Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik vraag u om het verslag van het algemeen overleg over orgaandonatie op de plenaire agenda te zetten. Dat heeft geen haast. Sterker nog, door verschillende fracties is mij gevraagd om er nog enkele weken mee te wachten.

De voorzitter:

Dit wordt op een later tijdstip toegevoegd aan de agenda.

Het woord is aan mevrouw Albayrak.

Mevrouw Albayrak (PvdA):

Voorzitter. In het afgelopen weekend heeft de Federatie Opvang een noodbrief naar minister Donner gestuurd, waarin melding wordt gedaan van een honderdtal vrouwen die acuut worden bedreigd met doding door familieleden. Volgende week is op de agenda van de Kamer een debat gepland over eerwraak. Dat debat zal plaatsvinden met de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. Dat is goed, want er zit inderdaad een preventiekant aan alles wat met eerwraak te maken heeft. Via dit kanaal wil ik echter vooral de minister van Justitie vragen om een brief waarin hij zijn reactie geeft op de brief van de Federatie Opvang, met name op het punt van het vervolgen en berechten van bedreigers. Daarbij gaat het dus niet om mensen die al een strafbaar feit hebben gepleegd, maar om mensen die vrouwen bedreigen met eerwraak, moord et cetera. Daarnaast zou ik de minister graag willen verzoeken om in te gaan op de bedreiging van de vrouwen waarvan in de brief van de Federatie Opvang concreet melding is gemaakt. Kan hij deze vrouwen, die acuut bedreigd worden, een acute bescherming geven? Dit alles vraag ik ten behoeve van het overleg van volgende week. Die brief zou dus met spoed naar de Kamer moeten komen.

Mevrouw Van der Laan (D66):

Ik steun het verzoek van mevrouw Albayrak van harte, maar misschien kunnen wij het nog een beetje breder trekken. Ik hoor immers van veel vrouwen dat de politie niet concreet kan ingrijpen. Dat zijn trouwens niet altijd allochtone vrouwen: er zijn ook Nederlandse vrouwen die als echtgenoot of ex-echtgenoot Nederlandse hufters hebben die hen bedreigen. De politie valt onder minister Remkes. Wellicht kunnen wij dus ook de minister van BZK vragen om zijn bijdrage, zodat wij het wat algemener nemen en alles meenemen wat hiermee te maken heeft. Dat betreft dus zowel justitie als politie, zodat wij voor deze vrouwen, die nu echt in een acute noodsituatie verkeren, echt tot concrete oplossingen kunnen komen en tijdens dat AO spijkers met koppen kunnen slaan om deze vrouwen te helpen.

Mevrouw Albayrak (PvdA):

Daar ga ik volledig mee akkoord. Omdat minister Remkes verantwoordelijkheden heeft die ingeroepen moeten worden om deze vrouwen te beschermen, is het vanzelfsprekend dat ook hij zijn bijdrage aan de brief van het kabinet zal moeten leveren.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Justitie en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Kruijsen.

Mevrouw Kruijsen (PvdA):

Voorzitter. De PvdA-fractie heeft afgelopen week in het kader van de Leegstandswet een amendement ingediend. In de discussie in de Kamer heeft de minister ons extra informatie toegezegd. Die informatie hebben wij nog niet van haar ontvangen, maar ik begreep dat die informatie in de loop van deze week komt. Ik wil daarom graag het verzoek indienen om de stemmingen over de Leegstandswet uit te stellen.

De voorzitter:

Ik stel voor, de stemmingen over de Leegstandswet uit te stellen tot volgende week.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Dijksma.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Voorzitter. Vorige week vond bij de behandeling van het wetsvoorstel over de Subsidiewet Awir een merkwaardig incident plaats. De woordvoerder van mijn fractie vroeg via de voorzitter van de Kamer ambtelijke bijstand, omdat zij ter voorbereiding van een mogelijk amendement technische expertise nodig had. De staatssecretaris van Financiën weigerde schriftelijk en mondeling de vragen te beantwoorden. Vervolgens weigerde hij om het via de voorzitter gedane verzoek om opheldering en om ambtelijke bijstand te honoreren. U begrijpt natuurlijk dat wij dit niet over onze kant kunnen laten gaan. Daarom verzoek ik het Presidium via de voorzitter met spoed om de opvatting van het Presidium over deze kwestie duidelijk te maken. Wij zouden antwoorden willen hebben op de volgende vragen.

De eerste vraag is: wanneer kunnen Kamerleden rekening houden met en rekenen op ambtelijke bijstand als het gaat om technische bijstand bij de wetsbehandeling op grond van hun rol als medewetgever?

De tweede vraag is: in welke situatie kan ambtelijke bijstand worden afgewezen?

De derde vraag is: hoe beoordeelt het Presidium de weigering van de staatssecretaris van Financiën om het verzoek om ambtelijke bijstand van onze woordvoerder, mevrouw Noorman-den Uyl, te honoreren?

U begrijpt dat mijn fractie op spoedige ambtelijke ondersteuning wacht, omdat de verdere behandeling van het wetsvoorstel, in de goede traditie, uiteraard niet te veel vertraging moet oplopen. Daarmee hangt uiteraard samen dat de stemmingen over het wetsvoorstel nog niet kunnen plaatsvinden. Ik mag ook uit betrouwbare bron melden dat onze woordvoerder vermoedt dat daar nog wel een heropening van de beraadslaging aan voorafgaat.

