Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2019-2020 | nr. 44, item 9 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2019-2020 | nr. 44, item 9 |
Aan de orde is het VAO JBZ-Raad d.d. 23-24 januari 2020 (deel asiel- en vreemdelingenbeleid).
De voorzitter:
Aan de orde is het VAO JBZ-Raad. Ik heet de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van harte welkom. Ik geef de heer Emiel van Dijk namens de PVV het woord.
De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dank u wel, voorzitter. De staatssecretaris heeft overduidelijk moeite om de massa-immigratie een halt toe te roepen. Zij blijft haar oplossing zoeken binnen de Europese Unie, terwijl het juist de Europese Unie is die ons gekneveld heeft als het gaat om het voeren van ons eigen migratiebeleid. De PVV stelt daarom het volgende plan voor om de massa-immigratie een halt toe te roepen.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat dit kabinet niets klaarspeelt als het gaat om de bestrijding van de massa-immigratie;
roept het kabinet op uitvoering te geven aan het volgende plan:
1. verzoekt de regering de grenzen te sluiten voor nieuwe gelukszoekers;
2. verzoekt de regering illegalen op te pakken en uit te zetten of zolang als nodig vast te zetten tot hun gedwongen uitzetting;
3. verzoekt de regering een nexit aan te kondigen;
4. verzoekt de regering ambassadeurs van onwillige landen uit te wijzen;
5. verzoekt de regering de landingsrechten van vliegmaatschappijen uit onwillige landen in te trekken;
6. verzoekt de regering om alle ontwikkelingshulp aan onwillige landen stop te zetten,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dan de volgende motie voor de collega van het CDA. Het CDA heeft namelijk altijd een hele grote mond, maar komt nooit met concrete plannen of initiatieven. Het blijft altijd hangen bij onderzoekjes en stoere praat op tv en in de krant. Hierbij dan ook een motie met de letterlijke oproep van mevrouw Van Toorenburg in Nieuwsuur van afgelopen week. Wij zijn benieuwd of het CDA bij praatjes maken blijft of toch zijn eigen woorden wil waarmaken. Daarom dien ik de volgende motie in.
De heer Emiel van Dijk (PVV):
Tot slot. Het is toch te gek voor woorden dat de mensen in de wijken dankzij de VVD en het CDA nog steeds geconfronteerd worden met overlastgevende illegalen of ander volk dat hier helemaal niet had mogen zijn? De PVV vindt dat onacceptabel en stelt daarom voor om illegaliteit niet te belonen met speciale opvang en allerlei hobbycursussen, zoals nu wel gebeurt, maar juist strafbaar te stellen. Daarom dien ik dan ook de volgende motie in.
Dan geef ik nu het woord aan de heer Jasper van Dijk namens de SP.
De heer Jasper van Dijk (SP):
Voorzitter. Ik heb twee moties.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat duizenden kinderen op de Griekse eilanden geconfronteerd worden met mensonterende toestanden;
constaterende dat de Griekse regering heeft verzocht om maximaal 2.500 alleenstaande minderjarige asielzoekers te herplaatsen;
verzoekt de regering op de komende JBZ-Raad een oproep te doen om dit verzoek in te willigen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Marokko onvoldoende meewerkt aan de terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers;
overwegende dat de EU economische sancties en visummaatregelen kan treffen opdat Marokko alsnog medewerking verleent aan terugkeer;
verzoekt de regering bij de komende JBZ-Raad voor te stellen om in Europees verband maatregelen te treffen teneinde Marokko meer medewerking te laten verlenen aan terugkeer,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dan geef ik nu het woord aan de heer Voordewind. Hij is er niet. Nou, dan ga ik naar mevrouw Van Toorenburg namens het CDA.
Mevrouw Van Toorenburg (CDA):
Dank, voorzitter. Ik dacht: zal ik een interruptie doen? Maar ik kan ook gewoon even mijn eigen twee minuten gebruiken. We hebben een goed overleg gehad met de staatssecretaris. Zij heeft de Kamer eerder al toegezegd onderzoek te doen naar hoe je ervoor kunt zorgen dat mensen die niet meewerken aan hun uitzetting, daadwerkelijk daartoe gedwongen kunnen worden, geen instrument schuwend. We zijn zeer blij met deze toezegging, dus de enthousiaste motie van de zijde van de PVV hebben wij gelukkig niet nodig. Het is plezierig dat dit uiteindelijk zal worden gesteund — daar hoopte ik al een beetje op tijdens de uitzending van Nieuwsuur — en dat we daar in de toekomst met elkaar uit zullen komen. Ik hoop dat de PVV ook dan nog haar woord gestand zal doen. Ik heb in het AO ook bijna letterlijk het volgende gezegd. Als mijn coalitiepartners een dermate rolberoerte krijgen van een voorstel dat ik doe, kan ik twee dingen doen: ik kan ze over de tafel trekken en het kabinet opblazen of dat toch maar niet doen. Ik heb maar voor het laatste gekozen.
