12 NPV Toetsingsconferentie 2015

Aan de orde is het VAO NPV Toetsingsconferentie 2015 (AO d.d. 23/4). 

De voorzitter:

Ik heet iedereen in de zaal van harte welkom, in het bijzonder de minister van Buitenlandse Zaken. 

De heer Van Bommel (SP):

Voorzitter. Wij praten niet vaak over kernwapens, maar wel wanneer dat relevant is. Het is relevant aan de vooravond van een toetsingsconferentie over het Non-proliferatieverdrag, dat uiteindelijk moet leiden tot uitbanning van kernwapens. Het zou de SP-fractie een lief ding waard zijn als de regering eerder aangenomen moties op dit vlak zou uitvoeren. Ik zal dat blijven zeggen totdat alle moties op dit terrein, bijvoorbeeld de motie-Van Velzen/Azough, daadwerkelijk zijn uitgevoerd. 

De discussie over kernwapens richt zich in de Tweede Kamer altijd op minimaal twee zaken. In de eerste plaats is dat transparantie. Ik heb een motie daarover meeondertekend, waarin staat dat Nederland moet streven naar dezelfde wijze van openheid over kernwapens als in Duitsland. We zouden dan misschien niet moeten praten over locaties en aantallen, maar kunnen dan in ieder geval wel bevestigen dat er op Nederlands grondgebied kernwapens aanwezig zijn. Dat zou al een enorme stap vooruit zijn ten opzichte van de huidige situatie. In de tweede plaats gaat het om het uiteindelijke doel om te komen tot een wereldwijd verbod op kernwapens, zoals we dat ook kennen op het bezit en het gebruik van chemische wapens. Dat zou ook voor kernwapens moeten gelden. Daarom dien ik de volgende motie in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

overwegende dat Oostenrijk eind 2014 een oproep deed aan alle lidstaten van het Non-proliferatieverdrag om met hernieuwde kracht te werken aan het voldoen aan de verplichtingen onder artikel VI van het verdrag en daartoe effectieve maatregelen te formuleren om het bestaande juridische hiaat te dichten om effectief kernwapens te kunnen verbieden en elimineren; 

verzoekt de regering, steun te geven aan deze oproep van EU-lidstaat Oostenrijk, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Bommel en Van Ojik. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 17 (33783). 

De heer Van Bommel (SP):

Ook ik maak deel uit van de delegatie die los van de minister aanwezig zal zijn bij de toetsingsconferentie in New York. Wij gaan in ieder geval van onze kant de maximale transparantie die wij nastreven, ten uitvoer brengen door te zorgen dat alles wat wij daar horen, wereldwijd wordt rondverteld. 

De heer Knops (CDA):

Voorzitter. We hebben zojuist een uitstekend debat gehad met de minister van Buitenlandse Zaken. De gemeenschappelijke doelstelling om te komen tot een kernwapenvrije wereld hing zichtbaar boven dat debat. De minister heeft de ambitie uitgesproken om zich daar voor de volle honderd procent voor in te zetten. Een van de belangrijke dingen daarbij is transparantie, waaronder parlementaire controle. Ik dien op dat punt een motie in die meeondertekend is door de heren Sjoerdsma, Servaes en Van Bommel. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat de regering zich inzet voor meer openheid over kernwapens in Europa; 

constaterende dat deze inzet beperkt blijft binnen de marges van bondgenootschappelijke geheimhouding, alsmede uitgaat van instemming binnen het NAVO-bondgenootschap en vergelijkbare openheid van de Russische Federatie over haar arsenaal; 

constaterende dat een doorbraak binnen afzienbare tijd door de afwijzende houding van Rusland op dit punt onwaarschijnlijk is; 

van mening dat de geheimzinnigheid over de mogelijke aanwezigheid van kernwapens in Nederland elke vorm van parlementaire controle in de weg staat en zeer onbevredigend is; 

overwegende dat er binnen de NAVO voor Duitsland een aparte afspraak geldt die ruimte biedt voor meer openheid over de op het Duitse grondgebied aanwezige kernwapens; 

verzoekt de regering, binnen de NAVO en in bilaterale contacten met de Verenigde Staten voor Nederland ten minste eenzelfde afspraak te bedingen als voor Duitsland om zo meer openheid ten aanzien van eventueel in Nederland aanwezige kernwapens mogelijk te maken, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Knops, Sjoerdsma, Servaes en Van Bommel. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 18 (33783). 

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. We spraken vandaag over de NPV-conferentie, die eens in de vijf jaar plaatsvindt. Het was een goed en vrij open debat met de minister, maar toch zijn er nog een paar punten in het kabinetsbeleid waarvan mijn fractie zegt dat die nog een tandje scherper kunnen of een steuntje in de rug verdienen. Een daarvan is het onderwerp transparantie, waarover collega Knops al uitgebreid heeft gesproken. Ik denk dat het goed is dat de minister wil inzetten op eenzelfde soort transparantie als in Duitsland en dat hij dat bilateraal met de Verenigde Staten wil regelen. Ik denk dat dat een steuntje in de rug verdient, vandaar ook mijn steun voor die motie. 

Het enige substantiële verschil van mening met de minister betrof de noodzaak van een wereldwijd verbod op kernwapens. We zijn het erover eens dat dit er moet komen, maar het is even de vraag wanneer het er moet komen. De minister zegt: aan het eind van de rit, mijn fractie zegt: aan het begin van de rit. Daarom vind ik de motie van de heer Van Bommel sympathiek. 

Ik heb ook een eigen motie. Deze moet zekerstellen dat Nederland, hoe het ook tegen het eindresultaat van dergelijke onderhandelingen over een verdrag voor een verbod op nucleaire wapens aankijkt, in ieder geval inhoudelijk meeonderhandelt. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat de vijfjaarlijkse toetsingsconferentie van het Non-proliferatieverdrag zal plaatsvinden in New York; 

overwegende dat het wenselijk is om het aantal kernwapens op de wereld tot nul te reduceren; 

constaterende dat 191 landen — waaronder Nederland — partij zijn bij het genoemde verdrag; 

constaterende dat dit verdrag oproept tot een nieuw akkoord betreffende generieke en complete ontwapening; 

verzoekt de regering, inhoudelijk deel te nemen, zonder daarbij vooruit te lopen op een oordeel over het eindresultaat, aan internationale besprekingen over een verdrag voor een verbod op nucleaire wapens, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Sjoerdsma, Servaes en Van Bommel. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 19 (33783). 

We wachten heel even tot de minister beschikt over de tekst van alle moties. Dan kan hij gelijk doorgaan met de beantwoording. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Minister Koenders:

Mevrouw de voorzitter. Ik wil graag direct de moties bespreken. We hebben net uitvoerig inhoudelijk gesproken over de verschillende opties voor de belangrijke conferentie van volgende week. Ik begin met de motie-Van Bommel/Van Ojik op stuk nr. 17. Ik heb in het debat aangegeven dat ik de Austrian pledge sympathiek vind. We hebben een aantal doelstellingen gemeen, namelijk de inzet voor Global Zero, een wereld zonder kernwapens. Ik heb ook gezegd dat ik een andere strategie aanhang. Ik zie een verdrag dat kernwapens verbiedt als beginpunt voor ontwapening niet als een verstandige lijn, gezien de coalitie die Nederland nu is aangegaan. Er is gekozen voor een vrij vooruitstrevende strategie in het kader van het Non-Proliferation and Disarmament Initiative (NPDI) om voortgang te boeken met andere landen. De Austrian pledge is naar onze mening niet de meest preferente, dat zou die van Australië moeten zijn. In dat licht ontraad ik deze motie. 

Dan kom ik op de motie-Knops c.s. op stuk nr. 18. Ik zie deze motie als ondersteuning van het beleid. Ik denk dat het belangrijk is om tot meer transparantie te komen. Er is vandaag ook nog een aanscherping gekomen. Omdat de wegen die we steeds hebben bewandeld, eigenlijk niet tot resultaat hebben geleid, zou je moeten bezien of we op dezelfde manier tot transparantie moeten komen als met Duitsland. Volgens de officiële lijn van de NAVO-woordvoering is het geen geheim dat er Amerikaanse kernwapens aanwezig zijn of zijn geweest in Europa, te weten in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Andere NAVO-landen worden niet specifiek genoemd. Die situatie bestaat al jaren en is voor Duitsland voornamelijk het gevolg van het punt dat de Duitse laagvlakte werd aangemerkt als meest waarschijnlijk strijdtoneel tussen Oost en West. Er was dus een specifieke historische reden voor deze regeling. Desalniettemin vind ik het absoluut het serieus proberen waard. Daarom onderstreep ik deze motie met een positief advies. 

Dan kom ik op de motie op stuk nr. 19, van de heren Sjoerdsma, Servaes en Van Bommel. Ik heb zojuist gezegd dat het belangrijkste nu is om verder te komen in de richting van onderhandelingen, om zo te komen tot een verdrag over een verbod op kernwapens, maar dat ik dat niet zie als een beginpunt. Mij wordt gevraagd om inhoudelijk deel te nemen aan onderhandelingen, terwijl ik niet vind dat die nu moeten beginnen. Daarom ontraad ik deze motie. 

De beraadslaging wordt gesloten. 

De voorzitter:

We gaan zo stemmen over de ingediende moties. 

De vergadering wordt van 18.43 uur tot 18.53 uur geschorst. 

Naar boven