Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, donderdag bij het begin van de vergadering te behandelen:

• - de brief van het Presidium inzake het instellen van een tijdelijke commissie biotechnologie (27428, nr. 3).

Ik stel voor, heden te stemmen over de motie-Rouvoet/Van der Staaij (19637, nr. 500) over "bekeerlingen" in Iran. Dit betreft punt 10 van de stemmingslijst.

Ik stel voor, tegemoet te komen aan het verzoek van de fracties van D66 en de VVD om de onder punt 7 van de stemmingslijst vermelde stemming over de Natuurschoonwet (27030) één week uit te stellen.

Ik stel voor, aan de agenda voor volgende week, voor een korte plenaire afronding, toe te voegen:

• - het wetsvoorstel Regels met betrekking tot het beëindigen van de overeenkomst van samenwerking van de elektriciteitsproductiesector en tot het aandeelhouderschap van de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet (Overgangswet elektriciteitsproductiesector) (27250).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de fractie van de PvdA benoem ik in:

• - de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het lid Depla tot lid in de bestaande vacature;

• - de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, het lid Depla tot lid in plaats van het lid Crone en het lid Crone tot plv. lid in de bestaande vacature;

• - de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat het lid Depla tot plv. lid in plaats van het lid Dijksma;

• - de vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij het lid Depla tot plv. lid in de bestaande vacature;

• - de commissie voor de Rijksuitgaven het lid Depla tot plv. lid in de bestaande vacature.

Het woord is aan de heer Van Heemst.

De heer Van Heemst (PvdA):

Mevrouw de voorzitter! Ik verzoek u het verslag van een algemeen overleg over de politiesterkte op de agenda van de Kamer te zetten. Wij willen dit overleg graag afronden met het indienen van een motie.

De voorzitter:

Is daar veel haast bij, met andere woorden: moet het nog deze week of kan het ook volgende week?

De heer Van Heemst (PvdA):

Het zou eventueel ook volgende week kunnen.

De voorzitter:

In dat geval zal ik daarover op een later tijdstip een voorstel doen.

Het woord is aan mevrouw Verburg.

Mevrouw Verburg (CDA):

Mevrouw de voorzitter! Uit het dagblad Trouw van verleden week donderdag mochten wij vernemen dat minister Vermeend in Limburg een masterplan werkgelegenheid asielzoekers in ontvangst heeft mogen nemen. Dit masterplan is opgesteld door een vertrouwenspact in Limburg. Bij dat plan zijn vele instanties betrokken, zoals gemeenten, het COA, Arbeidsvoorziening en ROC's. Het Voorzitterministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt geacht er voor 4 mln. aan deel te nemen. Ook de provincie is erbij betrokken. Kortom, een grootscheeps plan dat ertoe moet leiden dat asielzoekers vanaf dag één beginnen aan de inburgering en de toeleiding naar de arbeidsmarkt. Dat past niet in de huidige wet- en regelgeving, maar de minister heeft er toch positief op gereageerd. Om die reden vraag ik de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en staatssecretaris Cohen van Justitie namens het kabinet een brief te schrijven waarin wordt ingegaan op de ontwikkelingen rondom dit plan, zoals die vanaf april van dit jaar hebben plaatsgevonden, de huidige stand van zaken, de betrokkenheid van allerlei organisaties en de uitspraken en toezeggingen die in Limburg over dit plan zijn gedaan.

De heer Kamp (VVD):

Voorzitter! Mijn fractie ondersteunt dit verzoek graag.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rietkerk.

De heer Rietkerk (CDA):

Mevrouw de voorzitter! Ik ontvang van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties graag een brief over de situatie bij de waterpolitie in Zeeland. Graag zie ik dat in die brief bijzondere aandacht wordt geschonken aan de algemene ontwikkelingen bij de waterpolitie in Zeeland, de afstemming tussen politie te land en politie ter zee – het ene valt onder de regiokorpsen en het andere onder het KLPD – en de relatie met het ministerie van LNV bij het bestrijden van illegale praktijken. Ik vraag nu om deze brief, omdat wij op 20 november a.s. een begrotingsoverleg over politie hebben en omdat de procedurevergadering van de commissie pas over twee weken wordt gehouden.

De voorzitter:

En u wilt de brief met een antwoord tijdig genoeg hebben om die op 20 november te kunnen bespreken.

De heer Rietkerk (CDA):

Ja.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.