2 Vragenuur: Vragen Leijten

Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 136 van het Reglement van Orde.

Vragen van het lid Leijten aan de staatssecretaris van Financiën over het bericht dat de Belastingdienst duizenden risicovolle aangiften niet controleert.

De voorzitter:

Aan de orde is het mondelinge vragenuur en vandaag beginnen wij met de vraag van mevrouw Leijten namens de SP-fractie aan de staatssecretaris van Financiën, die ik van harte welkom heet, over het bericht dat de Belastingdienst duizenden risicovolle aangiften niet controleert.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Als iemand te veel toeslagen krijgt, is dat onrechtvaardig naar mensen die gewoon belasting betalen. Als een bedrijf met allerlei ingewikkelde constructies en een duur belastingadvies kan doen alsof het veel minder winst maakt dan waarover belasting moet worden betaald, is dat onrechtvaardig naar iedereen die belasting betaalt. Daar hebben wij een Belastingdienst voor, om te zorgen dat het rechtvaardig is, dat het eerlijk is.

Maar wat schetst mijn verbazing? Wij hebben risicovolle aangiften van bedrijven. Zij gaan naar een belastingadviesbureau dat hun vertelt welke routes zij kunnen nemen, welke regeltjes zij kunnen volgen om zo min mogelijk belasting te betalen. De Belastingdienst pikt die eruit als risicovolle aangiften: hier zijn bedrijven aan het werk om de belasting te ontwijken. Dat mag niet; daar moeten wij bovenop zitten. Die minder dan 2% geselecteerde bedrijven moeten gewoon binnenstebuiten worden gekeerd. Maar helaas, de Belastingdienst kan het allemaal niet aan.

Door jarenlang wanbeleid, door VVD'ers, door CDA'ers, kan de Belastingdienst nu, zo zegt hij, deze risicovolle aangiften die honderden miljoenen aan extra naheffing kunnen opleveren, niet controleren. Als je €1 te veel verdient, moet je je hele huurtoeslag terugbetalen. Er vinden gigantische navorderingen van toeslagen plaats. Als je te veel hebt gekregen, moet dat uiteindelijk ook terug, maar als je met duur advies de Belastingdienst kan tillen, dan kan de Belastingdienst niet zeggen: o, dat laten wij lopen.

Dus ik wil maar één ding van de staatssecretaris: wij laten deze bedrijven niet lopen.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de staatssecretaris van Financiën.

Staatssecretaris Snel:

Voorzitter, dank u wel. Ik ben vooral blij dat ik wat spreektijd krijg — het zal niet meer dan twee minuten zijn — om wat misverstanden hierover weg te nemen. Wij hebben het vandaag over het risicogerichte toezicht van de Belastingdienst. Veel van deze afwegingen worden binnen de dienst gemaakt: operationele afwegingen met betrekking tot het eigen toezichtbeleid. Wij hebben daarover uitgebreid gesproken en gerapporteerd in het Jaarplan, maar volgens mij is het verstandig om het werkproces kort toe te lichten zodat u begrijpt waarom het hier volgens mij om een misverstand gaat.

Laten wij het belastingjaar 2016 nemen; daar gaat het om. In dat jaar zijn ongeveer 680.000 aangiften gedaan door mkb-ondernemers. Al deze inkomende aangiften worden geautomatiseerd beoordeeld op aanwezige risico's. Die detectie gebeurt op basis van selectieregels; dat zijn ervaringen uit het verleden. Aangiften die niet door deze selectie heenkomen, noemen wij de "uitgeworpen aangiften". Daar is iets mee; daar staat ergens een vinkje voor. Het gaat dan om ongeveer 17% van de gevallen. Dus in 83% van de gevallen zegt het risicosysteem: met deze aangifte lijkt niets mis te zijn.

Vervolgens wordt die 17% beoordeeld in drie risicocategorieën. De categorie risico 1 is het hoogste risico. Die aangiften worden allemaal stuk voor stuk 100% behandeld. Sommige blijken alsnog goed te zijn en die worden afgedaan. Maar bij een groot aandeel, ongeveer de helft, is er nog iets meer en dan gaan wij de diepte in.

