Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 136 van het Reglement van Orde.

Vragen van het lid Van Toorenburg aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretaris van Justitie over het bericht dat polygamie in de basisadministratie van gemeenten wordt geregistreerd.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Veelwijverij wordt netjes geregistreerd; zo kopte De Telegraaf van afgelopen vrijdag. Bigamie en polygamie komen niet alleen voor in Nederland, alleen al in Amsterdam staan 173 personen zelfs geregistreerd met twee actuele huwelijken en twee personen zelfs met drie. De CDA-fractie is hierover ronduit nijdig. Dat bigamie en polygamie, strafbare feiten, gewoon keurig in de gemeentelijke basisadministratie staan, is niet te accepteren. Sterker nog: het hebben van meerdere echtgenotes blijkt zelfs geen belemmering te zijn om de Nederlandse nationaliteit te krijgen! Het moet toch niet veel gekker worden. Vandaar onze vragen.

Ik heb eerst vragen voor de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken. Wist de staatssecretaris van deze registraties? Komt het registreren van bigamie en polygamie in meer gemeenten voor? Wat gaat de staatssecretaris ondernemen om het registreren van bigamie en polygamie zo spoedig mogelijk een halt toe te roepen?

Vervolgens mijn vragen aan de staatssecretaris van Justitie. Hoe kan het, dat het hebben van meerdere echtgenotes geen belemmering vormt voor het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit? Hoeveel dubbele, of misschien zelfs driedubbele huwelijkspartners hebben wij in Nederland rondlopen? Hoe zit het met de handhaving? Bigamie en polygamie waren toch strafbaar? Of hebben wij misschien niet goed opgelet?

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Voorzitter. Ik zal het onderdeel over de inschrijving voor mijn rekening nemen; dat is mij ook gevraagd. Ondanks dat wij polygamie ongewenst vinden, is het inderdaad zo dat in de gemeentelijke basisregistratie de burgerlijke staat van een persoon, waaronder het bestaan van een huwelijk, wordt geregistreerd. Polygame huwelijken die zijn erkend – de staatssecretaris van Justitie zal hierop nader ingaan – worden ook in de GBA vermeld. De registratie in de GBA volgt de erkenning. De beantwoording zou dus eigenlijk beter omgekeerd geweest kunnen zijn, maar aangezien de vragen zo aan ons zijn gesteld, beantwoorden wij die ook zo. Bij de registratie gaat het dus echt om registreren: wij volgen de erkenning van in het buitenland gesloten huwelijken. Ik was hiermee bekend, het komt inderdaad voor. Ik acht die registratie in de GBA ook van belang, omdat die informatie bevat die het bestuur nodig heeft om bestuursrechtelijke handelingen te kunnen verrichten. De inschrijving in de GBA brengt zelf geen rechten voort, maar de registratie is wel van belang voor de zaken waarover de staatssecretaris van Justitie gaat, want door die registratie weet je dat er in het buitenland een polygaam huwelijk is geregistreerd. Wij verbinden daaraan al dan niet gevolgen in het traject waarvoor de staatssecretaris van Justitie of de minister van Justitie voor een belangrijk deel verantwoordelijk is. De registratie is dus wel degelijk van belang voor wat wij daarmee in Nederland doen, bijvoorbeeld in het kader van het verkrijgen van het Nederlanderschap, en ik ben niet van plan om daaraan een einde te maken. De staatssecretaris van Justitie zal hierop ingaan.

Staatssecretaris Albayrak:

Voorzitter. Polygamie is in Nederland strafbaar. Ook een Nederlander die in een ander land een tweede wettelijk huwelijk sluit, is in Nederland strafbaar. Wij hebben dit strafbaar gesteld, omdat wij vinden dat een monogaam huwelijk tot de fundamentele waarden in Nederland behoort. Wij accepteren polygamie dus niet; niet voor de wet en ook feitelijk niet. Volgens het internationaal recht erkennen wij wel andere rechtsgeldig gesloten huwelijken in andere landen. Die erkenning bestaat sinds 1978. Je kunt daar een uitzondering op maken om redenen van openbare orde. Zo erkennen wij bijvoorbeeld kindhuwelijken niet. Polygame huwelijken worden wel erkend in hun rechtsgevolgen. Dan doel ik bijvoorbeeld op erfrechten van andere vrouwen die in het land van herkomst een rechtsgeldig huwelijk hebben afgesloten. Hetzelfde geldt voor alimentatie et cetera. De gevolgen van een dergelijk huwelijk voor de toelating nemen wij niet voor onze rekening. Iemand kan dus meerdere huwelijken in het land van herkomst hebben afgesloten, rechtsgeldig volgens het recht in dat land, maar dat betekent niet dat wij ook al die vrouwen – of alle kinderen geboren uit die huwelijken – moeten toelaten. Dat doen wij niet.

Deze discussie is voor mij aanleiding om de erkenning van rechtsgeldig in die landen afgesloten huwelijken op grond van de neutrale regels in het internationale rechtsverkeer opnieuw te bezien. Dat vinden wij nodig, zeker ook om de vrouwen in bescherming te nemen. Zij zouden immers rechten uit die huwelijken moeten hebben, ik noemde al erfrecht en alimentatie. Aan de andere kant voeren wij ook nationaal een discussie over de vraag wat nu het signaal is dat je wilt afgeven. Vinden wij de erkenning, nog steeds gebaseerd op die gronden, opportuun? Dat willen wij graag nader onderzoeken. Er zijn Kamervragen gesteld door mevrouw Arib, de heer Van Raak en de heer Fritsma. Wij zullen in de schriftelijke beantwoording van die vragen uitgebreid hierop ingaan.

Over de toelating heb ik impliciet ook al iets gezegd. Dan blijft nog over het punt van de naturalisatie. Polygamie wordt in Nederland niet geaccepteerd, ook niet bij wet. Dat is een van de redenen waarom wij geen mensen naturaliseren die meerdere huwelijken hebben gesloten, ongeacht in welk land zij die hebben afgesloten. In die gevallen is er dus geen naturalisatie. Wat blijkt echter? Je kunt ook door te opteren voor het Nederlanderschap Nederlander worden. Daartoe hebben wij een optieregeling, en die veronderstelt dat je ingeburgerd bent. Zodra iemand opteert – en daar zijn goede gronden voor, dat kan bijvoorbeeld iemand zijn die hier geboren is – dan wordt niet meer gekeken of die persoon daadwerkelijk ingeburgerd is. Ook het bestaan van een polygaam huwelijk wordt op dat moment niet meer goed bekeken. Dat vind ik niet acceptabel. Als wij geen mensen naturaliseren die een polygaam huwelijk hebben, dan zouden wij zo'n huwelijk ook niet via de optieregeling moeten accepteren. In werkelijkheid doen wij dat nu wel, en dat zullen wij binnen zeer korte tijd ongedaan maken. De wegen waarlangs dat gaat gebeuren, zullen wij de Kamer binnenkort melden. In ieder geval zullen wij ook hierop nog iets zeggen in antwoord op de schriftelijke vragen van de leden die ik eerder al noemde hier.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ik dank de bewindslieden voor de beantwoording van de vragen. Ik ben er zeer content mee dat er een nadere analyse komt van de erkenning. Betekent dit – die vraag zou ik er toch aan toe willen voegen – dat de staatssecretaris onze mening deelt dat bigamie en polygamie in Nederland om heel goede redenen strafbaar zijn? Het gaat niet alleen om de gelijkwaardigheid van man en vrouw; het maakt vrouwen ook bijzonder kwetsbaar. Erkenning van dergelijke huwelijken zet de deur open voor misbruik, schijnhuwelijken, mensenhandel en vrouwenhandel. Is de staatssecretaris voornemens om hieraan ook in de strijd tegen mensenhandel specifiek aandacht te besteden?

Tot slot zijn wij zeer tevreden met de toezegging dat er, gelet op de polygame huwelijken, speciaal naar de optieregeling wordt gekeken. Dat is een grote zorg van ons. Het is in het belang van ons vreemdelingenbeleid, maar zeker ook in het belang van de vrouwen.

Staatssecretaris Albayrak:

Voorzitter. Ik heb gezegd dat polygamie in Nederland strafbaar is. Ik heb ook al gezegd waarom wij vinden dat het strafbaar moet zijn. Sterker nog, ik heb gezegd dat een monogaam huwelijk een van de fundamentele rechtswaarden in Nederland is. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de redenen die mevrouw Van Toorenburg aanhaalt. Wij willen het niet voor onze rekening nemen dat vrouwen het slachtoffer worden van mannen die vinden dat zij met meer dan een vrouw tegelijkertijd getrouwd moeten en mogen zijn. Wij accepteren dat in Nederland niet. Wij accepteren er ook de gevolgen niet van. Er wordt in het kader van de gezinshereniging niet meer dan één vrouw toegelaten en ook de kinderen uit de andere huwelijken laten wij niet in Nederland toe.

Ik heb al gezegd dat er heel goede redenen zijn voor de erkenning, namelijk de neutrale regels in het internationale rechtsverkeer. Soms kan de bescherming van de vrouw in kwestie wellicht een argument zijn om een huwelijk wel te erkennen; die vrouw kan immers rechten ontlenen aan een rechtsgeldig afgesloten huwelijk. Dat is één element. Bovendien moeten wij ons afvragen – en dit is een tweede element – of dit opweegt tegen het voorbestaan, en wellicht zelfs het accepteren van het voortbestaan van polygamie in andere landen. Nog voordat mevrouw Van Toorenburg haar tweede vraag stelde, heb ik dit zelf al gezegd. Deze belangenafweging moeten wij nu met nadruk meenemen in de beantwoording van de Kamervragen waarover ik het zojuist had.

De heer Van Raak (SP):

Ik vind het opmerkelijk dat mevrouw Van Toorenburg hier staat. Wij hadden hierover allemaal al vragen gesteld. Het is echter het recht van de Voorzitter om hierover te beslissen.

De voorzitter:

Het is goed dat u dit zegt. Ik laat uitzoeken hoe dit kan.

De heer Van Raak (SP):

Dank u wel, voorzitter. Polygamie is verboden. Je mag niet met meer vrouwen trouwen. De ambtenaren van de burgerlijke stand moeten hierop toezien, maar zij doen dit niet. Zij registreren polygamie, en vervolgens gaat alles gewoon verder. Hoe zit dit precies? Weten ambtenaren niet dat zij in actie moeten komen als zij op polygamie stuiten? En stel dat zij dit niet weten. Stel, ik ben een ambtenaar van de burgerlijke stand en er komt bij mij een mijnheer die zegt: ik wil met mevrouw X trouwen, maar trouwens ook met mevrouw Y. Als mens denk je dan toch: dit is niet in de haak? In zo'n geval ga je daar toch achteraan?

De voorzitter:

Aan wie van de twee staatssecretarissen stelt u uw vraag?

De heer Van Raak (SP):

Aan beide staatssecretarissen.

De voorzitter:

U moet voor een van beide staatssecretarissen kiezen.

De heer Van Raak (SP):

Dan kies ik voor de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

De heer Van Raak heeft gelijk als hij zegt dat ambtenaren van de burgerlijke stand er bij de inschrijving in Nederland op moeten toezien of er sprake is van polygamie. Daaruit volgt de redenering van de staatssecretaris van Justitie dat het hierbij gaat om strafbare feiten. In mijn eerste reactie ging mijn antwoord echter over het registreren van huwelijken die in het buitenland zijn gesloten. Nederland volgt de rechtsgeldige erkenning uit het buitenland. Het is wel degelijk van belang dat deze in het buitenland gesloten huwelijken gewoon worden ingeschreven. Aan de hand van deze gegevens kunnen wij namelijk op dit punt beleid voeren. Op grond van deze gegevens kan bijvoorbeeld uiteindelijk worden besloten om het Nederlanderschap niet te verlenen. Het is dus wel degelijk van belang om wat in het buitenland wel is erkend, in het GBA te registreren opdat wij deze gegevens kunnen gebruiken voor ons beleid.

Bij het eerste punt dat de heer Van Raak aanvoert, heeft hij gewoon gelijk. Waar dit probleem niet voldoende wordt erkend, moet hieraan nog eens aandacht worden besteed samen met de vereniging van ambtenaren van de burgerlijke stand. Wij moeten dit punt nog eens nadrukkelijk onder de aandacht brengen.

Mevrouw Arib (PvdA):

Polygamie is strafbaar in Nederland. Ik vind het onbegrijpelijk dat wij desondanks niet direct overgaan tot het nemen van concrete maatregelen om dit te verbieden. Ik hoor dat dit min of meer ingewikkeld is vanwege de bescherming van vrouwen. Welk signaal gaat hiervan echter uit? In de landen waar polygamie zich voordoet, voeren vrouwenorganisaties vaak al jarenlang strijd om te komen tot een verbod in hun land. Polygamie gaat immers gepaard met onderdrukking van vrouwen. Van het feit dat in Nederland geen maatregelen worden genomen om polygamie daadwerkelijk te verbieden, gaat mijns inziens daarom een verkeerd signaal uit. Ik begrijp dat de staatssecretaris van Justitie gaat onderzoeken welke juridische mogelijkheden er zijn om dit te verbieden. In de tussentijd worden deze polygame huwelijken echter nog steeds geregistreerd. Daarom vraag ik de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken of het mogelijk is om op korte termijn met alle gemeenten om de tafel te gaan zitten en te spreken over dit onderwerp. Wellicht kan de staatssecretaris een brief sturen waarin staat dat polygamie niet kan. Polygame huwelijken moeten niet worden geregistreerd zolang er nog geen wettelijke maatregelen op dit punt zijn genomen.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Ik zei zojuist al dat wij er op dit moment juist belang bij hebben dat deze huwelijken worden geregistreerd. De staatssecretaris van Justitie zei zojuist al dat men wellicht gemakkelijker het Nederlanderschap kan verkrijgen als deze huwelijken niet worden geregistreerd. Wij moeten deze huwelijken dus wel registreren. Het punt van de erkenning en de optieregeling zijn zaken die echt bij het ministerie van Justitie thuishoren. Hetzelfde geldt voor de Rijkswet op het Nederlanderschap. Wij moeten deze huwelijken dus juist wel registreren, opdat wij weten wat er is gebeurd. De staatssecretaris van Justitie zei zojuist al dat wij mannen met meer dan één vrouw niet in Nederland toelaten. Zij kunnen met één vrouw Nederland binnenkomen. Het is echter wel degelijk noodzakelijk om deze in het buitenland gesloten huwelijken te registreren, opdat wij hieruit voor het beleid conclusies kunnen trekken.

Staatssecretaris Albayrak:

Laat ik heel duidelijk zijn. De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken heeft gelijk als zij stelt dat de ambtenaren van de burgerlijke stand op dit moment volledig volgens de Nederlandse wetten handelen. Zij doen niets wat tegen de wet indruist. Het is dus de vraag hoe het komt dat zij door toepassing van de wet polygame huwelijken moeten inschrijven. Door vreemdelingen in het buitenland rechtsgeldig gesloten huwelijken worden in Nederland erkend en dus ook ingeschreven. Wij moeten het dus niet omdraaien. Wij hebben er veel meer belang bij om te kijken naar de vraag hoe het komt dat wij dergelijke huwelijken erkennen.

Bovendien – ik heb dat al gezegd – zijn door in Nederland verblijvende Nederlanders, in Nederland verblijvende buitenlanders en in het buitenland verblijvende Nederlanders gesloten polygame huwelijken strafbaar.

Ik heb reeds gezegd dat er gekeken moet worden naar de vraag of wij erkenning van polygamie moeten tegengaan onder het criterium "in strijd met de openbare orde". Wij doen dat wel met kindhuwelijken, maar niet met polygame huwelijken. Het onderzoek dat ik zojuist aankondigde, zal zich richten op de vraag hoe de wet zodanig aangepast kan worden dat ook polygame huwelijken in strijd worden geacht met de openbare orde in Nederland, en wat daarvan de voor- en nadelen zijn.

De heer Van Beek (VVD):

Voorzitter. De staatssecretaris van Justitie heeft één heldere uitspraak gedaan. Zij begon haar betoog namelijk met de uitspraak dat polygamie strafbaar is. Daarna begon het echter te glijden.

Dit probleem is niet nieuw. Uit antwoorden op vragen van de gemeenteraad Amsterdam blijkt dat de Dienst Persoonsgegevens van de IND dit onderwerp al in januari 2007 aangekaart heeft. Wat is op dit gebied nu de laatste anderhalf jaar gebeurd?

Wie wordt, zo lang die inschrijving als zodanig gedaan wordt, erkend als de wettige echtgenote? Wie heeft juridische verplichtingen en kan rechten ontlenen aan de inschrijving of het functioneren in de Nederlandse maatschappij? Hoe wordt er in de praktijk mee omgegaan?

Staatssecretaris Albayrak:

Een praktisch voorbeeld betreft een rechtshulpvraag uit een land waar rechtsgeldig meerdere huwelijken zijn gesloten, van een partner die niet in Nederland verblijft – in Nederland wordt namelijk maar één partner toegelaten – op het moment dat sprake is van een scheiding, wederom rechtsgeldig in het land van herkomst. Die rechtshulpvraag heeft bijvoorbeeld betrekking op het verzoek om ervoor te zorgen dat die vrouw een deel van het bezit van de man of alimentatie krijgt. In die gevallen is dus sprake van internationaal rechtsverkeer, waarbij de Nederlandse erkenning van het rechtsgeldig gesloten huwelijk in een ander land relevant wordt. Dat voorbeeld gaf ik zojuist.

De vragen waaraan u refereert, waren voor een deel vergelijkbaar met de vragen die vandaag aan de orde zijn; er zijn nog veel meer vragen van andere Kamerleden. Volgens mij moeten wij ook die vragen gebruiken als aanleiding om het gehele proces van erkenning tot en met toelating, naturalisatie en inschrijving in het GBA tegen het licht te houden, teneinde zo veel mogelijk in Nederland onacceptabel geachte praktijken, zoals polygamie, uit te sluiten.

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. Hoe is het mogelijk dat nu pas iets aan dit probleem gedaan wordt? Zo te horen speelt het namelijk al heel lang. Het is jarenlang op zijn beloop gelaten en dat komt gewoon heel laks over.

Tevens vraag ik het kabinet om de persoonsgegevens van alle bigamisten en polygamisten naar de IND te sturen, zodat hun verblijfsvergunning kan worden ingetrokken en zij het land uitgezet kunnen worden. Dergelijke cultuuruitingen horen in Nederland gewoonweg niet thuis!

Staatssecretaris Albayrak:

U vraagt waarom niet eerder is opgetreden. Ik sta hier nu en ik zeg u hoe ik tegen deze zaak aankijk. Als verantwoordelijk staatssecretaris zeg ik hoe wij vanaf dit moment zullen handelen. Dat heeft betrekking op de toelating, alsmede op de naturalisatie, waar de minister over gaat. Er komt dus een brief met een uitleg hoe wij dit probleem gaan oplossen.

Ik heb reeds gezegd dat het in Nederland niet strafbaar is om in een ander land meerdere huwelijken te sluiten. Het is wel strafbaar om dat in Nederland te doen en als dat tot een veroordeling leidt, kan dat in het uiterste geval uitzetting tot gevolg hebben.

De heer Anker (ChristenUnie):

Mijn fractie is nogal geschrokken van de berichtgeving en met name van een bericht dat in het Parool stond rond de tijd dat de burgemeesters alarm sloegen. Daarin stond dat er op dit moment in Nederland zo'n 173 polygame huwelijken bestaan. Die zijn hier gewoon. Het is dus niet de vraag of deze hierheen komen, zij zijn hier nu volgens het artikel. Hoe heeft dit kunnen ontstaan? Hoe moeten wij hiermee omgaan? Formeel is het strafbaar, maar in hetzelfde artikel staat dat er zo'n drie zaken zijn geweest waarin het daadwerkelijk tot vervolging is gekomen. Hoe wordt hiermee omgegaan? Vervolgens vind ik het heel belangrijk te weten wat de gevolgen zijn voor de vrouwen die hier al zijn. Het is heel terecht dat polygamie strafbaar is, maar in welke positie komen zij?

Staatssecretaris Albayrak:

Een van de redenen waarom de staatssecretaris van BZK en ik zo hard zijn in ieder geval in wat wij acceptabel vinden, heeft natuurlijk alles te maken met de positie van de vrouwen. Mede naar aanleiding van vragen van mevrouw Azough en mevrouw Arib is eerder al uitdrukkelijk gepraat over verstoten vrouwen. Dit zijn vrouwen die gehuwd zijn volgens het recht van hun eigen land en die vervolgens in Nederland met lege handen staan op het moment dat hun man hen terug wil brengen en vindt dat zij moeten achterblijven. Deze praktijken kunnen mede bestaan als polygamie niet hard genoeg wordt bestreden. Daarom stelt de Nederlandse wet het strafbaar. Ik kan helaas niet in andere landen ook strafbaarheid per wet voor elkaar krijgen. Wij kunnen er wel voor vechten. Dat doen Kamerleden, de collega's van de heer Anker die kennis van zaken hebben over de betreffende landen. Wij blijven ons inzetten. Mijn verantwoordelijkheid is om te zorgen dat het in Nederland maximaal uitgesloten is. Wij hebben nu een aantal zaken bij de kop die bewijzen dat dit op dit moment zo niet is. Dat gaan wij repareren.

De heer Van der Staaij (SGP):

De staatssecretaris doet een duidelijke uitspraak: het monogame huwelijk is een fundamentele norm in Nederland.

Staatssecretaris Albayrak:

Ik ga niet over vreemdgaan.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik herhaal slechts de woorden van de staatssecretaris. Het is belangrijk dat deze uitspraak, die kennelijk breed gedragen wordt in de Kamer, nog eens nadrukkelijk is gedaan namens dit kabinet. Dit is zeker het geval gezien de discussie over waarden en normen. Wij hebben het niet alleen over een formeel, juridisch iets. Als het goed is, heeft het ook praktische betekenis. Ik vind het winst dat dit hier nog eens helder naar voren is gebracht, zowel voor autochtonen als voor allochtonen.

Staatssecretaris Albayrak:

Maar wilt u dan zeggen dat...

De voorzitter:

De heer Van der Staaij heeft het woord. Laten wij het ordelijk doen.

De heer Van der Staaij (SGP):

Mijn vraag is echter een andere. Als het zo gesteld wordt als ik zojuist schetste, is het toch helder dat erkennen en vervolgens registreren van polygame huwelijken in de praktijk gewoon accepteren is? Dat moeten wij toch eenvoudigweg niet willen?

Staatssecretaris Albayrak:

Volgens mij heb ik voldoende duidelijk gemaakt dat ik het niet accepteer. De redenen die te geven waren voor erkenning, waren op zich heel erg legitiem. De fundamentele vraag is echter of de erkenning tegen onze rechtsorde ingaat. Wij hebben een criterium om die erkenning tegen te houden, namelijk het criterium dat het in strijd is met de openbare orde. Tot op heden hebben wij daaronder nog niet het punt gebracht dat polygamie in strijd zou zijn met de Nederlandse openbare orde. Daarom stel ik hier hardop deze vraag. Ik kondig onderzoek aan. Wij gaan kijken hoe polygame huwelijken die in andere landen gesloten zijn, gezien kunnen worden als in strijd met onze openbare orde. Dit is dan dus een reden om dergelijke huwelijken niet te erkennen.

De voorzitter:

Ik begrijp dat de staatssecretaris van BZK ook nog iets wil toevoegen.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Ik wil toevoegen dat registreren niet hetzelfde is als accepteren. De heer Van der Staaij legt nu automatisch dat verband. In onze ogen is het echter niet hetzelfde. Wij registeren wat is erkend in het buitenland. Dat wil niet zeggen dat wij het ook accepteren.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik heb een opmerking ter verheldering, want mijn vraag werd verkeerd weergegeven.

De voorzitter:

Wat was uw vraag dan?

De heer Van der Staaij (SGP):

Het gaat niet enkel om het registeren, maar om de optelsom. Mijn stelling is: erkennen plus registeren is accepteren.

De voorzitter:

Daarvan is kennis genomen.

Mevrouw Azough (GroenLinks):

Voorzitter. Het is soms jammer dat wij inderdaad niet gaan over de wetgeving in andere landen, want daarover gaat het vandaag eigenlijk. Ik hoorde de staatssecretarissen allebei zeggen dat wat hun betreft de positie van de vrouw centraal dient te staan bij deze zaak. De staatssecretaris van Justitie zegt dat zij een analyse gaat maken en dat zij daarin de vraag meeneemt in hoeverre erkenning leidt tot bescherming. Ik wil graag dat zij daarin ook de vraag meeneemt in hoeverre erkenning leidt tot het in zekere zin accepteren of legitimeren van een bepaalde, onderdrukte positie van de vrouw in die landen. In hoeverre kan daar toch echt iets mee gedaan worden, ook tegenover de landen van herkomst waar deze vrouwen blijven zitten? Wij hebben het namelijk niet alleen over de vrouwen die hier in Nederland zijn. Wat mij betreft, moeten wij ook kijken naar de vrouwen die in die landen blijven zitten.

Staatssecretaris Albayrak:

Dat is precies mijn drijfveer, het gaat mij er ook om of wij met alle goede bedoelingen die wij met erkenning van deze huwelijken hebben, ook bescherming van vrouwen bij een scheiding, geen systeem in stand houden waarin onderdrukking van de vrouw mogelijk blijft. Daarom heb ik gezegd dat wij maar eens moeten bekijken of de Wet conflictenrecht huwelijk, die wij sinds 1978 toepassen, anno 2008 nog wel bruikbaar is.

De heer Çörüz (CDA):

Voorzitter. Polygamie is zo mensonwaardig dat het op alle fronten verboden zou moeten worden. Maar ik meen dat de heer Van der Staaij er al een beetje op doelde dat als iemand het recht van zijn land inroept om in Nederland te kunnen scheiden, de Nederlandse rechter dat recht moet toepassen. De facto accepteren en legaliseren wij dus een situatie die in den vreemde ontstaat. Ik vind dit ongewenst; gaan de staatssecretarissen hier iets aan doen?

En verder geldt dat een man maar één vrouw mag laten overkomen, maar ik kan me voorstellen dat iemand bijvoorbeeld via mensenhandel een tweede naar ons land laat komen. Mijn vraag is dan ook of de betrokken opsporingsdiensten, zoals de IND en de politie, over deze gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie kunnen beschikken, juist om dit te voorkomen.

