kostenkant iets. Dat is nu ongelofelijk hard nodig en daar is het kabinet zich zeer van bewust.
Mevrouw Marijnissen (SP):
Dit is natuurlijk wel het bekende verhaal dat we al heel vaak hebben gehoord van het kabinet-Rutte IV. Het is toch een beetje alsof je complete huis in lichterlaaie staat en mevrouw Schouten, minister voor Armoedebeleid, dan aankomt met een plantenspuit. En dan spuit ze eigenlijk ook nog de verkeerde kant op, want veel van het geld dat wordt ingezet, komt niet terecht bij de mensen die dat het hardste nodig hebben. Maar het allerergste is misschien wel dat er nog zo veel meer kan. Deze Quote 500 kwam vorige week uit. De rijken in Nederland waren nog nooit zo rijk. Nederland had nog nooit zo veel miljardairs als nu. Een miljard, wat moet je ermee! De grote bedrijven in Nederland hebben in de historie, in de afgelopen 23 jaar, nog nooit zo veel winst gemaakt. Er wordt pas vanaf dat moment op die manier geteld. Nog nooit waren de bedrijfswinsten zo hoog. De overheid krijgt op dit moment miljarden extra binnen. Door de hoge prijzen en de hoge btw komt het geld hier met bakken en miljarden binnen, dus er kan zo veel meer.
Daarom vraag ik of de minister bereid is om bijvoorbeeld de belastingen te verlagen op boodschappen, zodat die betaalbaar worden. Is zij bereid de belastingen te verlagen op werk, zodat je meer overhoudt? Is de minister bereid om haar nieuwe pensioenwet van tafel te halen, omdat die ervoor gaat zorgen dat de pensioenen van mensen nog onzekerder gaan worden? Is de minister bereid om het eigen risico af te schaffen? Is de minister bereid om de huren te verlagen? Is de minister bereid om het minimumloon verder te verhogen naar €15, omdat we weten dat als we dat doen, de bodem omhooggaat en daarmee alle lonen omhooggaan? Is de minister bereid om arbeidsmigratie te reguleren, waardoor de lonen hier in Nederland ook omhoog zullen gaan? Is de minister bereid om een eerlijke winstbelasting in te voeren over die gigantische winsten, die ik net noemde, zodat we dit soort dingen kunnen betalen en ervoor kunnen zorgen dat de kosten voor mensen direct omlaaggaan?
Minister Schouten:
Volgens mij heeft deze Kamer de afgelopen weken een uitvoerig debat gehad met de staatssecretaris van Financiën die over de belastingen gaat. Daarin zijn onder andere deze zaken aan de orde geweest. Aan bod kwam bijvoorbeeld de belasting op arbeid. Het kabinet verlaagt de belasting op arbeid volgend jaar. Over de vraag naar de mogelijkheden rondom de btw op groente en fruit en hoe snel je dat in kunt voeren, is ook uitvoerig gedebatteerd de afgelopen weken en op die vragen heeft mijn collega Van Rij uitvoerig antwoord gegeven. Ten aanzien van het eigen risico: ik meen dat de collega van VWS net in het vragenuurtje heeft aangegeven hoe wij omgaan met de stijgende zorgkosten en dat daarvoor bijvoorbeeld de zorgtoeslag wordt verhoogd.
Dan kom ik op mijn reactie op de andere onderwerpen. Arbeidsmigratie is een onderwerp waar collega Van Gennip mee bezig is. Zij is bezig om juist daar de stappen te zetten die nodig zijn om de uitwassen daarvan te beperken. Dat is echt schrijnend. Dat zijn vaak mensen die, als zij hun baan verliezen, vervolgens in een tamelijk kansloze situatie terechtkomen, omdat hun woning bijvoorbeeld gekoppeld is aan het hebben van werk. Daarna hebben ze dus geen woning meer. Dus juist op heel veel van de punten die mevrouw Marijnissen noemt, heeft het kabinet of al voorstellen gedaan of is het nog bezig om al die voorstellen verder vorm te geven. Dat betreft ook de belastingheffing. U heeft van staatssecretaris Van Rij gehoord hoe hij omgaat met bijvoorbeeld de winsten van de energiebedrijven. Dan heb ik het niet over de bedrijven die de energie leveren, maar over de bedrijven die de energie opwekken. Die winsten zullen voor een deel worden afgeroomd om juist ook bijvoorbeeld een prijsplafond te kunnen financieren. Ik ben het met mevrouw Marijnissen eens dat daarvoor de lasten met elkaar gedragen zullen moeten worden. Dat geldt zeker voor de bedrijven die nu heel hoge winsten behalen bij hun energiewinning.
Mevrouw Marijnissen (SP):
Mevrouw Schouten is minister voor Armoedebeleid, maar ze verwijst wel heel erg vaak naar haar collega-ministers. Dat is een probleem, want er kan zo veel — ik somde net al op hoeveel geld er is — en er gebeurt zo weinig. Dat is voor heel veel mensen een gigantisch probleem. Ik wil er nog één ding specifiek uit lichten. Dat is iets wat bij mensen ook echt leidt tot grote zorgen over de betaalbaarheid. Dat is de hoge energierekening. Op dit moment zien we dat de energiebedrijven nog steeds, of in ieder geval tot voor kort, gigantische winsten maken. Tegelijkertijd zijn er steeds meer mensen in Nederland die de verwarming niet aan durven zetten, omdat ze gewoon bang zijn voor de stijgende kosten. Dan zien we vanochtend de financiële man van Vattenfall in de krant zeggen: nationaliseren van de energie, dat is geen oplossing. U weet wel: het Vattenfall dat de afgelopen twee jaar 800 miljoen winst maakte. Dat geld behoort gewoon de Nederlandse belastingbetaler toe. Dat behoort ingezet te worden om de energierekening te verlagen. Vattenfall dat nu aankondigt de tarieven gewoon maar weer te gaan verhogen. Vattenfall is een Zweeds staatsbedrijf. Dus een Nederlands staatsbedrijf is een heel gek idee, maar een Zweeds staatsbedrijf in Nederland vindt men prima. En daar gaat dit kabinet dadelijk miljarden aan overmaken, waarvan een deel rechtstreeks zal verdwijnen in de Zweedse staatskas. Is de minister het ermee eens dat dit te absurd voor woorden is, dat die energierekening omlaag moet en dat we daarmee ook de zeggenschap terug moeten pakken over een basisvoorziening als de energie?
Minister Schouten:
Volgens mij is hier ook een motie-Segers/Marijnissen of -Marijnissen/Segers — dat durf ik niet met zekerheid te zeggen — over ingediend, die heeft gevraagd om te bekijken hoe we een belangrijke nutsfunctie als de energie hebben georganiseerd en of we dat op deze manier moeten doen. Het kabinet is serieus bezig met het uitvoeren van die motie en om echt te kijken wat er kan. In deze tijd is het inderdaad belangrijk om ervoor te zorgen dat de energierekening weer betaalbaar wordt. Dat is precies de reden dat het kabinet het energieplafond heeft aangekondigd. Vooruitlopend daarop zorgen we ervoor dat we de €190 per maand al gaan uitkeren. Dat kan via de energierekening of direct; dat wordt verschillend gedaan door de energiebedrijven. De een doet dat direct, de ander via de rekening. Op die manier proberen we al echte stappen te zetten voordat het plafond er is, zodat de rekening ook deze maanden nog enigszins behapbaar blijft.
De voorzitter:
Tot slot, mevrouw Marijnissen.
Mevrouw Marijnissen (SP):
Ja, tot slot. Je zou maar minister voor armoede zijn in misschien wel het rijkste kabinet ooit in de historie. Ik zou me kapot schamen.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Marijnissen. Er is een aantal vervolgvragen, allereerst van de heer Van Baarle van DENK. Voor iedereen geldt: graag kort en bondig.
De heer Van Baarle (DENK):
Ik vraag mij af op welke planeet deze minister zit. We horen elke keer het verhaal van het kabinet dat ze koopkrachtmaatregelen treffen die hun weerga niet kennen en dat ze zo veel doen. De leden van het kabinet zijn steeds heel complimenteus over zichzelf. Maar wat zien we? Dat met al dat beleid nog steeds 540.000 huishoudens afstevenen op betalingsproblemen. Dat zijn ongeveer 1,5 miljoen mensen die pijnlijke keuzes maken, bijvoorbeeld of ze wel sportkleding kunnen betalen voor hun kinderen. Hoe kan het kabinet dan zo complimenteus zijn over zichzelf? Het is toch totaal onvoldoende, als we de statistieken zien?
Minister Schouten:
Het kabinet weet heel goed dat er mensen zijn die echt zwaar in de problemen zitten. Daarom treffen we nu al allerlei maatregelen. Ik ben het met de heer Van Baarle eens dat we juist daarom het pakket nodig hebben dat we hebben aangekondigd. Een aantal van die maatregelen is nog niet ingegaan. Dat betekent dat deze periode voor veel mensen best wel zwaar is. Dat weten we ook. Daarnaast kijken we bijvoorbeeld naar de kinderarmoede en naar wat we nog meer kunnen doen om ervoor te zorgen dat kinderen wel kunnen sporten en wel kunnen meedoen of dat er ontbijt op school is. We hebben ook voor een extra tegemoetkoming gezorgd voor de voedselbanken die de noodklok luidden, want het kan niet zo zijn dat zij ook nog in de problemen komen. Ik zeg altijd dat ik blij zal zijn als we die zaken allemaal weer kunnen afschaffen. Ik heb ze nu nodig en ik ben ze er ook dankbaar voor dat ze dit op zich nemen, met ondersteuning van het kabinet. Tegelijkertijd is het belangrijk dat we stabiliteit en rust in de situatie van mensen brengen. Dat kan onder andere door het prijsplafond, want dan heb je ook meer zekerheid over je energierekening. Daarnaast zijn er allerlei koopkrachtmaatregelen die de inkomens van de mensen echt verhogen.
De heer Van Baarle (DENK):
Heel veel mensen in het land zijn het spuugzat dat het kabinet bij de beantwoording van vragen steeds maar weer blijft terugverwijzen naar wat het al doet. Wat het kabinet al doet, is doorberekend. Dat leidt tot 540.000 huishoudens met betalingsproblemen. Ik stel de vraag dus nogmaals aan de minister, waarbij ik haar uitnodig om niet meer te verwijzen naar "we doen zo veel". Is het feit dat 540.000 huishoudens met het staande beleid op betalingsproblemen afkoersen, voor deze minister voor Armoedebestrijding acceptabel? Zo ja, dan zou ze zich daarvoor moeten schamen. Zo nee, wat gaat zij dan zo snel mogelijk extra doen?
Minister Schouten:
Elk persoon met betalingsproblemen is er een te veel. Kan ik helemaal uitsluiten dat het gebeurt? Nee. Dat is ook het eerlijke verhaal. Tegelijkertijd is bij die 540.000 bijvoorbeeld het effect van het prijsplafond niet meegenomen. Het is dus van belang dat we die maatregelen ook nog nemen, juist om ervoor te zorgen dat die groepen hun rekening kunnen betalen.
De heer Léon de Jong (PVV):
Bijna 40% van de Nederlandse huishoudens heeft moeite om rond te komen. Velen daarvan komen in de schulden. Ondertussen zien diezelfde mensen dat er wel miljarden gaan naar Brussel, stikstof, klimaatdoeleinden en zo, waar ze zelf niets aan hebben. Hetzelfde geldt voor asiel: er gaat heel veel geld naar asiel. Dat kan natuurlijk niet. We kunnen niet onze eigen mensen laten verarmen door deze minister van Armoede. Mijn vraag is dus: doe daar echt iets aan en zorg ervoor dat u om te beginnen dat geld teruggeeft aan onze eigen mensen. Dat kunt u doen door te beginnen met de btw op energie en de btw op boodschappen op 0% te zetten. Is de minister daartoe bereid? En als ze dat niet is, dan is ze geen knip voor de neus waard. Ik zou dus graag willen dat ze dat wel zou doen. Dan zou ze ook haar ministerschap een keertje serieus nemen.
