Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, op dinsdag 20 september 2005 om 15.00 uur de minister van Financiën in de gelegenheid te stellen om de begroting voor het jaar 2006 aan te bieden.

Voorts stel ik voor, de algemene politieke beschouwingen te houden op woensdag 21 september, te beginnen om 10.30 uur, en deze op donderdag 22 september, eveneens om 10.30 uur, voort te zetten, zo nodig tot na 23.00 uur. Daarbij stel ik de volgende procedure voor. Woensdag 21 september begint de Kamer om 10.30 uur in de voor de algemene beschouwingen gebruikelijke sprekersvolgorde. Deze termijn zal naar verwachting vóór de avondpauze kunnen worden afgerond. Donderdag 22 september om 10.30 uur zal de minister-president antwoorden. Daarna is er de gebruikelijke tweede termijn.

Ik stel voor, de volgende spreektijden te hanteren – dit zijn dezelfde spreektijden als vorig jaar – voor de fracties van het CDA en de PvdA elk 35 minuten; voor de fractie van de VVD 30 minuten; voor de fracties van de SP, de LPF, GroenLinks en D66 elk 20 minuten; voor de fracties van de ChristenUnie en de SGP elk 15 minuten en voor de fracties van de Groep Nawijn, de Groep Wilders en de Groep Lazrak elk 5 minuten.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik verzoek u, het verslag van het algemeen overleg over de ziekenhuiszorg, dat op 6 september 2005 werd gehouden, op de agenda van de plenaire vergadering te plaatsen.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen en het VAO Ziekenhuiszorg toe te voegen aan de agenda van morgen, 14 september 2005.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Adelmund.

Mevrouw Adelmund (PvdA):

Voorzitter. Ik verzoek u, de stemmingen over de aanpak van grootstedelijke problemen, oftewel de Rotterdamwet, uit te stellen, omdat ik behoefte heb aan heropening van de beraadslaging. Het kabinet heeft toegezegd te zullen ingaan op de juridische implicaties van de amendementen. Dat staat ook in het stenogram. Vandaag hebben wij een brief ontvangen, maar er wordt niet op die juridische implicaties ingegaan. Ook hebben wij een nota van wijziging ontvangen. Het lijkt mij daarom goed om de beraadslaging over het wetsvoorstel te heropenen alvorens over te gaan tot de stemmingen.

De heer Bruls (CDA):

De CDA-fractie staat klaar om Rotterdam en de andere steden te bedienen. Wat ons betreft, kan er dus worden gestemd, maar ik wil graag meegaan in het verzoek van collega Adelmund. Er moet dan echter wel deze week nog worden gestemd, dus uiterlijk donderdag. Het wetsvoorstel moet ook nog naar de Eerste Kamer. Elke fractie, ook die van mevrouw Adelmund, heeft uitgesproken dat haast is geboden. Volgende week hebben wij andere zeer belangwekkende constitutionele bezigheden te verrichten. Als wij niet deze week stemmen, loopt de behandeling van dit wetsvoorstel te veel vertraging op.

De voorzitter:

Ik stel voor, te voldoen aan het verzoek om heropening van de beraadslaging over het wetsvoorstel Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek, en deze heropening morgen of overmorgen te doen plaatsvinden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Dit betekent dat wij vandaag niet over het wetsvoorstel zullen stemmen. Ik aarzel echter of er donderdag moet worden gestemd. Wij hebben namelijk de regel afgesproken dat wij niet op donderdag stemmen. Wanneer wij die regel doorbreken, is het iedere week raak, om het populair te zeggen. Wel wil ik voorstellen, deze stemmingen bij uitzondering toe te voegen aan de stemmingen aan het einde van de algemene politieke beschouwingen. Dat wil zeggen dat wij donderdag over een week stemmen. Dat is bij uitzondering, want eigenlijk stemmen wij in die week alleen over zaken die met de algemene politieke beschouwingen te maken hebben. Kunt u daarmee akkoord gaan?

De heer Bruls (CDA):

Het heeft niet mijn voorkeur, maar ik tel mijn zegeningen. Als er deze week donderdag nog een mogelijkheid is om te stemmen, heeft dat mijn voorkeur.

De voorzitter:

Laten wij het zo afspreken: indien er aanstaande donderdag toch andere stemmingen zijn – ik voorzie dat niet – dan zullen deze daaraan toegevoegd worden. Anders vinden de stemmingen donderdag over een week plaats.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Gerkens.

Mevrouw Gerkens (SP):

Voorzitter. Ik heb op 27 juli vragen gesteld aan de minister van Verkeer en Waterstaat over de Netverklaring 2006 van ProRail. Het is inmiddels al bijna half september en ik heb nog steeds geen antwoord ontvangen. Dat zou ik nu toch graag willen hebben.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Verkeer en Waterstaat.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de voorzitter van de vaste commissie voor Justitie, mevrouw De Pater-van der Meer.

Mevrouw De Pater-van der Meer (CDA):

Voorzitter. De Kamer heeft vanmorgen het onderzoeksrapport over het OM en een brief van de minister over de Schiedamse parkmoordzaak ontvangen. Het is een lijvig rapport met een behoorlijk aantal aanbevelingen. De vaste commissie voor Justitie hecht eraan, nog deze week een spoeddebat met de minister te hebben. Indien mogelijk willen wij graag een ruime spreektijd. Er zijn immers veel betrokkenen en heel veel aanbevelingen. Wij willen dat debat ook graag deze week afronden.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan het verzoek van de commissie te voldoen en een debat te houden naar aanleiding van de brief van vanochtend van de minister over de Schiedamse moordzaak. Ik zou het debat op donderdag willen houden. Dat geeft ook ruimte voor het stellen en beantwoorden van nadere vragen. Ik stel u voor, daarbij uit te gaan van spreektijden van 6 minuten per fractie.

Mevrouw De Pater-van der Meer (CDA):

Gelet op de reacties van de diverse fracties vanmorgen in de procedurevergadering kan ik mij voorstellen dat zij 6 minuten spreektijd wat aan de krappe kant vinden.

De heer De Wit (SP):

Voorzitter. Ik vraag u om per fractie 10 minuten toe te staan.

Mevrouw Van der Laan (D66):

Voorzitter. Het is een buitengewoon ernstige kwestie en er komen heel veel details aan de orde. Het is een pittig rapport. Ik denk dat ik namens iedereen spreek, zoals mevrouw De Pater al deed, als ik zeg dat wij het echt op prijs stellen meer spreektijd te krijgen.

De voorzitter:

U spreekt nu voor uzelf en uw fractie. Mevrouw De Pater spreekt namens de hele commissie. De commissie heeft geen twee woordvoerders nodig.

Ik vind dit soort discussies altijd heel vervelend, omdat ieder onderwerp belangrijk is. Laat ik bij uitzondering maar eens als voorzitter zeggen dat dit onderwerp uiteraard belangrijk is, maar een Kamer moet ook over dit soort onderwerpen op hoofdlijnen kunnen debatteren. Ik zou het bij 8 minuten willen laten, ook ten behoeve van de kwaliteit van het debat.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven