5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor om het debat over het bericht "Gebrek aan dagbesteding schaadt gezondheid asielzoeker", het debat over het ACVZ-rapport inzake het buitenschuldbeleid en het dertigledendebat over het rapport van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken over vreemdelingendetentie van de lijst met debatten af te voeren.

Voorts stel ik voor, toestemming te verlenen tot het houden van een wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op maandag 4 november 2013 van 11.00 tot 14.00 uur van de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu over de Fyra.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Tongeren.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb meer dan zes weken geleden twee schriftelijke sets vragen ingediend over schaliegas. Het zijn ingewikkelde vragen over concessies en vergoedingen. Hoe staat het daarmee in Nederland? Het is ook een onderwerp dat enorm speelt. Ik zou dus heel graag een antwoord hierop hebben, zeker voor het WGO Energie.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. 26 organisaties in ons land doen mee aan het project Regelarm werken in de zorg. Careyn is daar een van. Als we de kans krijgen om dit uit te rollen, kan het ook nog eens 800 miljoen euro opleveren. Op basis hiervan hoeven andere bezuinigingen dan niet door te gaan. Zo belangrijk is deze proef. Careyn stopt er nu echter mee vanwege te veel regels die gesteld worden door de financiers. Ik wil hier heel graag een debat over voeren. Laat dit project niet ten onder gaan.

De voorzitter:

Mevrouw Agema wil een debat over het project Regelarm werken in de zorg.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Als mevrouw Agema daar niet had gestaan met haar verzoek, had ik daar gestaan. Zeker steun dus voor dit debat.

De heer Van 't Wout (VVD):

Het is zeker een mooi project. Het is een slecht signaal dat we hier van Careyn krijgen. Mijn voorstel is om de staatssecretaris om een brief te vragen die we nog voor de begrotingsbehandeling ontvangen. Dan kunnen we er dan gelijk bij stilstaan. Laten we dat eerst maar eens proberen voordat we er een apart debat over voeren.

De voorzitter:

U geeft geen steun aan een debat, maar u wilt wel een brief over dit onderwerp.

De heer Van 't Wout (VVD):

Ja, voor de begrotingsbehandeling.

De voorzitter:

Die brief moet er voor de begrotingsbehandeling zijn. Wat betekent dit, maandag na het reces of eind volgende week? De begroting is namelijk …

De heer Van 't Wout (VVD):

Direct na het reces, dus daarvoor en het liefst zo ver mogelijk daarvoor.

De voorzitter:

Zo snel mogelijk dus.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Het is inderdaad een mooi project en het is dus een slecht signaal als een zorgorganisatie eruit stapt. Daarom heb ik daar gisteren Kamervragen over gesteld. Ik stel voor dat we die eerst beantwoord zien. Hetzelfde geldt voor de brief waar de heer Van 't Wout om vroeg. Vervolgens kunnen we deze zaken betrekken bij de behandeling van de begroting. Ik vraag dus om mijn Kamervragen te beantwoorden voor de begrotingsbehandeling.

De voorzitter:

Geen steun voor het verzoek voor een debat, wel steun voor de brief waar de VVD-fractie om heeft gevraagd. Daarnaast vraagt u of uw vragen voor de begrotingsbehandeling kunnen worden beantwoord.

Mevrouw Bergkamp (D66):

De fractie van D66 sluit zich aan bij het voorstel van de VVD. Eerst zo snel mogelijk een brief, voor de begrotingsbehandeling, en dan, denk ik, een debat. Laten we echter eerst even de brief ontvangen.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik kan me wel vinden in eerst een brief, omdat we dan kunnen bekijken of we die kunnen betrekken bij de begrotingsbehandeling of anders bij het algemeen overleg over de AWBZ, dat we ook nog hebben. Ik denk dat we het op deze manier het snelste kunnen bespreken. Zo kunnen we ook snel ingrijpen als we vinden dat dit nodig is. Ik ken de lijst van debatten. Het risico dat we het pas in maart bespreken, wanneer het echt te laat is, is mij te groot. Daarom ga ik mee met het praktische voorstel van de VVD-fractie. Dan kunnen we bekijken of het bij de begrotingsbehandeling aan de orde komt of bij het AO op, ik meen, 7 november, over de AWBZ.

De voorzitter:

Steun voor de brief, geen steun voor een debat. Mevrouw Agema, u hebt geen steun voor het houden van een debat, maar er is wel een verzoek voor een brief. Ik neem aan dat u dit verzoek steunt, naast het verzoek van de heer Van Dijk om zijn vragen te beantwoorden voor de begrotingsbehandeling. Dan kan dit allemaal betrokken worden bij het heel grote debat dat gepland staat gelijk na het herfstreces.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel. Het is niet anders, voorzitter.

De voorzitter:

Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Ik geef het woord aan de heer Sjoerdsma van D66.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. 2013 had een feestjaar moeten zijn, het Nederland-Ruslandjaar, maar het feest werd grimmiger en grimmiger, incident na incident na incident. D66 herinnert zich de kwestie-Dolmatov …

De voorzitter:

Ik wil graag dat u uw verzoek doet en dat u met uw inbreng wacht tot het moment dat we het over de inhoud gaan hebben.

De heer Sjoerdsma (D66):

D66 herinnert zich diverse incidenten en gisteren zagen we als bizarre klap op de vuurpijl de mishandeling van een Nederlandse diplomaat. D66 wil graag een spoedbrief over deze mishandeling met een oordeel van het kabinet over wat er gebeurd is en over het Nederland-Ruslandjaar, en daarna wil D66 snel een debat.

De voorzitter:

Een spoedbrief te ontvangen wanneer?

De heer Sjoerdsma (D66):

Het liefst nog vandaag.

De voorzitter:

Dus nog vandaag te ontvangen.

De heer Van Bommel (SP):

De SP is het eens met D66 dat het Nederland-Ruslandjaar mislukt is. Het was ook meer een Nederlands Ruslandjaar, want het werd in Rusland niet gevierd, hetgeen gisterenavond ook maar weer bleek. Dus de stekker moet er wat ons betreft zo snel mogelijk uit. Daarvoor zouden we graag opheldering willen over dit incident, het liefst nog voor vanmiddag 14.00 uur, zodat we het kunnen toevoegen aan de agenda van het AO over de Raad Buitenlandse Zaken dat wij vanmiddag met de minister van Buitenlandse Zaken hebben. Dan kunnen we er daar meteen over spreken.

De voorzitter:

Ja.

De heer De Roon (PVV):

Ik heb een halfjaar geleden al gezegd dat ik helemaal niets zag in een Nederland-Ruslandjaar en drie partijen hebben vandaag bevestigd dat zij dat nu ook vinden. Beter laat dan nooit, zullen we maar redeneren, maar ik steun in ieder geval graag het voorstel van de heer Sjoerdsma van D66 om hierover snel met de minister van Buitenlandse Zaken te spreken, zodat we de viering van dat jaar in elk geval de nek om kunnen draaien. Daar voeg ik nog aan toe dat ik heel graag zou zien dat onze premier die zich vandaag ook heeft uitgelaten over deze affaire …

De voorzitter:

Het gaat er nu over of u het verzoek om een debat steunt of niet en ik hoor dat u dat doet.

De heer De Roon (PVV):

Ik kom met een aanvullend voorstel en ik ben dat nu aan het uitleggen. De premier heeft zich er ook over uitgelaten, in de zin dat hij dit een heel ernstige zaak vindt. Ik vind in wezen dat de premier nu ook de heer Poetin moet bellen om zijn zorgen uit te spreken en te verlangen dat onze diplomaten beter worden beschermd. Aan het verzoek van de heer Sjoerdsma om een debat wil ik graag het verzoek toevoegen dat ook de premier wordt uitgenodigd om bij dat debat aanwezig te zijn.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Steun voor het verzoek van de heer Sjoerdsma. Er is helaas in de relatie tussen Nederland en Rusland meer aan de hand dan alleen deze mishandeling. Ik zou het verzoek dan ook zodanig willen uitbreiden dat de minister in zijn brief ook ingaat op de stand van zaken rond de detentie van de Greenpeace-activisten.

De voorzitter:

U steunt het verzoek om een spoedbrief en een debat?

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Met deze aanvulling.

De heer Servaes (PvdA):

Ook steun voor deze brief. Het is bijzonder ernstig wat er gisterenavond is gebeurd. Ik begrijp dat we nu kort moeten zijn, maar ik vind het toch belangrijk dat wij als Kamer benadrukken dat wij ons er grote zorgen om maken. De timing zou ik wel aan de minister zelf over willen laten, aangezien hijzelf zojuist heeft laten weten dat hij vanmiddag met zijn Russische collega spreekt. Dus daarna of uiterlijk morgenochtend vroeg lijkt mij goed. Wat betreft het debat stel ik mij zeer pragmatisch op: waar en wanneer er ruimte is op de agenda, moeten we dat nog voor het reces houden.

De voorzitter:

Voor het reces is er op de plenaire agenda geen ruimte, behalve eventueel voor een VAO. Ik weet dat u morgen nog een debat gepland hebt staan. Als u daaromheen een AO organiseert, heb ik zeker ruimte voor een VAO, maar niet voor een debat.

De heer Ten Broeke (VVD):

Het gaat om een heel ernstige gang van zaken die vraagt om optreden van de Nederlandse regering. Dat is ook wat volgens mij de minister van Buitenlandse Zaken aan het doen is. Ook ik wil een brief met daarin uitleg. Daar moet in elk geval in komen te staan wat het gesprek met de Russische ambassadeur, dat volgens mij vanochtend heeft plaatsgevonden, heeft opgeleverd. Wij hebben er ook toe opgeroepen dat de minister met zijn collega Lavrov gaat spreken. Dat gesprek vindt volgens mij later vanmiddag plaats. Ik wil het resultaat van dat gesprek ook graag in die brief terugzien. Dus wat mij betreft een brief op de kortst mogelijke termijn met daarin zo veel mogelijk informatie om er vervolgens met de minister over te kunnen spreken. Dat laatste zou dan morgen wellicht kunnen en marge van het dan geagendeerde AO over de RAZ.

De heer Omtzigt (CDA):

Wij vinden het zeer serieus wat er gebeurd is. Wij willen snel een brief, waarin ook wordt ingegaan op de andere incidenten, want die stapelen zich op binnen het Ruslanddossier. In de brief moet dus ook worden ingegaan op de situatie met Greenpeace en op hetgeen Rusland zegt over het oppakken van de Russische diplomaat hier, waar Rusland een issue van maakt. Wij willen het gesprek tussen de twee ministers van Buitenlandse Zaken afwachten. Wij vinden dat het op de weg van de minister ligt om, als dit soort problemen zich voordoen, eerst onder vier ogen met minister Lavrov te spreken. Daarna kunnen wij er in de Kamer over spreken, in plaats van omgekeerd. Ik steun een debat, maar ik kan mij ook voorstellen dat wij het onderwerp betrekken bij het geplande algemeen overleg. Dat zal in ieder geval mijn fractie doen.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Het is een ernstige zaak. Ook wat mij betreft worden eerst de gesprekken gehouden en komt er dan pas een brief. Gezien de geluiden van collega's en de agenda, lijkt het mij het handigst om het onderwerp morgen bij het AO te betrekken en rekening te houden met een VAO.

De voorzitter:

Ik moest even overleggen, want het is een beetje ingewikkeld om een conclusie te trekken. Mijnheer Sjoerdsma, volgens mij is er brede steun voor een brief. Eén lid wil die brief al om 14.00 uur hebben, maar de meesten hebben gezegd dat zij een brief willen waarin zo veel mogelijk informatie staat. Ik begrijp dat daarvoor gewacht moet worden tot na 14.00 uur, maar die brief moet zo snel mogelijk komen. Iedereen wil praten over dit onderwerp, maar dan wel op zeer korte termijn. Morgen is daar een mogelijkheid voor en kunt u het ook plenair afronden. Als u vasthoudt aan uw verzoek om op korte termijn een debat te plannen, kan ik slechts zeggen dat ik dat niet kan doen. Mijn tegenvoorstel is om morgen een VAO te houden, waarna over eventueel ingediende moties kan worden gestemd.

De heer Sjoerdsma (D66):

Dank voor deze conclusie, die ik deel. Het is terecht dat de minister de ruimte krijgt voor een gesprek en dat daarna de brief volgt. Als een AO morgen de enige gelegenheid is om op heel korte termijn hierover te spreken, dan moeten wij dat doen. Ik zou dan wel graag een apart AO houden en het onderwerp niet willen toevoegen aan een bestaand AO.

De voorzitter:

Het AO moet u niet via de plenaire zaal, maar via de gebruikelijke kanalen regelen. Ik houd in ieder geval rekening met een VAO. Ik wens u succes met het plannen van het AO. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van Vliet.

De heer Van Vliet (PVV):

Voorzitter. Alles wat vandaag en morgen besproken wordt, vindt grotendeels zijn weg naar het Belastingplan 2014. Aangezien de eerste termijn van de behandeling van het Belastingplan — wij gaan daar vier dagen over debatteren — is gepland voor maandag 28 oktober, de eerste maandag na het herfstreces, zou ik graag zo snel mogelijk alle nota's van wijziging ontvangen van staatssecretaris Weekers, zodat de fiscale woordvoerders nog in de gelegenheid zijn voor een schriftelijk tussenrondje. Ik stel mij voor dat wij de nota's van wijziging — wellicht is het er slechts één — uiterlijk aanstaande vrijdag voor 12.00 uur ontvangen. Dan kunnen wij er vanaf vrijdagmiddag mee aan de slag en kunnen wij eventueel in het herfstreces een schriftelijk rondje houden. Gaarne ontvangen wij dus vrijdag van staatssecretaris Weekers de nota's van wijziging op het Belastingplan 2014.