Mevrouw Verburg (CDA):

Het laatste is geen grote verrassing. Dat laat zich raden, dus daar rekenen wij op. Mevrouw Dijksma heeft gezegd dat de staatssecretaris zowel mondeling als schriftelijk de ambtelijke bijstand heeft geweigerd. Het zou ons helpen als wij die brief van de staatssecretaris kunnen ontvangen. Dan weet de rest van de Kamer ook waar het over gaat.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Ik kan nu een heel verslag voorlezen van wat zich allemaal voor en achter de schermen heeft afgespeeld, maar dat zal ik niet doen. Uiteraard zullen wij aan het verzoek van mevrouw Verburg voldoen. Wat wij hebben, krijgt zij in ieder geval. Als je de schriftelijke vragen leest, kun je al zien dat er op bepaalde vragen geen antwoord komt. In ieder geval via de griffier van de Kamer is mevrouw Noorman meegedeeld dat er geen ambtelijke ondersteuning zou komen. Wij nemen aan dat dit niet alleen een informele, maar ook een formele afwijzing is.

Mevrouw Verburg (CDA):

Dat klinkt al weer heel anders dan wat u zojuist zei. U zei dat de staatssecretaris zowel mondeling als schriftelijk heeft geweigerd om ambtelijke bijstand te verlenen, maar nu neemt u een aantal slagen om de arm. Mevrouw Noorman heeft het via-via te horen gekregen. Ik denk dat het van belang is om helder te krijgen hoe alles is gegaan in deze zaak. Ik hecht waarde aan uw toezegging dat wij alles op papier krijgen.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Even voor de goede orde: wij spelen hier geen spelletjes. Als de staatssecretaris van Financiën de gevraagde bijstand had verleend, zou ik niet het podium opgeklommen zijn. Wat suggereert u nu? Wilt u eigenlijk zeggen dat die bijstand wel verleend zou worden, maar dat wij nu net doen alsof dat niet zo is? Dat is dus niet zo. Die bijstand is niet verleend en daar maken wij een probleem van. Ik vind dat de Kamer recht heeft op ondersteuning bij het maken van een amendement bij een wetsvoorstel. Als die niet verleend wordt, dan hebben wij een probleem. Dat moeten wij met elkaar bespreken. Het verloop der dingen kunt u op papier van ons krijgen. Dat is geen probleem. Mij lijkt dat de staatssecretaris zich hiervoor moet verantwoorden en niet mijn fractie.

Mevrouw Verburg (CDA):

Het zou mij buitengewoon tegenvallen als de PvdA-fractie, in de persoon van mevrouw Dijksma, een spelletje speelt. Ik wil het spel helder spelen. Daarom willen wij alle stukken overgelegd krijgen, zodat wij ons een oordeel kunnen vormen, net als alle andere fracties in deze Kamer. Dan weten wij hoe wij in de toekomst kunnen opereren. Dit is in het belang van het democratische proces.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Absoluut.

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

Voorzitter...

De voorzitter:

Mevrouw Dijksma heeft namens uw fractie het woord. Ik zal zo een voorstel doen naar aanleiding van het verzoek. Ik stel voor dat wij de discussie nu niet heropenen.

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

Ik wil alleen kort voorlezen wat zich heeft voorgedaan. Dan gelden de Handelingen als toelichting. Dat bespaart ons het schrijven van een hoop brieven.

De voorzitter:

Nee, er is een verzoek gedaan en mevrouw Dijksma heeft daar positief op gereageerd. Ik stel voor dat wij zo aan dat verzoek voldoen.

Dan heeft mevrouw Dijksma het Presidium verzocht om dit onderwerp met spoed te behandelen. Het Presidium vergadert in principe pas volgende week woensdag, maar ik zal bevorderen dat het Presidium dit onderwerp spoedig, liefst deze week, bespreekt en de Kamer daarover informeert.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Hartelijk dank voor uw medewerking.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede dat de vaste commissie voor Europese Zaken tot haar voorzitter heeft gekozen het lid Van Heteren.

Op verzoek van de PvdA-fractie benoem ik in:

  • - de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het lid Smeets tot lid in plaats van het lid Kalsbeek en het lid Kalsbeek tot plv. lid in plaats van het lid Kruijsen;

  • - de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer het lid Fierens tot lid in plaats van het lid Dijsselbloem en het lid Dijsselbloem tot plv. lid in plaats van het lid Wolfsen.

Op verzoek van de LPF-fractie benoem ik in de vaste commissie voor Europese Zaken het lid Van den Brink tot plv. lid in plaats van het lid Eerdmans.

Op verzoek van de SP-fractie benoem ik in de commissie voor de Werkwijze der Kamer het lid De Wit tot plv. lid in plaats van het lid Gerkens.

In verband met de herdenking van de zeebeving in Azië schorsen wij de vergadering tot 16.45 uur. Bij aanvang van de vergadering vinden stemmingen plaats.

De vergadering wordt van 15.12 uur tot 16.45 uur geschorst.

Voorzitter: Weisglas

Naar boven