5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, aan de agenda van de Kamer toe te voegen: 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek BES in verband met de uitvoering van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot het brengen van eenheid in enige bepalingen inzake het internationale luchtvervoer (Trb. 2000, 32 en Trb. 2001, 91 en 107) en wijziging van de Wet luchtvervoer BES (34239); 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Strafrecht met het oog op het verbeteren van de mogelijkheden tot bestrijding van het verwerven en voorhanden hebben van uit misdrijf afkomstige voorwerpen (aanpassing witwaswetgeving) (34294); 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de verhoging van de strafmaxima voor mensensmokkel (34345); 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de herziening van de regeling inzake de meerdaadse samenloop in strafzaken (herziening regeling meerdaadse samenloop in strafzaken) (34126); 

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek in verband met de selectieve woningtoewijzing ter beperking van overlastgevend en crimineel gedrag (34314); 

  • -het voorstel van wet van het lid Van Vliet tot wijziging van Boek 6 en Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het invoeren van een verbod op het vragen van een toeslag voor het gebruik van betaalkaarten (Wet verbod toeslag gebruik betaalkaarten) (34291). 

Daartoe wordt besloten. 

De voorzitter:

Op verzoek van de VVD-fractie benoem ik: 

  • -in de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie het lid Visser tot lid in plaats van het lid Elias en het lid Elias tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Visser; 

  • -in de vaste commissies voor Buitenlandse Zaken en voor Economische Zaken het lid Remco Bosma tot lid in de bestaande vacatures; 

  • -in de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst het lid Remco Bosma tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacatures. 

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Goedemiddag, mevrouw de voorzitter. 

De voorzitter:

Ook goedemiddag, mijnheer Van Vliet. 

De heer Van Vliet (Van Vliet):

U sprak zojuist over het initiatiefwetsvoorstel-Van Vliet. Dank dat u dit aanmeldt voor plenaire behandeling. Ik sta hier alleen om de hoop uit te spreken dat dit snel zal gebeuren. 

De voorzitter:

Daarvoor gaan wij ons best doen, mijnheer Van Vliet. 

Het woord is aan de heer Krol. 

De heer Krol (50PLUS):

Mevrouw de voorzitter. Ik wil twee keer een rappel doen; in beide gevallen gaat het om onbeantwoorde schriftelijke vragen. Het eerste rappel betreft vragen naar aanleiding van het bericht dat in toenemende mate verzekeringen worden aangeboden die bedoeld zijn als vangnet voor potentiële slachtoffers van internetfraude. Die vragen zijn ingezonden op 1 februari jongstleden aan Financiën en aan EZ. Het tweede rappel betreft vragen over de mogelijke veiligheidsrisico's van het contactloos betalen met een pinpas, ingezonden op 8 februari aan Financiën. 

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Sjoerdsma. 

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Ook ik doe een rappel in verband met onbeantwoorde schriftelijke vragen, ditmaal over de deelname van Arabische landen aan de bombardementen tegen ISIS, ingezonden op 26 januari. 

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Swinkels. 

Mevrouw Swinkels (D66):

Mevrouw de voorzitter. Ook ik heb een rappel. Het betreft onbeantwoorde schriftelijke vragen van 21 januari over het in vreemde krijgsdienst treden. 

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Bruins Slot. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Voorzitter. De heer Geurts kon niet aanwezig zijn, daarom mag ik namens hem een rappel doen. Het betreft onbeantwoorde schriftelijke vragen over hernieuwbare energie in Noordwest-Europa en regelgeving voor de visserijsector. Die vragen zijn ingezonden op 3 februari 2016. 

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is nogmaals aan mevrouw Bruins Slot. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Voorzitter. Gisteren was er een uitzending van Meldpunt MAX. Daaruit bleek dat een op de tien ziekenhuizen in Nederland gevangenen in België medische gegevens laat verwerken. Dat is echt schandelijk. Uit die uitzending bleek bovendien — en dat is nieuw — dat gevangenen die gegevens ook gewoon weggooien. Wij hebben nu dus incomplete medische dossiers. Dit betekent dat de kwaliteit van zorg in gevaar is. Daarover wil ik een debat voeren met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, die ook over de Inspectie voor de Gezondheidszorg gaat. Ik wil dat debat graag zo spoedig mogelijk voeren, want deze toestand kan niet voortduren. Overigens doe ik dit verzoek mede namens de SP-fractie. 

De voorzitter:

Oké. Mevrouw Agema. 

Mevrouw Agema (PVV):

Steun van de PVV. 

Mevrouw Oosenbrug (PvdA):

Ik was gisteren toevallig als een van de sprekers aanwezig bij de uitzending van Omroep MAX. Het ging vooral over de privacy. Ik steun het verzoek om dit debat dus zeker, ook namens mijn collega Otwin van Dijk die woordvoerder is op dit terrein. Ik verzoek om ook de minister voor privacy bij dit debat uit te nodigen. 

De voorzitter:

Wie is de minister voor privacy? 

Mevrouw Oosenbrug (PvdA):

Dat is minister Van der Steur. 

De voorzitter:

De minister van Veiligheid en Justitie dus. We hebben namelijk geen aparte minister voor privacy, maar hij gaat er inderdaad over. U hebt gelijk, mevrouw Oosenbrug. 

De heer De Lange (VVD):

Gevoelige medische informatie moet in veilige handen zijn en daarom steun voor dit debat. Ik zou er wel voor willen pleiten om dit debat snel te voeren, dus ik zou voor een praktische oplossing gaan. Misschien is de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport toch de eerst aangewezen bewindspersoon. 

De heer Krol (50PLUS):

Steun. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun. 

De heer Öztürk (Groep Kuzu/Öztürk):

Steun. 

De heer Bisschop (SGP):

Steun. Ik kan me echter voorstellen dat de minister eerst nog even schriftelijk reageert, dus dat we voorafgaand een brief krijgen. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun voor dit verzoek. 

De voorzitter:

U hebt een meerderheid voor het houden van een debat, mevrouw Bruins Slot. We gaan dit debat dus aan de lijst toevoegen en kijken of we er rekening mee kunnen houden bij de planning. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Ik vond de suggestie van mevrouw Oosenbrug om ook de minister van Veiligheid en Justitie erbij te betrekken wel zinvol vanuit het perspectief van privacy. Het kabinet gaat er natuurlijk over wie het precies afvaardigt. Ik zie echter ook het belang dat de VVD noemde, namelijk om het debat snel te voeren. Deze situatie moet immers niet voortduren en er moet ook onderzoek plaatsvinden. 

De voorzitter:

Ik begrijp dat wat u betreft snelheid eigenlijk voorgaat. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Ik neem aan dat de minister voor privacy — die hebben we niet, dat is de minister van Veiligheid en Justitie — dit ook zeker zeer belangrijk vindt. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Jasper van Dijk. 

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter. Vannacht en vanochtend hebben we kunnen vernemen wat de staatssecretaris van OCW van plan is met de Mediawet. Het is een heel opmerkelijke werkwijze. Hij wil geen novelle schrijven. Nee, hij wil reparatiewetten gaan maken en zijn wetsvoorstel alsnog volgende week in stemming brengen in de Eerste Kamer. Dat is dus een minimaal deel van die wet. Het motorblok is eruit gehaald. Broddelwerk noem ik het. 

Ik wil het ook hebben over de ontwikkelingen die na aanname van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer hebben plaatsgevonden, met name het feit dat de staatssecretaris een partijgenoot heeft benoemd als voorzitter van de raad van toezicht van de Nederlandse Publieke Omroep en dat die ook nog eens directeur van UWV is. Dat is hoogst opmerkelijk. Daarom vraag ik een debat aan. 

De voorzitter:

In de regeling van werkzaamheden is het echt de bedoeling dat een korte toelichting wordt gegeven, niet dat een voorschot wordt genomen op het debat. Dat gebeurt later. Ik zeg dat nu naar aanleiding van uw verzoek, maar het geldt eigenlijk voor iedereen. 

De heer Jasper van Dijk (SP):

Volgens mij was ik vrij snel, voorzitter. 

De voorzitter:

Nou … 

Mijnheer Krol. 

De heer Krol (50PLUS):

Natuurlijk steun ik het. Ik zou ook graag het idiote feit erbij willen betrekken dat nu een wet in de Eerste Kamer wordt aangepast en dat wij als een soort van Eerste Kamer met recht van amendement daar dan weer over gaan. Volgens mij is dat de eerste keer en daar zou ik weleens een staatsrechtdeskundige over willen horen. 

De heer Fritsma (PVV):

Ik kan het kort houden: de PVV steunt dit verzoek. 

De heer Mohandis (PvdA):

De Eerste Kamer is nog aan het debatteren. De behandeling gaat door. Alleen al om die reden lijkt het me niet verstandig om nu al een debat te vragen. Het speelt daar immers nog. Ik kan de heer Van Dijk echter wel bedienen. Het werkt als volgt: nadat er volgende week is gestemd en een deel moet worden aangepast, kan dat alleen als de Tweede Kamer een aangepast wetsvoorstel krijgt. Dan spreken wij er dus over met elkaar en dan kan hij daar alle onderwerpen bij betrekken die hij wil. Dat lijkt me de koninklijke route. 

De heer Bisschop (SGP):

Ik sluit me daar graag bij aan. 

De voorzitter:

Bij de heer Mohandis? 

De heer Bisschop (SGP):

Jawel. 

De heer Bruins (ChristenUnie):

De onderwerpen die de heer Van Dijk noemt zijn uiterst belangrijk en die moeten op enig moment in onze Kamer worden besproken, maar de Tweede Kamer kan niet aan de Eerste Kamer vertellen hoe zij met het staatsrecht moet omgaan. Mijn voorstel zou dus zijn om nu eerst de Eerste Kamer haar proces te laten doorlopen. Op enig moment komt het hier terug en moeten wij er binnen onze competenties goed mee omgaan. 

De heer Pieter Heerma (CDA):

Ik sluit me daar graag bij aan. 

De heer Elias (VVD):

Ik was niet van plan het woord te voeren, gelet op de manier waarop de heer Van Dijk het aanvroeg, want het is een inhoudelijk verhaal en daar reageren we bij de regeling van werkzaamheden niet op. Maar goed, voor alle duidelijkheid: ik sluit me aan bij de heer Mohandis en inhoudelijk bij de opmerkingen van de heer Bruins daarna. 

De voorzitter:

Mijnheer Van Dijk, u hebt geen meerderheid voor het houden van een debat. 

De heer Jasper van Dijk (SP):

Dat is doodzonde, voorzitter. 

De voorzitter:

We wachten dus eerst af hoe het in de Eerste Kamer gaat. Daarna kunt u hier altijd weer terugkomen. 

De heer Jasper van Dijk (SP):

Het is niet anders. 

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Schut-Welkzijn. 

Mevrouw Schut-Welkzijn (VVD):

Voorzitter. Ik wil een vooraankondiging doen van een VAO naar aanleiding van een morgen te houden algemeen overleg over de Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid. Dat algemeen overleg is waarschijnlijk al om 10.45 uur afgerond, dus ik hoop dat het VAO kan worden ingepland voor de stemmingen. 

De voorzitter:

We gaan er rekening mee houden. Hiermee zijn we aan het eind gekomen van de regeling van werkzaamheden. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven