Lijst van ingekomen stukken, met de door de Voorzitter ter zake gedane
voorstellen:
1. drie koninklijke boodschappen, ten geleide van de voorstellen van (rijks)wet:
Bevordering van het naar arbeidsvermogen verrichten van werk of van werkhervatting
van verzekerden die gedeeltelijk arbeidsgeschikt zijn en tot het treffen van
een regeling van inkomen voor deze personen alsmede voor verzekerden die volledig
en duurzaam arbeidsongeschikt zijn (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen)
(31034);
Regels over de verplichting om bij de overheidsorganen, bij de uit de
openbare kas bekostigde onderwijsinstellingen, alsmede bij de examens waarvoor
wettelijke voorschriften zijn vastgesteld, de schrijfwijze van de Nederlandse
taal te volgen, waartoe de Nederlandse Taalunie beslist (Spellingwet) (31035);
Implementatie van het kaderbesluit nr. 2003/80/JBZ van de Raad van de
Europese Unie van 27 januari 2003 inzake de bescherming van het milieu
door middel van het strafrecht (PbEG L 29) (31037).
Deze koninklijke
boodschappen, met de erbij behorende stukken, zijn al gedrukt en rondgedeeld;
2. zes brieven van de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,
met de mededeling dat zij in haar vergadering van dinsdag 22 mei 2007
de haar door de Tweede Kamer toegezonden voorstellen van (rijks)wet gedrukt
onder de nummers 30860, 30933, 30419, 30901, 29942 en 30218 heeft aangenomen.
De Voorzitter stelt voor, deze brieven voor kennisgeving aan
te nemen;
3. de volgende brieven:
een, van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, over
het onderzoek rechtmatigheid van de uitvoering van de Wet veiligheidsonderzoeken
(WVO) door de (AIVD) (29876, nr. 21);
een, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
over de voorkoming van diefstal van kunstmest voor misbruik (28385, nr. 84);
een, van de minister van Economische Zaken, ten geleide van rapport "Een
onderzoek naar de ontwikkelingen rond de regeling Milieukwaliteit Elektriciteitsproductie
(MEP)" (28665, nr. 90);
een, van de minister van Economische Zaken en van de staatssecretaris
van Financiën, ten geleide van evaluatierapport naar de werking van de
WBSO (30800-XIII, nr. 51);
een, van de staatssecretaris van Economische Zaken, over de toezegging
naar aanleiding van de –aangehouden – motie 26485, nr. 48 van
het lid Biskop c.s. (26485, nr. 52);
twee, van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, te weten:
een, inzake reactie op de brief van de heer S. over het Beleidsbesluit "Ruimte
zilte oogst") (29684, nr. 59);
een, inzake reactie op de motie-Graus
over een nationaal alarmnummer voor dieren (30800-XIV en 28286, nr. 100);
een, van de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, over de financiering
van het Landelijk dekkend netwerk van antidiscriminatievoorzieningen (30950,
nr. 8).
Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;
4. de volgende brieven:
een, van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, over
de beleidsprioriteiten Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
een, van de minister van Defensie, inzake evaluatie Nederlandse inzet
internationale missies 2006;
een, van de staatssecretaris van Defensie, ten geleide van afschrift van
brief aan de Dorpsraad Schaarsbergen;
twee, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
te weten:
een, over de uitvoering van de motie-Meindertsma Eerste
Kamer 2004-2005, XXI, A-I;
een, inzake reactie op het rapport van
de SP "Afval heeft Toekomst";
een, van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, ten geleide
van jaarverslag ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide
van afschrift van brief aan het FNV.
De Voorzitter stelt voor,
deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies en niet te drukken.