Staatssecretaris Albayrak:

Al is het onbedoeld, registratie stelt ons in staat om een beeld van dit verschijnsel te verkrijgen. Wij zijn nader aan het bekijken om hoeveel gevallen het gaat en of er ook in Nederland polygame huwelijken worden gesloten, wat direct in strijd is met onze wet. U zegt dat zelfs als wij bij iemand met vier of vijf vrouwen maar één vrouw tot ons land toelaten omdat onze wet uitgaat van het monogame huwelijk, de betrokkene langs andere wegen die andere vrouwen toch ook naar Nederland haalt. Maar onze inspanningen zijn er dan ook op gericht om niet alleen de toegang van zulke personen tot Nederland onmogelijk te maken, maar ook het illegale verblijf te bestrijden. Dit heeft een aspect van mensenhandel, maar het is een veel bredere kwestie. Als je het niet accepteert, wordt het misschien ook niet altijd geregistreerd. Als er een registratie is, kun je er achteraan. Dat zullen wij ook zeker niet nalaten, maar als zulke vrouwen illegaal naar Nederland komen, worden zij waarschijnlijk ook niet geregistreerd. Ook dit zullen wij bij het onderzoek betrekken.

Bij uw tweede vraag gaat het eigenlijk ook om de kwestie van de erkenning, want als je het huwelijk niet erkent, hoef je ook de rechtsgevolgen van ontbinding van dat huwelijk niet voor je rekening te nemen.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Het gaat erom of wij bigamie in Nederland tolereren. Nu zegt de ene staatssecretaris dat bigamie strafbaar is, de andere begint met de opmerking dat zij het ongewenst vindt. Dat is al een heel groot verschil. Ik vraag hun, hierbij de wet te handhaven. Het hoeft helemaal niet in de sfeer van de openbare orde getrokken te worden, het is gewoon een strafbaar feit. Ook de positie van de vrouw hoeft er niet bij betrokken te worden, de wet moet gewoon gehandhaafd worden.

Staatssecretaris Albayrak:

Het handhaven is het probleem niet, omdat het niet gaat om huwelijken met meer dan één vrouw die in Nederland zijn gesloten. Het gaat ook niet om een Nederlander die hier getrouwd is en in een ander land nog een huwelijk sluit, want ook dat is strafbaar. Daar maken wij werk van, maar dat is het grootste probleem niet. Het grootste probleem is het sluiten van meer dan één huwelijk in het land van herkomst, want dat is in Nederland niet strafbaar. Wij moeten proberen om dat in die landen strafbaar te laten zijn; dit is een internationale strijd die wij met velen voeren. Het enige wat ik kan doen, is de gevolgen van het sluiten van meer danéén huwelijk niet voor mijn rekening nemen, waarbij ik gebruik kan maken van de voorwaarden voor toelating en naturalisatie.

De voorzitter:

Voordat ik het woord aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken geef voor een aanvulling hierop, wijs ik de Kamer erop dat er nog een debat zal volgen naar aanleiding van de beantwoording van schriftelijke vragen over dit onderwerp. Ik heb inmiddels kunnen vaststellen dat deze inderdaad in het zomerreces zijn gesteld.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Die vragen zijn inderdaad op 12 augustus gesteld.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Zij zouden al beantwoord kunnen zijn, als het zo'n serieuze zaak is.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Zij worden deze week beantwoord. Wij hebben zelfs nog keurig, zoals dat volgens de regels hoort, een uitstelbericht gestuurd.

De voorzitter:

Dat heeft mij niet bereikt, maar dat is mijn probleem.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Ik wil alleen wegnemen het verschil van opvatting dat mevrouw Verdonk dacht te creëren tussen de staatssecretaris van Justitie en mij. Er is geen enkel verschil van opvatting tussen ons. Het gaat om wat in Nederland strafbaar is. In het buitenland is het niet altijd strafbaar. Ik heb gezegd dat wij het wel registreren, ondanks het feit dat ik het ongewenst vind, omdat het erkende huwelijken zijn in het buitenland. Ook daar nemen wij echter afstand van polygame huwelijken.

Voor alle duidelijkheid wil ik dit punt voor eens en altijd de wereld uit helpen. Gezamenlijk zullen wij pogen ervoor te zorgen dat dit soort huwelijken in Nederland niet meer voorkomt.

Naar boven