3 Verkiezing Voorzitter der Kamer

Aan de orde is de verkiezing van de Voorzitter der Kamer.

De tijdelijke voorzitter:

Zoals afgesproken, hebt u allen zaterdag 25 juni 2011 de schriftelijke kandidaatstelling thuis ontvangen en is u bekend dat zich maar één kandidaat schriftelijk heeft gemeld.

Ik geef het woord aan de heer G.J. de Graaf voor een korte toelichting op zijn kandidatuur.

De heer Fred de Graaf (VVD):

Voorzitter. Het zou mij een lief ding waard geweest zijn als de temperaturen vandaag en in dit huis wat lager zouden zijn, dan houd je een wat koeler hoofd. Dat neemt niet weg dat ik natuurlijk graag bereid ben om nader in te gaan op mijn kandidaatstelling.

Geachte collegae, laat ik beginnen met aan te geven dat ik het als een eer beschouw om kandidaat te mogen zijn voor het voorzitterschap van onze Kamer. U hebt mijn sollicitatiebrief kunnen lezen en ik hoop dat mijn 33 jaar ervaring in het openbaar bestuur en met een aantal nevenfuncties u voldoende vertrouwen geeft in mijn geschiktheid voor deze functie.

Het voorzitterschap kent naar mijn mening op zijn minst drie rollen. De eerste rol zou je kunnen aanduiden als een dienende, een faciliterende rol in de richting van de Kamer: de Voorzitter richt zich naar de wensen van de Kamer. Dat is te doen gebruikelijk. De tweede rol zou je kunnen aanduiden als de leidinggevende of de regisserende rol. Dat is de eigenlijke rol van de Voorzitter: het voorzitten van de plenaire vergadering, maar ook van het College van Senioren en de Huishoudelijke Commissie. De derde rol zou je kunnen aanduiden als de representatieve rol, namelijk het vertegenwoordigen van de Kamer, zowel binnen als buiten dit huis. U mag ervan uitgaan dat ik mij in al deze rollen ten volle zal inzetten als u mij tot Voorzitter zou willen kiezen. U mag ook van mij verwachten dat ik de voorzittersrol in deze zaal soepel, waar mogelijk, en strikt, indien noodzakelijk, zal invullen en met een scherp oog voor de positie en de rol van de Eerste Kamer en de hier geldende normen en waarden.

Een goede samenwerking met de griffier en de medewerkers acht ik van eminent belang. In mijn sollicitatiebrief heb ik ook geschreven dat zonder de kwaliteit van onze medewerkers de Voorzitter en deze Kamer onthand zouden zijn. Ik stel dan ook heel veel belang in goede samenwerking met hen allen. Dezelfde goede samenwerking moeten wij nastreven – en zeker ook uw Voorzitter – in de relatie met de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, omdat we gezamenlijk immers het parlement van dit land vormen. Het lijkt mij wenselijk om in deze Kamer een goede maar tegelijkertijd zakelijke verstandhouding met de regering na te streven.

Mijn persoonlijke, leidende beginselen zullen ongewijzigd blijven, ook als u mij tot uw Voorzitter wilt kiezen. Die zijn, al zo lang ik mag werken in het openbaar bestuur, eerlijkheid, openheid en betrouwbaarheid.

De tijdelijke voorzitter:

Ik constateer dat enkele leden het woord wensen.

De heer Kox (SP):

Voorzitter. Wat kort is, lijkt soms lang: hoewel de heer Van der Linden minder dan twee jaar in deze stoel zit, lijkt het alsof hij al jaren onze Voorzitter is. Dat is bedoeld als een compliment, zeker in het licht van het feit dat ik op 6 oktober 2009 aantekening wilde vragen tegen de mededeling van de vorige Voorzitter, Yvonne Timmerman, dat zij ons ging verlaten. We stonden toen voor een voldongen feit en dat staan we vandaag ook weer. René van der Linden kandideert niet voor een nieuwe periode als Voorzitter van de Kamer. Had hij dat wel gedaan, dan had onze fractie graag indachtig het wijze woord van de apostel Paulus "onderzoekt alles en behoudt het goede" tot leidraad gemaakt. Overigens kan dat niets zeggen over ons stemgedrag, want dat zal zich nu niet voordoen. Het gebeurt niet; we hebben René van der Linden niet als kandidaat. Onze Voorzitter vertrekt en daar hebben we het dan maar mee te doen. Gevoegd bij zijn eerdere voorzitterschappen, zijn functies in de Tweede en de Eerste Kamer en in het kabinet lijkt dit ons een heel mooie kroon op een carrière, die in de prijzenkast van René van der Linden thuishoort. Op een ander moment zullen we dieper ingaan op verleden en toekomst, maar ik wil hem hier in ieder geval namens mijn fractie bedanken voor de inzet en de samenwerking in deze Kamer. Wij waren daar erg tevreden over.

Samenwerken zullen we zeker ook met de nieuwe Voorzitter. Ik ken hem al sinds wij samen in 2003 als nieuwe leden aantraden. Fred de Graaf wordt naar alle waarschijnlijkheid vandaag gekozen tot Voorzitter van de Kamer en ik ben weer herkozen als voorzitter van de SP-fractie. Dat laatste zal voor collega De Graaf waarschijnlijk onhaalbaar blijven, tenzij hij afstapt van zijn liberale geloof. Een standvastig man als hij zien we dat nog niet doen. Dat is ook bedoeld als compliment. Wij hebben er als fractie vertrouwen in dat we goed met hem zullen kunnen samenwerken in zijn nieuwe functie. We kennen hem als een aimabel man en een goede collega. We herinneren de ruimte die hij als voorzitter van de commissie voor BDO ons en andere fracties bood bij onze ondervraging van een vorige regering op het heikele Irakdossier, zelfs toen zijn eigen fractie in deze Kamer daar nog weinig heil in zag. Dat waardeerden wij zeer. Die ruimhartigheid verwachten wij ook van hem in zijn nieuwe voorzitterschap, hoewel wij begrijpen dat dit plaatsvindt in een periode van buitengewoon complexe politieke verhoudingen. We hebben een minderheidsregering die aan de overkant een meerderheid met maar een stem heeft en die hier een stem tekortkomt. Zij kan in deze Kamer sowieso niet rekenen op partijen die zich gebonden achten aan een gedoog- en een regeerakkoord. Desalniettemin hopen wij dat de nieuwe Voorzitter op momenten dat het een beetje krap aan wordt in deze Kamer een even scherp oog zal blijven houden voor het belang van het goed functioneren van de Kamer als zodanig en de goede onderlinge verhoudingen.

Een goed verkeer tussen regering en Kamer vereist ook dat deze Kamer steeds voldoende tijd gegund moet worden om wetsvoorstellen te overwegen. Onze fractie rekent erop dat de komende Voorzitter in voorkomende gevallen de regering duidelijk zal maken dat wij geen wetsvoorstellen met stoom en kokend water behandelen, hoe urgent zij wellicht voor het kabinet ook mogen zijn, maar dat dit moet gebeuren via geordende procedures en in het belang van goede wetgeving. Ik zou daar graag een reactie op krijgen. Met die opmerkingen en met een laatste vraag hoeveel van de nevenfuncties die erg belangrijk zijn geweest in het verleden in de toekomst wellicht toch aan een ander gegund moeten worden, deel ik mee dat mijn fractie de kandidatuur van Fred de Graaf graag wil steunen.

De heer Brinkman (CDA):

Voorzitter. Wij realiseren ons dat wij geleidelijk aan uw zeer betrokken voorzitterschap moeten gaan missen, evenals uw hartelijkheid, het brede draagvlak dat u altijd binnen en buiten de Kamer hebt nagestreefd en ook het feit dat u de waardigheid van het ambt in dit huis steeds voorop hebt gesteld. Er komen betere momenten om daar bij stil te staan, maar ik wil dit moment niet voorbij laten gaan zonder dat nadrukkelijk gemeld te hebben.

Voorzitter. Ik zeg in het bijzonder in de richting van kandidaat-Voorzitter de heer De Graaf, dat de leden van mijn fractie die al wat langer in dit huis mogen opereren, hem hebben leren kennen als iemand die niet alleen een grote bestuurlijke ervaring ten toon spreidt, maar ook als iemand die oog heeft voor de belangen van verschillende groeperingen in en buiten dit huis. Dat is iets wat van belang is als je tot Voorzitter gekozen zou worden. Met die ervaring en die uitstraling placht onze Voorzitter duidelijk te maken dat het niet alleen gaat om de functie van Voorzitter maar ook om een huis dat gezien mag worden en dat niet permanent ter discussie mag staan. Wij rekenen erop dat de heer De Graaf, mocht hij tot dit hoge ambt gekozen worden, dat ook mede zal uitstralen naast interne evenwichtigheid en betrokkenheid.

Er is één vraag die ons op de lippen brandt. Deze betreft meer in het bijzonder de nevenactiviteiten. Velen in dit huis hebben elders activiteiten. Daar is op zichzelf ook niets mis mee, maar het burgemeesterschap van Apeldoorn lijkt ons wel een heel gewichtige functie en niet echt combineerbaar met het voorzitterschap van deze Kamer, omdat dat twee gewichtige openbare ambten zijn. Ik krijg graag klip-en-klaar antwoord van collega De Graaf of hij denkt die laatste functie ook te kunnen blijven vervullen als hij het voorzitterschap van dit huis zou aanvaarden. Voor het overige hebben wij geen enkele reden tot twijfel over zijn inzet.

De heer Koffeman (PvdD):

Voorzitter. Ik sluit mij graag aan bij de lovende woorden die zijn gesproken over de scheidende Voorzitter. Hartelijk dank voor de afgelopen twee jaar. Wij zijn daar met veel plezier getuige van geweest. Wij wensen hem veel plezier en succes bij het vervolg van zijn loopbaan in de Eerste Kamer.

Ik wil de heer De Graaf nog iets vragen over zijn nevenfuncties. Ik heb in de NRC gelezen dat er wat onduidelijkheid zou bestaan over de nevenfunctie van het voorzitterschap van de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging. Dat lijkt onze fractie onverenigbaar met het voorzitterschap van de Eerste Kamer, en wel zo onverenigbaar dat wij alleen kunnen instemmen met de kandidatuur, als de heer De Graaf belooft vanmiddag nog, na zijn verkiezing, meteen terug te treden als voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging. Dat is voor ons een zespuntenwedstrijd, want wij denken dat hij een heel goede voorzitter is. Dat betekent dat we bij de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging een goede voorzitter kunnen weghalen en hier een goede voorzitter kunnen krijgen. Maar goed, we willen daarover wel heel graag veel duidelijkheid hebben.

De heer Fred de Graaf (VVD):

Voorzitter. Dank voor de gemaakte opmerkingen. Ik sluit mij graag aan bij de opmerkingen in uw richting, maar ik zal straks nog wel wat tegen u zeggen. We kennen de heer Kox als voorzitter van de SP-fractie in deze Kamer en overigens zijn hele fractie als een fractie die altijd bezig is om volgens het woord van Paulus alle dingen te onderzoeken en het goede te behouden. Wat mij alleen vaak opvalt, is dat aan het einde van die queeste het goede in de ogen van de SP-fractie vaak iets anders blijkt te zijn dan in de ogen van andere fracties in dit huis. Dan hebben wij niet meer de apostel Paulus om uitleg te geven welke keuze de juiste is geweest. Wat mij wel deugd doet, is dat wij elkaar in veel gevallen toch uiteindelijk weten te vinden, omdat het uitgangspunt altijd is dat de mens centraal moet staan, ook in de discussies in deze Kamer. Het voorzitterschap van de fractie van de heer Kox is voor mij een onhaalbare zaak, dat realiseer ik mij, al doet mij dat soms wel verdriet. Ik zou graag zijn plaats een keer willen overnemen, met zijn voortreffelijke fractieleden, maar ik zal daar niet naar streven, dat kan ik bij dezen mededelen.