De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dan moet ik toch helaas constateren dat het inderdaad bij mooie praatjes van mevrouw Van Toorenburg van het CDA blijft. Laten we gewoon naar de quotes kijken; "Als je mensen zo veel aanbiedt om terug te keren en mensen weigeren daaraan mee te werken, dan zullen we ze uiteindelijk moeten vervolgen". Strafbaar stellen van niet meewerken aan uitzetting. Is toch gewoon prachtig? En nu komt mevrouw Van Toorenburg gewoon terug op haar eigen woorden. Dat geeft aan waar het CDA voor staat: voor een hoop praatjes, een hoop wol, maar geen actie.
Mevrouw Van Toorenburg (CDA):
Ik ben helemaal blij dat de PVV het een prachtig voorstel vindt. We zullen er zeker mee verdergaan, maar niet ten koste van alles.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Van Toorenburg. Dan geef ik nu het woord aan de heer Voordewind namens de ChristenUnie.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Ik zat even in de coulissen, maar fijn dat ik alsnog het woord kan voeren.
Ik heb één motie, om aandacht te vragen voor de schrijnende situatie van die alleenstaande minderjarige kinderen die op de Griekse eilanden vastzitten.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de situatie in en rond de opvangkampen op de Griekse eilanden opnieuw dramatisch is;
constaterende dat de Griekse overheid via de Europese Commissie bijstand heeft gevraagd voor de categorie van de meest kwetsbare vluchtelingen, namelijk een groep van 2.500 alleenstaande minderjarige kinderen;
verzoekt de regering de schrijnende situatie van deze kinderen te bespreken met andere lidstaten en de Griekse overheid, en te bezien wat er aan deze situatie gedaan kan worden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u wel, meneer Voordewind. Ik kijk even naar de staatssecretaris. De laatste moties worden gekopieerd en rondgedeeld. Wilt u daarop wachten? Dan schors ik even een paar minuten.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
De voorzitter:
Ik geef het woord aan de staatssecretaris.
Staatssecretaris Broekers-Knol:
Voorzitter, dank. Dank ook aan de leden voor hun inbreng en moties. Ik ga ze behandelen in de volgorde waarin ze zijn ingediend.
De motie van de leden Emiel van Dijk en Wilders op stuk nr. 583 moet ik ontraden. Aanneming zou betekenen dat Nederland stappen gaat ondernemen die Nederland niet kán ondernemen en ook niet wíl ondernemen. Ik neem even punt drie eruit: verzoekt de regering een nexit aan te kondigen. Alleen al om die reden moet ik deze motie ontraden.
De motie op stuk nr. 584 van het lid Emiel van Dijk verzoekt om strafbaarstelling in te voeren bij niet meewerken. Dat is een gedachte die niet is opgekomen bij het kabinet. Het kabinet zal dat ook niet gaan doen en daarom moet ik de motie ontraden.
De motie op stuk nr. 585 van het lid Emiel van Dijk verzoekt de regering om illegaliteit strafbaar te stellen. Ik heb de Kamer voor het kerstreces toegezegd dat ik allerlei mogelijkheden ga onderzoeken. Die toezegging lijkt mij voldoende en om die reden moet ik de motie ontraden.
Dan de motie op stuk nr. 586 van de heer Jasper van Dijk over het verzoek van de Griekse regering om maximaal 2.500 alleenstaande minderjarige asielzoekers te herplaatsen. Het verzoek is om op de komende JBZ-Raad een oproep te doen om dit verzoek in te willigen. Die motie moet ik helaas ook ontraden. Ik heb om te beginnen een hele procedurele opmerking: het staat helemaal niet op de agenda. Twee. Nederland doet al heel veel om Griekenland in allerlei opzichten bijstand te verlenen. Niet alleen deze keer, maar ook al eerder hebben wij daarom naar voren gebracht dat het een zaak is die aan de Griekse regering is. Om beide redenen moet ik de motie ontraden.
De motie op stuk nr. 587 is ook van de heer Jasper van Dijk en moet ik eveneens ontraden. Die motie verzoekt de regering om bij de komende JBZ-Raad voor te stellen om in Europees verband maatregelen te treffen teneinde Marokko meer medewerking te laten verlenen aan terugkeer. Het staat niet op de agenda, hetzelfde procedurele verhaal, en daarnaast gaat de nieuwe visumcode per 1 februari in. Daardoor worden er vanzelf maatregelen mogelijk en om die reden moet ik de motie ook ontraden.
