6 Herdenking naar aanleiding van de aanslag in Barcelona

Aan de orde is de herdenking naar aanleiding van de aanslag in Barcelona op 17 augustus 2017. 

De voorzitter:

Ik heet de minister-president, de heer Rutte, en de ambassadeur van Spanje, de heer Arias González, van harte welkom. 

Een aantal Kamerleden staan al, maar ik verzoek iedereen in de zaal en op de publieke tribune om, indien mogelijk, te gaan staan. 

Bijna drie weken geleden werden we opnieuw opgeschrikt door een laffe aanval op onschuldige mensen. In Barcelona kwamen zestien mensen om toen een busje inreed op de Ramblas. Er vielen slachtoffers van verschillende nationaliteiten en verschillende leeftijden. Xavi uit Spanje, nog maar 3 jaar oud, werd aangereden terwijl hij in een kinderwagen zat. Luca Russo uit Italië, 25 jaar oud, was pas afgestudeerd als ingenieur. Jared Tucker uit de Verenigde Staten, 43 jaar oud, was in Barcelona samen met zijn vrouw om hun eenjarig huwelijksfeest te vieren. Elke Vanbockrijck uit ons buurland België, 44 jaar, wilde die week een wedstrijd van FC Barcelona bijwonen. Carmen Lopardo uit Argentinië, 80 jaar, wilde nog één keer van het "oude continent" genieten. Zij en anderen werden herdacht bij aanvang van de voetbalwedstrijd tegen Real Betis. Op verschillende borden stond de slogan: "Wij zijn allen Barcelona". Op die manier staan ook wij vandaag stil bij deze tragische gebeurtenissen: wij zijn allen Barcelona. 

De Spaanse dichter Federico García Lorca zei ooit het volgende over de Ramblas, en ik citeer: "Het is de enige straat in de wereld waarvan ik wilde dat 'ie nooit zou eindigen." Vrijheid. Dynamiek. Creativiteit. Genieten van het leven. Dat is het gevoel van de Ramblas. En dat gevoel heeft met deze aanslag een flinke knauw gekregen. Het is de realiteit waar alle grote steden in Europa op dit moment mee te maken hebben. Daarmee komt het terrorisme heel dichtbij. En zeker de angst hiervoor. Dat is ook wat ze willen. Wij tegen zij. Angst zaaien. Onverdraagzaamheid verspreiden. Daar mogen we ons op geen enkele manier door laten beïnvloeden. Daar moeten we ons tegen blijven verzetten. We moeten blijven opstaan tegen hen die angst misbruiken om mensen tegen elkaar op te zetten. 

Eind augustus scandeerden honderdduizenden mensen in het hart van Barcelona de leus "Ik ben niet bang". Daarmee lieten ze weten zich niet te laten intimideren door terreur. Laten we de Spaanse bevolking daarin steunen, en ieder land dat getroffen wordt door terrorisme. Terrorisme is overal en iedereen kan daarvan slachtoffer zijn. Dat bleek ook een dag na de aanslag in Barcelona in het Finse Turku, waar twee doden en meerdere gewonden vielen bij een steekpartij. 

Namens de Tweede Kamer heb ik het Spaanse en het Finse parlement gecondoleerd. Ons hart gaat uit naar de slachtoffers en nabestaanden. In gedachten zijn wij bij hen. Wij wensen hun veel sterkte toe bij het dragen van hun verlies. 

Ik geef nu het woord aan de minister-president. 

Minister Rutte:

Mevrouw de voorzitter. De beroemde Spaanse schrijver en filosoof José Ortega y Gasset schreef ooit dat haat onvermijdelijk leidt tot de vernietiging van waarden. De afschuwelijke aanslag op de Ramblas in Barcelona op donderdag 17 augustus toont zijn gelijk aan. Hoe verschrikkelijk veel haat is er nodig om met een bestelbus in te rijden op onschuldige mensen — mannen, vrouwen en kinderen — op een plek waar mensen uit de hele wereld samenkomen! Het is een daad van moslimextremisten waarmee alle waarden van menselijkheid en mededogen opnieuw werden vertrapt. 

Het contrast met de reactie van de familie van het Brits-Australische jongetje Julian Cadman kan niet groter zijn. Julian, die even vermist leek, was een van de dodelijke slachtoffers. Hij was pas 7 jaar oud. In de eerste dagen na 17 augustus, voor zijn naasten dagen tussen hoop en vrees, werd hij het gezicht van deze verschrikkelijke aanslag. Nadat alle hoop was vervlogen, bedankte zijn familie op een indrukwekkende manier iedereen voor de troost en steun. Zij schreven onder andere: "Wij zijn gezegend dat we Julian in ons leven mochten hebben en bewaren de herinneringen aan hem diep in ons hart. We zijn ons er ook van bewust dat we niet de enige familie zijn die zwaar is getroffen. Onze gebeden gaan uit naar iedereen die hierdoor is geraakt." Zo veel kracht, liefde en waardigheid bij zo'n groot onrecht en zo'n diep verdriet! Het ontroert. Het snijdt dwars door je ziel. Het is hoop tegenover haat en het is licht tegenover donker. 

Mevrouw de voorzitter, u citeerde het ook al: in de dagen na de aanslag hoorde je in Barcelona steeds opnieuw "No tinc por" ("Ik ben niet bang"). Wíj zijn niet bang. Wij gaan door met leven en staan pal voor alles wat belangrijk voor ons is: democratie, vrijheid, menselijkheid. "No tinc por." Anders zouden de terroristen winnen. Dat zullen we nooit toestaan. 

Nederland rouwt met de Spanjaarden en de bevolking van Barcelona. Ons hart is bij de slachtoffers. We wensen de nabestaanden en iedereen die door deze aanslag is getroffen, heel veel kracht toe. 

De voorzitter:

Ik dank de minister-president. Ik verzoek allen een moment van stilte in acht te nemen. 

(De aanwezigen nemen enkele ogenblikken stilte in acht.) 

De voorzitter:

Ik schors de vergadering om u in de gelegenheid te stellen uw condoleance over te brengen aan de ambassadeur van Spanje. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven