Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | nr. 60, item 8 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | nr. 60, item 8 |
Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Aanvulling en wijziging van de Omgevingswet, intrekking van enkele wetten over de fysieke leefomgeving, wijziging van andere wetten en regeling van overgangsrecht voor de invoering van de Omgevingswet (Invoeringswet Omgevingswet),
te weten:
-de motie-Smeulders/Van Eijs over het kwantificeren van "zachte" waarden (34986, nr. 24);
-de motie-Smeulders/Van Gerven over een landelijk dekkend monitoringssysteem voor het landschap (34986, nr. 25);
-de motie-Ronnes c.s. over een update van de voortgang van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (34986, nr. 26);
-de motie-Van Gerven over een transitiefonds voor gemeenten (34986, nr. 27);
-de motie-Van Gerven over de verantwoordelijkheid voor het beschermingsniveau op het gebied van luchtkwaliteit (34986, nr. 28);
-de motie-Van Gerven over normen voor veiligheid en gezondheid opnemen in de Aanvullingswetten (34986, nr. 29);
-de motie-Kops over het uitsluiten van windparken, asielzoekerscentra en moskeeën (34986, nr. 30);
-de motie-Bisschop c.s. over een onafhankelijke mkb-toets (34986, nr. 31);
-de motie-Bisschop over een werkgroep van onafhankelijke experts voor het beoordelen van regelingen voor schadevergoedingen (34986, nr. 32);
-de motie-Van Eijs over het standstillbeginsel van toepassing verklaren op omgevingswaarden (34986, nr. 34).
(Zie vergadering van 19 februari 2019.)
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat met de invoering van de Omgevingswet decentrale overheden meer afwegings- en beoordelingsruimte krijgen ten aanzien van de fysieke leefomgeving;
overwegende dat economische voordelen van een activiteit voor een gemeente vaak sneller en duidelijker zichtbaar zijn dan milieu- en gezondheidseffecten op de langere termijn;
overwegende dat dit ertoe kan leiden dat zogenaamde "zachte" waarden het onderspit delven door het ontbreken van duidelijke kaders vanuit de rijksoverheid voor het afwegen van verschillende belangen;
overwegende dat onder andere de Gezondheidsraad aangeeft dat de rijksoverheid een actieve rol zou moeten spelen in het ontwikkelen van methoden om zogenaamde "zachte" waarden te kwantificeren;
verzoekt de regering om in samenspraak met decentrale overheden een methode te ontwikkelen die decentrale overheden helpt bij het maken van integrale afwegingen, waarbij ook waarden die niet direct in economische waarden te vertalen zijn, zoals milieu, gezondheid en klimaat, op een evenwichtige manier worden meegenomen, en de Kamer over de uitkomsten te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van mening dat ons landschap behoort tot het belangrijkste erfgoed dat we bezitten en van essentieel belang is voor onze culturele identiteit en ons welzijn;
overwegende dat het landschapsbeleid tot de autonome taak van bestuursorganen behoort;
overwegende dat op dit moment zowel Rijk, decentrale overheden en intermediaire organisaties gegevens verzamelen over de kwaliteit van het landschap;
overwegende dat het van belang is dat de kwaliteit van ons landschap op een voldoende coherente wijze wordt gemonitord;
overwegende dat het College van Rijksadviseurs heeft geconstateerd dat de monitoring van landschappelijke kwaliteit voor verbetering vatbaar is;
verzoekt de regering in overleg te treden met decentrale overheden om samen te bezien of bestaande gegevens over landschappelijke kwaliteit op een meer uniforme wijze kunnen worden ontsloten en de Kamer hierover voor eind 2019 te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De motie-Bisschop c.s. (34986, nr. 31) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Bisschop, Ronnes en Laan-Geselschap. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er voldoende ruimtelijke gebieden zijn waarin de lucht-, bodem- en waterkwaliteit ruim, ver boven de wettelijke ondergrens ligt;
constaterende dat het standstillbeginsel inhoudt dat de milieusituatie van een bepaald gebied niet verslechtert ook wanneer zich nieuwe afwijkingen in dat gebied voordoen;
constaterende dat in het huidig recht het standstillbeginsel is gecodificeerd in artikel 5.2, lid 3 van de Wet Milieubeheer, dat gaat over milieukwaliteitseisen en niet is overgenomen in de Omgevingswet;
van mening dat de nieuwe Omgevingswet er niet toe mag leiden dat de bestaande milieusituatie per saldo verslechtert;
verzoekt de regering om in de verdere uitwerking van de Omgevingswet het standstillprincipe als uitgangspunt te blijven hanteren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
Ik stel vast dat wij nu over de gewijzigde moties kunnen stemmen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de SGP en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66 en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdD, DENK en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdD, DENK, 50PLUS, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, de SGP en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66 en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20182019-60-8.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.