Ten slotte de motie van het lid Voordewind op stuk nr. 588 over de 2.500 alleenstaande minderjarige kinderen op de Griekse eilanden. Het verzoek aan de regering is om de schrijnende situatie van deze kinderen te bespreken met andere lidstaten en om met de Griekse overheid te bezien wat er aan deze situatie gedaan kan worden. Ik ontraad dat op de JBZ-Raad te doen. Verder moet ik deze motie ontraden, omdat ik al eerder heb gezegd dat Nederland heel veel doet om de Grieken te helpen bij de situatie op de Griekse eilanden. De verantwoordelijkheid rust bij de Griekse overheid en wij hebben er vaker over gesproken hoe ze dat zouden kunnen doen en wat ze zouden kunnen doen. Maar het voortouw om dat te gaan bespreken met andere landen ligt niet bij Nederland. Ik denk dat Griekenland dat uitstekend zelf grondig kan doen als dat nodig is.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Misschien moet ik even een misverstand ophelderen. Ik heb niet gevraagd om het op te lossen voor de Griekse overheid. Ik heb gevraagd om het te bespreken met de Griekse overheid. Natuurlijk moet de Griekse overheid het uiteindelijk zelf doen. Ik heb ook niet gevraagd om relocatie. Dat is een andere motie. Mijn vraag was of het mogelijk is om het te bespreken en te bekijken of we misschien ergens met elkaar tot een oplossing kunnen komen. Ik zeg niet welke oplossing. Ik zeg alleen maar: agendeer het.
Staatssecretaris Broekers-Knol:
Het is mij duidelijk, want het staat hier ook: om dat te bespreken met andere lidstaten en met de Griekse overheid te bezien wat er aan deze situatie gedaan kan worden. Ik denk dat dat op het bord van de Griekse overheid ligt en niet zozeer op het bord van Nederland.
De heer Jasper van Dijk (SP):
Als u mij toestaat, voorzitter, nog even over mijn motie op stuk nr. 587, want ik snap niet helemaal waarom die motie niet goed zou zijn. De staatssecretaris zegt: ja, dat gaat allemaal vanzelf met de nieuwe visumcode. Maar zou het niet prachtig zijn, na alle struikelpartijen van de afgelopen tijd, om bij deze JBZ-Raad het voortouw te nemen, en te zeggen: kom op, Europa, we gaan aan de slag met de terugkeer naar Marokko?
Staatssecretaris Broekers-Knol:
Dan kom ik toch weer op mijn procedurele punt: het staat niet op de agenda. Op de agenda van deze informele JBZ-Raad staat de interoperabiliteit. Ik wil op allerlei manieren boodschappen meenemen van deze Kamer, maar een boodschap meenemen die geen connectie heeft met de agenda kan heel erg verkeerd uitpakken, en dat vind ik zinloos. Dat vind ik niet verstandig om te doen. Om die reden ontraad ik de motie.
De voorzitter:
Heel kort, mevrouw Becker, want dit punt is voldoende gewisseld in het algemeen overleg. Het gaat dus echt alleen over die motie.
Mevrouw Becker (VVD):
Ik wil toch iets vragen, omdat ik wat twijfel over de motie van de heer Van Dijk. Die vind ik op zich heel sympathiek. Het mag ook geen geheim zijn dat de VVD het ook van groot belang acht dat we als Nederland in de EU erop blijven aandringen om in EU-verband afspraken met Marokko te maken over terugkeer. Kan de staatssecretaris ons dus wel toezeggen dat dat aanhoudend het geval zal zijn, en dat het kabinet daar waar het mogelijkheden ziet om dit wél op de agenda te krijgen, dat ook zal blijven doen? Anders overweeg ik toch om deze motie wellicht te steunen. Ik hoop daar dus wel een harde toezegging op te kunnen krijgen.
Staatssecretaris Broekers-Knol:
Dit is ook besproken in het AO van vanmiddag. Terugkeer staat bovenaan de agenda voor dit kabinet. Terugkeer zal, zoals ik ook gezegd heb in het AO, ook een groot onderwerp van gesprek zijn wanneer mevrouw Johansson mij over veertien dagen bezoekt. Daar hoeft mevrouw Becker dus geen zorgen over te hebben. Het gaat nu alleen over het punt dat gevraagd wordt om het tijdens de JBZ-Raad aan de orde te stellen. Daarvan zeg ik: ik denk dat dat gewoon niet effectief is. Daarnaast hebben we de Europese visumcode, die per 1 februari in werking treedt.
De voorzitter:
Dank u wel.
Staatssecretaris Broekers-Knol:
Dank u wel.
De voorzitter:
Daarmee zijn we ook aan het einde gekomen van dit VAO.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Over de ingediende moties gaan we om 17.55 uur stemmen.
De vergadering wordt van 17.43 uur tot 17.55 uur geschorst.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20192020-44-9.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.