4 Vragenuur: Vragen Karabulut

Vragen van het lid Karabulut aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat een derde van de gemeenten een tekort heeft op het bijstandsbudget. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Er is iets heel raars aan de hand. Terwijl de werkloosheid groeit — we zitten nu tegen de 700.000 werklozen aan — gewone mensen steeds grotere schulden krijgen, mensen hun zorg niet meer kunnen betalen en de huur niet meer kunnen bekostigen, en het aantal dak- en thuislozen groeit, knijpt deze staatssecretaris van Sociale Zaken gemeenten als een sinaasappel uit. Zij moeten steeds meer voor hun inwoners zorgen. Ik heb het dan over zorg, begeleiding van werklozen, en ondersteuning in inkomen, maar ze moeten dat doen met in totaal meer dan 5 miljard minder budget. Dat geldt ook voor de werkloosheids- en bijstandsuitkeringen. Een derde van de gemeenten stelt dat er sprake is van gigantische tekorten en dat ze het niet meer kunnen bolwerken. Dat klopt, want dit jaar wordt er al een half miljard bezuinigd op het budget en volgend jaar gaat het ook om tonnen. Veel gemeenten hebben een tekort wat betreft de bekostiging van de sociale werkplekken van onze arbeidsgehandicapten. Wat er gebeurt, is dat gemeenten van gepensioneerden vragen hun pensioen op te eten voordat zij het grondrecht op bijstand krijgen. Gemeenten onthouden het grondrecht op bijstand. 

De staatssecretaris beweert dat de budgetten toereikend zijn. Erkent zij dat die budgetten allesbehalve toereikend zijn, wil zij de gemeenten de helpende hand bieden en gaat zij geld zoeken bij haar collega's om ervoor te zorgen dat iedereen in dit land een fatsoenlijk bestaan kan leiden zonder honger te hoeven lijden? 

Staatssecretaris Klijnsma:

Voorzitter. Met mijn brief van 29 september heb ik de Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van het nieuwe verdeelmodel. Het macrobudget daarvoor is toereikend vastgesteld. Als je verdeelt, is het logisch dat een deel van de gemeenten een overschot en een ander deel een tekort realiseert. Dat was over 2013 ook het geval. Geen enkele gemeente zal helemaal precies uitkomen. Dat is altijd zo geweest. 

Het nieuwe voordeelmodel dat we hanteren, laat een vertrouwenwekkend beeld zien. Gemeenten die eerder een tekort hadden, gaan er in dit beeld vaker op vooruit. Gemeenten die eerder een overschot hadden, krijgen wat minder. Daarvan kunnen de gemeenten profiteren die eerder een tekort hadden. De balans is dus gewoon heel netjes. Om te voorkomen dat gemeenten in de problemen raken, zal ik natuurlijk, net zoals nu, voor het nieuwe verdeelmodel een goed vangnet maken. Dat ik heb de Kamer al aangekondigd in mijn brieven van 15 mei en 29 september. Ik doe dit in heel nauwe samenspraak met de VNG. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Het is één grote ontkenning van deze staatssecretaris. Hoe anders was het een aantal jaren geleden, toen dezelfde staatssecretaris in de oppositie zat en zij samen met mij knokte voor de rechten van bijstandsgerechtigden? Hoe anders was dat wel niet? Zij legde met haar collega Hans Spekman in de Kamer precies dit punt op tafel. Ik zie hier nu een staatssecretaris die draait en ontkent. Ze heeft het over verdeelsystematieken en macrobudgetten. Gemeenten komen gewoon tekort! Het is toch niet zo ingewikkeld? Er zijn meer dan 50.000 bijstandsgerechtigden bij gekomen sinds het weinig succesvolle beleid van dit kabinet. Zoals de staatssecretaris weet, groeit de werkeloosheid alleen maar. Het aantal daklozen groeit, het aantal mensen met schulden groeit en het aantal armen groeit. Gemeenten hebben dus meer budget nodig. En wat doet de staatssecretaris? Zij kort op het budget. Je kunt wel goochelen en zeggen "de ene gemeente moet maar een beetje inleveren en de andere krijgt er wat bij", maar een derde van de gemeenten heeft gewoon een structureel tekort. Er zijn twee opties. Of deze staatssecretaris gaat zover dat zij de grondrechten van ons allemaal in dit land laat ondersneeuwen. Als deze tekorten niet worden aangevuld — je ziet het nu al gebeuren — zullen gemeenten immers mensen uitkeringen en ondersteuning onthouden, en bijvoorbeeld ook op de bibliotheken en de zorg moeten korten. Of de staatssecretaris gaat het eerlijke verhaal vertellen en zeggen: oké, ik zie dat er een probleem is. Zij kan dan vandaag op z'n minst toezeggen dat zij in overleg gaat met de gemeenten en haar minister van Financiën. 

