Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel u voor om toe te voegen aan de agenda van morgen de brief van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (30052) over de profielschets voor de nieuw te benoemen nationale ombudsman. Ter vermijding van misverstanden: het gaat niet om een voordracht voor een benoeming. Die procedure moet nog helemaal beginnen, maar de profielschets wordt de Kamer nu voorgelegd.

Verder stel ik voor om de spreektijden bij het interpellatiedebat over verpleeghuiszorg dat hoogstwaarschijnlijk morgenochtend om 11.15 uur zal beginnen, vast te stellen op drie minuten per fractie.

Voorts stel ik u voor om toestemming te verlenen tot het houden van een wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op maandag 13 juni van 11 tot 23 uur van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (30034).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Sterk.

Mevrouw Sterk (CDA):

Ik wil graag mede namens mijn collega Dijsselbloem vragen om een spoedige beantwoording van de vragen die wij op 4 februari 2005 hebben gesteld over het hanteren van buitenlandse namenlijsten door gemeenten.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van der Staaij.

De heer Van der Staaij (SGP):

Voorzitter. De dag na de nacht van Wiegel, op 19 mei 1999, was het de heer De Graaf die namens de D66-fractie de volgende woorden sprak: Het is niet alleen goed gebruik, maar ook noodzakelijk dat na hetgeen er aan de overzijde is gebeurd – en waarover, naar ik begrijp, het kabinet zich thans beraadt – zo snel mogelijk aan deze Kamer wordt meegedeeld wat de gevolgen ervan zijn, zodat wij daar een eerste gedachtewisseling aan zouden kunnen wijden.

Voorzitter. Het was gisteren weer goed raak aan de overkant. De grondwetsherziening die de wegbereider moest zijn voor de invoering van de gekozen burgemeester, is gesneuveld. Dat roept veel vragen op, omdat het hier, hoe je er ook over denkt, een vitaal onderdeel van het regeerakkoord van dit kabinet betreft en ook het hart van de portefeuille van minister De Graaf. Daarmee is de eerste vraag die zich opdringt: wat zijn nu de politieke consequenties van deze verwerping? Heeft de verwerping politieke consequenties en, zo ja, welke? De tweede belangrijke vraag is: hoe gaat het nu verder met de plannen over de invoering van de gekozen burgemeester? Wij hebben hier in de Kamer een wetsvoorstel in behandeling om de gekozen burgemeester in te voeren. Hiermee werd vooruitgelopen op een grondwetsherziening die het niet heeft gehaald. Hoe gaat de regering daar nu mee om? Wordt dit wetsvoorstel ingetrokken?

Kortom, het gaat om belangrijke vragen en het lijkt mij goed om daar met spoed, het liefst in de loop van deze dag, een debat over te hebben met de minister-president en met minister De Graaf, zodat daar in alle openheid een eerste gedachtewisseling aan kan worden gewijd. Ik zeg er nog bij dat ik mij, als de debataanvraag gehonoreerd zou worden, goed kan voorstellen dat het een debat op fractievoorzittersniveau zou zijn.

De heer Verhagen (CDA):

Voorzitter. Mijn fractie steunt het verzoek van de heer Van der Staaij en kan zich voorstellen dat dit debat op fractievoorzittersniveau plaatsvindt. Het heeft mijn voorkeur om het hedenavond te laten doorgaan. Ik denk ook dat het goed is als wij voor de aanvang van het debat een schriftelijke reactie krijgen.

De heer Van Aartsen (VVD):

Ook namens de VVD-fractie kan ik steun verlenen aan het voorstel van de heer Van der Staaij. Het lijkt mij verstandig om het debat vanavond te voeren, maar daar gaat uiteraard ook u over, voorzitter.

De heer Eerdmans (LPF):

Mijn fractie zal zich er niet tegen verzetten, maar vindt het niet zo nodig om hier vanavond uit den treure over te praten als nog niet eens precies bekend is wat er aan de hand is. Ik zou het kabinet even de rust van dit paasweekeinde willen gunnen om na te gaan wat het daarna te doen staat.

De heer Slob (ChristenUnie):

De fractie van de ChristenUnie steunt het verzoek van de heer Van der Staaij.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Dat geldt ook voor mijn fractie. Zij kan zich ook voorstellen dat dit een debat op fractievoorzittersniveau wordt. Zij doet het verzoek om het vanavond te laten plaatsvinden.

De heer De Wit (SP):

Ik kan niets nieuws meer bedenken. Ik sluit mij van harte aan bij het verzoek van de heer Van der Staaij.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Mijn fractie steunt het verzoek van de heer Van der Staaij ook.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik ben blij met de brede steun. Alleen de fractie van de LPF had wat aarzelingen, zo begreep ik. Zij zei dat zij niet wist wat er aan de hand was. Ik zou zeggen dat een debat juist geschikt is om daar opheldering over te krijgen.

De voorzitter:

Ik stel voor, te voldoen aan het breed gesteunde verzoek van de heer Van der Staaij om vanavond een debat te houden over de gebeurtenissen van gisteren in de Eerste Kamer naar aanleiding van Grondwet en burgemeester. Zo noem ik het maar even. Wij weten allemaal waar het over gaat. Ik denk dat dit debat vanavond om een uur of acht kan beginnen. De beslissing of het op het niveau van de fractievoorzitters of andere woordvoerders dient plaats te vinden, is uiteraard aan de fracties en niet aan mij. Ik stel voor om voor dat debat spreektijden van vier minuten per fractie te hanteren.

Ik meende uit de opmerking van de heer Verhagen te mogen opmaken dat hij verzoekt om eventueel informatie te ontvangen voordat dit debat begint. Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister-president en de minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties. Zodoende wordt hen het verzoek voorgelegd om, zo mogelijk, voor het debat schriftelijke informatie te verstrekken.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Dit betekent dat het voor vanavond geplande debat over beleidsbegroting en beleidsverantwoording VBTB niet kan doorgaan. Door omstandigheden hebben wij meer ruimte in de agenda van volgende week, dus dat debat kan in ieder geval volgende week op een nader te bepalen moment plaatsvinden.

De vergadering wordt van 13.08 uur tot 13.15 uur geschorst.