37 Spoor, spoorveiligheid en ERTMS

Aan de orde is het VSO Spoor, spoorveiligheid en ERTMS (32404, nr. 104).

De voorzitter:

We gaan deze parlementaire dag afsluiten met het VSO Spoor, spoorveiligheid en ERTMS, Kamerstuk 32404, nr. 104. We hebben drie sprekers van de zijde van de Kamer. De eerste spreker is de heer Geurts namens de fractie van het CDA. Hij heeft zoals iedereen twee minuten spreektijd.

De heer Geurts (CDA):

Voorzitter. Ik heb geen moties, maar nog wel een aantal vragen. Bij het schriftelijk overleg hebben wij als CDA-fractie aandacht gevraagd voor de ammoniaktransporten per spoor. Vooral in de gemeente Venlo leiden deze treinen tot grote zorg omdat ze dwars door stedelijk gebied rijden. De staatssecretaris geeft in haar beantwoording aan dat zij vanwege deze zorgen en de aangenomen motie van het lid Laçin van de SP-fractie alle belanghebbenden, waaronder de provincie Limburg en de gemeente Venlo, zal betrekken bij de ontwikkeling van het robuuste Basisnet. We zijn inmiddels drie maanden verder. De vraag die ik daarbij heb: kan de staatssecretaris een update geven over de ontwikkelingen van het robuuste Basisnet en hoe de belanghebbenden actief bij dit proces worden of zijn betrokken?

Dan mijn tweede punt. Het CDA is benieuwd naar de gesprekken tussen het ministerie en OCI — dat is een Nederlands chemiebedrijf, zeg ik voor degenen die dat niet weten — over de toekomst van het convenant afbouw ammoniaktransporten. Kan de staatssecretaris aangeven wat haar inzet is en of een verdere afbouw van het vervoer van ammoniak door OCI mogelijk is?

Mijn laatste punt — dat zal de staatssecretaris zelfs van mij niet verbazen — gaat over de Maaslijn. Dit naar aanleiding van de brief over de Maaslijn. Ik zou heel graag de toezegging van de staatssecretaris willen hebben dat de gesprekken et cetera geen vertraging van de uitvoering van het Maaslijnproject gaan betekenen. In de Kamerbrief die wij hebben gekregen op 17 december 2020 staat dat niet zo scherp. Ik zou graag een scherpe reactie van de staatssecretaris willen hebben.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Een scherpe reactie gevraagd. Dan is het woord aan de heer Grinwis van de fractie van de ChristenUnie. Hij is alweer de laatste spreker van vandaag.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter, dank u wel. Ik heb één motie meegebracht, die ik indien samen met collega Boulakjar.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat voor een en hetzelfde spooraanlegproject, mits aan de voorwaarden wordt voldaan, een beroep kan worden gedaan op zowel de RRF (Recovery and Resilience Facility) als de CEF (Connecting Europe Facility);

overwegende dat in de Ontwikkelagenda Toekomstbeeld OV veel trajecten en projecten zijn opgenomen, maar nog zonder zicht op financiële dekking;

overwegende dat Nederland niet heeft deelgenomen aan de eerste tranche van de RRF;

overwegende dat een investering in spoor past bij de doelen van de RRF en de CEF om te investeren in een duurzame toekomst;

verzoekt de regering te bepalen welke spooraanlegprojecten in aanmerking zouden kunnen komen voor een beroep op (de tweede tranche van) de RRF en de CEF, en de Kamer daarover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Grinwis en Boulakjar.

Zij krijgt nr. 106 (32404).

Een hele duidelijke motie. Dank u wel. Ik kijk even of de staatssecretaris al kan antwoorden. Nee? Dan schors ik een enkel momentje.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Dank u wel, voorzitter. De heer Geurts stelde een aantal vragen. De eerste vraag ging over Basisnet en over een update van wat er de afgelopen drie maanden is gebeurd. Met Basisnet ben ik de afgelopen drie jaar al bezig geweest. Dat is dus helaas een puzzel die complex is om op te lossen. De voortgang daarvan kan niet altijd van maand tot maand in bijvoorbeeld een brief geschreven worden. We realiseren ons wel dat dit echt een complexe puzzel is die we echt in een hele constructieve sfeer met alle partijen moeten leggen. Dat is dus de sfeer waarin we overleggen: niet alleen met overheden, maar ook met verladers en vervoerders die daarbij betrokken zijn. We proberen echt om zowel onze ambities voor het spoorgoederenvervoer als onze ambities voor de woningbouw en de veiligheid, die wij natuurlijk ook met elkaar hebben, een passende puzzel te laten zijn. De Kamer wordt in juni weer geïnformeerd over de voortgang van de zaken.

Dan de gesprekken met OCI. Er is natuurlijk zeker ook een link met Basisnet. We zijn inderdaad in gesprek met de convenantspartijen, dat zijn OCI en de provincie Limburg, over de evaluatie van wat er tot nu toe is bereikt en wat vervolgens de nodige stappen zijn voor de toekomst. Die gesprekken zijn dit voorjaar gestart. Die verlopen voorspoedig. We hopen dat de evaluatie kort na de zomer is afgerond en dat we u dan ook verder kunnen informeren over de stand van zaken en de afspraken. Ook daarbij gaat het natuurlijk om een puzzel, want ammoniak is weer zo'n stof die van belang is voor de duurzame energietransitie. Dus ook daarbij gaat het om een puzzel die we met elkaar te leggen hebben. Maar na de zomer wordt u over de evaluatie geïnformeerd.

Voorzitter. Dan de Maaslijn. Geen vertraging: dat is natuurlijk ook mijn inzet. Maar ik kan er helaas niet alleen voor zorgen. Zo is alleen het ontbreken van een gedeputeerde op dit moment al een zekere handicap. Ik ga natuurlijk, zodra men bestuurlijk weer op volle kracht is, snel met de gedeputeerden om de tafel. Ook dit is een puzzel die we samen te leggen hebben. Ik zal daarbij natuurlijk ook streven naar het voorkomen van vertraging van mijn kant.

Voorzitter. De motie op stuk nr. 106 van de heer Grinwis vraagt om te kijken naar zowel de CEF als de RRF. Ik deel zijn ambitie helemaal om waar dat kan te kijken of er middelen voor onze broodnodige spoorinvesteringen te vinden zijn. We houden steeds een lijst bij van de CEF. Ik kan voor het commissiedebat Spoor inderdaad wel een overzicht geven van de projecten waar we aan denken. Dat is voor de RRF wat moeilijker. Dat wordt gecoördineerd door de minister van Financiën en de minister van EZK. Of het geschikt is, hangt dus ook af van de criteria die zij daarbij hanteren. Op dat punt moet de heer Grinwis dus toch even wachten op de brief van de ministers van Financiën en EZK. Aangezien die beiden gecombineerd zijn in deze motie, wil ik zeggen: hou de motie nog aan. U krijgt van mij voor het commissiedebat in ieder geval dat overzicht van de CEF.

De voorzitter:

Dat is een vraag aan de heer Grinwis.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Anders moet ik de motie nu ontraden, omdat ik er voor een deel niet in kan voorzien. Maar voor een deel kan ik dat wel, dus vandaar deze poging tot een oplossing.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Dank. Die handschoen pak ik op. Wat mij betreft houden we de motie aan. Ik wacht het overzicht af. Ik kijk ook heel erg uit naar de brief van de ministers van EZK en Financiën.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Dan hebben we elkaar gevonden.

De voorzitter:

Heel goed.

Op verzoek van de heer Grinwis stel ik voor zijn motie (32404, nr. 106) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Dank aan de staatssecretaris voor haar bijdrage van vandaag.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Donderdag stemmen we over alle moties. Ik sluit de vergadering van 20 april 2021. Wel thuis.

Naar boven