De heer Kox refereerde in verband met de ruimhartigheid aan de periode van de afgelopen vier jaar waarin ik voorzitter mocht zijn van de commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking. Ik kan toezeggen dat dit niet zal veranderen. Dat is mij ook niet vreemd, omdat het burgemeesterschap dat ik 30 jaar heb mogen bekleden, een zelfde attitude vereist. Je wordt geacht lid te zijn van een partij voordat je kunt worden benoemd als burgemeester en zodra je benoemd bent, roept iedereen dat je boven de partijen moet staan. Als je dat niet doet, ben je gauw gezien in die functie. Ik heb dus 30 jaar mogen oefenen met boven de partijen staan en ieder het zijne geven. Gezien de reacties van diverse gemeenteraden is mij dat redelijk goed gelukt. Ik zal diezelfde handelwijze in deze Kamer in de praktijk proberen te brengen.

De heer Kox merkt terecht op dat wij voldoende tijd moeten nemen voor het behandelen van wetsvoorstellen en andere voorstellen die hier ter tafel komen. We merken wel eens dat er grote druk wordt gezet, nadat de Tweede Kamer alle ruimte heeft genomen, omdat er dan toch een datum moet worden gehaald. De ervaring van de afgelopen periode, ook onder de zittende Voorzitter, is dat wij ons niet laten dwingen in keurslijven waarin wij niet willen verkeren. De Kamer gaat erover en beslist uiteindelijk over de vraag of zij wel of niet spoed wil en kan betrachten bij een voorstel. Zij moet dat wel in alle redelijkheid doen. Aan het begin van mijn korte toespraak gaf ik al aan dat we ook moeten streven naar een goede, zij het zakelijke, verstandhouding met de regering. Wanneer wij kunnen helpen, moeten we dat niet laten, maar wanneer wij vinden dat wij meer tijd nodig hebben om tot goede besluitvorming te komen, moeten we die ruimte ook zeker voor onszelf claimen. Ik zal de Kamer daarin steunen en zo nodig voorgaan.

Dan de nevenfuncties in de toekomst. Enkele nevenfuncties houden op wanneer ik het voorzitterschap van deze Kamer zou mogen bekleden. Om direct een reactie te geven op de vraag van de heer Brinkman: mocht ik tot Voorzitter van deze Kamer worden gekozen, dan zal ik ontslag vragen uit mijn ambt als burgemeester van de gemeente Apeldoorn. Daarmee vervalt het gros van de nevenfuncties die direct gerelateerd zijn aan het burgemeesterschap.

Om maar meteen door te schieten naar de heer Koffeman, die niet meer in het hoekje zit, maar recht tegenover mij: ik zal de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging mededelen dat ik dat voorzitterschap zal beëindigen, mocht ik dit voorzitterschap mogen aanvaarden. Hij vraagt of ik dat onmiddellijk vanmiddag wil doen. Dat is een beetje lastig en onfatsoenlijk tegenover deze vereniging, die ook de ruimte moet krijgen voor de overdracht van het voorzitterschap. Ik vraag om enige clementie op dat punt, maar ik kan bij dezen toezeggen dat ik er wel zo snel mogelijk mee zal stoppen. Het doel is belangrijker dan de periode. We gaan nu een recesperiode in, dus de heer Koffeman hoeft zich er de komende twee maanden niet druk over te maken. Daarmee heb ik de gestelde vragen beantwoord; dank voor de gelegenheid daarvoor.

De tijdelijke voorzitter:

Dank u wel, mijnheer De Graaf.

Conform het gestelde in artikel 113 van het Reglement van Orde zal de verkiezing schriftelijk plaatsvinden.

Ik benoem tot stemopnemers de leden Holdijk, voorzitter, Frijters-Klijnen, Meurs en Reuten.

Wellicht ten overvloede vraag ik of alle leden de presentielijst hebben getekend en deel ik de leden mede dat zij de stembriefjes duidelijk en behoorlijk dienen in te vullen. De kleur is niet relevant. Niet, niet behoorlijk of niet duidelijk ingevulde stembriefjes zijn ongeldig.

Hierna wordt tot schriftelijke stemming overgegaan.

De tijdelijke voorzitter:

Ik geef het woord aan de heer Holdijk, voorzitter van het stembureau.

De heer Holdijk, voorzitter van het stembureau: Voorzitter. Er zijn 74 stemmen uitgebracht, waarvan 73 op de heer G.J. de Graaf en 1 blanco.

De tijdelijke voorzitter:

Ik dank de heer Holdijk en de overige leden van de stemcommissie hartelijk voor het volbrengen van hun taak.

Ik constateer op grond van de uitslag van deze verkiezingen dat de heer G.J. de Graaf overeenkomstig artikel 115 van het Reglement van Orde een overweldigende meerderheid heeft verkregen en daarmee is gekozen tot Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

(applaus)

De tijdelijke voorzitter:

Ik wil hem als eerste van harte feliciteren met deze verkiezing. Vooral wil ik hem veel geluk toewensen. Hij komt in een prachtige stoel te zitten. Het is een geweldige uitdaging en zeer eervol om Voorzitter te mogen zijn van dit Hoge College van Staat. Ik draag nu eerst de voorzittershamer over aan de heer De Graaf en geef hem een prachtig boeket, dat aangeeft met welke overweldigende meerderheid hij gekozen is.

(De heer Van der Linden draagt de voorzittershamer over aan de heer Fred de Graaf.)

Voorzitter: Fred de Graaf

De voorzitter:

Waarde collegae, alvorens de vergadering voort te zetten, schors ik de vergadering een enkel moment in afwachting van enkele bijzondere gasten. Ik verzoek de leden om hun plaatsen niet te verlaten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik heet de Voorzitter en de griffier van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van harte welkom, alsook de minister-president.

Dames en heren, er resten ons nog reguliere werkzaamheden vanmiddag. We hebben de afspraak gemaakt dat we het ceremoniële deel van deze vergadering beknopt zouden houden. Dit neemt natuurlijk niet weg dat we niet zomaar kunnen overgaan tot de orde van de dag, nu mijn voorganger René van der Linden weer heeft plaatsgenomen in de bankjes van de CDA-fractie.

Ik spreek de Kamer zeer veel dank uit voor het in mij gestelde vertrouwen. Ik had al gezegd dat ik mij, mocht ik verkozen worden, in deze functie en de verschillende rollen die daarbij horen, volledig zou inzetten. Ik herhaal dat. Het doet mij genoegen dat na acht jaar Limburgs bewind er weer een Brabander op de voorzittersstoel mag zitten. Voor de acht jaar Limburgers zat er ook een Brabander. De Generaliteitslanden doen het nog altijd goed in de Kamer. Dit past volgens mij goed bij het begrip Staten-Generaal.

Waarde voorganger, beste René, twee jaar geleden ben je met ongelooflijk veel enthousiasme en een grote dadendrang begonnen als Voorzitter van de Kamer. Je hebt de voorzittershamer toen overgenomen van je partijgenote Yvonne Timmerman-Buck. Als overtuigd Europeaan heb je niet nagelaten om de aandacht van de Kamer steeds opnieuw te richten op het belang van Europa, ook voor ons land. Ook de wijde wereld mocht zich altijd in jouw belangstelling verheugen. Je hebt serieus werk gemaakt van wat je aanduidde als "parlementaire diplomatie", die van groot belang is in verband met de positie en de rol van ons land in de internationale politieke en handelsbetrekkingen.

De belangstelling en drive die je op dit gebied hebt laten zien, zijn niet vreemd, gelet op je jarenlange nationale en internationale parlementaire ervaring. Je bent misschien wel een van de bekendste Nederlanders in het buitenland. Er zijn weinig landen buiten Nederland waar jij, als je er komt, niet een behoorlijk aantal mensen van het gezelschap kent en zij jou zeer amicaal begroeten. Collegiale verhoudingen in de internationale wereld kunnen volgens mij, zeker op parlementair gebied, erg belangrijk zijn om dat laatste zetje te geven aan besluitvorming die wij in Nederland belangrijk achten voor de rest van Europa en de wereld.

Dezelfde jarenlange ervaring heeft gemaakt dat jij een goede en gedegen Voorzitter van de Kamer bent geweest, die collegialiteit altijd zeer hoog in het vaandel heeft gehad. Daar zijn we je zeer erkentelijk voor. Het is mij opgevallen dat je vooral heel geduldig in het debat was, met name bij interrupties. Ik heb hier wel eens 's avonds laat gezeten en gedacht: ietsje minder zou ook wel mogen, René. Dat is natuurlijk de ervaring die jij hebt meegebracht van de overzijde, waar interrumperen een tweede natuur is. Dat is hier gelukkig wat minder het geval. Jij hebt die ruimte altijd aan de Kamer gelaten, ongeacht het tijdstip waarop we hier met elkaar aan het debatteren waren. De heer Kox heeft zojuist bij mij voor een zelfde ruimte gepleit.

Ik wil je bedanken voor je onvermoeibare inzet en de plezierige manier waarop je de afgelopen twee jaar leiding hebt gegeven aan de Kamer. Ik wil je er ook hartelijk voor bedanken dat jij er na jarenlang touwtrekken in geslaagd bent om de nieuw aangetreden Kamer een ruimere behuizing te bezorgen. Eindelijk hebben we de gang op de Raad van State mogen veroveren, zij het dat de vicepresident van de Raad van State midden tussen de kamers van de fracties zijn eigen kamer heeft behouden. De ruimte die we erbij hebben gekregen is zeer belangrijk voor het functioneren van deze Kamer. Jij hebt daar na veel discussie voor kunnen zorgen.

Ik vertrouw graag op een voortzetting van onze goede samenwerking nu je weer gewoon lid bent van deze Kamer. Ik heb de samenwerking altijd zeer op prijs gesteld toen ik nog voorzitter was van de commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking. Jouw hart lag bij onderwerpen die het buitenland betreffen. Ik hoop dat dit zo mag blijven in de komende periode.

We willen je niet laten weggaan zonder een herinnering aan twee jaar voorzitterschap. Ik mag jou namens de Kamer een geschenk overhandigen waarover in het verleden wel eens discussie is ontstaan. Deze discussie ging over het aantal dienstjaren dat je moet inbrengen om voor het geschenk in aanmerking te komen. Ik heb het nu over het zilveren koetsje. Normaliter moet je 25 jaar lid zijn geweest van deze Kamer om dit te krijgen, maar in jouw geval hebben we gemeend dat we het totaal van jouw parlementaire jaren in aanmerking zouden moeten nemen. Dan komen we ruim boven de 25 jaar uit. Als blijk van dank en waardering van deze Kamer overhandig ik je dit koetsje nu graag.

(applaus)

De voorzitter:

Er is ook een boeket voor jouw echtgenote. Ik zie haar op de tribune zitten. Het is een beetje lastig om het boeket omhoog te gooien, dus we zullen het straks overhandigen. Gemma, met dit boeket willen we de dank van de Kamer overbrengen voor het feit dat jij al die jaren het werk van René hebt weten te verdragen. Dank je wel.

Dan wil ik nu graag het woord geven aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, mevrouw Verbeet.

Mevrouw Verbeet:

Mijnheer de voorzitter. Allereerst feliciteer ik u van harte met de verkiezing tot Voorzitter van de Eerste Kamer. Ik verheug mij op een goede en plezierige samenwerking. Ik zal u straks een boeket aanbieden namens de collega's van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Ik stel het zeer op prijs dat ik bij deze gelegenheid het woord mag voeren. Met uw goedvinden zou ik nu rechtstreeks het woord tot de heer Van der Linden willen richten.

Lieve René, geachte heer Van der Linden. Als er publiekelijk over de Eerste Kamer wordt gesproken, valt de term "deftig" nog wel eens. Of dat terecht is, weet ik niet. Het etiket past in ieder geval niet bij u. U staat bekend als toegankelijk en open, als iemand die dicht bij de mensen staat, een echte Limburger. Meestal gaat dat samen. Na een ambtelijke loopbaan werd u in 1977 gekozen tot lid van de Tweede Kamer. In juli 1986 kwam u in het kabinet als staatssecretaris voor Europese Zaken. Helaas moest u deze functie, zeer tot uw spijt, voortijdig opgeven. Daarna keerde u voor een periode van tien jaar terug in de Tweede Kamer en ging daar met de van u bekende gedrevenheid weer aan de slag.

Maar u hield ook spreekuur in de Limburgse thuishaven, Nuth en omstreken, om direct met de kiezers in contact te blijven. Toen lonkte Europa weer: de omgeving waarmee u eerder als stagiair en later als stafmedewerker van de Eurocommissarissen Lardinois en Vredeling kennis had gemaakt. In de periode 2005–2009 was u voorzitter van de parlementaire vergadering van de Raad van Europa. Misschien geen functie die in Nederland veel publiciteit meebracht, maar wel één die in het rijtje past van belangrijke, door Nederlanders vervulde, functies. Kortom, een functie met aanzien waar u terecht trots op was en waarvoor u een aantal buitenlandse onderscheidingen hebt ontvangen. Sinds 1999 was u ook weer terug aan het Binnenhof. Dit keer aan "de overkant", zoals we elkaar nog steeds betitelen.

Vanaf uw verkiezing als Voorzitter in oktober 2009 kregen we een goed contact. Ik kijk met veel plezier terug op onze samenwerking in de afgelopen periode. We hebben veel bezoekers ontvangen en bijeenkomsten bijgewoond. Ook in de aanloop naar de nieuwe structuur van ons Koninkrijk, kortweg 10-10-10, hebben we intensief samengewerkt. Onze samenwerking is het bewijs dat een Limburger en een Amsterdamse het goed met elkaar kunnen vinden, als zij hun werk maar vanuit dezelfde uitgangspunten doen. In ons geval is dat: staan voor de waarden van de parlementaire democratie vanuit een grote betrokkenheid bij de mensen die daarvan de basis vormen. Dat ik een enkele keer als we samen ergens waren, werd aangezien voor mevrouw Van der Linden valt u niet aan te rekenen. Maar misschien heeft men u ook wel eens voor mijnheer Verbeet aangezien.

Gezien uw passie voor Europa zou u zich in de huidige Tweede Kamer zeker op uw plaats voelen. De betrokkenheid van de Tweede Kamer bij de politieke besluitvorming op Europees niveau is in de afgelopen jaren met sprongen toegenomen. Maar u hebt gekozen voor de senaat en ik weet dat u in dit huis uw passie voor Europa kunt uitleven.

Tijdens uw voorzittersperiode is de belangstelling voor de Eerste Kamer en haar rol in het Nederlandse politieke bestel toegenomen. Dat juich ik toe. Ik heb vorige week in het gebouw van de Tweede Kamer een expositie voor jongeren geopend waar zij spelenderwijs kennis kunnen opdoen over de manier waarop het politieke bestel in Nederland functioneert. In dat licht is het belangrijk dat jongeren ook via het publieke debat, met inbegrip van de sociale media, worden geïnformeerd over de positie van de Eerste Kamer.

Voorzitter, mijnheer Van der Linden, ik sluit af. Uw vertrek als Voorzitter betekent geen afscheid van de Nederlandse politiek. Gelukkig blijft u lid van de Eerste Kamer. Ik ben ervan overtuigd dat wij elkaar nog vaak zullen treffen. In dit geval dus geen "het ga je goed", maar een "tot gauw".

(applaus)

Mevrouw Verbeet:

Hier in dit doosje zit een cadeau voor u. Daarvoor hebt u geen 25 jaar lid hoeven zijn van de Tweede Kamer, maar ze komen u zeer toe. Ik weet dat de inhoud ervan u goed zal staan. Ik zal het nu aan u overhandigen.

Ook overhandig ik de nieuwe Voorzitter het beloofde boeket.

De voorzitter:

Ik dank de Voorzitter van de Tweede Kamer voor haar woorden. Ik heb genoteerd dat de heer Van der Linden het epitheton "lieve" al heeft verdiend. Ik zal mijn best doen om dat in de toekomst ook te verkrijgen.

Het woord is aan de griffier van de Eerste Kamer, de heer Hamilton.

De heer Hamilton:

Mijnheer de voorzitter. Namens de griffie wens ik u van harte geluk met uw verkiezing tot Voorzitter. Weest u overtuigd van de inzet en loyaliteit van de ambtelijke organisatie aan de Eerste Kamer der Staten-Generaal en aan u als haar Voorzitter. Ik dank u voor de bijzondere mogelijkheid die u mij als griffier biedt om in de plenaire vergadering kort de afgetreden Voorzitter toe te spreken.

Mijnheer de oud-Voorzitter. Als een wervelwind: zo zou ik uw gang door dit gebouw, door Den Haag, door Nederland, door Europa en de wereld willen typeren sinds uw aantreden op 6 oktober 2009. Binnen en buiten dit huis hebt u talloze malen uitgedragen wat de rol en betekenis van de Eerste Kamer in ons staatsbestel is. U bent door de vroegtijdige val van een vorig kabinet als eerste adviseur van het staatshoofd betrokken geweest bij een kabinetsformatie. Voor het eerst is in de verslaggeving van een informateur gewag gemaakt van observaties van de Voorzitter van de Eerste Kamer. Als onpartijdig voorzitter hebt u de afgelopen maanden desgevraagd moeten duiden of een minderheidspositie van een kabinet gevolgen heeft voor werkwijze en handelen van de Eerste Kamer. Kortom, het altijd bewegende staatsrecht heeft in uw periode geen last gehad van windstilte.

Heel veel bezoekers hebt u als Voorzitter ontvangen: voorlieden van werkgevers- en werknemersorganisaties en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties, adviesorganen, wetenschap en cultuur. Ambassadeurs ontving u niet individueel voor een courtesy call, maar in groepjes, waarbij u informatie-uitwisseling en discussie entameerde. Persoonlijke contacten ziet u als het cement tussen mensen, culturen, religies en landen. Ik heb vaak kunnen waarnemen hoe u banden smeedt en versterkt, vertrouwen verdiept en op basis daarvan de kern van problemen bespreekbaar maakt. De betekenis van parlementaire diplomatie, ook voor de belangen van ons land, hebt u zichtbaar gemaakt en belichaamd. Uw optreden echode de waarden die in dit huis vaak weerklinken en verdedigd worden. In buitenlandse hoofdsteden als Berlijn, Ankara, Moskou, Bakoe, Tirana en Zagreb werd u, misschien meer nog dan in eigen land, erkend en herkend als een invloedrijk Europees parlementair voorman die een grote reputatie heeft opgebouwd als voormalig voorzitter van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa en lid van de Europese Conventie.

U was een Voorzitter met een buitengewoon ambitieuze en volle agenda. Tijd vermorsen was u vreemd. Vanaf het begin gaf u aan dat u houdt van een strakke planning, bij voorkeur weken of maanden vooruit. Daarbij leek u geïnspireerd door een uitspraak van Victor Hugo: "Celui qui chaque matin projette la transaction du jour et suit dehors ce plan, porte un fil qui le guidera par le labyrinthe de la vie la plus occupée." Een goede planning in de morgen is als een draad die iemand door het labyrint van het drukste leven voert. Ik wil niet beweren dat uw planning niet aan wijziging onderhevig kon zijn. Vaak kwam daar op het laatste moment nog het nodige bij als u ontdekte dat er nog een stief uurtje beschikbaar was.

Voor u heeft de morgenstond goud in de mond. Wie tijdens een buitenlands bezoek om 8.00 uur 's morgens op het afgesproken tijdstip aan het ontbijt verscheen, werd vaak begroet met een hartelijk "goedemiddag", of met de vraag of de ander een prettige vakantie achter de rug had. Juist aan de ontbijttafel hebt u in het buitenland vaak ministers en parlementariërs ontvangen. Uw chauffeur John Meinders kan getuigen dat de weg van Nuth naar Den Haag op het laatste moment soms toch via Brussel of een andere buitenplaats bleek te lopen.

Het is logisch dat u ook hield van een strakke planning van de vergaderingen van deze Kamer en van de handhaving van die planning. "Mag ik de minister vragen hoe lang hij denkt nog nodig te hebben?" was een vaak gebezigde hint in de richting van de regeringstafel, als u percipieerde dat er nog veel papieren en kattebelletjes gesorteerd werden. Uw eigen sturing was vaak snedig en niet gespeend van humor, zoals de leden van de familie De Graaf twee weken geleden in deze zaal ervoeren toen u, geconfronteerd met hun aantal, zei dat speciaal voor hen in dit huis een Gravenkamer is ingericht. Een van hen zal daar vanaf volgende week het College van Senioren presideren.

Als voorzitter van de Huishoudelijke Commissie hebt u toezicht gehouden op de ambtelijke organisatie en sturing gegeven aan investeringen in dit gebouw. Er hangen in deze zaal camera's die het burgers mogelijk maken de debatten thuis live te volgen. Op de dag van uw aantreden initieerde u een stageprogramma voor getalenteerde jonge mensen. De dag erna informeerde u of er al stagiaires waren begonnen. Zo vlot ging dat niet, maar het heeft niet lang geduurd.

Vasthoudend droeg u eraan bij dat deze Kamer tijdig een ruimtelijke uitbreiding kon realiseren in de richting van de vleugel van de Raad van State, teneinde de verwachte toename van middelgrote fracties te kunnen accommoderen. Het heeft niet veel gescheeld of u had met eigen van huis meegebracht gereedschap een tweede vlaggenmast op de Mauritstoren gemonteerd.

U signaleerde al snel dat er in deze instelling veel papier verspild wordt. Dat was voor de griffie een krachtige stimulans om door te gaan met het realiseren van een papierarm parlement. Nog in dit parlementaire jaar hopen wij op dit punt een belangrijke slag te maken.

Uw tomeloze energie heeft de ambtelijke organisatie niet onberoerd gelaten. U vroeg veel, maar u gaf ook veel, vooral vertrouwen, inspiratie en stimulans. Voor dat vertrouwen en de zeer plezierige samenwerking zeg ik u hartelijk dank. U zet in deze Kamer uw parlementaire loopbaan, die al meer dan drie decennia beslaat, gewoon voort. Voor uw echtgenote Gemma ben ik blij dat u meer tijd krijgt om de family man te zijn die u naast uw parlementaire bestaan altijd geweest bent.

Mijnheer de oud-Voorzitter, beste René, door het vele dat u hebt gerealiseerd, zal uw voorzitterschap als relatief kort, maar markant en met een scherp profiel de parlementaire geschiedenis ingaan.

(applaus)

De voorzitter:

Ik dank de griffier voor zijn mooie woorden en geef het woord aan de minister-president.

Minister Rutte:

Voorzitter. Ik dank u voor de mij geboden gelegenheid om het woord te voeren. Allereerst wil ik u, mede namens het kabinet, feliciteren met uw uitverkiezing. Wij zien uit naar een goede samenwerking met zo min mogelijk kattebelletjes. In strijd met het protocol wil ik mij voor deze ene keer rechtstreeks tot een van de leden van de Kamer wenden.

Beste René, in oktober 2009 werd jij Voorzitter van de Eerste Kamer. Bij die gelegenheid sprak jij gepassioneerd over vertrouwen: over het onderlinge vertrouwen tussen burgers, over het vertrouwen in onze democratische instituties en over het vertrouwen van de andere 74 leden van deze Kamer in jouw kwaliteiten als Voorzitter. Natuurlijk is het niet aan mij, en zeker niet op deze plaats en op dit moment, om een oordeel uit te spreken over de vraag hoe het allemaal is gegaan, maar als ik alle signalen goed interpreteer, kan ik zeggen dat jij dat vertrouwen meer dan waargemaakt hebt.

Uit eigen ervaring weet ik dat het ook voor de leden van het kabinet geen straf was om over allerlei onderwerpen te mogen debatteren onder een voorzitter die de ruimte gaf, ook enige ruimte liet voor interrupties, maar die tegelijkertijd de voortgang van het debat bewaakte en ervoor zorgde dat de zaken niet uit de hand liepen. Zoals jij het zelf graag zegt: scherp op de inhoud, maar ook waardig in de omgang. Ik dank je daar zeer voor. Ik heb zeer veel waarde gehecht aan onze persoonlijke gesprekken in de afgelopen maanden sinds het aantreden van het nieuwe kabinet, hetzij hier, hetzij bij mij in het Torentje.

Voorzitters van democratische instituties mogen niet te veel een persoonlijk stempel drukken op de discussie. Kamervoorzitters weten dat, maar jij hebt daar als gepassioneerd Europeaan één naar mijn mening zeer terechte uitzondering op gemaakt. Die wil ik hier absoluut markeren. Vanaf je aantreden als Voorzitter in 2009 heb jij gezegd dat wij iets moeten doen om het gebrekkige besef van de nauwe relatie tussen het Europese en het nationale beleid te verbeteren. Vorige week nog, bij het bezoek van Bundesratspräsidentin Hannelore Kraft, tevens minister-president van Noordrijn-Westfalen, wees jij mij erop hoe belangrijk de band is tussen Nederland en Duitsland, tussen Nederland en Düsseldorf, maar natuurlijk ook tussen Nederland en Berlijn. Jij hebt het in deze Eerste Kamer ook absoluut niet bij woorden gelaten. Het is jouw verdienste dat in 2010 voor het eerst in de geschiedenis van deze Kamer algemene Europese beschouwingen werden gehouden. Het is ook voor het eerst dat de gouden medaille van de prestigieuze Fondation du Mérite Européen naar een nationale parlementaire instelling is gegaan. Die prijs nam jij een paar weken geleden namens al jouw collega's in ontvangst. Ik kan mij voorstellen dat het voor jou persoonlijk een van de hoogtepunten is geweest in de afgelopen twee jaar.

In alle electorale drukte en mediaturbulentie van de afgelopen maanden is mij vooral opgevallen hoe rustig en zakelijk jij hier de vergadering hebt voorgezeten en hoe rustig en zakelijk jij hebt gekeken naar de taak van de Eerste Kamer. Jij zei het tijdens de laatste plenaire vergadering van de oude Kamer op 31 mei jongstleden heel treffend: de kwaliteit van wetgeving is en blijft doorslaggevend in dit huis en het is tegen die achtergrond helemaal niet erg dat het minderheidskabinet ook rekening moet houden met de opvattingen van partijen buiten de coalitie. Ik heb weinig andere keus dan deze woorden te onderschrijven.

Jij noemde de Eerste Kamer in het begin van dit jaar goed voor het imago van de Nederlandse politiek, omdat dit de plek is waar een zekere autoriteit, afstandelijkheid en wijsheid worden gevonden, die zo nodig zijn voor de langere termijn. Aan die ook wat mij betreft onmisbare taak van de Eerste Kamer heb jij als Voorzitter een belangrijke bijdrage geleverd. Ik denk dan ook dat ik namens veel mensen spreek als ik zeg het een geruststellend idee te vinden dat wij nog minstens één periode van jouw kennis en ervaring mogen profiteren, want jij blijft lid van deze Kamer. Ik sluit mij dus aan bij de woorden van Gerdi Verbeet, de Voorzitter van de Tweede Kamer, door niet te zeggen "tot ziens", maar te zeggen "tot gauw". Wij blijven immers met elkaar in contact.

Ik sluit graag af met de woorden waarmee je zelf kortgeleden het afscheid van de 39 collega's afsloot die na de Kamerverkiezing niet terugkeerden in de Eerste Kamer. Jij zei toen heel mooi in het Frans: "À l'oeuvre on connait l'artisan." Deze uitspraak is zeker ook op jou van toepassing, net zoals het "grand merci" waarmee jij toen zelf jouw collega's uitluidde. Vandaag bedank ik jou voor al het werk dat je als Voorzitter van deze Kamer hebt gedaan. Ik wens jou namens het gehele kabinet alle goeds toe voor de toekomst. Tot gauw!

(applaus)

Minister Rutte:

De Voorzitter van de Tweede Kamer kwam met een klein pakje, maar wij doen dat anders. Ik heb namelijk het grootste exemplaar uit de "Torentjesgiftshop" meegenomen. Dit is een paraplu waarop de Hofvijver staat. Die paraplu is zeker bij de huidige weersvoorspellingen, met of zonder KNMI, buitengewoon nuttig. Ik overhandig hem je graag.

(applaus)

De voorzitter:

Ik dank de minister-president voor zijn woorden. Ik heb begrepen dat de heer Van der Linden graag nog een korte reactie wil geven op de sprekers.

Het woord is aan de heer Van der Linden.

De heer Van der Linden (CDA):

Voorzitter. Laat ik beginnen met het herhalen van mijn felicitatie. Ik ben ervan overtuigd dat u deze Kamer in de toekomst ook geweldig gewicht geeft. Dat hebt u gedaan in de commissie voor BDO en zo ken ik u ook. Laat ik ook nog een keer zeggen dat ik buitengewoon erkentelijk ben voor de woorden die u gesproken hebt.

Voorzitter. Ik wil van onderop beginnen. Allereerst wil ik het personeel zeer veel dank zeggen voor de hartelijkheid en de wijze waarop het ons iedere keer met vriendelijkheid omringd heeft. Het is ongelooflijk plezierig werken als mensen uitstralen dat zij hier met plezier werken. Daarom zeg ik tegen alle mensen die hier actief zijn, in welk verband dan ook: hartelijk dank.

Ik wil een bijzonder woord van dank uitspreken voor de griffier en de staf. Ik weet wel dat zij ook tot het personeel behoren, maar ik wil hen apart noemen. Het contact met de griffier in het bijzonder is namelijk zeer intensief geweest. Wij hebben heel nauw samengewerkt en ik heb het idee dat dit naar twee kanten goed gewerkt heeft. Dat is de Kamer als geheel ook zeer ten goede gekomen.

Ik ga verder met de relaties met "buiten". Ik begin met Gerdi. Ik weet dat er wel eens discussie tussen de Eerste en de Tweede Kamer was over de vraag hoe zij zich tot elkaar verhouden. Dat was niet het geval in de afgelopen jaren, maar door de jaren heen. Volgens mij is het heel belangrijk dat wij vanaf het begin gezegd hebben: wij doen zo veel mogelijk samen.

Toen ik voor de kerst van 2009 van Herman van Rompuy een sms'je kreeg of hij op 6 januari 2010 naar Den Haag kon komen – ik had hem namelijk gevraagd te komen – heb ik jou, Gerdi, ge-sms't. Je was toen op vakantie in Frankrijk en ik schreef: we doen het samen, uiteraard met de Europese vlag erbij. Dat is niet anders gebleven. Daarom zeer veel dank voor de samenwerking en vooral voor de wijze waarop wij dat op een zeer hartelijke wijze en zonder enig probleem gedaan hebben.

Ik bedank ook degenen die hier niet zijn. Ik dank hen voor de geweldig prettige contacten, of het nu Hoge Colleges van Staat zijn, zoals de Raad van State, de maatschappelijke organisaties die zijn genoemd of de adviesorganen. In het bijzonder noem ik de minister-president en de regering.

Toen ik op 6 oktober 2009 aantrad, in de week na de algemene politieke beschouwingen, was ik nieuw en wist ik niet hoe het ging. Ik kreeg de ene brief na de andere, van vier bewindslieden, nota bene van CDA-huize. Zij lieten mij weten dat zij niet aanwezig konden zijn. De eerste zat in de Baltische staten, de tweede had een heel belangrijke speech in Canada, de derde moest naar een belangrijke conferentie in Parijs. Ik heb ze toen alle vier teruggeschreven: het spijt me zeer, maar dit is een verplicht nummer voor iedereen. Volgens mij moeten wij dat in ere houden. De Eerste Kamer moet voorrang krijgen boven alles als er algemene politieke beschouwingen zijn, behalve bij heel persoonlijke zaken.

Ik bewonder mijzelf het meest omdat ik in staat ben gebleven om iedere dinsdag zo lang in die stoel te zitten. De belangrijkste vraag toen ik begon, was eigenlijk: krijg je het klaar om van 13.30 uur, soms tot 0.00 uur 's avonds, met een kleine onderbreking in die stoel te zitten. Dat is me echter licht gevallen, omdat de debatten zo interessant waren.

Ik heb inderdaad altijd veel ruimte voor interrupties gegeven, maar dat was wel afhankelijk van het onderwerp waarover het ging. Ik heb ook ruimte gegeven aan de kleinere fracties; dat mag ik wel bekennen. Volgens mij is het namelijk een goede zaak dat in dit huis het debat een plek krijgt, zolang het functioneel is en een doel dient. Het tijdschema is volgens mij niet vaak overschreden. Dat is meestal ten koste van de regering gegaan, want uiteindelijk gaat de Eerste Kamer voor.

Ik heb inderdaad een grote passie voor het werk, maar ik wil niet afronden met het citeren uit eigen werk. Ik keer nu terug in de senaat. In 1988 keerde ik terug in het parlement. Het was toen nog niet eerder gebeurd dat een aftredend bewindsman dat deed. Ik vind echter dat dit zo hoort in de politiek. Dat is in het buitenland gebruikelijk; de ene keer zit je in de oppositie, de andere keer in de regering. Als je in het kabinet gezeten hebt en je terugkomt, dan ga je weer aan de slag. Ik onderstreep dat dit het parlementaire werk en de relatie tussen kiezer en gekozene zeer ten goede komt. Ik voelde mij altijd al onafhankelijk in de Kamer – ook aan de overzijde heb ik het vaak zo gevoeld – maar ik zal mij in de komende periode met veel inzet inzetten voor dit Hoge College van Staat.

Mensen die het druk hebben, hebben altijd tijd. Dat is mijn ervaring. Volgens mij moeten wij ook in de komende periode ervoor zorgen dat wij het aanzien van dit Hoge College van Staat de plek geven die het verdient. Ik sluit af met een citaat, maar geen citaat uit eigen werk. Dit citaat heeft mij altijd zeer getroffen en ik probeer er zelf ook een beetje naar te leven. "Niemand wordt oud door een aantal jaren te leven; oud wordt men door zijn idealen in de steek te laten. Met de jaren rimpelt de huid, met het verzaken van een ideaal rimpelt de ziel. Zorgen, twijfel, vrees, wanhoop; dat zijn lange, lange jaren die een hoofd doen hangen en de opgroeiende geest doen terugbuigen naar het aardse stof. Gij zijt net zo jong als uw geloof, net zo oud als uw twijfel, zo jong als uw zelfvertrouwen en verwachting, zo oud als uw vrees en neerslachtigheid. Jong zijt ge, zolang uw hart nog de tekens verstaat van de schoonheid, de vreugde, de moed, kortom de grandeur, zolang uw hart nog de tekens verstaat van de Oneindige, maar ook van de mens en de aarde. En als ooit op een dag alle draden zijn doorgeknipt en uw hart koud is van de sneeuw van het pessimisme of het ijs van het cynisme, dan zijt ge oud geworden en dan moge God u genadig zijn."

Ik dank u allen hartelijk voor de samenwerking en de wijze waarop wij dat in de persoonlijke sfeer gedaan hebben. Het ga ons allen goed.

(applaus)

De voorzitter:

Ik dank de heer Van der Linden voor zijn prachtige antwoord.

De vergadering wordt van 14.35 uur tot 15.05 uur geschorst.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede dat ik de heer Van Kappen heb benoemd als voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO) in plaats van ondergetekende.

Naar boven