Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de jacht, te weten:

- de motie-Van Velzen/Thieme over het onder geen enkele voorwaarde toestemming geven voor druk- en/of drijfjacht (31200 XIV, nr. 62);

- de motie-Van Velzen/Thieme over een pakket maatregelen ten behoeve van de verkeersveiligheid (31200 XIV, nr. 63);

- de motie-Van Velzen/Thieme over een verbod op het jagen op vossen tijdens de kraam- en zoogperiode (31200 XIV, nr. 64);

- de motie-Thieme/Van Gent over het onder geen enkele voorwaarde verlenen van een algemene ontheffing voor drukjacht (31200 XIV, nr. 65);

- de motie-Thieme/Van Gent over een proefgebied om de populatiegrootte van wilde zwijnen over meerdere seizoenen te monitoren (31200 XIV, nr. 66);

- de motie-Thieme/Van Gent over de norm van één jager met één drijver bij eventuele ontheffing voor drukjacht (31200 XIV, nr. 67);

- de motie-Graus over het onmiddellijk beëindigen van de plezier- en drukjacht (31200 XIV, nr. 68);

- de motie-Graus over het inzetten van meer handhavers tegen stroperij en illegale jacht (31200 XIV, nr. 69);

- de motie-Graus over het verplicht gebruiken van een jachtgeweerdemper (31200 XIV, nr. 70);

- de motie-Jacobi over het niet verlenen van ontheffing voor de één op één drukjacht (31200 XIV, nr. 71);

- de motie-Jacobi over sluitende afspraken met alle terreinbeheerders (31200 XIV, nr. 72);

- de motie-Snijder-Hazelhoff over voorstellen voor compensatie van gedupeerden (31200 XIV, nr. 73).

(Zie vergadering van 16 oktober 2007.)

De voorzitter:

De motie-Thieme/Van Gent (31200-XIV, nr. 66) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat zowel de Kamer als alle betrokken partijen aangeven dat het noodzakelijk is om tot een structurele oplossing te komen voor de problematiek rondom de wildezwijnenpopulatie in Nederland;

constaterende dat wetenschappers van het onafhankelijk onderzoeksinstituut Alterra concluderen dat de drukjacht geen structurele oplossing vormt en pleiten voor een proef zonder afschot om zo ruimte te geven aan natuurlijke selectie;

constaterende dat Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten hebben aangegeven in gesprek te zijn over het instellen van een omheind proefgebied zonder afschot;

verzoekt de regering om een proefgebied aan te wijzen waar geen afschot van wilde zwijnen plaats zal vinden om zo de natuurlijke ontwikkeling in populatiegrootte over meerdere seizoenen te kunnen monitoren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 80 (31200-XIV).

Ik stel vast dat wij daarover nu kunnen stemmen.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Mevrouw de voorzitter. De Partij voor de Dieren heeft sympathie voor motie van de heer Graus op stuk nr. 68. Daarin wordt de regering gevraagd om de beheers- of noodjacht alleen nog door boswachters van Staatsbosbeheer toe te staan. De motie gaat echter te veel uit van de gedachte dat er een beheersjacht nodig zou zijn, terwijl onafhankelijke onderzoekers nu juist stellen dat wij daarvan af moeten in Nederland. Mijn fractie zou de motie wel kunnen steunen als daarin wordt gesteld dat de zorgplicht van de mens in het geding is, dat een dier in nood moet worden afgeschoten en dat dit alleen door professionals mag worden gedaan. Nu zullen wij tegenstemmen.

In stemming komt de motie-Van Velzen/Thieme (31200-XIV, nr. 62).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Velzen/Thieme (31200-XIV, nr. 63).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Velzen/Thieme (31200-XIV, nr. 64).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Thieme/Van Gent (31200-XIV, nr. 65).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Thieme/Van Gent (31200-XIV, nr. 80).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Thieme/Van Gent (31200-XIV, nr. 67).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66 en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Graus (31200-XIV, nr. 68).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Graus (31200-XIV, nr. 69).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD, de PVV en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Graus (31200-XIV, nr. 70).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Jacobi (31200-XIV, nr. 71).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Jacobi (31200-XIV, nr. 72).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA en D66 voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Snijder-Hazelhoff (31200-XIV, nr. 73).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven