De voorzitter:
Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda voor de volgende week de brief
van het Presidium inzake de onderzoeksfunctie van de Tweede Kamer (25681).
Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda voor 10, 11, en 12 februari:
- het wetsvoorstel Instelling van een vast college van advies inzake volkenrechtelijke
vraagstukken (Wet op de Commissie van advies inzake volkenrechtelijke vraagstukken)
(25460);
- het wetsvoorstel Wijziging van de Wet toezicht kredietwezen
1992 teneinde de effectiviteit van deze wet op enkele punten te verbeteren
(25406);
- het wetsvoorstel Wijziging van de Wet melding ongebruikelijke
transacties (25378);
- het wetsvoorstel Goedkeuring van het op 22
augustus 1996 aan boord van het "MS Warsteiner Admiral" in de Eemsmonding
ter hoogte van Delfzijl tot stand gekomen Aanvullend Protocol bij het op 8
april 1960 ondertekende Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de
Bondsrepubliek Duitsland tot regeling van de samenwerking in de Eemsmonding
(Eems-Dollardverdrag) en tot regeling van de samenwerking met betrekking tot
het waterbeheer en het natuurbeheer in de Eemsmonding (Eems-Dollardmilieuprotocol)
(25162).
Ik stel voor, de stukken 20361, nr. 87, 20454, nrs. 42 en 43, 21477, nr.
70, 24036, nr. 68, 24124, nr. 65, 24587, nr. 23, 25600-V, nr. 48, 25600-VI,
nrs. 38 en 40, 25600-XV, nrs. 35, 37, 39 en 40, 25600-XVI, nrs. 47, 49, 50
en 51 voor kennisgeving aan te nemen.
Ik stel voor, toestemming te verlenen tot het houden van wetgevings- c.q.
notaoverleg met stenografisch verslag op:
maandag 9 maart 1998:
maandag 16 maart 1998:
maandag 6 april 1998:
De heer Verhagen (CDA):
Voorzitter! Ik zou graag een brief willen ontvangen van de regering met
daarin de opvattingen van het kabinet met betrekking tot de problematiek rond
Irak. Na de escalatie rond het niet toelaten van Amerikaanse deelnemers aan
de missie, is er op dit moment in toenemende mate een crisis, gelet op het
feit dat Irak de toegang tot bepaalde terreinen ontzegt. Ik zou graag de opvatting
van het Nederlandse kabinet willen hebben met betrekking tot de tweespalt
binnen de Europese Unie. Ik doel enerzijds op de mogelijkheid om zo nodig
gewapenderhand de VN-resolutie af te dwingen en Irak te dwingen om medewerking
te verlenen aan de uitvoering van de VN-resolutie en anderzijds de opstelling
van, bijvoorbeeld, Frankrijk. Gelet op het feit dat er binnen de Europese
Unie geen eensluidende opvatting is, zou ik in ieder geval de opvatting van
de Nederlandse overheid terzake willen vernemen.