Staatssecretaris Klijnsma:

Ik ben volcontinu in overleg met de gemeenten. Voor alle gemeenten samen wordt er een toereikend macrobudget voorgesteld. Daarbij wordt uitgegaan van de realisaties in het voorgaande jaar, dus 2013, van een inschatting — dat is ook goed gebruik — van de effecten van de conjunctuur, van de effecten van het rijksbeleid en van een indexering van de loon- en prijsontwikkeling. Het macrobudget wordt dus zoals altijd gewoon toereikend vastgesteld. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Het is een zichzelf herhalende plaat. Ik vind het doodvermoeiend. Ik doe nog één poging. Ontkent de staatssecretaris dat bijvoorbeeld in Oost-Groningen de sociale werkvoorziening arbeidsplekken opheft en een afdeling moet sluiten omdat die het niet meer kan financieren? Ontkent de staatssecretaris dat de gemeente Amsterdam bijna 50 miljoen tekortkomt, omdat de staatssecretaris bijvoorbeeld het groeiend aantal dak- en thuislozen niet meeneemt? Kortom, ontkent de staatssecretaris de groeiende sociale problematiek in ons land? Zij is staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; daar wil ik haar aan herinneren. 

Staatssecretaris Klijnsma:

Oost-Groningen is een mooi voorbeeld. In de manier waarop dit verdeelmodel uitpakt, gaat Oost-Groningen er absoluut niet op achteruit, terwijl de rest van Nederland de 4% wel voor de kiezen krijgt. De rest van Nederland betaalt dus als het ware voor Oost-Groningen. Ik moet constateren dat Amsterdam bij de jaarschijf voor 2013 4% overhield en nu dus inderdaad wat minder krijgt, en dat kan ook. Nogmaals, het macrobudget is toereikend. Voor uitschieters moeten we natuurlijk een ordentelijk vangnet maken, net zoals we dat nu al doen. Daar ben ik ook druk mee bezig, samen met de gemeenten. 

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

De staatssecretaris heeft nu drie of vier keer gezegd dat het macrobudget voldoende is. Daar valt al genoeg op af te dingen, maar ik maak me vooral zorgen over de gemeenten waarvoor het extra zuur uitvalt. De staatssecretaris geeft aan dat zij een vangnet maakt, maar ik hoor graag van haar wanneer zij daarover meer duidelijkheid kan geven, zodat wij weten wat wij kunnen zeggen tegen mensen die in gemeentes wonen die dit extra grote probleem hebben. 

Staatssecretaris Klijnsma:

Dat is een zeer terechte vraag. Vanaf 1 januari 2015 willen wij met het nieuwe verdeelmodel aan de slag. Ik wil voor die datum inzicht bieden in het vangnet. 

De heer Kerstens (PvdA):

De staatssecretaris moet mij maar corrigeren als ik het fout heb, maar ik dacht dat zij aangaf dat het huidige verdeelmodel tot stand gekomen is in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en dat zij doet wat de Kamer in overgrote meerderheid heeft gevraagd, namelijk extra rekening houden met regio's die er toch nog wat zwakker voorstaan dan andere regio's. Kan de staatssecretaris bevestigen dat dat zo is? Wanneer is het vangnet er? 

Staatssecretaris Klijnsma:

Dat laatste heb ik al gezegd. Het vangnet zal er in contouren zijn voor 1 januari. Als het gaat om de onderleggers voor het verdeelmodel, de verdeelmaatstaven, dan is het fenomeen "arbeidsmarktregio" heel essentieel. Het verdeelmodel werkt bijvoorbeeld voor Oost-Groningen goed uit. De arbeidsmarktregio aldaar is nou niet bepaald de allerbeste van ons hele land, en daarmee druk ik mij nog eufemistisch uit. 

De voorzitter:

Ik dank u voor uw antwoorden en voor uw komst naar de Kamer. 

Naar boven