Dan heb je een tweede bakje: risicobakje 2. Dat zijn risico's waar wij nog even naar willen kijken. Wat voor risico's zijn dat dan? Die zijn niet duidelijk mis, maar geven wel reden om daarnaar te kijken. Die worden ook bekeken. Sommige daarvan gaan naar bakje 1 en krijgen die 100%-controle en andere gaan in het risicobakje 3. Dat is ook een grote groep van aangiften die op zichzelf wel lijken te kloppen, maar bijvoorbeeld een relatie hebben met een aangifte die in bakje 2 of bakje 1 komt.

Kortom, en dat is de kern van mijn verhaal, van alle risico's die wij kunnen zien en die geselecteerd zijn, worden de hoogste risico's eruit gehaald. Die hoogste risico's worden allemaal bekeken. De zaken in bakje 2, die een iets minder hoog risico hebben, kunnen nog steeds voor een extra selectie in aanmerking komen en worden allemaal bekeken. Dit zeg ik omdat het heel belangrijk is dat we niet een beeld scheppen dat er mensen zijn die risicovolle constructies toepassen, die door ons ook als zodanig herkend worden, maar die niet aan onze toetsing onderhevig zouden zijn. Het is denk ik goed om dit binnen deze twee minuten even proberen duidelijk te maken.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik ben niet geïnteresseerd in bakjes. Ik ben geïnteresseerd in een eerlijke Belastingdienst, die de risicovolle aangiftes die uit zijn eigen selectie komen allemaal uitpluist, en niet bakje 2, of 3, of straks 4 of 5 toch maar eventjes laat passeren. Maar dat is wel besloten. Of is dat niet besloten? Ik wil dat weten. Kan dat besluit nog van tafel?

Staatssecretaris Snel:

Die 25.000 die in het krantenartikel naar voren zijn gekomen, zijn de aangiftes die in bakje 2 terecht zijn gekomen. Die hebben niet het hoogste risico, want die zijn allemaal afgedaan. Het gaat om risico's die bijvoorbeeld te maken hebben met een specifieke opdracht die wij in een bepaald jaar willen onderzoeken. In 2016 ging het bijvoorbeeld om emigrerende ondernemingen, om stichtingen en verenigingen, en om ondernemers die geld lenen van een vennootschap. Dat zijn dus zaken waar we zelf bewust wat meer naar wilden kijken. Als blijkt dat er vervolgens risico's zijn bij de aangifte, gaat die — u kunt dat flauw noemen — naar bakje 1. Dat betekent dat die allemaal ergens gecontroleerd gaan worden. Dan is er de verdeling van 90% en 10%. 90% van de groep uit bakje 2 kan vervolgens worden afgevoerd naar bakje 3. Daarmee zijn ze er niet helemaal vanaf. Het kan best zijn dat in het jaar daarna blijkt dat er nog steeds iets aan de hand is met die aangifte. Dan kan er alsnog naar gekeken worden. Daar hebben we vijf jaar voor. We kunnen vijf jaar terugkijken. Dus nogmaals, de suggestie dat er allerlei risicovolle aangiftes überhaupt niet door ons worden bekeken, is onjuist.

Mevrouw Leijten (SP):

Door het over laatjes te hebben kan je het misschien een beetje minder belangrijk maken, maar de Belastingdienst selecteert zelf op risico's. Dan komt 17% eruit rollen. Vervolgens doet hij het in verschillende postvakjes en zegt hij over één postvakje: dat bestaat niet; die doen we af. Dit waren de eigen selectiecriteria. Het gaat mij om het volgende. Dat antwoord wil ik nog steeds hebben. Is het besluit dat is genomen over die 25.000 risicovolle belastingaangiftes nu gepasseerd? Of kunnen die aangiftes gewoon nog allemaal gecontroleerd worden?

Staatssecretaris Snel:

Ik geef daar graag antwoord op. Het is inderdaad onverstandig om deze 25.000, die met een goede reden niet in bakje 1 maar in bakje 3 zijn gekomen, niet allemaal alsnog te behandelen. Overigens wordt dat besluit gewoon genomen daar waar dat hoort. Het is een operationeel besluit op het niveau van de directeur bij de Belastingdienst. Die heeft overigens wel te maken met een aantal toezichts ...

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter ...

De voorzitter:

Nee, nee, nee. De staatssecretaris is nog niet klaar.

Staatssecretaris Snel:

Om het even af te maken: die heeft wel te maken met een aantal toezichtsdoelen. Zo verwachten wij een correctiebedrag van 1,5 miljard. Dat is ingeboekt en staat ook keurig in het jaarverslag. Als je dus al dat toezicht hebt, weet je dat er waarschijnlijk een grondslag van 1,5 miljard wordt gevonden. Dat toezichtsdoel hebben ze ook dit jaar gewoon weer gehaald.

Mevrouw Leijten (SP):

Het is onrechtvaardig als een Belastingdienst zelf aangiftes eruit licht die risicovol zijn en dat die niet worden uitgeplozen. Dan wordt er gezegd: we hebben al 1,5 miljard binnengehaald. Wie weet had het wel 3 miljard kunnen worden! Je betaalt je belasting in Nederland. Ik wil van deze staatssecretaris weten wanneer dat besluit genomen is.

De voorzitter:

Dat kan kort, denk ik.

Staatssecretaris Snel:

Dat besluit is niet door mij genomen. Dat wordt elk jaar, keer op keer, zoals ook keurig in het jaarverslag staat beschreven, genomen door de operationele directeuren. Het is heel terecht dat zij dat nemen.

Mevrouw Leijten (SP):

Wanneer is dat besluit genomen?

Staatssecretaris Snel:

U wilt een soort datum vinden?

Mevrouw Leijten (SP):

Ja.

Staatssecretaris Snel:

Dat weet ik niet uit mijn hoofd. Het gebeurt elk jaar, op het moment dat ze ermee bezig zijn.

Mevrouw Leijten (SP):

En dan vindt de staatssecretaris het niet nodig om dat aan ons bekend te maken?

Staatssecretaris Snel:

Sterker nog, ik vind het niet eens nodig dat de operationele directeuren dat soort besluiten aan mij meedelen.

Mevrouw Leijten (SP):

De staatssecretaris vindt het niet nodig dat aan de Kamer gemeld wordt dat 25.000 verdachte aangiftes worden weggestreept?

Staatssecretaris Snel:

Ja. U kunt met uw toon een heleboel suggestie erin brengen. Ik probeer gewoon rustig antwoord te geven. Dat gebeurt jaar in, jaar uit. Nogmaals, ik raad u echt aan om ons jaarplan en - verslag te lezen, want daarin staat precies omschreven hoe we dit doen. U kunt net doen alsof dat een soort bijzonderheid is, maar we doen het elk jaar. Als u had gezegd "het is 90-10, maar waarom was het niet 85-15?", dan hadden we het daar nog over kunnen hebben. Sterker nog, dat doen wij ook bij het jaarplan; dan hebben wij het met de Kamer over dit soort dingen. Dan heb je daar een discussie over. Maar het feit dat die beslissing wordt genomen, is niet raar en dat is niet iets waarvan ik van mijn stoel val. U blijkbaar wel, maar ik snap echt niet zo goed waarom.

De voorzitter:

Tot slot, mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik val hiervan van mijn stoel omdat je, zoals ik al zei, maar €1 te veel hoeft te verdienen en je dan je hele huurtoeslag moet terugbetalen. Dan zitten we erbovenop. Het signaal aan bedrijven is: koop maar duur advies in en maak je belastingaangifte maar heel ingewikkeld, want wij kunnen het niet meer aan. Vindt de staatssecretaris dat de Belastingdienst dat moet uitstralen?

Staatssecretaris Snel:

Daarom is het ook belangrijk dat wij niet geen controle doen. Overigens weet u uit een discussie die we eerder hebben gehad ook dat controle vooraf effectiever is dan alleen maar toezicht achteraf. Maar we weten ook dat zonder toezicht achteraf controle vooraf weinig inhoudt. Dat blijven we dus gewoon doen. Nogmaals, daar hebben wij een risicoselectie voor. Alle aangiften worden geautomatiseerd op risico's beoordeeld. Vervolgens worden de hoogste risico's allemaal door inspecteurs zelf bekeken. De risico's waarover we nog twijfels hebben, kunnen vervolgens alsnog honderd procent bekeken worden. Of ze gaan in wat ik bakje 3 noem. Dan is er een relatie met een risico, maar niet voldoende om er extra toezichtcapaciteit op te zetten.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Leijten ...

Mevrouw Leijten (SP):

Ik sta paf. De Belastingdienst moet ervoor zorgen dat het eerlijk is, dat je te veel toeslag terugbetaalt, maar ook dat ieder bedrijf zijn belastingen betaalt. Maar onze Belastingdienst kan dat niet garanderen. De staatssecretaris verdedigt dat.

De voorzitter:

Dank u wel.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik denk dat we hier heel snel over moeten praten, want op z'n minst hadden wij moeten weten ...

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

... dat die 25.000 belastingaangiften gewoon gepasseerd zijn.

De heer Nijboer (PvdA):

De Belastingdienst piept en kraakt aan alle kanten; dat is wel bekend. Dat is ook niet deze staatssecretaris aan te rekenen. Ik vind wel dat hij de problemen niet mag bagatelliseren. Het is echt een probleem als de controles zo teruglopen als de afgelopen jaren. Ook werd er heel makkelijk heel veel geld binnengehaald, meer dan de staatssecretaris verwachtte; hij was er net trots op. Dan is er een heleboel aan de hand. Ik heb dus twee vragen. Een: erkent de staatssecretaris dat de controles niet op orde zijn en dat het beter moet? Twee: erkent hij ook dat het specifieke probleem van renteleningen van bv's en eigenaren aan zichzelf ...

De voorzitter:

De staatssecretaris.

De heer Nijboer (PvdA):

... echt een grote ontwijkingsconstructie is, waartegen de Belastingdienst moet optreden?

Staatssecretaris Snel:

Ik snap deze vragen heel goed. Nogmaals, het vorige blokje ging volgens mij niet over dit soort vragen, maar over het principe van risicoselectie. Ik heb geprobeerd zo zinnig mogelijk uit te leggen hoe het zit, want dat is denk ik behulpzaam. De heer Nijboer vraagt of ik erken dat er geen honderdprocentscontrole is op 680.000 ... Het antwoord is: dat klopt. Als wij alle aangiftes zouden moeten controleren, moet ik misschien 100.000 extra Belastingdienstmedewerkers aannemen. Dat wil ik niet. U zegt weer dat de Belastingdienst piept en kraakt. Dat wordt altijd gezegd in een inleiding. Dat vind ik weleens jammer, want dit onderdeel hebben we ook met de Kamer vrij uitgebreid besproken. Had u aan mij gevraagd of ik, als ik geen vacatureruimte had gehad, het prettig zou hebben gevonden om nog wat extra aandacht te geven aan toezicht, bijvoorbeeld op deze mkb-ondernemers, dan had ik gezegd dat ik dat niet erg had gevonden. Sterker nog, dat is precies de reden waarom wij zo hard bezig zijn om onze vacatures in te vullen.

De voorzitter:

De heer Van Rooijen ... Of wilt u een aanvullende vraag stellen?

De heer Nijboer (PvdA):

Ik mag geen tweede vraag stellen, maar ik heb niet gezegd ...

De voorzitter:

Nee, maar u mag wel iets rechtzetten.

De heer Nijboer (PvdA):

... dat alle controles gedaan moeten worden. Ik heb ook nog een tweede vraag gesteld, maar daarop heb ik geen antwoord gekregen, namelijk over de leningen van bv's aan mensen zelf en dat dit een groot probleem is. Daar heb ik geen antwoord op gekregen.

Staatssecretaris Snel:

Daar kan ik ook nog wel iets over zeggen, hoewel het misschien een beetje technisch wordt. Bij risicoselectie 1 gaat het bijvoorbeeld om eenmalige risico's. Daarvan weten we dat het geld weg is als als we niet zouden ingrijpen. Vanwege dat hoge risico zullen we daarvan dus al snel besluiten dat we het willen zien. Er zijn ook risico's die bijvoorbeeld jaar in, jaar uit voorkomen. Die hoef je niet per se in dat jaar zelf te zien. Het voorbeeld dat u nu noemt, is iets waar we wel degelijk naar kijken. We hebben het onder onze toezichtprioriteiten geschaard. Dat wil niet zeggen dat iedereen die er gebruik van maakt per definitie een foute aanslag heeft gedaan.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

50PLUS heeft bij de Algemene Beschouwingen de motie-Krol ingediend. Vervolgens heb ik bij de Financiële Beschouwingen een tegenbegroting ingediend. Daarmee hebben we gepleit voor een intensivering bij de Belastingdienst van 500 miljoen, dus meer ambtenaren om meer geld binnen te halen. De Rekenkamer zei daarover, ik citeer: "50PLUS intensiveert 500 miljoen euro in de Belastingdienst. De daardoor gegenereerde extra belastingopbrengst is gelijk aan dit bedrag." De Kamer heeft dat in meerderheid niet gesteund. De motie-Krol werd door de gehele oppositie gesteund. Mijn vraag aan de staatssecretaris is of hij alsnog bereid is om datgene wat in onze tegenbegroting staat, uit te voeren. Anders gezegd, is hij het met het CPB eens dat als je 500 miljoen investeert in meer ambtenaren bij de Belastingdienst, dat zich nog hetzelfde jaar terugverdient? Is hij dat met het CPB eens of niet?

Staatssecretaris Snel:

Wij hebben die discussie inderdaad niet lang geleden ook al een keer gevoerd.

De voorzitter:

Dat klopt.

Staatssecretaris Snel:

Toen heb ik tegen de heer Van Rooijen gezegd dat ik het op zich zeer sympathiek vindt dat er iemand zegt dat er wat meer geld naar de Belastingdienst toe zou moeten. Daar ben ik op voorhand niet op tegen. Ik heb alleen ook gezegd dat het geld op dit moment niet het grootste issue is. We hadden 4.200 vacatures, en we hebben nu nog 3.400 vacatures of fte's die we moeten vervullen. Dus dat moeten we inderdaad doen. We moeten de goeie mensen halen. En het is niet zo — dat is dan even met betrekking tot wat we dan "een businesscase" zouden noemen — dat je een-op-een alles moet uitdrukken in "terugbetalen". Dat is gewoon niet de manier waarop we hiernaar kijken. Ik was het in dat opzicht eigenlijk wel met mevrouw Leijten eens. Zij zei: sommige principes zijn ook belangrijk. We vinden bijvoorbeeld dat iedereen z'n belastingen moet betalen. En dan gaat het er niet alleen om of je de laatste euro ergens ziet, maar ook om het feit dat je gewoon toezicht wil hebben op de aangiftes.

De voorzitter:

Tweede vraag.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

De strekking van mijn vraag had dezelfde strekking als die van mevrouw Leijten: het gaat niet om de laatste euro, maar het gaat erom dat je door betere controle iedereen, ook in het mkb, de belasting laat betalen die hij behoort te betalen. De loontrekkers en de gepensioneerden betalen via de loonbelasting iedere maand belasting, ook deze maand. En nu ontstaat het beeld dat dat niet gebeurt bij het mkb, omdat er te weinig ambtenaren zijn om daar te controleren. Bent u bereid om een extra slag te maken om meer mensen in dienst te nemen? Bent u bereid om de mensen van de vertrekregeling terug te roepen en die desnoods beter te betalen, opdat ze onmiddellijk gaan controleren?

Staatssecretaris Snel:

Dat is eigenlijk dezelfde vraag als de vraag die destijds bij de motie voorlag. Die heb ik toen ontraden, dus dat zal ik weer doen. Maar ik heb hier vandaag in ieder geval het beeld proberen weg te nemen dat er geen controle zou zijn. Elke mkb'er heeft nog steeds rekening te houden met het feit dat er risicoselectie is. En als hij het verkeerd doet, wordt hij gewoon aan de lat gehouden.

De voorzitter:

Nee, meneer Van Rooijen!

De heer Omtzigt namens het CDA.

De heer Omtzigt (CDA):

Er zijn dus drie bakjes: één met hoog risico, één met medium risico en één met laag risico. En dat bakje met medium risico wordt niet gecontroleerd, maar als het risicovol is het jaar erop wel. En toen ik dat hoorde, schrok ik, want de twee dingen waarop die geselecteerd waren, waren nu juist: grote leningen in eigen bedrijven — die bestaan het jaar erop ook nog, dus daar kan ik me iets bij voorstellen — en emigratie. Maar iemand die geëmigreerd is, komt het jaar daarop niet meer in het bakje voor.

Staatssecretaris Snel:

Nee.

De heer Omtzigt (CDA):

Is het niet heel onverstandig om niet te controleren als er een uitworp is en er een medium risico in bakje 2 terechtkomt van iemand die emigreert? Die categorie zou ik namelijk juist wel controleren, want dat is de laatste keer dat je kunt controleren voordat de emigratie plaatsvindt.

Staatssecretaris Snel:

De heer Omtzigt solliciteert bijna naar een prachtige toezichtsfunctie bij de dienst, want dat klopt natuurlijk.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik weet niet wie je daar gelukkig mee maakt, maar gaat u verder!

De voorzitter:

De heer Van Rooijen, zou ik zeggen!

Staatssecretaris Snel:

Maar zijn inzicht klopt natuurlijk wel. Dat is precies wat ik zei. Kijk, het bakje 2 is medium risico, maar dat wil niet zeggen dat er niet wordt gekeken naar een aantal onderdelen. Als wij het bijvoorbeeld als eenmalig risico zien, en de heer Omtzigt heeft precies datgene benoemd wat een eenmalig risico bevat, dan gaat het naar bakje 1. Dus bakje 2 is niet een soort bestendig bakje. Bakje 2 eindigt altijd in bakje 1, waar er naar 100% van de aanslagen gekeken wordt, of in bakje 3. En dan kan het altijd nog een keer terugkomen, maar in principe valt het dan voor dat toezichtsjaar van de agenda.

De voorzitter:

Heet het echt "bakje"?

Staatssecretaris Snel:

Ja, dat heet een "bakje", voorzitter.

De heer Omtzigt (CDA):

U zit ook in een bakje, voorzitter!

De voorzitter:

Zit ik ook in een bakje? Oké!

Staatssecretaris Snel:

Ja, en "uitworp" is ook zoiets.

De voorzitter:

Dan ga ik naar de heer Snels namens GroenLinks.

De heer Snels (GroenLinks):

Namens GroenLinks nog even een wat meer politieke vraag. De antwoorden van de staatssecretaris over het toezichtsbeleid en over de techniek die erachter zit, begrijp ik. Maar de politieke vraag die ik hem toch wil voorhouden, is de volgende. We weten dat box 2, die directeuren-grootaandeelhouders, een risicovolle groep is. Daar zitten veel constructies. Is er nou volgens de staatssecretaris geen relatie tussen enerzijds de personeelsproblemen die de Belastingdienst heeft en de reorganisatie die bij de Belastingdienst heeft plaatsgevonden, en anderzijds de mate waarin we de risico's bij juist die directeuren-grootaandeelhouders kunnen toetsen, testen en controleren? Want volgens mij is het voor de belastingmoraal belangrijk dat we daar zekerheid over hebben.

Staatssecretaris Snel:

Die vraag snap ik goed. Eigenlijk wordt die vraag heel specifiek: is er invloed van de vertrekregelingen, zeg maar van de vacatures die we hebben, op die DGA's? Die relatie is een-op-een te snel gelegd. Het is natuurlijk wel zo, als u mij zou vragen: als wij al onze vacatures ingevuld hadden, hadden wij dan meer toezichtkeuzes kunnen maken en meer kunnen doen, dan is het antwoord "ja". Kan ik daar dan vervolgens een soort bedrag aan verbinden? Nee, want dat weet je niet. Een mathematisch gemiddelde heeft hier niet zo veel zin. Misschien heb je 999 die het perfect doen en één iemand die het heel erg verkeerd doet. Dus aan een mathematisch gemiddelde heb je niet veel, maar het is inderdaad logischerwijs zo dat als wij geen vacatures hadden gehad, dat wij waarschijnlijk nog meer toezicht hadden kunnen doen.

Mevrouw Lodders (VVD):

Aan de ene kant is een probleem gesignaleerd en naar voren gebracht door mevrouw Leijten, aan de andere kant is er een vrij technische uitleg. Maar het komt op mij — vergeef me het woord — toch een beetje knullig over naar de mensen die thuis zitten te kijken, die ieder jaar hun belastingaangifte invullen. Dat geldt ook voor heel veel ondernemers, want volgens mij heb ik het getal van 83% gehoord van de ondernemers die niet in de bakjes 1, 2 of 3 komen. Mijn vraag aan de staatssecretaris is: hoe gaat dit beeld nou rechtgetrokken worden? Want het is natuurlijk hartstikke onrechtvaardig richting mensen, richting ondernemers die ieder jaar hun belasting betalen en nu een beetje de indruk krijgen dat er toch een aantal lekken zitten, en met name ook in aanvulling op de vraag van de heer Omtzigt als het gaat om ondernemers die stoppen ...

Staatssecretaris Snel:

Dit is eigenlijk het beeld precies de andere kant op. Dus daar waar mevrouw Leijten het beeld neerzette "iedereen kan er maar mee wegkomen", zegt Mevrouw Lodders terecht: ja, maar het beeld moet ook niet ontstaan dat elke mkb'er maar bezig is met belastingadviezen om dingen te ontwijken. Daar heeft zij ook gelijk in. Dat is eigenlijk die 83%. Dus als wij de risicoanalyse nemen, snap ik dat als ik het woord "bakjes" gebruik, we een beetje luchthartig zijn. Maar dat is volgens mij juist best begrijpelijk, ook voor mensen thuis, over hoe het zit. We hebben een heleboel aangiften: 680.000. Iedereen snapt dat we die niet alle voor 100% kunnen gaan controleren. Van 83% van die mensen hebben we geen last; die doen het gewoon netjes, daar zit geen vinkje bij. Van die andere proberen wij iets van een risicoprofiel te maken. De mensen met de hoogste risico's zijn sowieso aan de beurt. Die gaan we gewoon controleren.

De voorzitter:

Maar de vraag was: hoe gaat u aan dat beeld iets doen?

Staatssecretaris Snel:

Het beeld is sowieso al niet zo dat de meeste mkb'ers er een potje van maken of met een adviseur bezig zijn. Maar het is wel degelijk zo dat er risico's ... Of ik heb de vraag verkeerd begrepen, voorzitter. Mevrouw Lodders heeft volgens mij ...

De voorzitter:

Mevrouw Lodders mag het toelichten.

Mevrouw Lodders (VVD):

Het lijkt net of ik hier sta voor de groep ondernemers die hun belastingaangifte goed doen. Daar sta ik uiteraard ook voor. Daar staat iedereen voor, krijg ik ingefluisterd. Maar het gaat mij om het knullige beeld dat ontstaat, dat er blijkbaar groepen zijn — of dat dan ondernemers zijn, of stichtingen en verenigingen, of de ondernemers die gaan emigreren — die er zomaar mee wegkomen. Hoe gaat de staatssecretaris dat beeld rechtzetten?

Staatssecretaris Snel:

Dat probeerde ik in mijn eerste set antwoorden te doen. Het is niet zo dat wij dit jaar iets anders zouden doen dan een ander jaar. Dus het risicogericht toezicht doen wij op álle belastingmiddelen over álle jaren heen. Dat is niks nieuws. De enige vraag was denk ik de vraag van de heer Snels, waar u zag dat ik wat toegeeflijk was. Dus op het moment dat wij geen vacatures hadden gehad, dat we dan meer toezicht hadden kunnen doen. Dat is denk ik per definitie waar. Maar het idee — echt waar, dat lééft ook niet bij de meeste mkb'ers — dat er geen enkele controle is op wat zij invoeren wil ik hier gewoon rechtzetten. Er is risicogericht toezicht en iedereen moet eraan geloven.

Mevrouw Leijten (SP):

Al dat uitleggen van het risicogebaseerd toezicht verbloemde niet dat de staatssecretaris moest toegeven dat door die bizarre vertrekregeling van Wiebes wij nu deze aangiftes moeten laten passeren. Dan wil ik de vraag omdraaien. Denkt hij dat op het moment dat er voldoende mensen waren geweest voor de controle, hij dan ook 25.000 gevallen en honderden miljoenen die daarachter zitten zomaar kwijtgescholden had?

Staatssecretaris Snel:

Nogmaals, dat laatste, die honderden miljoenen is dus zeker niet het beeld dat ik hier heb neergezet. Het correctiebedrag hebben we gewoon gehaald, daar is geen geld weggegaan, zeg ik nogmaals voor alle helderheid. Als u vraagt: had u meer gedaan dan die 90%, ja, dat is zo'n als-danvraag. De kans was groter geweest dat we meer toezichtscapaciteit hadden verdeeld. Ik kan niet op voorhand zeggen dat het allemaal naar dit toezicht was gegaan. Misschien was het naar een risicovoller belastingmiddel gegaan, waarvan wij weten dat we er toezicht voor nodig hadden. Maar het is natuurlijk altijd waar dat als we vacatures hebben, we minder aan het toezicht toekomen dan we willen. Dat is gewoon waar.

De voorzitter:

Dank u wel.

Naar boven