Minister Schouten:
De energiebelasting is nu voor een deel ingezet om juist het prijsplafond te kunnen financieren. Dan komt er ook nog heel veel extra geld bij, want de energiebelasting kostte zo'n 4 miljard à 5 miljard en het hele prijsplafond zal zo om en nabij de 40 miljard gaan kosten, afhankelijk natuurlijk van de hoogte van de prijzen van gas en elektriciteit. Dus ook op dat punt doet het kabinet juist meer dan alleen maar die energiebelasting. Ten aanzien van de btw op bijvoorbeeld groente en fruit heeft de staatssecretaris aangegeven wat hij kan doen en in welk tempo. Het is ook een voornemen van het kabinet om die te verlagen. Dat doen we zolang het ook echt verantwoord is op de manier waarop we dat kunnen invoeren, want het moet wel goed kunnen.
De heer Thijssen (PvdA):
We zien natuurlijk al een jaar aankomen dat steeds meer mensen echt in de problemen komen. Mijn fractie kan zich dan ook voor een groot deel vinden in de oplossing die al is aangedragen: laat de rijken en de bedrijven wat meer bijdragen aan deze samenleving en maak de belasting die werkenden betalen, wat minder. Maar er werd net ook gezegd dat het er nu naar uitziet dat honderdduizenden mensen in de schulden komen, misschien wel in onoverbrugbare schulden. Wat is het plan om te voorkomen dat die mensen langzaam maar zeker wegzakken in die onoverbrugbare schulden?
Minister Schouten:
Het belangrijkste bij schulden is dat je er vroeg bij bent. Daarom hebben we ook de vroegsignalering geïntensiveerd, zodat als mensen echt betalingsproblemen krijgen, die gelijk worden doorgegeven bij de gemeente, bij wonen, bij zorg en bij energie. Wij zijn ook met de gemeentes bezig om dat nog strakker te organiseren, zodat er met die mensen veel directer contact wordt opgenomen en er gekeken wordt wat voor maatregelen er mogelijk zijn. Soms zit dat bijvoorbeeld ook in regelingen die niet aangevraagd zijn. Een ander belangrijk punt dat we ook nog doen, is het waarborgfonds uitbreiden. Dat wil zeggen dat je één regeling kan krijgen als je bijvoorbeeld meerdere schuldeisers hebt. Die regeling wordt overgenomen door de kredietbank. Dat geeft ook rust bij de mensen die schulden hebben: dan hebben ze niet continu allerlei schuldeisers op hun nek. Mocht er dan nog een stukje schuld overblijven, kan dat ook door het waarborgfonds kwijtgescholden worden. Ook die regeling zijn we aan het uitbreiden, omdat op die manier de mensen die schulden hebben, nog wel de rust krijgen om die af te kunnen betalen. Daarbij willen we natuurlijk vooral aan de voorkant zitten, om te zorgen dat die schulden niet ontstaan.
De heer De Kort (VVD):
Ik deel de opvatting van de minister dat wanneer je op tijd bij schulden bent, je veel ellende kunt voorkomen. Maar mij bereiken signalen dat te vaak de AVG in de weg zit voor het delen van informatie tussen woningcorporaties, gemeenten en noem maar op: instellingen die daarin een rol kunnen pakken. Wat doet de minister eraan om in ieder geval die problemen te voorkomen, zodat we meer mensen vroegtijdig kunnen helpen?
Minister Schouten:
Juist bij wonen, bij zorg en bij elektra, of bij energie, hebben we ervoor gezorgd dat die gegevensuitwisseling wel kan plaatsvinden, omdat het zo belangrijk is dat de gemeente die gegevens heel snel heeft. Het gaat er ook om dat je daarna opvolging geeft aan de signalen. De signalen in zichzelf, dat is natuurlijk één, maar je moet vooral zorgen dat de opvolging daarna plaatsvindt. Dus juist op deze terreinen hebben wij echt ruimte in de wet gemaakt. Ik ben het helemaal met de heer De Kort eens dat wij daar de eerste winst moeten pakken, want anders ga je de schulden verder laten oplopen en is het voor mensen steeds moeilijker om uit de schulden te komen.
Mevrouw Maatoug (GroenLinks):
Het Leger des Heils geeft aan een toename van 50% te zien van dakloze jongeren in de leeftijd van 18 tot 21 jaar. We zien specifiek jongeren die in de jeugdzorg zitten. Die worden 18 en dan zien we ze terugkomen in de schuldencijfers, omdat ze niet weten dat er een eigen risico is en omdat ze niet weten wat ze moeten betalen. Dat is een debat dat mijn collega Lisa Westerveld al heel veel gevoerd heeft, jarenlang. Mijn vraag aan de minister is: als wij deze aantallen zien, wat gaan we dan doen om dit hele specifieke probleem aan te pakken? Deze jongeren zijn oververtegenwoordigd, ook in de schulden. Wat doet het kabinet? Geen pleisters plakken, maar aanpakken!
Minister Schouten:
De Nationale ombudsman heeft hier de afgelopen week ook op gewezen. Hij zei: juist bij de groep tussen 18 en 21 jaar zit er een hele grote kwetsbaarheid. Dat heeft ten eerste ook te maken met zicht op je financiën hebben. Als je 18 wordt, krijg je opeens heel veel verantwoordelijkheid. Dat wil niet zeggen dat iedereen weet hoe hij daarmee moet omgaan. Daarom bekijken we ook hoe we de regelingen actiever onder de aandacht kunnen brengen bij jongeren.
Daarnaast speelt voor deze jongeren bijvoorbeeld ook de zoektermijn. Het is wat technisch, maar als je een bijstandsuitkering aanvraagt, wordt tegen jongeren eerst gezegd: je moet de eerste vier weken zelf zoeken. Dat is de reden waarom sommige jongeren echt uit beeld raken. Ik heb al aangekondigd dat ik de gemeenten meer ruimte wil geven om af te wijken van de zoektermijn van vier weken, als er sprake is van een kwetsbare situatie. Daarnaast is het van belang dat we, als er schulden gaan ontstaan, heel snel die signalering op orde hebben, zodat we jongeren heel gericht kunnen gaan helpen. Dat zijn allemaal elementen. Er zit nog veel meer achter. Het gaat erom juist die kwetsbare jongeren tegemoet te komen, voor wie mevrouw Maatoug terecht aandacht vraagt.
De voorzitter:
Tot slot mevrouw Pouw-Verweij, JA21.
Mevrouw Pouw-Verweij (JA21):
Ik heb veel vragen gehoord over armoede, maar ik zou ook graag nog even willen vragen naar de armoedeval. We zien juist de problemen toenemen bij mensen uit de middenklasse, die een goede baan hebben, die hard werken en die normaal gesproken prima kunnen rondkomen, maar bij wie dat nu toch niet meer lukt. Mijn fractie is daar toch een beetje bezorgd over. Natuurlijk willen we mensen ook op dit moment tegemoetkomen, maar als we dat gaan doen met toeslagen, tegemoetkomingen en andere potjes, zorgen we dan niet juist ook voor een toegenomen afhankelijkheid van de Staat? Dat is juist iets wat wij willen voorkomen. Deelt de minister dat?
Minister Schouten:
Dat is exact het dilemma waar wij ook voor staan. Op het moment dat je mensen namelijk meer toeslagen geeft — we zien ook wel dat dit noodzakelijk is, omdat mensen er op dit moment niet meer mee rond kunnen komen — maak je aan de andere kant de armoedeval weer groter. Dat is een realiteit. Dat is een weging die gemaakt moet worden, ook in het kabinet. Het kabinet heeft nu gezegd dat het die mensen echt wel tegemoet wil komen, ook de mensen in de middenklasse, want die groep neemt nu toe. Het wil dat bijvoorbeeld doen met toeslagen en andere zaken. Aan de andere kant is het dan ook belangrijk dat je bijvoorbeeld naar het gehele fiscale stelsel kijkt. Daarover ging ook het debat rondom het Belastingplan dat hier vorige week plaatsvond. Als je daar namelijk echt stappen in wilt zetten, zal je ook breder en groter naar het hele belastingstelsel moeten kijken.
De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de mondelinge vraag. Meneer De Kort, uw fractie heeft twee vragen gesteld, dus vandaar.
Daarmee zijn we aan het einde gekomen van het mondelinge vragenuur. Ik dank de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen voor haar aanwezigheid hier. Ik schors de vergadering voor een paar minuten en daarna gaan we afscheid nemen van collega Tellegen.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20222023-22-4.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.