Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend tijdens het notaoverleg over Integratiebeleid, te weten:

- de motie-Dijsselbloem over opheffing van de verplichte aanbesteding van oudkomersmiddelen door gemeenten (30300 VI, nr. 80);

- de motie-Van de Camp/Dijsselbloem over bevordering van de deelname van allochtonen aan maatschappelijke organisaties (30300 VI, nr. 82);

- de motie-Van de Camp over een bijdrage van serviceclubs aan de participatie en integratie van allochtonen (30300 VI, nr. 83);

- de motie-Hirsi Ali c.s. over herhaald en onaangekondigd inspectieonderzoek bij islamitische scholen (30300 VI, nr. 84);

- de motie-Lambrechts/Azough over gerichte inzet van financiën voor een publiciteitscampagne gericht op een positieve toonzetting in de discussie over integratie (30300 VI, nr. 85);

- de motie-Azough/Kant over scheiding van de beleidsterreinen Vreemdelingenzaken en Integratie in een volgende kabinetsperiode (30300 VI, nr. 86);

- de motie-Kant c.s. over een plan van aanpak voor de bestrijding van segregatie (30300 VI, nr. 87);

- de motie-Varela over strafbaarstelling van het uithuwelijken van kinderen door hun ouders (30300 VI, nr. 88);

- de motie-Varela over financiële ondersteuning van een voormalige partner gedurende ten minste 5 jaar nadat de partner de Nederlandse nationaliteit heeft verkregen (30300 VI, nr. 89);

- de motie-Huizinga-Heringa c.s. over een ethische code die gelijke kansen voor iedereen garandeert bij werving, beëindiging van contracten, proeftijd en beschikbaarstelling van stageplaatsen (30300 VI, nr. 90).

(Zie notaoverleg van 12 december 2005.)

De voorzitter:

Aangezien de motie-Dijsselbloem (30300-VI, nr. 80) en de motie-Lambrechts (30300-VI, nr. 85) zijn ingetrokken maken zij geen onderwerp van behandeling meer uit.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

Mevrouw Azough (GroenLinks):

Voorzitter. Mijn stemverklaring betreft de motie-Hirsi Ali c.s. op stuk nr. 84. In deze motie wordt de regering onder andere verzocht te bevorderen dat de onderwijsinspectie bij elk redelijk vermoeden dat er sprake is van handelen door de school dat strijdig is met de kernwaarden van de democratische rechtstaat, tot een herhaald en onaangekondigd inspectieonderzoek komt.

Wat mijn fractie betreft is dat vanzelfsprekend. Niet alleen dient de inspectie te controleren, maar het verantwoordelijke ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dient vooral te handelen, dus ook op islamitische scholen. Maar niet alleen op islamitische scholen! Elk kind dient immers beschermd te worden tegen onoorbare praktijken, ongeacht zijn afkomst of de school die hij bezoekt. Deze motie vindt mijn fractie dan ook een vreemde inperking van de verantwoordelijkheden van de inspectie. Daarom zal mijn fractie tegen deze motie stemmen.

In stemming komt de motie-Van de Camp/Dijsselbloem (30300-VI, nr. 82).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van de Camp (30300-VI, nr. 83).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van D66 tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Hirsi Ali c.s. (30300-VI, nr. 84).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van D66 tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Azough/Kant (30300-VI, nr. 86).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak en D66 voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kant c.s. (30300-VI, nr. 87).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, de Groep Wilders, de VVD, de SGP, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Varela (30300-VI, nr. 88).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, de Groep Wilders, de VVD, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Varela (30300-VI, nr. 89).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de Groep Wilders, de VVD, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Huizinga-Heringa c.s. (30300-VI, nr. 90).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven