5 Spoor

Aan de orde is het VAO Spoor (AO d.d. 11/10).

De voorzitter:

Is iedereen er? Dan geef ik als eerste het woord aan mevrouw Kröger van de fractie van GroenLinks. O nee, ik zie dat nog niet alle woordvoerders aanwezig zijn. Volgens mij is het een soort unicum dat we voorlopen op de agenda. Ik stel voor dat we dan toch enkele minuten schorsen, zodat we alle collega's de mogelijkheid geven om naar de plenaire zaal te komen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Alle collega's die aan het debat meedoen, zijn inmiddels aanwezig.

Het woord is aan mevrouw Kröger van de fractie van GroenLinks.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Voorzitter. Voor dit VAO Spoor heb ik slechts één motie, over de hsl. Voor de rest komt het spoor vanmiddag en bij het AO MIRT nog veelvuldig aan bod.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat vertragingen en uitval op de HSL-Zuid voor een belangrijk deel een technische oorzaak of sterke technische component hebben;

constaterende dat meerdere onafhankelijke onderzoeken, ook in opdracht van de regering, aantonen dat voor het verbeteren van de prestaties de technische gebreken op de hsl moeten worden opgelost;

constaterende dat het nog te plaatsen windscherm op de brug van het Hollands Diep en de introductie van nieuwe IC-treinstellen slechts twee van de gebreken verhelpen die voor problemen zorgen;

overwegende dat verschillende beveiligingssystemen, de locatie van de spanningssluizen en andere gebreken ook verholpen moeten worden voor substantiële prestatieverbetering van de HSL-Zuid;

constaterende dat er op basis van diverse onderzoeken, waaronder Lange Termijn Visie van NS en ProRail, nog altijd geen integrale afweging en kabinetsbesluit is genomen om de complexiteit op de HSL-Zuid te reduceren en de betrouwbaarheid te vergroten;

verzoekt de regering, op basis van de verschillende onderzoeken, samen met NS en ProRail, een concreet stappenplan te maken hoe de technische complexiteit op de HSL-Zuid gereduceerd kan worden en dit met de Kamer te bespreken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Kröger en Laçin. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 793 (29984).

Dan is het woord aan de heer Amhaouch van de fractie van het CDA.

De heer Amhaouch (CDA):

Voorzitter. Onlangs hebben wij een goed AO gehad over het spoor. Toen zijn verschillende zaken voorbij gekomen. Ik wil er twee uit halen.

We waren wel een beetje teleurgesteld dat er dit jaar geen spoortop is met de buurlanden. Wij hadden daar in eerste instantie een toezegging over. Ik kan begrijpen dat niet alles altijd even gemakkelijk gaat en dat er niet altijd een bepaald momentum is, maar we hopen dat wij de toezegging van de staatssecretaris krijgen dat zij zich ervoor blijft inzetten dat die spoortop in 2019 wel gaat plaatsvinden. Het CDA vindt het grensoverschrijdende spoor heel belangrijk.

Dan het tweede punt. We hebben ook aandacht gevraagd voor Kijfhoek, het grootste rangeerterrein van Nederland. We hebben er ook een werkbezoek gebracht en ter plekke gesproken met mensen van ProRail. Wij vragen daar extra aandacht voor van de staatssecretaris om de betrokken gemeente en de bewoners helderheid te geven. Vandaar de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Kijfhoek qua veiligheid grote zorgen kent terwijl er nog steeds geen duidelijkheid is over de aanleg van calamiteitenwegen;

verzoekt de regering, in overleg met betrokkenen, spoedig duidelijkheid te geven over de aanleg van voldoende calamiteitenwegen op rangeerterrein Kijfhoek,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Amhaouch en Schonis. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 794 (29984).

Het woord is aan de heer Schonis van de fractie van D66. Hij ziet daarvan af. Dan ten slotte de heer Laçin van de fractie van de SP.

De heer Laçin (SP):

Voorzitter. We hebben een goed debat gehad. Mede namens mij heeft mevrouw Kröger een motie ingediend over de hsl, dus van mijn hand geen motie. Ik heb nog wel een vraag aan de staatssecretaris.

We hebben gisteren kunnen lezen dat de NS wil investeren in een snellere verbinding tussen Groningen en de Randstad. Het verkorten van de reistijd is een enorme verbetering van de bereikbaarheid van de noordelijke provincies. De SP juicht dat initiatief van harte toe en hoopt dat dit de opmaat is voor een samenwerking tussen Groningen, Friesland, Drenthe en de NS. We zijn daarnaast ook erg benieuwd naar de reactie van de staatssecretaris op het plan van de NS. Ziet zij ook nog een rol voor zichzelf in dit geheel?

De voorzitter:

Dank. Wordt de indiening van de motie ...

De heer Laçin (SP):

Ik heb geen motie ingediend.

De voorzitter:

Sorry, dat is waar, maar ik zie toch steun ... Ik was heel even afgeleid omdat ik aan het overleggen was hoe wij het gaan doen, maar we schorsen weer heel even. Daarna zal de staatssecretaris de moties beoordelen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering en geef het woord aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Van Veldhoven:

Dank u wel, voorzitter. Het is goed om te zien dat er vragen met voldoende steun kunnen worden ingediend in dit debat. Dat is soms misschien nog wel belangrijker dan de moties.

In de motie-Kröger/Laçin op stuk nr. 793 wordt mij gevraagd om een concreet stappenplan voor de HSL-Zuid. We doen veel aan de complexiteit van de hsl en ik denk dat ik mevrouw Kröger blij kan maken door te zeggen dat er een stappenplan is met NS en ProRail. Wij maken steeds een zorgvuldige afweging van wat wij kunnen doen met de 60 miljoen die ik beschikbaar stel om de technische complexiteit of de technische problemen te verminderen, zoals de windschermen waar mevrouw Kröger ook zelf aan refereert. Wij rapporteren daarover via de voortgangsrapportage. Als mevrouw Kröger zegt "het moet echt nog heel anders en heel veel meer", dan hebben we het ook over veel meer geld. Dan is dat iets voor een debat dat wij hierna gaan voeren, namelijk over de begroting. Dan hoor ik ook graag waar mevrouw Kröger de dekking ziet voor die extra stappen, als zij boven op wat wij al doen nog iets zou willen ondernemen. De motie zoals die hier nu ligt moet ik ontraden, omdat die ongedekt is.

De voorzitter:

Ik zie dat dit vragen oproept bij mevrouw Kröger.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Zonder dat wij hier het hele debat weer openen: volgens mij zijn er twee dingen. Er wordt nu een plan gemaakt voor wat je met die 60 miljoen kunt doen. De vraag is eigenlijk: wat zou je allemaal nog meer voor stappen willen zetten om die technische problemen op te lossen? Dan is de stap daarna: welk prijskaartje hangt daaraan? Maar als wij als Kamer niet eens inzichtelijk hebben welke technische verbeteringen nodig zijn om echt een verbeterslag te maken met de hsl, hoe kunnen wij als Kamer dan weten welk budget daarbij hoort? Dan hebben we het niet over die 60 miljoen, maar over alle stappen die op de lange termijn gezet moeten worden. Dat is wat deze motie volgens mij vraagt: lange termijn, technische verbeteringen, actieplan.

Staatssecretaris Van Veldhoven:

Mevrouw Kröger refereert nu net zelf aan allerlei onderzoeken die daarnaar al zijn gedaan en waaruit duidelijk is geworden wat het kostenplaatje is dat eraan hangt. Of je iets in een stappenplan wilt opnemen hangt ook af van de vraag of je vindt dat de kosten en baten tegen elkaar opwegen en of je het geld daarvoor beschikbaar kunt krijgen. Daarom is een verdere discussie daarover denk ik nuttig in relatie tot het hebben van extra budget. Als mevrouw Kröger daar suggesties voor heeft, hoor ik die graag later vandaag in het begrotingsdebat. Ik kondigde al aan dat het ook over spoor zal gaan. Ik hoor dan graag van haar welk budget zij daarvoor beschikbaar wil stellen en ook wat wij dan niet gaan doen, want wij kunnen de euro maar één keer uitgeven. Dus ik blijf bij mijn oordeel over de motie.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 793 wordt ontraden.

Staatssecretaris Van Veldhoven:

Ja, maar met de beschikbare middelen zetten wij met NS en ProRail alles op alles om natuurlijk zo veel mogelijk defecten aan die lijn, of technische problemen met die lijn, op te heffen en de werking ervan te verbeteren. Gelukkig kunnen we constateren dat de prestaties voldoen aan de afspraken die we daarover hebben gemaakt.

Dan kom ik op de motie-Amhaouch/Schonis op stuk nr. 794. Het CDA verzoekt de regering in overleg met betrokkenen spoedig duidelijkheid te geven over Kijfhoek. Ik kan me deze motie van de heer Amhaouch heel goed voorstellen. ProRail spant zich samen met de onderhoudsaannemer en de vervoerders maximaal in om de veiligheid van het emplacement Kijfhoek te waarborgen, maar deze zomer zijn ook een aantal aanvullende maatregelen nodig gebleken naar aanleiding van incidenten. Die zijn dus ook genomen, heel terecht. Ik heb zelf nauw contact met de gemeenten in de regio daarover. Wij moeten met elkaar het gevoel hebben dat wij grip hebben op die situatie en het gevoel dat daar de veiligheid wordt verbeterd. Zo is er een integraal veiligheidsmanager aangesteld, staat ProRail onder verscherpt toezicht van de ILT en wordt er onderzoek gedaan naar de structurele oorzaken van de incidenten en de veiligheidscultuur. Bij dat onderzoek zijn de burgemeesters goed betrokken. De aanpak van de renovatie wordt op bestuurlijk niveau begeleid door ProRail, omliggende gemeenten en het ministerie. Daarbij gaan wij ook in op het vraagstuk van de calamiteitenwegen. Wij zorgen ervoor dat dit vraagstuk ook goed wordt meegenomen in het plan van aanpak voor de renovatie. Dat is voorzien voor 2019. Ik laat het oordeel over deze motie, die mede is ingediend door de heer Schonis, over aan de Kamer.

Dan vroeg de heer Amhaouch ook nog om een internationale spoortop, inderdaad een punt waar het CDA al een aantal keren om heeft gevraagd. We hebben afgelopen maandag de Vlaams-Nederlandse top gehad, waar we over een aantal grensoverschrijdende mobiliteitsvraagstukken, zelfs breder dan alleen spoor, hebben gesproken. Volgende week ga ik naar Düsseldorf om ook daar met de collega's te spreken over grensoverschrijdend vervoer.

Een van de uitkomsten van de Vlaams-Nederlandse top was dat wij graag een trinationale werkgroep zouden willen, waarin we structureel met elkaar over de grensoverschrijdende mobiliteitsvragen — spoor, water en wegen — willen spreken. Dat zou soms op ambtelijk niveau zijn, maar soms ook op topniveau. Dus het is zeker mijn ambitie om deze agenda door te zetten. Samen met Vlaanderen hebben we die intentie uitgesproken en ik hoop dat we daar volgende week met Duitsland een trinationale werkgroep van kunnen maken. Er zijn een aantal dossiers die ook echt om trinationale samenwerking vragen. Die kunnen we daar dan integraal met elkaar bespreken. Dus zeker heb ik daar aandacht voor en ik hoop ook dat we daarop volgend jaar terug kunnen komen.

Voorzitter. Dan vroeg de heer Laçin mij nog wat ik vind van die snellere verbinding. Ik vind dat hartstikke mooi. Ik hoop ook dat de proef slaagt en ben graag bereid om samen met de NS te kijken hoe we ervoor kunnen zorgen dat we die snellere verbinding tot stand brengen. Heel blij met deze proef en ik kijk uit naar de resultaten. We gaan daarover zeker met de NS in gesprek. Als we door beter benutten van bestaand spoor meer reizigers sneller op de plaats van bestemming kunnen krijgen, hebben we daar allemaal baat bij.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw de staatssecretaris. Dan zijn wij aan het einde gekomen van het VAO over het spoor.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

We gaan om 11.15 uur verder met het VAO over de verkeersveiligheid.

De vergadering wordt van 11.08 uur tot 11.17 uur geschorst.

Naar boven