36 Circulaire economie

Aan de orde is het VAO Circulaire economie (AO d.d. 02/12).

De voorzitter:

Dan gaan we meteen door met het VAO Circulaire economie. Dat staat op de agenda voor 18.50 uur, dus we zijn inmiddels alweer 50 minuten ingelopen, terwijl we, mevrouw de staatssecretaris, een halfuur te laat zijn begonnen. Ja, heeft u dat door? We hebben vier sprekers van de zijde van de Kamer. De eerste spreker is mevrouw Bouchallikh van de fractie van GroenLinks. Het woord is aan haar.

Mevrouw Bouchallikh (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter. Het kostte moeite omdat de industrie jarenlang tegenwerkte, maar het is eindelijk gelukt: statiegeld op blik. Daarmee zouden er 90% minder blikjes in het zwerfafval terechtkomen. Wij zijn daar als GroenLinks erg blij mee, want opgeruimd staat netjes. Maar we maken ons ook zorgen. Het is voor bedrijven namelijk best makkelijk om over te stappen op andere drankverpakkingen. Daar zijn zelfs al experimenten mee. GroenLinks wil voorkomen dat de ene soort troep vervangen wordt door de andere soort, want dat is niet per se een stap vooruit. De staatssecretaris heeft gelukkig toegezegd dit te monitoren en indien nodig maatregelen te treffen. Met de volgende motie wil GroenLinks die consequenties vastleggen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er op korte termijn statiegeld wordt ingevoerd op blikjes en kleine plastic flesjes;

constaterende dat een verschuivingseffect naar een andere type drankverpakkingen, zoals drankenkartons, maar ook nieuwe verpakkingen onwenselijk is;

constaterende dat er op dit moment al door het bedrijfsleven geëxperimenteerd wordt met drankverpakkingen die formeel buiten de statiegeldregeling vallen;

overwegende dat de regering de verschuivingen in de markt wel gaat monitoren, maar hier nog geen consequenties aan verbindt;

verzoekt de regering wanneer uit de monitoring een toename in het zwerfafval blijkt, ook statiegeld in te voeren op drankenkartons en waar nodig op andere drankverpakkingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Bouchallikh en Van Esch.

Zij krijgt nr. 143 (32852).

Dank u wel. Dan gaan we luisteren naar mevrouw Van Esch van de fractie van de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Dank u, voorzitter. Ik had drie moties bij me, maar de eerste motie is echt letterlijk dezelfde motie als die net is ingediend. Dus ik hoop dat ik het verzoek kan doen om die motie mee te tekenen. Dan hoef ik mijn eigen motie niet in te dienen. Anders gaan we volgens mij in herhaling vallen.

De voorzitter:

Heel goed.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Dus bij dezen nog twee moties die overblijven over het heroverwegen van die circulaire norm. Daar hebben we in het debat, dat afgelopen december heeft plaatsgevonden, over gesproken. Volgens mij staat er over niet al te lange tijd alweer een nieuw debat over de circulaire economie gepland, dus het voelt als een soort afronding van een debat van een tijdje terug. Maar toch nog twee moties daarover.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de circulaire norm hergebruik en recycling in één percentage combineert;

constaterende dat hergebruik hoger op de R-ladder staat dan recycling;

overwegende dat het samenvoegen van recycling en hergebruik in de circulaire norm zorgt voor minder motivatie om in te zetten op hergebruik;

verzoekt de regering om de circulaire norm te heroverwegen en te komen met aparte doelstellingen voor hergebruik en recycling,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Esch.

Zij krijgt nr. 144 (32852).

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Dan mijn tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Nederlandse circulaire-economiebeleid tot doel heeft het grondstoffengebruik van de Nederlandse economie voor 2030 te halveren, en voor 2050 te minimaliseren;

constaterende dat het Nederlandse circulaire-economiebeleid dus ook in 2030 minimaal een halvering van het verbruik van fossiele grondstoffen (virgin plastics) door de kunststofindustrie vergt;

overwegende dat er nu nog te veel virgin plastics worden gebruikt bij het produceren van plastic verpakkingen en producten;

verzoekt de regering een ambitieus en concreet reductiedoel vast te stellen voor het totale volume virgin plastics (in kilogrammen) dat in 2030 op de markt mag worden gebracht,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Esch.

Zij krijgt nr. 145 (32852).

Heel goed, dank u wel. Dan mevrouw Beckerman van de fractie van de SP.

Mevrouw Beckerman (SP):

Dank u wel, voorzitter. Uit een rapport van het PBL blijkt dat het totale grondstoffenverbruik van Nederland sinds 2010 nauwelijks is veranderd, dat er sinds 2014 weer meer afval wordt gestort, dat zes van de zeven nationale doelen voor afval niet worden gehaald en dat vrijwilligheid en vrijblijvendheid uiteindelijk ontoereikend zullen zijn. Dat vindt het kabinet ook, want de minister pleit bijvoorbeeld in Trouw voor een circulaire-economiewet; maar wat is dat dan? Het heeft decennia geduurd voordat statiegeld werd uitgebreid. Het PBL wijst er dan ook op dat we niet nog meer tijd moeten gaan verspillen en dat de implementatie van economische en juridische instrumenten tijd kost. Ik dien daarom de volgende motie in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het PBL concludeert dat ondanks grote ambities het grondstoffengebruik in Nederland sinds 2010 nauwelijks is veranderd en dat zes van de zeven nationale doelen voor afval niet worden gehaald;

constaterende dat het PBL concludeert dat meer drang en dwang nodig zijn en dat hiermee tijdig gestart dient te worden;

verzoekt de regering te onderzoeken of en hoe met regulerende heffingen, normstellingen en voorwaarden in vergunningen bijgedragen kan worden aan het behalen van de doelen voor een circulaire economie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Beckerman.

Zij krijgt nr. 146 (32852).

Dank u wel. En dat was ook uw termijn.

De laatste spreker van de zijde van de Kamer is mevrouw Agnes Mulder. O, ik vergeet de heer Grinwis. Ja, laten we dat even doen. Sorry, mevrouw Mulder, en u wilt vandaag zo graag, hè! Het woord is aan de heer Grinwis, met excuses.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter, dank u wel. Ik heb twee mooie moties voor u meegebracht, dus die wilde ik graag even indienen.

De eerste is een sympathieke motie over kringloopwinkels en die luidt als volgt.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat kringloopwinkels een belangrijke rol vervullen in de omslag naar een circulaire economie, het bestrijden van armoede en een inclusieve arbeidsmarkt;

overwegende dat over de meeste producten in een kringloopwinkel 21% btw wordt betaald, terwijl er bij eerste aanschaf al btw is afgedragen;

overwegende dat de rijksoverheid in 2050 volledig circulair wil zijn;

verzoekt de regering om zich in Europees verband in te spannen ten behoeve van het mogelijk maken van een vrijstelling van btw voor kringloopwinkels,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Grinwis.

Zij krijgt nr. 147 (32852).

De heer Grinwis (ChristenUnie):

De tweede motie gaat over een punt waar Rijkswaterstaat wel vanaf wil, maar wat nog niet zo eenvoudig is.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Rijkswaterstaat op grote schaal plastic doek (geotextiel) aanbrengt in binnenwateren ten behoeve van oeverbescherming;

constaterende dat Rijkswaterstaat het geotextiel zelf als "totaal niet duurzaam" beschrijft vanwege de bijdrage aan de plasticsoep;

overwegende dat er nog geen alternatieve materialen voorhanden zijn en Rijkswaterstaat daarom een onderzoek is gestart naar alternatieven voor het geotextiel;

verzoekt de regering om voor het einde van dit jaar de Kamer te informeren over mogelijke alternatieven voor geotextiel, inclusief kostenplaatje en milieu-impact,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Grinwis.

Zij krijgt nr. 148 (32852).

Heel goed, dank u wel. Tot zover ook uw termijn.

Dan is het woord aan de laatste spreker van de zijde van de Kamer. Dat is mevrouw Agnes Mulder van de fractie van het CDA.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Dank, voorzitter. Dan begin ik maar met een motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat bij het recyclen van plastic de vraag naar recyclaat de zwakste schakel is;

overwegende dat het in EU-verband voorschrijven van een verplicht toe te passen percentage van recyclaat in producten de businesscase voor gerecyclede materialen sterk kan verbeteren;

constaterende dat de Europese Commissie in het actieplan circulaire economie inzet op het verbreden en aanscherpen van verschillende productrichtlijnen, waaronder de Verpakkingsrichtlijn;

verzoekt de regering in Europees verband actief in te zetten op een zo ambitieus mogelijk en in de tijd oplopend percentage voor de verplichte toepassing van recyclaat in plastic producten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Agnes Mulder en Hagen.

Zij krijgt nr. 149 (32852).

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Het allerbelangrijkste is dat we die markt op gang brengen. Dat moeten we voor elkaar krijgen, want er is zat afval, maar we moeten het zien her te gebruiken richting 2050.

Voorzitter. De staatssecretaris heeft in december vorig jaar verteld dat een alternatief uit de sector voor de importheffing op afval zou worden gevalideerd. Kan zij ons vertellen hoe het staat met die validatie? We hebben haar inmiddels al een aantal keren gevraagd om de onderliggende stukken over de importheffing aan de Kamer te verstrekken. Ik ben blij dat ze dat zo snel mogelijk wil doen, maar kan ze misschien iets meer zeggen over wanneer we die kunnen verwachten? Wij willen immers toewerken naar een volledig circulaire economie in 2050. Dat begint ermee dat een product zo ontworpen wordt dat het langer meegaat. Wij vinden ook een maatregel als het recht op reparatie van groot belang, want daardoor geef je consumenten zelf meer mogelijkheden om producten te laten repareren. Laten we daar in deze periode goede stappen in gaan zetten met elkaar.

Dank u wel.

De voorzitter:

Heel goed. Tot zover de termijn van de Kamer. Ik schors de vergadering voor enkele minuten. Daarna gaan we luisteren naar de staatssecretaris.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Dank u wel, voorzitter. De motie op stuk nr. 143 verzoekt de regering om, wanneer uit de monitoring een toename blijkt, ook statiegeld op andere verpakkingen in te voeren. Ik wil daar niet op vooruitlopen, dus ik ontraad deze motie. We zullen natuurlijk wel monitoren en indien nodig maatregelen nemen, maar mevrouw Bouchallikh had zelf ook al geconstateerd dat dit ons voornemen is. Maar verder dan dat wil ik op dit moment nog even niet gaan.

Voorzitter. Dan de motie op stuk nr. 144 van mevrouw Van Esch, met het verzoek om de circulaire norm te heroverwegen. Ook hierop wil ik op dit moment niet vooruitlopen, maar ik wil wel aan mevrouw Van Esch toezeggen dat we er bij de evaluatie expliciet aandacht aan zullen besteden en ook de voor- en nadelen in kaart zullen brengen, zodat we te zijner tijd een afgewogen besluit daarover kunnen nemen. Deze motie ontraad ik.

Voorzitter. Dan de motie op stuk nr. 145 van mevrouw Van Esch. In de Transitieagenda Kunststoffen zit al een concrete reductiedoelstelling voor virgin plastics in 2030, namelijk de afname van 1.700 kiloton naar 1.090 kiloton. Dat is een afname van 36%. Deze motie is overbodig en die ontraad ik daarom.

