13 VAO Vreemdelingen- en asielbeleid (AO d.d. 13/12)

Aan de orde is het VAO Vreemdelingen- en asielbeleid (AO d.d. 13/12).

De voorzitter:

Aan de orde is het VAO Vreemdelingen- en asielbeleid. Een hartelijk welkom aan de minister en de staatssecretaris. Ik geef het woord aan de heer Fritsma van de PVV.

De heer Fritsma (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Nadat deze week in Marrakesh dat vreselijke VN-migratiepact is gesteund, wil het kabinet komende maandag ook nog een tweede pact steunen, te weten het VN-vluchtelingenpact. Ook dat zou een enorme blunder zijn. Het betekent meer asielzoekers en ook meer ontwikkelingshulp. Het betekent ook het centraal stellen van het zwaar verouderde Vluchtelingenverdrag, waar we juist vanaf moeten. Want door dat Vluchtelingenverdrag kan iedereen die dat wil hier in Nederland asiel aanvragen en dat is nu juist de bron van heel veel ellende. Daarom heb ik de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om het VN-vluchtelingenpact niet te ondersteunen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Fritsma en Wilders. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2450 (19637).

De heer Fritsma (PVV):

Er was vanochtend tijdens het debat meer slecht nieuws, want de staatssecretaris laat ook gebeuren dat, naast de landelijke pilots voor illegalenopvang, die op zich natuurlijk al erg genoeg zijn, ook nog gemeentelijke bed-bad-broodvoorzieningen blijven bestaan of zelfs worden gecreëerd. Vandaar de tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om het plan van de gemeente Amsterdam om op kosten van de belastingbetaler aan honderden illegalen, waaronder de krakers van We Are Here, 24 uursopvang te bieden te blokkeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Fritsma. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2451 (19637).

De heer Fritsma (PVV):

Tot zover, voorzitter.

De voorzitter:

Dank. Dan is nu het woord aan de heer Jasper van Dijk van de SP.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter. Mijn motie gaat over de circa 400 kinderen die in Nederland geworteld zijn maar bedreigd worden door uitzetting. Er is steeds meer kennis over de gevolgen van uitzetting, bijvoorbeeld bij de 38 hoogleraren die recent een schadenota hebben opgesteld. Ik wil graag dat de regering die betrekt bij het besluit rond het lot van deze kinderen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat circa 400 kinderen in onzekerheid verkeren over hun verblijf in Nederland;

constaterende dat 38 hoogleraren in een "schadenota" vaststellen dat het uitzetten van gewortelde kinderen onverantwoord is;

verzoekt de regering deze schadenota te betrekken bij de beslissing om gewortelde kinderen al dan niet een verblijfsvergunning toe te kennen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Jasper van Dijk en Van Ojik. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2452 (19637).

Het woord is aan de heer Azarkan.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter, dank. We hadden geen tweede termijn tijdens ons AO, maar ik wil in ieder geval beide bewindslieden bedanken voor de beantwoording. Ik heb twee moties, omdat ik niet tevreden ben met de inspanning van de staatssecretaris voor kinderen die in onzekerheid verblijven. Vandaar de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat vrijwel geen enkel beroep dat een kind doet op de kinderpardonregeling wordt toegewezen, ondanks dat zij langer dan vijf jaar in Nederland zijn geworteld;

constaterende dat deze kinderen worden afgewezen door het zogenoemde "meewerkcriterium", waarbij onvoldoende zou zijn gedaan aan vertrek;

van mening dat onze samenleving is gebouwd op naastenliefde, medemenselijkheid en solidariteit;

constaterende dat het bijna kerst is;

van mening dat juist in de kerstperiode de principes van naastenliefde, medemenselijkheid en solidariteit nog meer tot uitdrukking zouden moeten komen dan door het jaar heen;

van mening dat daarom terecht gepleit wordt voor een uitzetstop van 400 in Nederland gewortelde migrantenkinderen;

verzoekt de regering om een oplossing te realiseren, zodanig dat deze 400 gewortelde kinderen eindelijk een toekomst krijgen in onze samenleving,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Azarkan. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2453 (19637).

De heer Azarkan (DENK):

De volgende motie is wat korter, voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de staatssecretaris geen kinderen uit te zetten naar onveilige landen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Azarkan. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2454 (19637).

Dank aan de heer Azarkan.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering en zou willen vragen of de mensen op de publieke tribune iets zachter willen zijn. Het woord is aan de minister.

Minister Kaag:

Dank, mevrouw de voorzitter. Ik ga over de motie op stuk nr. 2450 van de heer Fritsma. In een brief zijn de beweegredenen van het kabinet uitvoerig uiteengezet. Vanochtend hebben we de gelegenheid gehad om in debat te treden met de Kamerleden. Het GCR is in overeenstemming met het Nederlandse geïntegreerde migratiebeleid. Het richt zich met name op kwalitatieve opvang in de regio. Het is een integrale aanpak, die perspectief biedt. Het vraagt niet direct om additionele OS-gelden. Daar gaat het kabinet eigenstandig over. Ik ontraad deze motie.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 2450 wordt ontraden.

Dan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Harbers:

Voorzitter, dank u wel. De motie op stuk nr. 2451 van de heer Fritsma gaat over de 24 uursopvang in Amsterdam. Ik heb vanochtend in het AO reeds uitgelegd dat voor ons maatgevend is dat het past binnen de afspraken die we hebben gemaakt over de landelijke vreemdelingenvoorziening. Het gesprek daarover met Amsterdam begint pas. Deze tekst is wel heel erg kort door de bocht. Ik denk dat we eruit komen en dat het gewoon binnen de vastgestelde bestuursafspraak kan. Om die reden ontraad ik de motie. In de motie op stuk nr. 2452 over de schadenota gaat het in de overweging over 400 kinderen in onzekerheid. Ik heb in het AO vanochtend reeds uitgelegd dat voor deze kinderen aan de hand is dat zij, althans hun ouders, allang te horen hebben gekregen dat een verblijfsvergunning er niet in zit, dus er is ook geen beslissing meer aan de orde om al dan niet een verblijfsvergunning toe te kennen. En alleen al om die reden, maar ook om reden van alle andere argumenten die ik vanochtend heb aangegeven in het AO, ontraad ik die motie.

De motie op stuk nr. 2453 gaat over hetzelfde onderwerp, ook over het kinderpardon. Ik heb vanochtend, net als bij de vorige motie, de redenen aangegeven waarom het kabinet deze motie ontraadt: omdat zo'n pardon niet een oplossing is die uitzicht biedt, want het levert ook weer nieuwe groepen mensen op die dan gaan wachten op het volgende pardon. Deze mensen hebben al sinds jaar en dag te horen gekregen dat een rechtmatig verblijf in Nederland er niet in zit.

Tot slot de motie op stuk nr. 2454 van de heer Azarkan, om geen kinderen uit te zetten naar onveilige landen. Als een land onveilig is, dan zou je recht hebben op asielbescherming hier en dat wordt al getoetst. Op het moment dat dat niet ingewilligd wordt, dan is er dus ook geen reden meer om niet uit te zetten naar het land van herkomst. Om die reden ontraad ik de motie.

Dank u wel.

De voorzitter:

Ik dank de beide bewindspersonen voor hun beantwoording. Heeft de heer Van Dijk nog een vraag?

De heer Jasper van Dijk (SP):

Even voor alle helderheid. Die laatste motie, is dat nou onderdeel van het beleid, of bent u niet eens met de strekking van de motie?

Staatssecretaris Harbers:

Deze motie is gewoon veel te algemeen. Maar als de situatie in een land van herkomst onveilig is voor betrokkene, dan wordt dat getoetst in de asielprocedure. Daar wordt vastgesteld of dan asielbescherming in Nederland gegeven wordt of niet. Voor iedereen die uitgezet wordt, is al eerder de beslissing gemaakt dat terugkeer naar het land van herkomst geboden is. Deze motie vraagt iets anders, eigenlijk ook om geen kinderen uit te zetten. Om die reden ontraad ik de motie.

De voorzitter:

Ik dank de beide bewindspersonen voor hun beantwoording en ik schors de vergadering tot 15.50 uur. Dan zal er over deze moties die zojuist zijn ingediend gestemd worden.

De vergadering wordt van 15.38 uur tot 15.52 uur geschorst.

Voorzitter: Arib

Naar boven