46 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Dan is nu aan de orde de regeling van werkzaamheden.

Het Presidium heeft de recessen tot en met het zomerreces 2021 vastgesteld. Ineens is het stil! Deze zullen op de agenda van de Kamer worden vermeld.

Aangezien alle ingeschreven sprekers zich hebben teruggetrokken, zal het VAO Voortgangsrapportage Nederlandse bijdrage aan de anti-ISIS-coalitie van de agenda worden afgevoerd.

Op verzoek van de fractie van het CDA benoem ik in de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport het lid Rog tot lid in plaats van het lid Geluk-Poortvliet.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 34641-16; 35300-XII-40; 33529-658; 35000-XVI-75; 34550-XVI-65; 35167-17; 34682-21; 32847-485; 32793-418; 23235-161; 35300-IV-20; 35300-IV-19.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Kuiken van de PvdA.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. De IND wees een asielzoeker uit Bahrein af. Er ligt inmiddels een inspectierapport. Direct na terugkomst in Bahrein werd deze asielzoeker opgepakt en hij is inmiddels tot levenslang veroordeeld. Ik wil graag dat het rapport niet vertrouwelijk is maar openbaar wordt gemaakt. Ik wil een brief en ik wil een debat met de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter, helemaal eens. Het rapport moet onmiddellijk openbaar worden gemaakt. Ik steun het debat en de brief.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. De inspectie zelf zegt dat het onverstandig is om het rapport openbaar te maken. Wij zouden dus graag met de inspectie een besloten briefing willen om daarover te kunnen spreken en om dan ook een oordeel daarover te kunnen vellen. Maar als de inspectie zelf zegt dat het vertrouwelijk moet, vind ik het risicovol om daar dan overheen te walsen.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

De familie wil dat het openbaar wordt.

De voorzitter:

Nee, mevrouw Kuiken. Steunt u het verzoek om een debat of niet, mevrouw Van Toorenburg?

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Nee, voorzitter. Ik wil een besloten briefing met de inspectie.

De voorzitter:

Dat moet u via de commissie regelen.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Voorzitter. GroenLinks steunt zowel het verzoek om het openbaar maken van het rapport als het verzoek om hierover een debat te houden.

De heer Groothuizen (D66):

Voorzitter. Ik vind dit echt heel ingewikkeld, zeg ik in alle eerlijkheid. Ik wil het graag hierover hebben, want er zijn potentieel ernstige fouten gemaakt. Maar ik wil ook geen risico's lopen. Ik sluit me daarom aan bij mevrouw Van Toorenburg. Ik wil een brief: wat zijn nou de redenen en wat zijn de risico's? Die besloten briefing gaan we via de commissie doen. Daarna ga ik de knoop doorhakken of ik dit debat kan steunen.

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun.

De heer Groothuizen (D66):

Ik begrijp overigens — maar u kunt me daarin corrigeren — dat het op grond van het reglement ook nog mogelijk is om het debat te doen achter gesloten deuren. Dat zou ook nog een optie kunnen zijn.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Nog even afgezien van dat laatste ...

De voorzitter:

Ja, daar moet ik ook even over nadenken.

De heer Bisschop (SGP):

De rest van de bijdrage van de heer Groothuizen lijkt mij een uitstekende route. Dus geen steun voor dit voorstel.

Mevrouw Becker (VVD):

Geen steun, voorzitter.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik heb zelf samen met D66 om het inspectierapport gevraagd. Ik ben dus ook heel benieuwd wat daarin staat, maar ook ik zou een voorkeur hebben voor eerst een briefing van de inspectie. Dat kan ook vertrouwelijk. Dan wil ik mijn mind opmaken of we hier alsnog een debat over hebben, maar er moeten wel dingen openbaar.

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, wel steun.

De voorzitter:

Mevrouw Kuiken, u heeft geen steun. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

U heeft nog een verzoek.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Ja, dat heb ik. Voorzitter. De rechtszaak in eerste aanleg over Hümeyra is afgelopen. We weten inmiddels wat het oordeel van de rechter is. Ik zou een brief van de minister willen over deze uitspraak, met name over de uitspraak die de rechter heeft gedaan over de straf die is opgelegd. Ik zou ook willen verzoeken het debat dat we al hebben aangevraagd, spoedig na het reces te plannen. Dat doe ik mede namens de heer Kuzu van DENK.

De voorzitter:

Wie hierover? Het gaat om een bestaand debat dat na het reces gepland zou moeten worden, als daarvoor een meerderheid is. Want anders blijft het op de lijst staan. Wie was eerder? De heer Van Nispen of mevrouw Van Toorenburg? De heer Van Nispen.

De heer Van Nispen (SP):

Ik steun dit verzoek van harte. Het is een belangrijk debat.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Volgens mij hebben we een wetsvoorstel dat naar de Kamer komt. Ik weet dat naar aanleiding van een brief. Ik wil eerst dat wetsvoorstel hebben en dan het debat. Dat gaat namelijk over de handschoen die is opgepakt door het kabinet om iets te doen met de strafmaat van doodslag en moord.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, van harte steun.

De heer Groothuizen (D66):

Voorzitter, we hebben recent inderdaad de brief gehad waarin het kabinet precies dit wetsvoorstel aankondigt. Dat lijkt me het beste moment om het debat te voeren.

De voorzitter:

Dus geen steun.

Mevrouw Becker (VVD):

Ik sluit me aan bij de heer Groothuizen. Geen steun.

De heer Van den Berge (GroenLinks):

Van harte steun voor het verzoek.

De heer Bisschop (SGP):

Steun voor het verzoek.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Dat is buitengewoon teleurstellend, voorzitter. Want zoals we weten, kunnen wetsvoorstellen heel lang duren. Dan verzinnen we hoe we het op een andere manier wel spoedig kunnen behandelen, want het is niet uit te leggen aan de familie dat we dit op de lange baan schuiven.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik denk dat iedereen ... Nou, ik ga niks meer zeggen, nee.

De heer Van Nispen (SP):

Voorzitter, het gaat hier niet over een wetsvoorstel. Het gaat hier over inspectierapporten over de zaak-Humeyra, een zaak met een dramatische afloop. Het zou heel raar zijn om vernietigende inspectierapporten niet spoedig te gaan bespreken. Dat is echt onbestaanbaar.

De voorzitter:

De meerderheid heeft daar een andere mening over.

Mevrouw Maeijer namens de PVV.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Het Verenigd Koninkrijk vertrekt uit de Europese Unie. Dat is een historisch besluit. De Britten laten ons zien dat Europese integratie niet onomkeerbaar is. Ook wij hier in Nederland kunnen nee zeggen tegen het verschepen van miljarden naar Brussel, tegen Green Deals, tegen open grenzen en tegen het steeds meer uit handen geven van zeggenschap.

De voorzitter:

U wilt een debat, ja.

Mevrouw Maeijer (PVV):

De PVV wil daarom een debat met de minister-president over een Nederlands vertrek uit de Europese Unie, over een nexit.

De heer Anne Mulder (VVD):

Mijn fractie heeft geen behoefte aan een debat over de nexit. Wij hebben dit jaar al twee moties gehad over de nexit, alleen gesteund door de PVV. Het is wel goed om te debatteren over de brexit en de gevolgen voor Nederland daarvan en het mandaat van Barnier. Laten we dat doen in een algemeen overleg.

De voorzitter:

Goed. U steunt het verzoek dus niet.

De heer Verhoeven (D66):

Voorzitter. Ik steun het ook niet. We hebben het vaak genoeg gehad over nexit en brexit. Wij zullen het daar ook nog vaak over hebben als het gaat om de brexit, maar dan de afhandeling daarvan. Dat kan gewoon volgend jaar.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Geen steun.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Nee, voorzitter, ook niet.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Laten we reëel zijn. Er is nu een nieuwe situatie ontstaan. Het lijkt me zeer zinvol om daarover het gesprek te voeren. Dus steun voor het voorstel.

De voorzitter:

Steun dus, ja.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. We spreken ook niet over de verkiezingsuitslag van Duitsland, Frankrijk of België. Daarom steun ik dit niet. We weten dat we bij het een volgende top hoe dan ook weer over het verloop van de brexit gaan hebben.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter, geen steun voor het verzoek. In de commissie wil ik wel graag een iets langer algemeen overleg over de volgende Raad Algemene Zaken, omdat de Nederlandse regering moet bepalen wat de inzet voor de brexitonderhandeling is. Dat is wel een relevante vraag, in tegenstelling tot ...

De voorzitter:

Ja, maar dat is bij de commissie aan de orde. U heeft geen steun, mevrouw Maeijer. Dank u wel.

De heer Martin Bosma namens de PVV.

De heer Martin Bosma (PVV):

Voorzitter. Het lijkt er zowaar op dat de minister ons niet juist heeft ingelicht. Dat is aan het licht gekomen door de publicatie van het rapport van de Rekenkamer. Dan heb ik het over het gebrek aan transparantie en het uitgeven van heel veel geld door de staatsomroep, de NPO. Dat heeft betrekking op programma's zoals College Tour en mevrouw Dessing et cetera.

De voorzitter:

U wilt een debat, begrijp ik?

De heer Martin Bosma (PVV):

Daar wil ik heel graag een debat over en dat wilde ik het liefst voor de kerst, want zo kunnen we niet het kerstreces in met z'n allen, voorzitter.

De voorzitter:

Voor de kerst van 20..?

De heer Martin Bosma (PVV):

2028. Nee, van dit jaar graag, als het kan.

De voorzitter:

Oké. De heer Öztürk namens DENK.

De heer Martin Bosma (PVV):

U vindt vast wel een gaatje ergens.

De heer Öztürk (DENK):

Ik zag eerst El Yassini van de VVD hetzelfde debat aanvragen. Maar ik zie nu de heer Bosma tegenover mij.

De heer Martin Bosma (PVV):

Hij durfde niet.

De heer Öztürk (DENK):

Oké. Nou, dan weten we dat.

Voorzitter, wat Matthijs van Nieuwkerk is voor de NPO is Klaas Dijkhoff voor de Kamer ...

De voorzitter:

Steunt u het verzoek, of niet?

De heer Öztürk (DENK):

... dus van harte steun voor het debat.

De voorzitter:

U steunt het. Oké.

De heer Kwint (SP):

Voorzitter. Wij hebben meerdere keren aan de minister gevraagd of die ontwijking van die ministersnorm wel of niet gebeurt. "Nee, het gebeurt niet." Nu schijnt het wel te gebeuren. Dat lijkt mij alle reden voor een debat.

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek?

De heer Kwint (SP):

Ja. Het hoeft niet per se voor donderdagavond, maar het debat moet zeker gevoerd worden.

De heer Van der Molen (CDA):

Voorzitter. Dat Rekenkamerrapport roept wel vragen op, maar we hebben zelf een procedure via de commissie OCW. Die heeft een algemeen overleg of wat we maar willen. Dat zal in ieder geval sneller zijn dan wanneer we hier nu een debat toestaan. Dus geen steun.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Voorzitter. Het is goed om hierover te praten. Plenair is prima, maar het mag ook in de procedurevergadering. Het lijkt ons goed om dan de positie van journalisten in brede zin mee te nemen, omdat we bijvoorbeeld ook zien dat het aantal tijdelijke contracten voor veel mensen toeneemt. Dat gaan wij in ieder geval ook meenemen in dit debat.

De voorzitter:

Maar steunt u het verzoek?

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Ja.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, geen steun voor het verzoek. Ik denk dat dit ingepland kan worden met of gekoppeld kan worden aan de bespreking van het rapport van de Algemene Rekenkamer. Ik wil hier wel een brief over, ook in aanloop daarnaartoe, over wat er gedaan moet worden om dit soort geintjes en trucjes te voorkomen.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Voorzitter, steun voor het verzoek, al hoeft het ook wat mij betreft niet voor donderdagavond plaats te vinden.

De heer El Yassini (VVD):

Mevrouw de voorzitter, geen steun voor het verzoek. Dit is juist een onderwerp dat we aanpakken via het AO. Ik heb zelf mondelinge vragen aangemeld, maar die zijn het helaas niet geworden. Ik denk dat daarin de verwarring zat tussen de heer Bosma en mijzelf. Maar ik zou het zeker via een AO doen. Geen steun voor dit debat.

De heer Sneller (D66):

De vragen zijn volgens mij terecht, maar geen steun voor een plenair debat.

De voorzitter:

Meneer Bosma, u heeft geen meerderheid. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Emiel van Dijk namens de PVV.

De heer Emiel van Dijk (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Asielzoekers die door de Nederlandse Staat gekoppeld zijn aan oorlogsmisdaden, blijken nu gepamperd te worden in bed-bad-broodopvang voor illegalen. Ik vraag me af of ze hier in Nederland wel helemaal goed bij hun hoofd zijn. Wij willen van de hoed en de rand weten. Wij willen graag eerst een brief met antwoorden op de volgende vragen. Om hoeveel oorlogsmisdadigers gaat het? Uit welke landen komen die oorlogsmisdadigers? In welke gemeenten houden ze zich op? Daarna willen we een debat hierover voeren met de staatssecretaris.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter, steun voor een brief. Op basis daarvan beoordelen we of een debat nodig is.

De voorzitter:

Dus geen steun.

Mevrouw Becker (VVD):

Voorzitter. De VVD wil ook van de hoed en de rand weten. Wij dienen ook vragen hierover in, maar vooralsnog geen steun voor een apart debat.