Voorzitter. Ik ga door naar de motie van mevrouw Beckerman op stuk nr. 146, waarin zij heel terecht vraagt om meer inzicht in de vraag of en, zo ja, hoe met regulerende heffingen kan worden bijgedragen aan het behalen van de doelstellingen van de circulaire economie. Ik ga daar in de kabinetsreactie op de ICER ook op in, dus ik zou mevrouw Beckerman willen vragen om deze motie aan te houden. Zij kan dan bekijken of de brief, die vrij binnenkort komt, voldoet aan datgene wat zij daarbij in gedachten heeft. Anders is er vast ook weer een afronding van het aankomende AO Circulaire economie, waarin zij haar ambities nog wat concreter kan aanscherpen.

Mevrouw Beckerman (SP):

Ik denk dat ik in een sympathieke bui ben.

De voorzitter:

Ach!

Mevrouw Beckerman (SP):

Ja, het is wat. Ik zal de motie aanhouden, maar gelukkig komt er nog een debat aan.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

We hebben binnenkort weer een debat hierover.

Mevrouw Beckerman (SP):

Maar goed, we weten ook dat hier tijd voor nodig is. We moeten niet te veel tijd verliezen. Ik houd de motie aan.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Dat is zo. We delen ook het doel.

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Beckerman stel ik voor haar motie (32852, nr. 146) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Voorzitter. De motie op stuk nr. 147 verzoekt de regering om zich in Europees verband in te spannen ten behoeve van een btw-vrijstelling. Dat is het dossier van een van mijn collega's, namelijk de staatssecretaris van Financiën. Ik zal hem vragen om een appreciatie van deze motie.

Dan de motie op stuk nr. 148, over geotextiel. Er lopen een aantal onderzoeken. Ik zal de minister vragen — het valt eigenlijk onder de minister — om voor het einde van het jaar de Kamer over een tussenstand te informeren. Voor het einde van het jaar is niet het hele onderzoek afgerond, maar we kunnen dan hopelijk wel een tussenstand geven. Als dat de interpretatie mag zijn, kan ik de motie oordeel Kamer geven.

De voorzitter:

De heer Grinwis knikt ja.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Het is goed om de voor- en nadelen echt goed per product in kaart te brengen. Iets anders is niet per definitie beter, maar het is goed om met elkaar te streven naar verbetering. Dat doet Rijkswaterstaat structureel; ik vind het mooi om dat nog even te benadrukken.

Dan is er nog een motie van … Even kijken of ik nu alles heb.

De voorzitter:

Dat is de motie van mevrouw Mulder op stuk nr. 149.

Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer:

Ja, de motie op stuk nr. 149 van mevrouw Mulder. Zij verzoekt de regering om in Europees verband actief in te zetten op een zo ambitieus mogelijk in de tijd oplopend percentage. Dit is een tijdige motie, want die gesprekken lopen inderdaad nu. Ik laat het oordeel over deze motie graag aan de Kamer en ik kan zeggen dat ik het er ook van harte mee eens ben.

Mevrouw Mulder had ook nog een vraag gesteld over de validatie van een alternatief pakket. We willen met elkaar voldoen aan de Urgendadoelstelling. Daarvoor zat deze maatregel in het pakket. Dus als we die willen vervangen door een andere, moeten we zeker weten dat die voldoet. Anders verleggen we eigenlijk de lasten van deze maatregel naar een andere sector. Dat willen we niet met elkaar. We moeten ook goed kijken waar vervolgens de financiële lasten terechtkomen. Die afwegingen worden nu bekeken. De gesprekken met de Vereniging Afvalbedrijven zijn nog gaande. Voor de zomer zullen we de Kamer daarover informeren. Dit is wat ik mevrouw Mulder hier op dit moment over kan vertellen.

De voorzitter:

Heel goed. Tot zover dit VAO.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Donderdag stemmen we over de moties. De bel komt er nog even achteraan, want wij gaan door met het volgende VSO.

Naar boven