Noot 1 (zie blz. 1204)
BIJVOEGSEL Schriftelijk antwoord
van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
op een vraag, gesteld in de tweede termijn van de behandeling van de begroting
van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
(26 200 XI)
Vraag inzake waterbodems gesteld tijdens de
tweede termijn van de begrotingsbehandeling op 29 oktober 1998.
Vraag:
Is al duidelijk dat er reeds in 1999 middelen ter beschikking komen voor
reiniging van de gemeentelijke en regionale waterbodems?
Antwoord:
Voor het antwoord op de vraag of al duidelijk is of in 1999 middelen ter
beschikking komen voor de reiniging van de gemeentelijke en regionale waterbodems
verwijs ik om te beginnen naar de brief van de ministers vna EZ, VROM, V&W,
LNV en GSI aan uw kamer van 23 oktober 1998 (TK 1998/99, 25 017, nr.
11), inzake het investeringsprogramma voor de ruimtelijk-economische structuurversterking
(1999–2002).
In deze brief is op pagina 10 aangegeven dat het kabinet voornemens is
in dit kader voor de periode 1999–2002 f 115 miljoen beschikbaar
te stellen voor de aanpak van verontreinigde waterbodems. Van deze f 115
miljoen loopt f 92,5 miljoen via de begroting van V&W en f 22,5
miljoen via de begroting van VROM. Van de f 115 miljoen is f 15
miljoen ten behoeve van de programmering van de aanpak van de gemeentelijke
baggerproblematiek (f 7,5 miljoen via de begroting van VROM en f 7,5
miljoen via de begroting van V&W), f 5 miljoen voor de programmering
van de regionale waterbodemproblematiek en f 10 miljoen voor de versnelling
van de sanering in regionale wateren.
In de tabel op pagina 22 is aangegeven hoe de versleuteling van deze bedragen
over de verschillende jaren zal plaats vinden. Voor 1999 is f 2 miljoen,
waarvan f 1 miljoen loopt via de begroting van V&W, beschikbaar voor
de programmering van degemeentelijke baggerproblematiek, f 2 miljoen
voor programmering van de regionale waterbodemproblematiek en f 4 miljoen
voor de versnelling van de sanering van regionale waterbodems.
Daarnaast is uit de reguliere bodemsaneringsmiddelen van VROM in 1999
f 20 miljoen beschikbaar ten behoeve van de sanering van ernstige gevallen
van waterbodemverontreiniging in regionale, waaronder ook gemeentelijke, wateren.