Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van een aantal fracties stel ik voor, de stemmingen in verband met wetsvoorstel 23714, inzake de gezamenlijke voogdij, te verplaatsen naar aanstaande donderdag.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw B.M. de Vries.

Mevrouw B.M. de Vries (VVD):

Voorzitter! De fractie van de VVD zou graag een brief van de staatssecretaris van Financiën ontvangen over zijn toezegging tijdens het debat over aftrekbaarheid van consumptieve rente en aanmerkelijk belang. Daarin heeft de VVD-fractie gevraagd of het mogelijk is dat een directeur-grootaandeelhouder in 1997 al duidelijkheid krijgt over een bepaald salaris. De staatssecretaris heeft gezegd dat hij vóór 1 maart 1997 zou aangeven of zo'n voor beroep vatbare beschikking tot de mogelijkheden behoort. Wij willen graag weten hoe het daarmee staat.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van den Bos.

De heer Van den Bos (D66):

Voorzitter! Ik vraag mede namens de fractie van de PvdA de regering een verslag van de informele raad in Apeldoorn van het afgelopen weekend met het oog op het overleg dat wij aanstaande donderdagmiddag met de bewindslieden van Buitenlandse Zaken hebben. Tegelijkertijd vraag ik of de Kamer, zodra de rapportage van de EU-missie die thans in Albanië is, beschikbaar is, deze kan ontvangen. Het is mogelijk dat er behoefte is om tijdens het paasreces hierover met de regering van gedachten te wisselen.

De heer Blaauw (VVD):

Voorzitter! Uiteraard moeten wij zo snel mogelijke alle informatie krijgen die noodzakelijk is om ons een oordeel te kunnen vormen over dit onderwerp, waarvoor dagelijks in de pers aandacht gevraagd wordt. Het lijkt mij niet gewenst dat dit punt te veel "onderduikt" in het overleg van aanstaande donderdag. In de commissie kan worden bezien op welke wijze met het tweede voorstel van de heer Van den Bos kan worden omgegaan. Wellicht is het nodig dat de commissie hiervoor van reces terugkomt.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Gabor.

De heer Gabor (CDA):

Voorzitter! Op 11 maart jl. heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken van gedachten gewisseld over de landelijke politieopleiding. Ik verzoek u het verslag van dit overleg op de agenda van de plenaire vergadering te plaatsen samen met het verslag van het overleg op 13 maart over andere politiezaken.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen en daarvoor ruimte te zoeken op de agenda voor deze week.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Middel.

De heer Middel (PvdA):

Voorzitter! Mede namens de fracties van GroenLinks en de SP vraag ik aandacht voor het volgende. Wij zijn gealarmeerd door berichten in het Algemeen Dagblad van gisteren over de inhoud van een nog niet gepubliceerd rapport van de arbeidsinspectie. Dat rapport zou handelen over de gevolgen van het gebruik van vluchtige oplosmiddelen voor de gezondheid. De fracties van de PvdA, GroenLinks en de SP willen dat de Kamer binnen de kortste keren dit rapport krijgt. Tevens vragen zij een reactie van de regering op dit rapport, met inbegrip van een standpunt inzake het verbod van dergelijke middelen, om de Kamer in de gelegenheid te stellen op korte termijn een debat over dit onderwerp te voeren.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van 't Riet.

Mevrouw Van 't Riet (D66):

Voorzitter! Ik verzoek u het verslag van het algemeen overleg van 12 maart jl. over de kleine luchtvaart op de agenda van de Kamer te plaatsen. Dat kan na het reces en een spreektijd van één minuut per spreker is voldoende.

De voorzitter:

Wij zullen proberen deze week aan uw verzoek te voldoen.

Mijnheer Stellingwerf (RPF):

Mevrouw Van 't Riet vroeg juist om dat verslag ná het reces op de agenda te plaatsen. Dat verzoek wil ik ondersteunen.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan het verzoek van mevrouw Van 't Riet te voldoen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Mateman.

De heer Mateman (CDA):

Mijnheer de voorzitter! Binnenkort wordt er in Amsterdam in een lokaal referendum gestemd over IJburg. Graag zou ik tijdig voor de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel tot invoering van een correctief wetgevingsreferendum kunnen beschikken over een evaluatie van de voor- en nadelen van dit lokale referendum. Zou u dit verzoek willen doorgeleiden naar het kabinet?

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.