De heer Kuzu (DENK):

Geen steun, voorzitter.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter, eerst een brief en dan kunnen we beoordelen of daar een debat over moet plaatsvinden.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Ook geen steun.

De heer Bisschop (SGP):

Steun voor de brief en vervolgens op basis daarvan beoordelen of een debat noodzakelijk is.

De heer Groothuizen (D66):

Geen steun, voorzitter.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor een brief en daarna bekijken of een debat nodig is.

De voorzitter:

Meneer Emiel van Dijk, u heeft geen steun. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

U heeft nog een verzoek.

De heer Emiel van Dijk (PVV):

Ja, voorzitter. Als het zo doorgaat, groeit de bevolking naar bijna 20 miljoen inwoners. Als we het CBS en bepaalde hoogleraren mogen geloven, worden we als Nederlander over een paar decennia een vreemde in ons eigen land. Nederlanders hebben net als de PVV genoeg van dit opengrenzenbeleid. Er is zojuist een poll naar buiten gekomen waaruit blijkt dat 94% van de Nederlanders de grenzen wil sluiten. Dus daar willen wij graag een debat over hebben.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Oud-collega Sybrand Buma heeft een motie ingediend die is aangenomen in de Kamer, over een analyse van die bevolkingsgroei. We hebben daar in het afgelopen AO aandacht aan besteed. We komen daar morgen op terug in het VAO. Volgens mij is het debat daarover dus gaande.

De voorzitter:

Dus geen steun.

Mevrouw Becker (VVD):

Voorzitter. Mijn fractievoorzitter, Klaas Dijkhoff, heeft diezelfde motie mede-ingediend. Het kabinet is ermee aan de slag. Voor de kerst, of in dit jaar, krijgen we nog informatie van het kabinet. Dat wachten we af. Nu geen steun voor dit verzoek.

De heer Kuzu (DENK):

Geen steun voor deze bangmakerij, voorzitter.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Ik wacht ook al tijden op de uitvoering van die motie, dus eerst dat graag.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, geen steun voor een debat. Wel graag een reactie van het kabinet op deze informatie.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Voorzitter, wij wachten graag de uitvoering van de motie af.

De heer Groothuizen (D66):

Voorzitter, geen steun.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Geen steun.

De voorzitter:

Meneer Emiel van Dijk, u heeft geen meerderheid. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Dank u wel.

De heer Gijs van Dijk namens de PvdA.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Voorzitter. 30 uur per week werken in plaats van 36, 38 of voor velen in Nederland 40. Dat is een bekende discussie die elke keer terugkomt. We hebben het hier in de Kamer ook over meer werken. Het CNV pleitte via De Telegraaf zaterdag voor minder werken. Ik zou daar graag een wat uitgebreider debat over voeren in deze Kamer.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Goed plan. Steun.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Idem.

Mevrouw Becker (VVD):

Voorzitter. Wij vinden het op zich ook een goed plan, maar dat kan ook in een AO Arbeidsmarktbeleid. Dus geen steun voor dit verzoek.

Mevrouw Palland (CDA):

Het lijkt mij goed als het kabinet reageert op dit voorstel en dat we dat betrekken bij het AO op 15 januari over arbeidsmarktbeleid.

De heer Van Weyenberg (D66):

Daar sluit ik mij ook bij aan. Geen steun. De brief is prima.

De heer Bisschop (SGP):

Geen steun voor een apart debat.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun voor het debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Geen steun.

De heer Kuzu (DENK):

Geen steun, voorzitter.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Geen behoefte hierover te debatteren.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, van harte steun.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Net aan? Nee.

De voorzitter:

Nou, nee.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Het leek er op dat het net de goede kant op zou vallen, maar ik wacht de brief af. Het zou mooi zijn als we die voor het AO Arbeidsmarktbeleid hebben en dan kunnen we die daarbij betrekken. Dank u wel.

De voorzitter:

Zo is dat. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Beckerman namens de SP.

Mevrouw Beckerman (SP):

Dank u wel. Voorzitter. Gisteren weer een onderzoek van Perspectief waaruit blijkt dat Groningers met schade steeds minder vertrouwen hebben dat het goed komt. Een van hun belangrijkste conclusies is dat de overheidsaanpak van nu nog niet werkt, dat er te weinig sprake is van een crisisaanpak en dat er te weinig rekening wordt gehouden met de gezondheid. Daarom wil ik vragen om een debat over integrale oplossingen en dus met de minister van EZK maar juist ook met de minister die verantwoordelijk is voor zorg.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Steun voor dit verzoek, voorzitter.

De heer Harbers (VVD):

Voorzitter. Juist om al deze actualiteiten te bespreken, hebben we iedere zes weken een AO Groningen. Voor dit moment geen steun voor een debat. Wel steun voor een brief naar aanleiding van dit signaal. Na ommekomst van die brief kunnen we dan kijken wat de snelste manier is om dit te bespreken. Ofwel in een AO ofwel alsnog in een debat.

De heer Sienot (D66):

Uitstekend voorstel van de heer ... eh ...

De voorzitter:

Harbers.

De heer Sienot (D66):

... Harbers van de VVD.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, van harte steun.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Ja, ik ben het ook eens met Mark.

De voorzitter:

De heer Harbers bedoelt u.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, gelet op die formulering moet het wel bijna doorgestoken kaart zijn dat ze het eens zouden zijn. Geen steun voor dit voorstel. Ik denk dat het thema eens in de drie weken aan de orde komt en daar kan het dus prima een plek krijgen.

De heer Van Raan (PvdD):

Ja, steun voor Sandra.

De voorzitter:

Nee.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik geef op zich steun, maar ik ben wel van plan dit te bespreken in de eerste week na het reces bij het wetsvoorstel over het Instituut Mijnbouwschade, waarbij we echt heel veel spreektijd hebben. Ik denk dat het dan in ieder geval al ruim aan bod komt.

De voorzitter:

Ik reken het gewoon als steun.

De heer Kops (PVV):

Geen steun, voorzitter.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik deel de grote zorgen als het hierom gaat, maar we hebben inderdaad deze week nog een VAO, na het reces een wetsbehandeling en dan weer een algemeen overleg. Dus er zijn echt verschillende momenten om dit aan de orde stellen.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Van Otterloo (50PLUS):

Steun.

De voorzitter:

Dan heeft u geen ...

Mevrouw Beckerman (SP):

Ik heb genoeg steun voor een dertigledendebat. Ik laat het ook opschrijven. Het is wel erg saillant dat steeds naar een AO wordt verwezen dat juist door diezelfde partijen is afgevoerd van de lijst. Ik denk dat juist de aanwezigheid van de minister van Zorg heel belangrijk is omdat dat aspect te weinig aandacht krijgt. Dus vandaar dat ik het op de lijst van dertigledendebatten wil zetten.

De voorzitter:

Oké. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Dit debat wordt toegevoegd aan de lijst van dertigledendebatten.

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Karabulut namens de SP.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter, dank u wel. Ik zou graag een interpellatiedebat willen, nog deze week, voor het kerstreces, met de minister van Defensie, omdat nu lijkt en blijkt dat zij ons verkeerd heeft geïnformeerd over een eindrapport over 70 burgerslachtoffers in Hawija in Irak als gevolg van een Nederlands bombardement. CENTCOM, het Amerikaanse commandocentrum, zegt dat er wel degelijk een rapport is opgemaakt en de minister vertelde ons afgelopen maand van niet.

De heer Bosman (VVD):

Voorzitter. Het is verstandig om de feiten goed te hebben, dus ik wil graag op korte termijn een brief van het kabinet waarin de definities even helder worden weergegeven. Wat voor verschillende rapporten zijn er? Wat is de status van die rapporten? Want ik wil voorkomen dat we een debat gaan houden over iets wat zo meteen misschien een definitieprobleem is. Dus inhoudelijk is het belangrijk genoeg, maar ik wil graag even de feiten en de definities weten.

De voorzitter:

Maar steun voor het verzoek?

De heer Bosman (VVD):

Geen steun.

De voorzitter:

Oké.

De heer Van Helvert (CDA):

Voorzitter. In het feitenrelaas en ook in de debatten bleek dat het ministerie regelmatig contact heeft met CENTCOM. Mij lijkt het dus heel helder en verstandig om eerst een brief te vragen om even helder uiteen te zetten wat nou de verschillen of juist de overeenkomsten zijn en het pas daarna te beoordelen.

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun.

De heer Van Helvert (CDA):

Laten we elkaar dus niet vlak voor kerst gek maken. Laten we eerst rustig vragen wat er aan de hand is.

De voorzitter:

Ja.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Steun voor zowel het debat als een brief.

Mevrouw Diks (GroenLinks):

Voorzitter. De zaak rondom de burgerdoden in Hawija wordt met de dag eigenaardiger, dus grote steun voor het interpellatieverzoek en ook voor het idee om het nog deze week te houden.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, geen steun voor het verzoek, wel steun voor de suggestie om daar een toelichting op te vragen in een brief.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik ben ook benieuwd hoe het nu precies zit, want de berichten spreken elkaar tegen. Maar het lijkt mij voor de hand liggen dat die informatie zo naar de Kamer kan en dan kunnen we er donderdag nog over spreken, want dan spreken we over Irak. Dus als de brief er is voor donderdag, dan kunnen we er donderdag over spreken.

Mevrouw Belhaj (D66):

Voorzitter. Ik steun het verzoek tot een interpellatiedebat en ook om het debat zo spoedig mogelijk te kunnen voeren. Ik denk dat dit een onderwerp is waarbij volstrekte helderheid wordt verwacht en er is nu toch weer onduidelijkheid ontstaan.

De voorzitter:

De heer Van Raan van de Partij voor de ... van de ... voor de Dieren.

De heer Van Raan (PvdD):

Bent u eruit, voorzitter? In ieder geval steun voor het debat.

De heer Öztürk (DENK):

Steun voor het interpellatiedebat, maar ook voor snel een brief.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, steun voor het verzoek voor het zo snel mogelijk houden, deze week, van het debat, en voor de brief.

De heer De Roon (PVV):

Steun voor het verzoek van mevrouw Karabulut.

De voorzitter:

Er is een meerderheid voor het deze week houden van een interpellatiedebat.

Mevrouw Karabulut (SP):

Klopt. Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Van Helvert (CDA):

Voorzitter, even een punt van orde. Is het dan ook gelijk deze week? Want ik zou de Kamer er ook wel toe willen oproepen dat we onszelf niet gek moeten laten maken. Iedereen wil graag duidelijkheid, maar we maken onszelf gek door in deze drukke laatste week nog een belangrijk debat te voeren over een bombardement dat vijf jaar geleden heeft plaatsgevonden. Als we dat nu goed voorbereiden en na het reces doen, maakt dat geen verschil. Ik zou de Kamer dus willen vragen: is er ook expliciet gezegd dat we het deze week doen? Want daarvoor is volgens mij geen aanleiding.

De voorzitter:

Ja, D66 heeft het gesteund en ook de rest van de oppositie, dus er is gewoon een meerderheid voor het deze week houden van een interpellatiedebat. Ik wilde bijna afsluiten, maar we zijn nog niet klaar.

Mevrouw Dik-Faber namens de ChristenUnie. O, en ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Dik-Faber.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dank u wel, voorzitter. Er is een plenair debat gepland over de dakloosheid in ons land. Die neemt helaas hand over hand toe. Het kabinet zit erbovenop, dus het is goed dat dat plenaire debat ook snel op de agenda komt. Daar is ook om verzocht. Dat is ook gehonoreerd door een meerderheid in de Kamer. Het voorstel van de ChristenUnie is om daar niet alleen de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister voor Wonen en Milieu bij uit te nodigen, maar ook de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, omdat dakloosheid een integrale aanpak vergt. Uiteraard gaat het kabinet over de eigen afvaardiging, maar ik zou toch graag vanuit de Tweede Kamer nadrukkelijk deze uitnodiging willen doen aan de drie bewindspersonen.

De voorzitter:

Ja, dus het gaat eigenlijk om een bestaand debat en het verzoek is om de staatssecretaris van Sociale Zaken daarbij uit te nodigen en om het snel in te plannen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Volgens mij heeft de Kamer intussen al gezegd dat het snel ingepland moet worden. Dus ik dacht: ik doe mijn verzoek vandaag.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik vind het een logisch verzoek. Ik steun het van harte, al blijft het zo dat het kabinet over zijn eigen afvaardiging gaat.

Mevrouw Diertens (D66):

Dit is ook al geagendeerd voor het AO van donderdag. Ook zou ik willen zeggen dat het kabinet over de eigen afvaardiging gaat.

De heer Kuzu (DENK):

Prima voorstel van de ChristenUnie, voorzitter. Steun.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, steun.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Steun.

Mevrouw Geluk-Poortvliet (CDA):

Voorzitter. Ik begrijp het verzoek, want dakloosheid heeft natuurlijk vele oorzaken. Maar ik wil het graag houden bij het AO van aanstaande donderdag over de maatschappelijke opvang. Daar is staatssecretaris Blokhuis voor verantwoordelijk. Dus eerst de maatschappelijke opvang.

De voorzitter:

Goed, dus voorlopig geen steun.

Mevrouw Regterschot (VVD):

Ik sluit me aan bij het standpunt van mevrouw Geluk.

De heer Bisschop (SGP):

Wat ons betreft gaat het kabinet over zijn eigen afvaardiging.

De heer Futselaar (SP):

Steun.

De heer Kops (PVV):

Steun.

De heer Van Otterloo (50PLUS):

Steun.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Dik-Faber.

De heer Sjoerdsma namens D66.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Ik doe graag een vooraankondiging voor het VAO Kernwapens, te houden de eerste week na het reces.

De voorzitter:

Dan zullen we daar in de planning rekening mee houden.

De heer Sjoerdsma (D66):

Dank.

De voorzitter:

Dank u wel.

Mevrouw Bergkamp namens D66.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, dank u wel. Nederland is dit jaar op de ranglijst voor gendergelijkheid van het World Economic Forum met liefst elf plekken gezakt. We staan nu op de 38ste plaats. Dat is niet echt een plaats om trots op te zijn. Vandaar dat ik een debat wil met de minister van OCW en Emancipatie.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik deel de teleurstelling en ik ben ook heel benieuwd wat het kabinet daaraan gaat doen. Dus wij steunen van harte dit debat.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Voorzitter. Geheel eens met dit verzoek. Het is eigenlijk een plek om niet heel trots op te zijn. Dus zeker reden voor een debat.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Het is hoog tijd om die neerwaartse spiraal te doen omdraaien. Daarom van harte steun.

De heer Kops (PVV):

Geen steun.

De heer Futselaar (SP):

Steun.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Gezien de frequentie waarmee we over dit thema spreken, lijkt me een extra debat niet nodig. Een analyse daarvan en een toelichting daarop van het kabinet, prima. En dan komt het te zijner tijd vanzelf aan de orde.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Steun.

Mevrouw Geluk-Poortvliet (CDA):

Steun.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Steun.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik steun het verzoek om een brief. Ik zou het graag willen bespreken in een algemeen overleg.

De voorzitter:

Voorlopig geen steun. Maar u heeft een meerderheid, mevrouw Bergkamp. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Dank u wel.

De voorzitter:

Meneer Kuzu, ik zie u staan maar ik zie u niet op mijn lijst. O, ik hoor nu dat u de heer Azarkan vervangt. Oké. Maar mevrouw Kröger is eerst aan de beurt.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Voorzitter. We hebben net bij het debat over het MIRT gepraat over de zeven snelwegen die dit kabinet door wil laten gaan, waarbij de stelling van de minister was dat het RIVM had aangegeven dat er genoeg stikstofruimte was. We hebben een hoorzitting gehad met het RIVM en het RIVM ontkent dat. Dat is, wat ons betreft, problematisch. Wij willen heel graag een debat voeren over deze zeven snelwegen en de stikstofruimte. We willen daarvoor een brief van de minister over hoe dit nou zit. Heeft het RIVM nou wel of niet gezegd dat er genoeg stikstofruimte zou zijn?

De heer Schonis (D66):

Voorzitter. Geen steun voor het debat, want morgen is er al het AO PAS. Ik zou wel het verzoek om een brief willen steunen. Volgens mij kan dat heel snel. Dan kunnen we die morgen gelijk bij het debat betrekken.

De heer Futselaar (SP):

Voorzitter, steun. Absoluut.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Geen steun voor het debat, wel steun voor een brief waarin het uitgelegd wordt.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Voorzitter, van harte steun.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, de lijn van D66 en de VVD lijkt mij uitstekend.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Postma (CDA):

Voorzitter, geen steun voor het debat, wel steun voor een brief.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Graag een brief voor morgenmiddag. Dan kan het bij het AO betrokken worden.

De heer Van Aalst (PVV):

Voorzitter, geen steun voor het debat. Wel steun om deze projecten zo snel mogelijk uit te voeren.

De voorzitter:

Mevrouw Kröger, u heeft geen meerderheid. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Voorzitter. Diverse collega's hebben gevraagd om die brief te krijgen vóór het AO over de PAS morgenmiddag. Het lijkt mij een goede lijn om die brief in ieder geval zo snel mogelijk te krijgen. Ik zou het wel graag als dertigledendebat willen plaatsen. Op basis van de inhoud van de brief kijken we verder.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Ik voeg dit debat toe aan de lijst van dertigledendebatten.

De heer Kuzu namens DENK.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Ik vind dit een belangrijk onderwerp. Ik kan me voorstellen dat de collega-onderwijswoordvoerders, die een poosje geleden stonden te schreeuwen om een debat over de situatie op het Cornelius Haga Lyceum, het hoofdredactioneel commentaar in NRC Handelsblad hebben gelezen. Daarin stond dat van de onafhankelijkheid van de onderwijsinspectie weinig over is en hoe de onderwijsinspectie buiten haar boekje te werk is gegaan. Dit is ernstig. Het gaat over de onafhankelijkheid van de rechtsstaat. Het gaat over de onafhankelijkheid van de inspectie. Daar wil ik een debat over met de minister van Onderwijs.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Voorzitter. Net zoals vorige week steunen wij dit verzoek niet, omdat de kwestie nog onder de rechter is. Wij willen die zaak eerst graag afwachten, voordat we er hier in de Kamer over spreken.

De heer Futselaar (SP):

Voorzitter. Een belangrijk onderwerp, maar wij wachten op de uitspraak van de rechter.

De heer Kops (PVV):

Geen steun.

De heer Van Meenen (D66):

Geen steun. We wachten de rechterlijke uitspraak af.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Daar ben ik het mee eens.

De heer Van der Molen (CDA):

Geen steun, voorzitter.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Geen steun, te vroegtijdig.

De heer Wiersma (VVD):

Geen steun.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter. Zodra het niet langer onder de rechter is, moeten we het er zeker over hebben.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Had ik datzelfde argument maar gehoord op het moment dat dat debat een paar maanden geleden werd aangevraagd. Toen was het ook onder de rechter. Dit is rechtszaak nummer 53.

De voorzitter:

Nee.

De heer Kuzu (DENK):

Maar goed. We weten voldoende. Ik zal het volgende moment weer aangrijpen om hierover een debat aan te vragen.

De voorzitter:

Dank u wel.

Dan gaan we tot slot naar de heer Van der Molen namens het CDA.

De heer Van der Molen (CDA):

Dank u wel, voorzitter. Vorige week landde er in Twente een ufo met mensen van een andere planeet. In de week dat wij met elkaar de discussie voerden over de verengelsing in het hoger onderwijs, maakte de Universiteit Twente namelijk bekend dat in hun volledige organisatie de woordvoering voortaan in het Engels gaat, op alle vlakken, op alle onderwerpen. De discussie over de verengelsing in het hoger onderwijs is nog niet afgelopen. Ik vraag een debat aan met de minister van Onderwijs om over dit besluit van de Universiteit Twente, en overigens ook over de TU Eindhoven, met haar te discussiëren.

De heer Bisschop (SGP):

Was dat ook niet de week waarin een bepaald instituut als laagste in de ranglijst kwam als het ging om de kwaliteit van het onderwijs? Wij steunen een debat niet, maar wel een brief. Ik wil graag weten hoe de minister hierop gaat acteren in het licht van het nieuwe wetsvoorstel.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik vind het jammer en onverstandig, maar het is aan de universiteit om haar eigen organisatie in te richten. Ik vind het geen onderwerp voor een politiek debat.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Voorzitter. We hebben hier inderdaad een uitgebreid debat gehad over de Wet taal en toegankelijkheid, dus dit lijkt me nu geen aanleiding voor een plenair debat.

De heer Kops (PVV):

Steun.

De heer Paternotte (D66):

Madam speaker. Opvallend was het zeker. Aan de andere kant vind ik het nog steeds een taak van de universiteiten zelf om te bepalen hoe ze binnen de deuren met elkaar praten als het niet over het onderwijs gaat. Wat mij betreft is er dus ook geen reden om dat debat hier te voeren.

De heer Futselaar (SP):

Voorzitter. Het is een publieke organisatie, die door Nederlands belastinggeld wordt gefinancierd. Het is de regel dat bij zo'n organisatie in het Nederlands besluiten worden genomen. Het lijkt mij dat dat ook voor Twente moet gelden. Wij steunen het debat dus.

De heer Wiersma (VVD):

Voorzitter. Ik weet dat dit een aangelegen punt is, maar ik zou zeggen dat de snelste manier om dit te bespreken bij het ibo is, dat we al op de agenda hebben staan. Dat is in februari en zal gaan over internationalisering en de strategische agenda hoger onderwijs. Dat lijkt mij dan het beste.

De voorzitter:

U steunt het dus niet?

De heer Wiersma (VVD):

Inderdaad, want anders zijn we twee jaar verder en dan spreken ze daar al lang en breed heel veel Engels. Ik steun het dus niet om dit op een lange lijst te zetten, maar wel om het snel te bespreken in dat AO.

De voorzitter:

Oké. Meneer Van der Molen?

De heer Van der Molen (CDA):

Ik heb begrepen dat ik steun heb van 30 zetels, dus ik zou u willen verzoeken om dit aan de lijst van dertigledendebatten toe te voegen.

De voorzitter:

Dat gaan we doen. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Voorzitter: Martin Bosma

Naar boven