De heer Bashir (SP):

Volgens mij wordt het een heel lijvige nota van wijziging. Wij zouden die graag snel ontvangen om hem snel te kunnen behandelen. Ook zou ik, nadat de nota van wijziging naar de Tweede Kamer is gestuurd, graag een advies van de Raad van State krijgen. Een nota van wijziging gaat rechtstreeks naar de Kamer, niet via de Raad van State. Het is echter een grote wijziging, dus graag krijg ik daarbij het advies van de Raad van State. Als dat niet kan, wil ik een gemotiveerde brief van het kabinet met uitleg over de vraag waarom het niet langs de Raad van State kan.

De voorzitter:

U steunt het verzoek, met een aanvulling.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ik steun het verzoek. Wij moeten de nota van wijziging zo snel mogelijk ontvangen voor een goede behandeling van het Belastingplan.

Mevrouw Neppérus (VVD):

Ik steun het verzoek van de heer Van Vliet om uiterlijk vrijdag de nota van wijziging te ontvangen en daarna het tussenrondje te maken van vragen waarop wij dan komende week antwoord willen krijgen. Wij hebben geen behoefte aan het advies van de Raad van State, maar steunen wel het verzoek van de heer Van Vliet.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik steun het verzoek, met de aanvulling van de SP.

De heer Omtzigt (CDA):

Ook de CDA-fractie ontvangt graag zo snel mogelijk de nota van wijziging. Zij had die nota eigenlijk graag morgen al ontvangen. We houden nu algemene financiële beschouwingen zonder dat het Belastingplan hier ligt. Dat is heel bijzonder. Wij steunen ook expliciet het verzoek van de heer Bashir om een advies van de Raad van State op deze nota van wijziging en op de laatste nota van wijziging op het wetsvoorstel OFM. Er ligt immers al een zeer lijvige nota van wijziging die vrij ingrijpend is. Er liggen ook wat kleine wijzigingen, maar die zijn niet belangrijk. Dat spoedadvies zouden we graag hebben. We kunnen ons voorstellen dat de nota van wijziging aan de Kamer gestuurd wordt en dat het advies een halve week later komt. Dat hoeven we niet bij de schriftelijke inbreng te betrekken. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling van de CDA-fractie om het proces zodanig te vertragen dat de Eerste Kamer in de problemen komt.

De heer Groot (PvdA):

Ik deel het verzoek om zo snel mogelijk een nota van wijziging te ontvangen, ruim voor de plenaire behandeling en het wetgevingsoverleg. Een advies van de Raad van State lijkt mij er niet meer in zitten. Het gaat ook niet om inhoudelijke wetswijzigingen, het gaat om een verandering van bedragen. Wij hebben wel vaker nota's van wijziging gezien lopende het proces. Als die nota van wijziging er vrijdag kan zijn, zou dat heel mooi zijn.

De heer Koolmees (D66):

Ik steun ook het verzoek van de heer Van Vliet om zo snel mogelijk de nota's van wijziging te ontvangen voor een goede behandeling van het Belastingplan.

De voorzitter:

Mijnheer Van Vliet, u hebt brede steun voor uw verzoek om de stukken uiterlijk vrijdag hier te hebben. De vragenronde en dergelijke moeten via een procedurevergadering worden geregeld. Een aantal leden heeft verzocht om een spoedadvies van de Raad van State. Dat verzoek gaat mee in het stenogram richting het kabinet. Het is het kabinet dat daar uiteindelijk een besluit over neemt. Daar kan ik verder niets aan doen anders dan dat ik het stenogram doorgeleid naar het kabinet.

De heer Van Vliet (PVV):

Dat lijkt me duidelijk. Dank u wel.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. De vereniging van belastingambtenaren heeft een uitzonderlijke stap gezet door een brief te schrijven waarin zij aangeeft dat zij het niet eens is met een belastingwet omdat die onuitvoerbaar zou zijn en zou kunnen leiden tot belastingontduiking door mensen die kwaadwillend zijn. Dat is een zeer ernstige beschuldiging. Daarom willen wij graag, het liefste voor morgen, een reactie hierop ontvangen van de staatssecretaris van Financiën. Wij willen daarbij ook antwoord op de vraag welke afstemming er intern en extern over dit wetsvoorstel is geweest, zodat wij weten wat er precies is gebeurd. Daarna willen wij graag een debat hierover plannen.

De voorzitter:

Het gaat dus om twee verzoeken: het verzoek om een brief morgen te ontvangen en het verzoek om een debat.

De heer Van Vliet (PVV):

Ik steun het verzoek om een brief, maar het Belastingplan vind ik aanzienlijk belangrijker. Die brief hoeft voor mij dus niet morgen te worden gestuurd. Het kabinet moet maar zien of dat lukt. Ik steun ook het verzoek om een debat, maar dat dient dan uiteraard na het reces te worden gehouden. Dan gaan we met elkaar dat debat aan.

De voorzitter:

Dus steun voor de brief, maar dan niet morgen maar op een later moment, en steun voor het debat.

De heer Van Vliet (PVV):

Ja.

Mevrouw Neppérus (VVD):

In mijn agenda staat dat we morgen als Kamer onze inbreng kunnen leveren over het wetsvoorstel waar het hier over gaat. Dat lijkt mij dus een prima gelegenheid om vragen te stellen. Dat betekent dat ik het verzoek om een brief en het verzoek om een debat niet steun.

De heer Bashir (SP):

Steun voor de brief. Ik wil die wel graag nog voordat we morgen onze inbreng kunnen leveren.

De voorzitter:

Ik begrijp dat u het verzoek om een debat niet steunt.

De heer Bashir (SP):

Dit wetsvoorstel staat al op de agenda, dus het debat komt er.

De voorzitter:

Dus u wilt geen apart debat.

De heer Groot (PvdA):

Ik sluit mij aan bij de heer Bashir. Het debat komt er sowieso. Het lijkt mij dat de vragen van de heer Omtzigt — die vragen heb ik ook — uitstekend meegenomen kunnen worden in het schriftelijk overleg.

De voorzitter:

Dus geen steun voor de brief.

De heer Koolmees (D66):

Ik steun het verzoek om een brief wel. Laten we die brief inderdaad betrekken bij het debat dat volgt over deze wet.

De voorzitter:

Is dat wat u betreft een apart debat of gaat het om het debat dat er toch komt?

De heer Koolmees (D66):

Het gaat om het debat dat er toch komt over deze wet en dat al staat ingepland.

De voorzitter:

Dus geen steun voor het verzoek om een debat, maar wel steun voor het verzoek om een brief.

Mijnheer Omtzigt, ik zie dat u steun hebt voor de brief, maar een aantal leden wil dat u de deadline eraf haalt. U hebt geen steun voor het houden van een apart debat, omdat er, zoals een aantal leden hebben opgemerkt, toch al een debat komt als de wet wordt besproken.

De heer Omtzigt (CDA):

Dat laatste wil ik nog zien. Ik ben zeer benieuwd naar wat hier wordt voorgesteld.

De voorzitter:

Daar gaat u uiteindelijk zelf over.

De heer Omtzigt (CDA):

Dat kunnen we op dat moment bepalen. Ik verzoek toch om zo veel mogelijk van de vragen die wij hier hebben gesteld, morgen voor 12.00 uur beantwoord te hebben, zodat we daar rekening mee kunnen houden bij de inbreng die wij leveren. Hierbij herhaal ik dus het verzoek aan de regering.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Daar staan dan alle opmerkingen van iedereen in. Dan zullen we zien hoe het kabinet daarmee omgaat.

Het woord is aan de heer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. Aan mijn verzoek is al voldaan, want in het schema dat we een halfuur geleden kregen, was het VAO verwijderd. Ik denk dat ik het hier nog even naar voren breng, zodat alle woordvoerders ook weten dat ze hier niet vanavond voor dit onderwerp worden verwacht.

De voorzitter:

Het VAO Ontslagen thuiszorgmedewerkers is van de agenda gehaald op verzoek van de aanvrager. Dit VAO wordt op een later moment geagendeerd.

De heer Madlener heeft nog een vooraankondiging.

De heer Madlener (PVV):

Voorzitter. Morgen houdt de commissie voor Europese Zaken een AO over de Europese top die volgende week plaatsvindt. Ik vraag u om rekening te houden met een VAO, zodat we voor het reces moties kunnen indienen en daarover kunnen stemmen.

De voorzitter:

Dank voor deze vooraankondiging. Ik zal er rekening mee houden.

De vergadering wordt van 13.26 uur tot 13.31 uur geschorst.

Naar boven