7 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, dinsdag aanstaande ook te stemmen over de moties ingediend bij het notaoverleg over de initiatiefnota van de leden Nijboer en Groot over private equity (34267) en over de aangehouden motie-Jasper van Dijk (28286, nr. 832). 

Ik stel voor, het wetsvoorstel Instelling van een gedeeltelijk verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding in het onderwijs, het openbaar vervoer, overheidsgebouwen en de zorg (Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding) (34349) toe te voegen aan de agenda van de Kamer. 

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor, het VAO Terrorismebestrijding en het VAO Groene groei van de agenda af te voeren. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Thieme van de Partij voor de Dieren. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. In Oekraïne staat een gigantische megastal, waar jaarlijks 332 miljoen kippen worden geproduceerd. Dat zijn er bijna net zo veel als in heel Nederland. Minister Ploumen is in Oekraïne geweest en is daar een memorandum of understanding overeengekomen met de eigenaar van die grote gigastal en met de minister van Landbouw van Oekraïne. Opeens zou deze megastal voldoen aan de dierenwelzijnsregels in Europa. Wij zouden heel graag dat memorandum willen hebben. Kan dat deze week nog naar de Kamer worden gestuurd? Ik zou ook heel graag een debat willen, omdat de minister eerder heeft aangegeven dat deze gigastal helemaal niet voldoet aan de Europese regelgeving. 

De heer Ten Broeke (VVD):

Ik was zelf afgelopen maandag met een aantal collega's in Oekraïne. Wij hebben het nodige gehoord over deze goede deal die de minister heeft gesloten. Wij gaan natuurlijk niet individuele MoU's met bedrijven hier in de Kamer bespreken. Een debat zit er dus wat mij betreft niet in, maar wel een brief om de consequenties voor de kippensector en de vleesverwerkende industrie en de relatie met het associatieakkoord in beeld te brengen. Het lijkt mij prima om daar iets over te horen. Dus, een brief heel graag, maar geen debat. 

De heer Geurts (CDA):

Geen steun voor het debat. Ik sluit mij aan bij de woorden van de VVD-fractie. Het kan niet zo zijn dat wij over elke private deal die een bedrijf in Nederland sluit met een bedrijf in een ander land, hier een debat gaan voeren. Ik zou graag willen dat de brief van het kabinet beperkt blijft tot de inzet van het kabinet, dus tot datgene waar het kabinet over gaat; niet over het bedrijf. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik steun het verzoek van de collega's om een brief. Ik wil hier ook wel over debatteren, maar ik denk dat dit het snelst in een algemeen overleg gaat. In de brief wil ik graag de focus hebben niet alleen op het punt dat de Partij voor de Dieren inbrengt, maar ook op de gevolgen voor onze eigen sectoren. Er dreigt namelijk echt een ongelijk speelveld te ontstaan. 

Mevrouw Dikkers (PvdA):

Wij steunen ook het verzoek om een brief, maar wij zouden graag in die brief willen lezen wat de dierenwelzijnsplus is die inmiddels bewerkstelligd zou zijn. Daar hebben wij ook vragen over. Maar wij hebben geen behoefte aan een debat. 

De heer Smaling (SP):

Wij willen minstens een brief, want het is hypocrisie ten voeten uit: met de mond belijden dat wij aandacht besteden aan dierenwelzijn en daar gewoon dat soort bedrijven steunen gaat niet samen. Het zou mooi zijn als wij een debat konden houden voor het referendum, maar dat lijkt mij lastig. Dat kan dus ook in een AO. 

De voorzitter:

Mevrouw Thieme, u hebt geen meerderheid voor het houden van een debat, wel voor het vragen van informatie in een brief. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Dan zou ik de suggestie willen overnemen om het in een AO te doen. Daarover zullen wij dan in commissieverband van gedachten wisselen. Het verzoek om een brief steun ik van harte, maar dan zou ik in die brief ook echt graag het memorandum of understanding willen ontvangen. 

De heer Ten Broeke (VVD):

Géén memorandum of understanding erbij. Dat vind ik een bizar verzoek. We gaan niet praten over individuele bedrijven. Een collega zei het net al. Het zou wel heel interessant zijn om te weten hoe deze deal zich verhoudt tot de industrie in den brede. Die aspecten kunnen prima in die brief worden belicht. Ik denk ook dat de minister dat heel graag gaat doen. 

De voorzitter:

Dank u wel. Mijnheer Geurts, ik zie u bij de microfoon staan, maar u hebt ook al gezegd wat u vindt. 

De heer Geurts (CDA):

Ja, maar ik wil toch echt benadrukken dat het niet zo kan zijn dat wij hier een debat gaan voeren over particuliere bedrijven die een overeenkomst sluiten met andere bedrijven in het buitenland. Dat kan absoluut niet. 

De voorzitter:

Dat hebt u al gezegd. Dank u wel. Het staat allemaal in de Handelingen en ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Het feit dat de Nederlandse overheid een afspraak maakt met een grote gigastal betekent dat het gaat om een memorandum waarover ook het volk geïnformeerd mag worden. Het feit dat de Kamer dat tegenhoudt, vind ik zeer kwalijk. 

De voorzitter:

Nee, het wordt ook niet tegengehouden. Het is een verzoek om informatie en dat komt in de Handelingen te staan. We zullen het zien in de reactie van het kabinet en u kunt er ook in het algemeen overleg nog een keer op terugkomen. Het is uw recht om dat te doen. 

U gaat het nog ingewikkelder maken, mijnheer Smaling? 

De heer Smaling (SP):

Kijk, de minister gaat daar op handelsmissie en al die captains of industry wandelen braaf achter haar aan. Ik vind het verzoek van mevrouw Thieme dus wel legitiem, eerlijk gezegd. 

De voorzitter:

Dank u wel. 

Ik geef nu het woord aan mevrouw Dik-Faber. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. De Kamer heeft eerder met ruime meerderheid een verzoek van mij gesteund om een debat te houden over het onderzoek van Wageningen University naar het wel of niet handhaven van statiegeld en de betrokkenheid van het ministerie daarbij. Daar zijn door diverse fracties, ook de mijne, Kamervragen over gesteld. Die zijn beantwoord. Ik verzoek u daarom mede namens D66 om het debat daarover spoedig in te plannen. 

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Ik begrijp de aanvraag. De antwoorden zijn inderdaad binnengekomen, maar in de antwoorden staat ook heel duidelijk dat een evaluatie pas begin 2017 zal plaatsvinden. We hebben dus alle tijd om dit debat te gaan voeren en het heeft wat ons betreft totaal geen haast. 

Mevrouw Cegerek (PvdA):

Wij hebben het verzoek om een debat ondersteund, maar het bespoedigen ervan heeft voor ons geen prioriteit op dit moment. Dus wij wachten het af. Geen steun dus. 

De heer Geurts (CDA):

Ik ga het u ook niet moeilijk maken. We hebben een aantal debatten die al ingepland staan, maar doorgeschoven zijn. Laten we die eerst maar doen. 

De voorzitter:

Dus geen steun. 

De heer Smaling (SP):

Ik wil het verzoek van mevrouw Dik wel steunen, want hier is toch echt sprake van wc-eendwetenschap en daar zitten wij allemaal niet op te wachten. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun voor het verzoek. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ook namens GroenLinks: van harte steun hiervoor. 

De voorzitter:

Mevrouw Dik-Faber, u hebt geen meerderheid voor het bespoedigen van het houden van een debat hierover. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dat is zeer teleurstellend. Ik voel zelf wel enige urgentie om hierover te spreken, maar beide coalitiepartijen en een enkele andere fractie niet. Dat stelt mij zeer teleur, maar goed, het meerderheidsdebat staat op de agenda en wij gaan op enig moment met elkaar hierover spreken. 

De voorzitter:

Dan zijn we hiermee aan het eind gekomen van de regeling van werkzaamheden. 

De vergadering wordt van 12.54 uur tot 13.02 uur geschorst. 

Naar boven